Hoofdstuk 7. Waardering mantelzorgers en tegemoetkoming
meerkosten
Artikel 19. Jaarlijkse waardering mantelzorgers
Deze bepaling betreft een uitwerking van de verordeningsplicht in artikel 2.1.6 van de Wmo 2015.
Hierin is opgenomen dat bij verordening wordt bepaald op welke wijze het college zorg draagt voor
een jaarlijkse blijk van waardering voor de mantelzorgers van clienten in de
gemeente.
Artikel 2.1.6 stelt dat het moet gaan om mantelzorgers van clienten in de gemeente. Artikel 1.1.1 van
de wet definieert een client als een persoon die gebruik maakt van een algemene voorziening, maat-
werkvoorziening of pgb, of door of namens wie een melding is gedaan. Het gaat dus ook om mantel
zorgers van clienten die een hulpvraag hebben aangemeld, ook al is daar geen voorziening op basis
van deze wet uitgekomen. Voorts is de woonplaats van de client bepalend, zodat het dus ook mantel
zorgers kan betreffen die in andere gemeenten
wonen.
De bepaling in het derde lid betreft een uitwerking van artikel 2.2.2. van de Wmo 2015. Het college
werkt in nadere regelgeving uit hoe de ondersteuning van mantelzorgers wordt
vormgegeven om mantelzorgers en vrijwilligers zoveel mogelijk in staat te stellen hun taken als man-
telzorger en vrijwilliger uit te voeren.
Artikel 20. Tegemoetkoming meerkosten personen met een beperking of
chronische problemen
Deze bepaling betreft een uitwerking van artikel 2.1.7 van de Wmo 2015. Daarin is
opgenomen dat bij verordening kan worden bepaald dat door het dagelijks bestuur aan
personen met een beperking of chronische psychische of psychosociale problemen die
daarmee verband houdende aannemelijke meerkosten hebben, een tegemoetkoming wordt verstrekt
ter ondersteuning van de zelfredzaamheid en de participatie.
De tegemoetkoming kan op aanvraag worden verstrekt. De beslissing op een dergelijke
aanvraag is een beschikking en meer in het bijzonder een subsidiebeschikking. De bepalingen in de
Awb, onder andere over bezwaar en beroep en subsidies zijn hierop van toepassing.
De tegemoetkoming kan een alternatief zijn voor een maatwerkvoorziening of pgb. Hiervoor is wel
vereist dat de client zelf kiest voor een tegemoetkoming. Hierbij valt bijvoorbeeld te
denken aan een client die een aanvraag doet voor een maatwerkvoorziening of pgb en die tijdens het
onderzoek naar de aanvraag de keuze krijgt om een tegemoetkoming te ontvangen voor de door hem
gewenste voorziening. Deze tegemoetkoming is niet kostendekkend maar geeft de client wel het
voordeel dat hij zelf een bedrag in handen krijgt waarmee hij meer regie heeft bij de inkoop van de
gewenste voorziening. Indien hij het geld niet aanwendt voor dit doel, kan op grond van de subsidieti-
tel van de Awb worden gehandhaafd. Indien hij later
Pagina 33-36
Verordening maatschappelijke ondersteuning Gemeente Leeuwarderadeel 2015