3 Het kabinet vraagt gemeenten deze vijf punten mee te nemen in hun herindelingsadvies en provincies om deze punten mee te nemen in hun zienswijze. Provincies kunnen zich in hun zienswijze voorts baseren op een eigen visie op de bestuurlijke inrichting in hun provincie. Verder zal het kabinet toetsen of de ingediende herindelingsadviezen voldoen aan de vereisten van de Wet algemene regels herindeling, zoals de vaststelling van een herindelingsontwerp en -advies en de ter inzage legging. a) Draagvlak: lokaal bestuurlijk, regionaa! en maatschappeiijk Draagvlak voor een herindeling is belangrijk. Hetstreven moet zijn gericht op herindelingen die op een zo groot moaelijk draagvlak kunnen rekenen, Het kabinet juicht voorstelien die op de steun van alle betrokken gemeenten en (een meerderheid van) hun inwoners kunnen rekenen dan ook toe. Maar dit betekent niet dat unanimiteit bij gemeentebesturen (of inwoners) voor het kabinet vereist is om een herindelingsadvies over te nemen. Het kabinet za! de mate van draagvlak volgens dezelfde maatstaven beoordelen als in de vooraaande kaders: lokaal bestuurlijk, maatschappeiijk en regionaal. De gekozen indeling kent bij voorkeurde steun van alle gemeente(rade)n en van de betrokken inwoners (lokaal bestuurlijk en maatschappeiijk draagvlak). Het kabinet wil echter bij herindelingen voorkomen dat door een gemeente feiteiijk een veto kan worden uitgesproken over een herindeling waar andere gemeenten groot beiang bij hebben of die een positieve hijdrage levert aan de regionale bestuurskracht, dan wel de regionale bestuurlijke verhoudingen (regionaal draagvlak). Het kabinet wil bovendien voorkomen dat herindeiingsdiscussies tussen gemeenten jarenlang voortduren zonder reeel zicht op een bevredigende uitkomst of dat urgente herindelingen niet doorgaan omdat een van de andere gemeenten geen steun aan de herindeling geeft. Het kabinet vraagt gemeenten en provincies daarom bij een herindeling de cmliggende of anderszins betrokken gemeenten te vragen een zienswijze in te dienen. Indien gemeenten besiuiten een neaatieve zienswijze van een omliggende gemeente niet over te nemen, vraagt het kabinet om een onderbouwing waarom hiervoor gekozen is. Het draagvlak voor een herindeling wordt door het kabinet daarom vanuit de regionale opgave en verhoudingen bekeken. Het kabinet kijkt dus niet alleen naar het draagvlak bij de direct betrokken gemeenten en hun inwoners, maar ook naar de opvatting van de provincie en de buurgemeenten. Aan de verantwoordeliikheid van het gemeentebestuur om Investeren (n mns nng| draagvlak voor een herindeling wil het kabinet niets veranderen. Om het draagvlak van de inwoners en maatschappeiijke organisaties te kunnen beoordelen, vraagt het kabinet we! aan gemeenten, of wanneer de provincie het initiatlef neemt tot de herindeling, in het herindelingsadvies aandacht te besteden aan het maatschappeiijk draagvlak en de wijze waarop dit is vastgesteid, inclusief de ingediende zienswijzen. Het kabinet vraagt ook aan de betrokken gemeenten in een iogboek bij te houden op welke wijze burgers en maatschappeiijke organisaties betrokken en geraadpieegd zijn in het herindelingsproces. Indien een provincie het herindelingsadvies heeft opgesteid, en dus niet de gemeenten, vraagt het kabinet een nadere onderbouwing waarom bij een gebrek aan unaniem draagvlak bij de betrokken gemeenten toch een herindeling gewenst wordt door de provincie, b) Interne samenhang/dorps- en kernenbeleid Het is van betekenis dat de nieuwe gemeente een interne samenhang kent, die identiteit geeft aan de nieuwe bestuurlijke eenheid zonder het beiang van dorpen en kemen te miskennen. De aard van interne samenhang van de nieuw te vormen gemeente kan verschillende uitingsvormen hebben: cultured, sociaal, economisch, geografisch, enzovoort. Voorkomen moet worden, dat de nieuwe gemeente niet meer is dan een administratieve eenheid waarmee burgers en maatschappeiijke organisaties zich niet of nauwelijks verbonden voelen. Ook mag van de betrokken gemeentebesturen een gemeenschappelijke visie worden gevraagd op welke wijze de nieuw te vormen gemeente burgers, maatschappeiijke organisaties en gemeenschappen za! betrekken bij de vormgeving, en indien gewenst, bij de uitvoering van beieid. Nieuwe werkwijzen kunnen hieraan bijdragen, zoals wijkgericht werken, een actief kernenbeleid, binnengemeentelijke decentralisatie, bestuurscommissies, wijk- en dorpsraden, ambtelijke deconcentratie en/of allerlei nieuwe vormen van burgerparticipatie. De minister van Binnenlands Zaken en Koninkrijksrelaties is

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2013 | | pagina 32