bijvoorbeeld CRvB 21-5-2012, nr. 11/5321 WMO. De CRvB heeft echter herhaaldelijk
(zo ook in de hier genoemde uitspraak) geoordeeld dat de eigen verantwoordelijkheid
binnen de Wmo een grote rol speelt, zodat een grondslag niet expliciet nodig lijkt te zijn.
De in het tweede lid opgenomen gronden zijn specifiek van toepassing op maatwerk-
voorzieningen ter ondersteuning van de zelfredzaamheid en participatie.
Deze weigeringsgrond geldt niet als een kortdurende maatwerkvoorziening leidt tot het te
bereiken resultaat. Hierbij kan het bijvoorbeeld gaan om kortdurende hulp bij het huishouden en kort-
durend verblijf indien de client is aangewezen op permanent toezicht en ondersteuning indien de
mantelzorger overbelast dreigt te worden. Er kan hierbij niet over langdurig
noodzakelijk gesproken worden. De criteria hiervoor worden in nadere regelgeving vastgelegd.
In het derde lid zijn enkeie afwijzingsgronden opgenomen die specifiek zien op een maatwerkvoorzie
ning die onder de Wmo 2007 zouden worden aangeduid met de term 'woon-voorziening', een term
die binnen de Wmo 2015 ook gebruikt kan worden.
In het vierde lid heeft het primaat van collectief vervoer een grondslag gekregen. Wanneer dit in de
gemeente/ een gebied niet aanwezig is, hoeft het artikellid uiteraard niet overgenomen te worden.
Artikel 11. Inhoud beschikking
Uitgangspunt van de wet is dat de client een maatwerkvoorziening in 'natura' krijgt. Indien
gewenst door de client bestaat echter de mogelijkheid van het toekennen van een budget, een pgb.
Tweede lid, onder a, en derde lid, onder a: het beoogde resultaat is bijvoorbeeld 'mobiliteit' en niet
'een scootmobiel'. Zie ook de toelichting op artikel 5, eerste lid, onder b.
Tweede, onder b, en derde lid, onder d: onder 'duur' valt ook de termijn waarop een
voorziening technisch is afgeschreven.
In de beschikking wordt niet de hoogte van de bijdrage in de kosten opgenomen. Dat loopt immers via
het CAK, evenals de mogelijkheid van bezwaar en beroep daartegen. Zie artikel 12 van de Verordening
en artikel 2.14, zesde lid, van de Wmo 2015, waarin is bepaald dat de bijdrage voor een maatwerk
voorziening dan wel een pgb, met uitzondering van die voor
opvang, wordt vastgesteld en voor de gemeente resp. de Dienst gei'nd door het CAK.
Artikel 12. Regels voor pgb
Het dagelijks bestuur kan op grond van artikel 2.3.6 van de wet een pgb verstrekken. Als aan alle wet-
telijke voorwaarden daartoe is voldaan, kan zelfs van een verplichting van het dagelijks bestuur wor
den gesproken. Van belang is dat een pgb alleen wordt verstrekt indien de client dit gemotiveerd
vraagt (zie artikel 2.3.6, tweede lid, onder b). Met behoud van de motivatie-eis wordt geborgd dat
duidelijk is dat het de beslissing van de aanvrager zelf is om een pgb aan te vragen (zie de toelichting
op amendement Voortman c.s., Kamerstukken II 2013/14, 33 841, nr. 103).
Het tweede lid geeft aan dat het in beginsel niet mogelijk is om achteraf kosten te declareren.
Pagina 28-36
Verordening maatschappelijke ondersteuning Gemeente Leeuwarderadeel 2015