Artikel 6 11 Voorstel Artikel 6 Samenstelling 1. De colleges wijzen elk een lid en tenminste een plaatsvervangend lid aan van het algemeen bestuur. De aanwijzing vindt zo spoedig mogelijk plaats. 2. Het lidmaatschap van het algemeen bestuur eindigt van rechtswege, zodra men ophoudt lid te zijn van het college uit wiens midden men is aangewezen. 3. De zittingsduur van de leden van het algemeen bestuur is gelijk aan die van het college dat hen heeft aangewezen. 4. Indien in het algemeen bestuur een vacature ontstaat wijst het betreffende college zo spoedig mogelijk een nieuw lid aan. Huidiee tekst Artikel 6: Samenstelling 1. Het algemeen bestuur bestaat uit: a. een lid, aan te wijzen door en uit elk der raden (de voorzitter inbegrepen) van de gemeenten; b. twee leden, aan te wijzen door en uit provinciale staten van Friesland. 2. De leden van het algemeen bestuur kunnen zich bij afwezigheid laten vervangen. De aanwijzing van de plaatsvervangende leden vindt tegelijkertijd en op overeenkomstige wijze plaats als de aanwijzing van de leden. Artikel 7: Aanwijzing 1. De leden van het algemeen bestuur worden aangewezen voor 4 jaar met dien verstande dat de leden aftreden op de dag waarop de zittingsperiode van het orgaan dat hen heeft aangewezen, afloopt. 2. Provinciale staten en de raden van de gemeenten wijzen bij de aanvang van elke zittings-periode zo spoedig mogelijk nieuwe leden van het algemeen bestuur aan. Aftredende leden kunnen opnieuw als lid worden aangewezen. 3. Indien tussentijds een plaats van een lid vacant komt, geeft de voorzitter daarvan kennis aan de provinciale staten of aan de gemeenteraad die het aangaat. Zo spoedig mogelijk wordt in de vacature voorzien. 4. Het lid dat ter vervulling van een buiten de gewone tijd van aftreden opengevallen plaats tot lid van het algemeen bestuur is aangewezen, treedt af op het tijdstip waarop degene in wiens plaats hij is benoemd, zal moeten aftreden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2016 | | pagina 98