104
GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Zitting van Woensdag den 14 Julij 1869.
leiding met putten voor de brandblussching van het verbindings
punt op het Schoeumakersperk af, op de navolgende voorwaarden:
Art. 1.
Het afgestane gedeelte gracht moet van wege en op kosten
van het Sint Anthonij Gasthuis worden gedempt.
Art. 2.
Het riool, komende uit het kadastrale perceel sectie C, num
mer 1012, eigen aan jhr. J. Burmania van Andringa de Kem-
pcnaer, moet van wege en op kosten van het Sint Anthonij
Gasthuis in den zelfden vorm en van gelijke constructie worden
verlengd tot in het hoofdriool, 't welk door de gemeente zal
worden gelegd van de voorgevels der huizen aan de noordzijde
der Groote Kerkstraat naar de Langepijp.
In het overig afgestane gedeelte gracht moet mede van wege
en op kosten van gemeld Gasthuis een riool worden gelegd van
constructie en tot eene lengte, als noodig is voor de thans daarop
uitloopende water- en privaatlozingen der nevens gelegen pan
den en erven, en verder met afwatering, hetzij naar het hoofd
riool naar de Langepijp, hetzij naar dat op het Perkswaltje.
Art. 3.
Het onderhoud van de bij art. 2 bedoelde, door het Sint
Anthonij Gasthuis te leggen riolen komt ten laste van die in
stelling.
Art. 4.
Van wege en op kosten van het Sint Anthonij Gasthuis moet,
wanneer de in art. 1 bedoelde demping niet tot dezelfde hoogte
geschiedt als die, waarop de a$n de zuidzijde door de gemeente
Leeuwarden gedempte grond wordt gebragt, tusschen en in de
rigting van de voorgevels der huizen aan de noordzijde van de
Groote Kerkstraat, tot op de hoogte van den beganen buiten
grond een muur worden opgetrokken, sterk genoeg om de daar
tegen van wege de gemeente te verrigten demping ter plaatse
van 't dusgenaamd Gasthuispijpje te kunnen verduren en verder
op dien muur een muur of ijzeren hek, minstens eene meter
hoog, worden geplaatst, waarin, des verlangd, een uitgang naar
de publieke straat kan worden gemaakt. Is die hoogte even
wel gelijk dan kan het Gasthuis volstaan met de plaatsing van
den laatstbedoelden muur of ijzeren hek.
't Onderhoud dezer afscheiding komt ten laste van het Sint
Anthonij Gasthuis.
Art. 5.
De helling van het iioofdriool, liggende op het Perkswaltje,
wordt van wege de gemeente Leeuwarden veranderd in dier
voege, dat de afwatering voortaan plaats hebbe in de rigting
van het westen naar het oosten. Als tegemoetkoming in de
kosten dier verandering, betaalt het Sint Anthonij Gasthuis aan
de gemeente eene som van een honderd vijfentwintig gulden.
Art. 6.
Het bestuur der gemeente Leeuwarden heeft het regt van toe-
zigt op de uitvoering der bij artikelen 1, 2 en 4 vermelde
werken.
De uitvoering dezer werken zal binnen een' door Burgemeester
en Wethouders nader te bepalen termijn moeten zijn afgeloopen.
Art. 7.
In de overdragt van de noordelijke strook van het plein voor
het Perkswaltje, welke van wege en op kosten van het Sint
Anthonij Gasthuis van de publieke straat moet worden afge
scheiden door een ijzeren hek, zijn niet begrepen
a. de bestrating, welke zich daarop bevindt
b. de daarop geplaatste pomp met de toestellen voor de
brandbluschmiddelen en de lantaarn met de gaspijpen
c. de walbeschoeijing op het westeinde;
welke het eigendom der gemeente Leeuwarden blijven en on-
middelijk na de verteekening van de acte van overdragt van
harentwege zullen worden weggenomen.
Art. 8.
Op het in art. 7 bedoeld, aan het Sint Anthonij Gasthuis
afgestaan gedeelte plein, mogen geene gebouwen worden opge-
rigt.
Art. 9.
Het Sint Anthouij Gasthuis betaalt aan de gemeente Leeuwar
den, als tegemoetkoming in de kosten, benoodigd voor den aan
leg eener nieuwe waterleiding met brandputten in het aan haar
verblijvend gedeelte van het plein voor het Perkswaltje, eene som
van een duizend gulden, bij de verteekening der op te maken
acte van overdragt in een termiju te voldoen, ten kantore van
den heer ontvanger der gemeente.
Art. 10.
Van wege en op kosten van het Sint Anthonij Gasthuis wordt
aan het einde van de aan die instelling over te dragen water
leiding, bij de aansluiting aan die, welke zich op het Schoen-
raakersperk bevindt, op aanwijzing van heeren Burgemeester en
Wethouders van Leeuwarden, een rooster geplaatst van acht streeps
koperdraad, waarvau de openingen niet wijder mogen zijn dan
vier centimeters vierkant.
Art. 11.
De aan het Sint Anthonij Gasthuis over te dragen en in ar
tikel 10 bedoelde waterleiding mag nimmer dienstbaar worden
gemaakt voor den afvoer van welke stoffen ook, maar moet uit
sluitend worden gebruikt tot aanvoer van water.
Wordt deze voorwaarde niet nagekomen, dan heeft de gemeente
Leeuwarden het regt, zonder voorafgaande sommatie, die water
leiding van de aan haar behoorende af te sluiten.
Art. 12.
Het Sint Anthonij Gasthuis ontvangt het afgestane gedeelte
gracht zoomede den verder over te dragen grond, zoo groot en
klein als het mag wezen en, behoudens het bepaalde in art. 7,
in dien staat en toestand, waarin zich dit bevindt, met alle daar
aan verbonden (ook verborgene) gebrekeu, lusten en lasten, ac
tiën, heerschende en lijdende erfdienstbaarheden, massaliteiten,
bezwaren van onderhoud, regten en verplichtingen en wat van
dien aard meer moge zijn, alles als van ouds, zonder dat die
instelling daaromtrent eeoig verhaal zal kunnen uitoefenen tegen
de gemeente Leeuwarden, welke wel uitdrukkelijk geene andere
vrijwaring belooft dan voor den eigendom, indien het Gasthuis
daarin mogt worden gestoord.
Art. 13.
I)e kosten op de onderwerpelijke overdragt vallende, geene
uitgezonderd, komen ten laste van- en moeten bij de eerste aan
vrage'betaald worden door het St. Anthonij Gasthuis.
3o. Burgemeester en Wethouders worden gemagtigd om met
heeren \oógden van het Old Burger Weesbuis omtrent den af
stand van het regt van opslag, aan dat gesticht toegekend bij
resolutie van den magistraat der stad Leeuwarden dd. Januarij
1715, de vereischte overeenkomst te sluiten, zoo noodig, na deze
vooraf aan de goedkeuring van den Raad te hebben onderworpen.
4o. Burgemeester en Wethouders worden al verder gemagtigd
om aan der. heer mr. B. Hopperus Buma te kennen te geven,
dat de Raad genegen i3 voor de gemeente in eigendom over te
nemen de aan hem, nomine uxoris, toebehoorende huizinge, staande
in de Bagijnestraat te Leeuwarden, ten kadaster bekend in sectie
C, no. 583, met den onmiddelijk daarachter langs de vaart gele
gen grond en opstallen, benevens de brug tegen betaling
a. der waarde te bepalen door drie tauxateurs, door partijen
ieder een en door d.en heer kantonregter te Leeuwarden een derde
te benoemen.
b. van al de kosten op deze eigendomsoverdragt vallende.
5o. Burgemeester en Wethouders worden eindelijk gemagtigd,
na gehouden openbare aanbesteding, zoodra mogelijk te doen over
gaan tot de uitvoering der demping van de gracht, loopende van
GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Zittingen van
Woensdag den 14 en Donderdag den 22 Julij 1S69.
105
de voorgevels der huizen aan de noordzijde van de Groote Kerk
straat af tot aan de Langepijp, overeenkomstig het «laarvan door
den Gemeente-Architect opgemaakt en, bij zijn schrijven van den
29 Junij 1869 no. 150/2, ingezonden bestek, gewijzigd in den
zin, al9 wordt bedoeld bij zijne nadere missive van den 8 Julij
daaraanvolgende no. 161/2.
De Voorzitter sluit hierop de vergadering.
VERSLAG van het verhandelde ter vergadering
van den Gemeenteraad te Leeuwarden, op
Donderdag den 22 Julij 1869.
Aanvankelijk 13, later 14 leden tegenwoordig.
Afweaig de heeren Bloembergen, de With, Asman, Gorter,
Jongsma, de Haan en Attema.
Voorzitter de heer D. Zeper, die de vergadering op het daar
voor bepaalde tijdstip opent en te kennen geeft van de heeren
Asman, Gorter en Bloembergen mededeeling te hebben ontvan
gen, dat zij verhinderd worden deze vergadering bij te wonen.
1. Is gelezen en onveranderd vastgesteld het genotuleerde
van het verhandelde ter buitengewone vergadering van den 14
dezer.
2. Is ter tafel gebragt en gelezen een voorstel van Burge
meester en Wethouders, aangaande de in de vergadering van 8
Mei jl. aan hun collegie gedane opdragt, om van R. K. vau der
Meer c. s., aannemers van 't eerste gedeelte der werken tot uit
breiding van de gemeentelijke gasfabriek, een' volledigen staat
te vragen van vermeerdering en vermindering der bij het betrekkelijk
bestek bepaalde werken en in verband daarmede, den Raad te
dienen van berigt op het desbetrekkelijk door die adressanten
ingediende adres.
Ter visie, om in eene volgende vergadering te worden behandeld.
3. Is ter tafel gebragt en gelezen een adres van het dage-
lijkseh bestuur van de vereeniging voor Volksbijcenkomsten alhier,
dd. 20 Julij jl., houdende verzoek, aan de vereeniging ten behoeve
harer afdceling „Volkszangonderwijs" in gebruik af te staan het lo
caal genaamd de militiczaal, hetwelk een gedeelte uitmaakt van het
gebouw aan de gemeente in eigendom toebehoorende, waarin zich
de hoofdwacht, het bureau van politie en het kantongerogt be
vinden.
In handen van Burgemeester en Wethouders, ten fine van be
rigt en raad.
4. Is ter tafel gebragt eene missive van heeren voogden der
stads armenkaraer alhier, dd. 12 Julij jl. no. 9251a, houdende
toezending van de rekening en verantwoording hunner admini
stratie over 186S, alsmede der rekening van het armhuis, over
gemeld dienstjaar.
In handen eencr commissie, bestaande uit de heeren Suringar,
Gorter en Oosterhoff, ten fine van onderzoek en rapport.
5. Is ter tafel gebragt en gelezen een adres van de schip-
persvereeniging „Schuttevaer," gevestigd te Zwolle, dd. Bolsward,
den 19 Julij jl., daarbij aandringende op eene billijke wijziging
in de tarieven vau tolheffing voor het doorvaren van de Irnsu-
merzijl, onder Priens.
Op voorstel van den Voorzitter wordt zonder hoofdelijke
stemming besloten
lo. dat adres te stellen in handen van de commissie, aan
welke bij 's Raads besluit van 13 Mei 1869 no. 10a, het onder
zoek is opgedragen omtrent de noodzakelijkheid en wenschelijk-
heid eener wijziging van de toltarieven te Irnsumcrzijl, zijnde de
heeren: Attema, Duparc en van Sloterdijck, ten einde daarop,
voor zoo ver noodig, bij dat onderzoek te letten.
2o. Burgemeester en Wethouders uit ie noodigen, aan de
adressanten te kennen te geren, dat bedoeld onderzoek nog niet
is afgeloopen.
6. De Voorzitter deelt der vergadering mede
a. dat heeren voogden van het Sint Anthonij Gasthuis alhier,
bij missive van 19 Julij jl. no. 1442, aan heeren Burgemeester
en Wethouders hebben berigt, dat zij den bij 's Raads besluit
van 14 dezer no. 5/48 sub 2o. litt. a en b bepaalden afstand
van een gedeelte gracht enz., onder de door den Raad bij dat
besluit vastgestelde voorwaarden, aannemen en
b. dat op gemeld besluit, 't welk aan beeren Gedeputeerde
Staten is toegezonden, de goedkeuring wordt ingewacht.
Aangenomen voor notificatie.
7. Wordt mededeeling gedaan, dat, volgens missive van den
Voorzitter der commissie van toezigt op het middelbaar onder
wijs in (leze gemeente, dd. 19 dezer, aan het op den 17 en 19
Julij jl. gehouden overgangsexamen aan de burger-dagschool, door
10 jongelieden der laagste klasse is deelgenomen, waarvan 5 tot
de hoogere klasse zijn bevorderd.
Aangenomen voor notificatie.
8. De Voorzitter deelt mede, dat bij missive van den corres
pondent voor Leeuwarden van de vereeniging tot bescherming
en bevordering van het openbaar volksonderwijs, dd. 17 Julij jl.,
aan hem, ter uitreiking aan de leden van den Gemeenteraad,
zijn toegezonden, 22 exemplaren van het besluit dier vereeniging,—
aan welke uitnoodiging door hem is voldaan.
Aangenomen voor notificatie.
9. De Voorzitter brengt ter tafel een bij Burgemeester en
Wethouders ontvangen present-exemplaar van eene verhandeling
van jhr. J. A. Lijcklama a Nijeholt te Beetsterzwaag, getiteld
Verbetering van Frieslands watertoestand en stelt voor
10. Bedoeld present-exemplaar voor de leden van den Raad
ter inzage te leggen, en
2o. Burgemeester en Wethouders op te dragen den schrijver
's Raads dank te betuigen voor de toezending.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten.
10. Is ter tafel gebragt en gelezen een adres van S. Draisma
van Valkenburg en P. II. van der Meulen alhier, dd. 21 dezer,
houdende verzoek, in kennis te worden gesteld, of de Raad zoude
kunnen besluiten, de opzamcling enz. van meststoffen en straat-
vuilnis, op nader vasttestellen voorwaarden, aan hun op te dragen
en, zoo ja, of men alleenlijk de exploitatie (de inrigting van
stadswege) zoude wenschen te verpachten, dan of men de zaak
algeheel wenseht over te doen.
In handen van Burgemeester en Wethouders, ten line van be
rigt en raad.
11. Wordt in behandeling genomen het in de buitengewone
vergadering van 14 deztp: Ier tafel gebragte voorstel van Burge
meester en Wethouders Aangaande het verleenen eener bijdrage
uit de fondsen dezer gemeente, tot de kosten te vallen op eene
verhooging en verwijding der brug iu den Dockumer trekweg,
welke toegang verleend naar de Jelsumervaart en eene (laarmede
in verband staande verbetering van twee zetten in die vaart.
De heer Plantenga geeft te kennen, dat hij zich niet met het
voorstel kan vereenigen; hij ziet niet in, dat de gemeente Leeu
warden belang heeft bij de verbouwing van de brug die toegang
tot de Jelsumervaart verleent, omdat die werken ia eene andere
gemeente gelegen zijn-.
Hoewel Spr. het aangeroerd», dat door de verbouwing de aan
voer van materialen voor den straatweg naar de Bontekoe gemak
kelijker zal kunnen plaats hebben, moet erkennen, meent hij toch
dat dit gemak niet van dien aard is, om daarvoor 150 uit do
gemeentekas ten koste te leggen.
De Voorzitter wenseht den lieer Plantenga opmerkzaam to