Crisisopvang, Beschermd Wonen, WMO-voorzieningen, Collectief vervoer, Begeleiding individueel, Groepsbegeleiding (dagopvang) en Persoonlijke Verzorging. De gemeente zorgt ervoor dat met deze voorzieningen een basisinfrastructuur in stand wordt gehouden die garandeert dat kwetsbare personen met (acute) problemen - die niet zelfredzaam zijn en niet terug kunnen vallen op een sociaal netwerk - altijd op hulp en ondersteuning mogen rekenen. Naast bovengenoemde voorzieningen is een financieel vangnet voor burgers een belangrijke voorwaarde om de nieuwe aanpak in te vullen. In de nieuwe aanpak staat centraal dat eigen mogelijkheden van burgers worden benut. Dat uitgangspunt zal ertoe leiden dat vaker een beroep zal worden gedaan op een eigen bijdrage. Voorkomen moet worden dat er bewoners zijn die vanwege financiele kwetsbaarheid geen beroep op zorg kunnen doen. Daamaast wordt de kern in de nieuwe aanpak dat maatwerk wordt geleverd. In dat maatwerk kan het passen om een budget beschikbaar te stellen voor noodzakelijke uitgaven. Het huidige minimabeleid bestaat uit de ondersteuning vanuit de bijzondere bijstand en uit een vijftal categoriale regelingen. Hiervan is de regeling 'Meedoen met de Samenleving' veruit het populairst. Voor de toekomstige situatie is een andere regeling nodig. Dit omdat de Participatiewet categorale bijzondere bijstand niet meer toestaat. Dit met uitzondering van de collectieve aanvullende zorgverzekering (o.a. in de vorm van een tegemoetkoming in de kosten van de premie). Het huidige minimabeleid wordt getransformeerd naar een sociaal vangnet. De beschikbare middelen worden in die aanpak niet meer categoriaal ingezet, maar er wordt maatwerk geleverd. Daarbij is het uitgangspunt de individuele situatie van de burger (netwerk, middelen, vaardigheden). Een regeling in de vorm van een financieel sociaal vangnet maakt het voor sociaal werkers mogelijk om precies op maat te ondersteunen. Er zijn minder regels, het budget kan worden ingezet voor de burgers die het echt nodig hebben. In de uitwerking kan worden voorgesteld om in eerste instantie te kijken naar verstrekkingen in natura(b.v. lidmaatschap sportclub) en pas in tweede instantie een geldbedrag ter beschikking te stellen. Beleidskeuze Er wordt een financieel sociaal vangnet ingericht, waarin het huidige minimabeleid en bijzondere bijstand worden opgenomen. In plaats van categorale inzet van de budgetten wordt een regeling uitgewerkt, gericht op het realiseren van maatwerk in financiele ondersteuning voor burgers. 1.6.2. Beleid Persoonsgebonden Budget (PGB) Uitgangspunt van de Wmo 2015 is dat er eerst gekeken wordt naar wat iemand zelf en/of met behulp van zijn/haar eigen omgeving kan oplossen. Zowel in de jeugdzorg als in de Wmo maken burgers nu gebruik van PGB's. Uitgangspunt van de nieuwe Wmo is dat de client een maatwerkvoorziening "in natura" krijgt. De mogelijkheid van het toekennen van een PGB bestaat indien de client dit wenst. De wet verbindt strenge voorwaarden aan het toekennen van een PGB. Dit zijn: De aanvrager dient in staat te zijn om de aan het PGB verbonden taken (o.a. het sluiten van overeenkomsten en het aansturen en aanspreken van de hulpverlener op zijn verplichtingen) op een verantwoorde wijze uit te voeren. Dit kan ook overgenomen worden door iemand uit het sociale netwerk, curator, mentor of gemachtigde; de aanvrager dient te motiveren dat het door de gemeente gecontracteerde aanbod niet passend is in zijn specifieke omstandigheden; naar het oordeel van het college is gewaarborgd dat de diensten, hulpmiddelen, woningaanpassingen en andere maatregelen van goede kwaliteit zijn. Dit dient vooraf getoetst te worden door bijvoorbeeld een persoonlijk budgetplan, op welke wijze de ondersteuning bijdraagt aan zijn participatie en zelfredzaamheid en hoe de kwaliteit is gewaarborgd; een PGB mag de kosten van een maatwerkvoorziening niet overstijgen. PGB en trekkingsrecht. Tot nu toe wordt het toegekende PGB op de rekening van de budgethouder gestort. Het kabinet heeft besloten dat dit anders moet. Per 2015 zijn gemeenten verplicht trekkingsrechten in te voeren. Het budget komt niet meer op de rekening van de budgethouder, maar bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB). De budgethouder stuurt de rekeningen voor het betalen van zorgverleners naar de SVB en die controleert de claim. Het systeem wordt zo gemaakt dat het trekkingsrecht voor budgethouders 7

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2014 | | pagina 34