Het college steit de aanvrager voor 1 maart schriftelijk op de hoogte van het ontbreken van gegevens,
als bedoeld in het eerste of tweede lid. De aanvrager wordt tot 15 maart in de gelegenheid gesteld de
ontbrekende gegevens aan te vullen. Indien de vereiste gegevens niet voor 15 maart zijn verstrekt,
neemt het college de aanvraag niet in behandeling.
3. Indien een door het college in behandeling genomen aanvraag betrekking heeftop een voorziening voor
een school, waarvan de beoordeling van de noodzaak mede is gebaseerd op het aantal leerlingen van
de betrokken school op de wettelijke teldatum van 1 oktober van het jaar waarin de datum genoemd in
artikel 6 valt, dan zendt de aanvrager het college onverwijld een afschrift van de jaarlijkse opgave aan
de minister van het aantal leerlingen dat op de wettelijke teldatum staat ingeschreven op de betrokken
school. Indien het college het afschrift niet binnen een week na de wettelijke teldatum heeft ontvangen,
deelt het college dit schriftelijk mee aan de aanvrager. Daarbij wordt de aanvrager in de gelegenheid
gesteld het afschrift alsnog binnen drie dagen na de datum van ontvangst van de mededeling in te die-
nen. Indien het afschrift niet binnen de termijn bedoeld in de vorige volzin is verstrekt, neemt het colle
ge de aanvraag niet in behandeling.
Artikel 8
Opgave ingediende aanvragen
Het college verstrekt aan de bevoegde gezagsorganen een opgave van de ingevolge artikel 6 en artikel 25
ingediende aanvragen en geeft daarbij aan welke aanvraag of aanvragen niet in behandeling worden geno
men.
Paragraaf 2.2 Overleg voorafgaand aan vaststelling programma en overzicht
Artikel 9
Toelichting aanvraag; overleg over ingediende begroting
1. Het college of de aanvrager kan verzoeken de aanvraag nader toe te lichten.
2. Het college treedt in overleg met de aanvrager, indien de aanvraag een voorziening betreft waarop
het gestelde in artikel 4, derde lid, laatste volzin van toepassing is en het college van oordeel is dat
de door de aanvrager overgelegde kostenbegroting dientte worden aangepast. Het college geeft in
het voorstel tot vaststelling van het bedrag, het programma en het overzicht als bedoeld in para
graaf 2.3, onder vermelding van de redenen, aan wanneer er in het overleg geen overeenstemming
is bereikt over
de hoogte van het geraamde bedrag. Het college geeft in dit voorstel tevens de hoogte van het ge-
raamde bedrag aan, waarvan voor de aangevraagde voorziening wordt uitgegaan bij de toepassing
van het gestelde in paragraaf 2.3.
Artikel 10
Overleg programma en overzicht; advies Onderwijsraad
1. Voordat het college het programma en het overzicht vaststelt, worden de bevoegde gezagsorganen in
een overleg in de gelegenheid gesteld hun zienswijze over de voorgenomen inhoud van dat voorstel
naar voren te brengen.
2. Het overleg als bedoeld in het eerste lid vindt plaats voor 1 november. De bevoegde gezagsorganen
worden ten minste twee weken voor de door het college vastgestelde datum schriftelijk in kennis ge-