Hoofdstuk 5. Bijdrage in de kosten b. de client niet langer op de maatwerkvoorziening of het pgb is aangewezen; c. de maatwerkvoorziening of het pgb niet meer toereikend is te achten; d. de client niet voldoet aan de aan de maatwerkvoorziening of het pgb verbonden voorwaarden, of e. de client de maatwerkvoorziening of het pgb niet of voor een ander doel gebruikt. 3. Een beslissing tot verlening van een pgb wordt ingetrokken als blijkt dat het pgb binnen zes maanden na uitbetaling niet is aangewend voor de bekostiging van de voorziening waarvoor de verlening heeft plaatsgevonden. 4. Als het dagelijks bestuur een beslissing op grond van het tweede lid, onder a, heeft ingetrokken en de verstrekking van de onjuiste of onvolledige gegevens door de client opzettelijk heeft plaatsgevonden, vordert het dagelijks bestuur van de client en degene die daar- aan opzettelijk zijn medewerking heeft verleend, geheel of gedeeltelijk de geldswaarde terug van de ten onrechte genoten maatwerkvoorziening of het ten onrechte genoten pgb. 5. Ingeval het recht op een in eigendom verstrekte voorziening is ingetrokken, wordt deze voorziening teruggevorderd. 6. Ingeval het recht op een in bruikleen verstrekte voorziening is ingetrokken, wordt deze voorziening teruggevorderd. 7. Het dagelijks bestuur onderzoekt uit het oogpunt van kwaliteit van de geieverde zorg, al dan niet steekproefsgewijs, de bestedingen van pgb's. Artikel 15. Regels voor bijdrage in de kosten van maatwerk-voorzieningen en algemene voorzieningen 1. Een client is een bijdrage in de kosten verschuldigd: a. voor het gebruik van een algemene voorziening, niet zijnde clientondersteuning en, b. voor een maatwerkvoorziening in natura dan wel pgb, zolang hij van de maatwerk-voorziening gebruik maakt of gedurende de periode waarvoor het pgb wordt verstrekt en is afhankelijk van het inkomen en vermogen van de client en zijn echtgenoot. Voor het begrip echtgenoot wordt verwezen naar artikel 1.1.2. van de Wmo 2015. 2. De bijdrage in de kosten overstijgt niet de kostprijs van de voorziening. 3. De kostprijs van een maatwerkvoorziening en pgb wordt bepaald: a. door een aanbesteding; b. na een consultatie in de markt, of c. in overleg met de aanbieder. 4. De hoogte van de eigen bijdrage voor de maatwerkvoorziening wordt berekend overeenkomstig het bepaalde in het landelijk besluit Wmo. De maximale bedragen worden gehan- teerd. 5. Het dagelijks bestuur stelt bij nadere regeling de bijdragen voor verblijf in een opvang en be- schermd wonen vast alsmede de wijze van innen van de bijdrage. 6. In de gevallen, bedoeld in artikel 2.1.4, zevende lid, van de Wmo 2015, worden de bijdragen voor een maatwerkvoorziening of pgb door het CAK vastgesteld en ge'ind. 7. Als een maatwerkvoorziening in natura of een persoonsgebonden budget wordt verstrekt Pagina 10-36 Verordening maatschappelijke ondersteuning Gemeente Leeuwarderadeel 2015

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2014 | | pagina 272