2 De bestaande dorpshuizen 3 Ontwikkelingen en uitgangspunten In de gemeente Leeuwarderadeel zijn dorpshuizen in vier kernen. Britsum, Aide Leie, Koarnjum en Hijum beschikken alien over een dorpshuis. In alle gevallen is het dorpshuis en de grond waar deze op staat in handen van de beheersstichting. Uitzondering hierop vormt de grond onder de kleedruimtes van de korfbalvereniging in Britsum. De beheersstichting Britsenburgh heeft het recht van opstal op deze grond. De grond is in handen van de gemeente. De dorpshuizen verschillen van elkaar in grootte en gebruik. Zo zijn de dorpshuizen in Britsum en Hijum ook in gebruik als kleedruimte en kantine voor plaatselijke sportverenigingen. In Aide Leie en Koarnjum heeft het dorpshuis deze functie niet. Alle dorpshuizen werken met een grote groep actieve vrijwilligers en het aantal vrijwilligers lijkt stabiel te zijn. De intensiteit van het gebruik van de dorpshuizen fluctueert. Dit heeft te maken met de activiteit van het bestuur, de populariteit van lokale verenigingen en het gebruik door peuterspeelzaalwerk en scholen van de ruimte in de dorpshuizen. Het draagvlak - in termen van het aantal potentiele gebruikers - is vooral in kleine kernen beperkt. Het is moeilijk te voorspellen hoe het gebruik van het dorpshuis zich ontwikkeld. In veel kernen wordt het verenigingsleven steeds minder intensief beleefd en wordt er voor culturele uitstapjes eerder naar een grotere stad gereden. Daarentegen zijn er ook kernen waar door een groep enthousiaste dorpelingen het verenigingsleven actief gehouden wordt. Wei kan, mede door de ontwikkelingen die in het volgende gedeelte beschreven worden, aangenomen worden dat het gebruik en de bezetting van de dorpshuizen in de toekomst niet (veel) zullen toenemen. In 2012 en 2013 zijn of worden de dorpshuizen in Aide Leie en Koarnjum grondig gerenoveerd en aan de geldende wet- en regelgeving aangepast. In Britsum is het dorpshuis grondig verbouwd. Deze drie dorpshuizen hebben hiervoor subsidie verkregen buiten de subsidie die op basis van het beleidsplan voor onderhoud was gereserveerd. 3.1 Demografische en sociaal-culturele ontwikkelingen Door verschillende ontwikkelingen is er steeds meer discussie over de voorzieningen in dorpen1. In de eerste plaats heeft Leeuwarderadeel te maken met krimp. Sinds 2001 is de bevolking van Leeuwarderadeel met ongeveer 2,5% afgenomen2 van 10656 op 1 januari 2001 tot 10377 op 1 januari 2011. Deze ontwikkeling zal zich verder doorzetten zoals de prognose van het CBS in Figuur 1 laat zien. Door toenemende bevolkingskrimp wordt de draagkracht voor sociale en maatschappelijke voorzieningen steeds lager. In de tweede plaats krijgt Leeuwarderadeel te maken met ontgroening en vergrijzing. Ook deze ontwikkelingen hebben invloed op het draagvlak van voorzieningen. Figuur 1 laat deze ontwikkeling zien. Het aandeel kinderen en jongeren (0-20 jaar) en mensen in de werkbare leeftijd (20-65 jaar) neemt af. Tegelijk neemt het aandeel ouderen (65 jaar of ouder) sterk toe. Er zijn verschillende prognoses en de bevolkingsaantallen daarin genoemd verschillen van elkaar. Over het algemeen laten alle prognoses echter dezelfde trends zien. Er is sprake van krimp, ontgroening en vergrijzing. Over het algemeen kan daarom worden aangenomen dat de bevolking in Leeuwarderadeel in de toekomst (licht) zal afnemen. Belangrijker dan de ontwikkeling van de totale bevolking is echter de verandering in bevolkingssamenstelling. Een veranderde bevolkingssamenstelling heeft invloed op de draagkracht voor voorzieningen en de vraag naar voorzieningen zowel in type als in aantal. 1 Zie de rapporten: BBO, Kansen Spreiden, Leeuwarden, 2010 SCP, Thuis op het Platteland, Den Haag, 2006 2 Data CBS. 4

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2013 | | pagina 73