im Leeuwarderadeel
3m GEMEENTE I
E
Nr. 2014/72
De raad van de gemeente Leeuwarderadeel;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 21 oktober 2014;
gelet op artikel 226 van de Gemeentewet;
B E S L U I T:
vast te stellen de:
VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING
VAN EEN HONDENBELASTING 2015
Artikel 1 Belastbaar feit
Onder de naam "hondenbelasting" wordt een directe belasting geheven ter zake van het houden
van een hond binnen de gemeente.
Artikel 2 Belastingplicht
1. Belastingplichtig is de houder van een hond.
2. Als houder wordt aangemerkt degene die onder welke titel dan ook een hond onder zich
heeft, tenzij blijkt dat een ander de houder is.
3. Het houden van een hond door een lid van het huishouden wordt aangemerkt als het
houden van een hond door een door de artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de
Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar te wijzen lid van dat huishouden.
Artikel 3 Vriistellingen
1. In dit artikel wordt verstaan onder hondenasiel: aan een locatie gebonden ruimte of ruimtes
bestemd of gebruikt voor het in bewaring houden van honden die zwervend zijn aangetroffen,
dan wel waarvan door de eigenaar permanent afstand is gedaan, welke locatie als inrichting is
aangemeld overeenkomstig artikel 3.7, eerste lid, van het Besluit houders van dieren.
2. De belasting wordt niet geheven voor honden:
a. die zijn opgeleid tot en dienen als blindengeleidehond en in hoofdzaak als zodanig door
een blind persoon worden gehouden;
b. die zijn opgeleid tot en dienen als gehandicaptenhond en in hoofdzaak als zodanig door
een gehandicapt persoon worden gehouden;
c. die verblijven in een hondenasiel;
d. die uitsluitend ten verkoop of aflevering in voorraad worden gehouden in een inrichting als
bedoeld in artikel 3.7, eerste lid, van het Besluit houders van dieren;
e. die jonger zijn dan drie maanden, voor zover zij tezamen met de moederhond worden
gehouden.
1