Casus mevrouw Van W.
Mevrouw Van W. (78 jaar) verhuist na het overlijden van haar man van een grote woning in de stad
naar een kleinere woning in Stiens. Direct na de verhuizing voelt mevrouw zich niet lekker; er wordt
kanker geconstateerd. Hiervoor moet ze worden geopereerd. Na de operatie revalideert mevrouw in
een verzorgingshuis in Menaam. Na deze periode komt mevrouw weer terug in haar nieuwe
woonplaats. Ze is nog niet geheel hersteld en kan nog niet met de bus naar het ziekenhuis voor
controle, niet haar huishouden doen en geen boodschappen halen. Ze kent geen mens in Stiens en haar
enige zoon woont in Amsterdam. Wei heeft mevrouw via het ziekenhuis persoonlijke verzorging van
de thuiszorg geregeld.
Mevrouw is eerder benaderd voor een Preventief Huisbezoek door (een geschoolde vrijwilliger van)
de ouderenadviseur, maar door de ziekte heeft dit bezoek nog niet plaats gevonden. Wei heeft
mevrouw de informatiefolder bewaard. Hierdoor weet de zoon de sociaal maatschappelijke adviseur
(voorheen ouderenadviseur) te vinden en vraagt om hulp.
Gezien de urgentie vult de sociaal maatschappelijke adviseur samen met mevrouw de aanvraag in voor
huishoudelijke hulp en collectief taxivervoer en neemt zij contact op met het WMO loket. De
wettelijke wachttijd voor WMO voorzieningen is 6 tot 8 weken. De huishoudelijke hulp wordt na
aandringen van de sociaal maatschappelijk adviseur met spoed vanuit de WMO ingezet, de taxi echter
niet.
Hierop kan mevrouw niet wachten. De sociaal maatschappelijke adviseur regelt vervoer via
Buurthulp. De vrijwilliger is gauw gevonden en er ontstaat zelfs een goede band. Mevrouw vergoedt
zelf de reiskosten. Een vrijwilliger om boodschappen te doen is op dat moment niet meteen
beschikbaar. De huishoudelijke hulp van de thuiszorg is bereid tijdelijk, tegen betaling door mevrouw,
ook de boodschappen te doen.
Na verloop van tijd gaat het weer slechter met mevrouw Van W. De sociaal maatschappelijke
adviseur brengt deze kwestie in bij de begeleidingscommissie (wordt Omtinkersteam). De
verpleegkundige van de thuiszorg die al bij mevrouw komt, bespreekt de kwestie in haar team.
Mevrouw is weer terug bij af: er is terminale kanker geconstateerd. De thuiszorg verleent extra
thuiszorg voor de nacht en schakelt de vrijwillige palliatieve thuiszorg in.
De sociaal maatschappelijke adviseur heeft voor de dood van mevrouw nog regelmatig contact met
haar waarbij ze vertelt dat ze zich heel erg gesteund heeft gevoeld door alle hulp.
7 OMTINKERIJ IN DE PRAKTIJK
Om inzichtelijk te maken hoe de Omtinkerij in de praktijk werkt, willen wij hieronder graag een casus
uit de dagelijkse praktijk van de pilot Omtinkerij Leeuwarderadeel beschrijven:
Samenvattend:
via de gerichte inzet vanuit de sociaal maatschappelijke adviseur vanuit de professionele netwerken
waarin zij participeert (straks nog versterkt in de Omtinkerij) en vrijwilligers die zij direct kan
bereiken, is het snel en effectief mogelijk een 'mantel' om mevrouw Van W. heen te slaan, die haar
in alle aspecten van haar zo kwetsbare situatie ondersteunt: praktische hulp, vervoer, professionele
zorg en menselijke aandacht in een omgeving waar zij nog niemand kent. Via de 'systeem' inrichting
van het WMO-loket is dit maar ten dele mogelijk en niet op tijd en maat.
Ad palliatief:
de betekenis van het woord palliatief is: verzachtend, bemantelend (niet: genezend). In relatie tot de zorg
betekent het het verzachten en verminderen van lijden, waar genezen niet mogelijk is, en trachten de kwaliteit
van leven zo hoog mogelijk te houden. In het dagelijkse gebruik heeft palliatieve zorg de betekenis gekregen
van aandacht en zorg die op deze manier geboden wordt aan mensen die stervende zijn.
8