Bijlage 2 Uitieg Wet verplichte meldcode De Wet verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling (hierna: Wet verplichte meldcode) verplicht organisaties en zelfstandige beroepskrachten om een meldcode vast te stellen en het gebruik daarvan te bevorderen. De wet is in het leven geroepen omdat uit onderzoeken is gebleken dat veel professionals onzeker zijn over de te zetten stappen als zij huiselijk geweld of kindermishandeling signaleren. Door de stappen te zetten beschrijven die professionals in geval van signalen van geweld kunnen zetten, waardoor ze ondersteund in het effectief reageren op signalen van geweld. Een meldcode bestaat uit een 5 stappenplan voor professionals bij signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling. De stappen leiden de professionals door het proces waarin zij tot het besluit komen om al dan niet hulp te organiseren en/of melding te doen bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) of bij het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG). Het AMK en SHG worden per 1-1-2015 samengevoegd. Doel van de meldcode is om professionals te ondersteunen in een tijdige en effectieve aanpak van geweld in huiselijke kring. De 5 stappen zijn: Stap 1: In kaart brengen van signalen. Stap 2: Overleggen met een collega. En het raadplegen van het AMHK of een deskundige op het gebied van letselduiding. Stap 3: Gesprek met de betrokkene(n). Stap 4: Wegen van het huiselijk geweld of de kindermishandeling. En bij twijfel altijd het SHG of AMK raadplegen. Stap 5: Beslissen over zelf hulp organiseren of melden Taken gemeenten: 1. Opstellen van een meldcode voor eigen medewerkers die betrokken zijn bij de uitvoering van de leerplichtwet (1969). Het gemeentebestuur moet een meldcode opstellen die voldoet aan de wettelijke verplichtingen (zie http://wetten.overheid.nl/BWBR0033723/geldigheidsdatum 03-04-2014#Artikel2) De gemeente kan de meldcode ook van toepassing verklaren voor andere medewerkers van de gemeente die niet onder de wettelijke verplichting vallen. Te denken valt dan aan medewerkers met meer dan vluchtige contacten met burgers, zoals de medewerkers van het Wmo loket, of van de dienst Werk en Inkomen. Alleen medewerkers die dezelfde burgers regelmatig ontmoeten zijn in de positie om signalen op te vangen; 2. Het gemeentebestuur is verplicht om de kennis en het gebruik van deze meldcode te bevorderen bij deze medewerkers; 3. Toezichthoudende taak gemeenten: De gemeenten oefenen het toezicht uit op organisaties die actief zijn op het terrein van de maatschappelijke ondersteuning en de kinderopvang. Bij de maatschappelijke ondersteuning gaat het om (wat in de 35

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2014 | | pagina 127