52 Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1871. ter zake van geleverd gas of toestellen verschuldigde regten hebben burgemeester en wethouders het regt de invoerkraan van het gebouw van de in gebreke zijnden verbruiker te doen slui ten en verzegelen enbij weigering van toegang tot het verzegelen of bij voortdurend verzuim de pijp aan de hoofdbuis op de straat te doen wegnemen. Daaraan geschiedt geen her stelling dan nadat alle kosten en verder verschuldigde gelden zijn betaald en voor het vervolg eene borgstelling ten genoegen van burgemeester en wethouders zij gesteldalles onvermin derd de regten welke de gemeente ter zake der wanbetaling zou kunnen of willen doen gelden. Art. 14. De regtenverschuldigd voor aangiften van buitengewonen of voorbijgaanden aard ter beoordeeling van den boekhouder zoo als voor het verbruik van gas in tijdelijke gebouwen of plaat sen voor openbare vermakelijkheden in kermistenten of kramen als anderzins moeten eiken dag worden voldaan. De boekhouder is zelfs bevoegd vooruitbetaling van het ver moedelijk bedrag der daarvoor verschuldigde regten of zekerheid voor de betaling daarvan te voideren. Art. 15. De verbruikte hoeveelheid gas wordt op last van den boek houder aan den gasmeter opgenomen door een daarvoor aan te wijzen beambtedie daarvan aanteekeniug houdt. Art. 16. De gasverbruiker is verpligt demet de opname van den me ter of met het onderzoek van de gemeentetoestellen belaste be ambten zoowel als den directeurindien zij dit verlangen daarbij toe te laten. Art. 17. De aangeslagene die zich door de opname van den meter be zwaard achtkan zijn bezwaar daartegen inbrengen bij den boek houder die daarvan kennis geeft aan den directeur. Deze zorgt, dat eene nieuwe opname van den meter plaats vindt, hetzij door hem zeivenhetzij door een door hem aan te wijzen bediende der fabriek. Art. 18. De gasmeter wordt van wege de gemeente kosteloos in goedvver- kenden staat gehouden en geregeld. De aangeslagenedie zich door de aanwijzingen van den meter bezwaard achtkan, tegen betaling der kosten van vervangingeen anderen meter nemen. Mogt bij onderzoek van de beambten blijken dat de aanwijzin gen van eenen gasmeter niet naauwkeurig zijn, dan is de aange slagene van de kosten van vervanging vrijgestelddoch verpligt een anderen meter aan te nemen. Art. 19. Indien bij de opname van den gasmeter mogt blijken, dat deze. tengevolge van een gebrek of anderzinsbuiten toedoen van den aangeslagene of van zijne huisgenooten of van de personen in zijne dienst of op zijn perceel toegelaten niet of onjnist heeft gewerktwordt de verbruikte hoeveelheid gas begroot gelijk te staan met diebij de laatst voorgaande opname over een gelijk tijdperk aangewezen. Art. 20. Bij iedere verandering van den gasmeter geschiedt de opname van het verbruik. Art. 21. De gasverbruikerdie geen gas meer verlangt te verbruiken is verpligt hiervan aangifte te doen bij den boekhouder, die daarvan ten spoedigste kennis geeft aan den directeur. Deze zorgt, dat de aanvoerbuizen onmiddellijk worden afgesneden en de gasmeter worde weggehaald. De gasverbruiker blijft inmiddels verpligt het regt voor het verbruik van gas te betalenovereenkomstig de laatste aanwij zing van den gasmeter. Art. 22. De gasverbruikerdie een perceel verlaat of het niet langer gebruikt is verpligt hiervan aangifte te doen bij den boekhou der die daarvan dadelijk kennis geeft aan den directeur. Deze zorgt dat de aanvoerbuizen (en spoedigste worden afge sneden en de gasmeter worde weggehaald tenzij de nieuwe be woner of gebruiker van het perceel met het gasverbruik verlangt voort te gaan en daarvan aangifte doet bij aen boekhouderin welk geval de nieuwe bewoner of gebruiker geen regt voor de kosten van aanleg van die gemeentetoestellen verschuldigd is. De gasmeter wordt ten spoedigste opgenomen. Hij, die het perceel verlaat of niet langer gebruiktis ver pligt het regt voor het gebruik van gas te betalenvolgens aan wijzing van den gasmeter bij die opname. Het gasveroruik na die opname komt ten laste van den nieuwen bewoner of ge bruiker. Art. 23. Het beschadigen, afbreken, wegnemen of vernielen van de aanvoerbuis tusschen de hoofd- of straatbuis en den gasmeterzoo ook van den gasmeter zeiven door den aangeslagenezijne huis genooten of de personen in zijne dienst of op zijn perceel toege laten tengevolge waarvan geen gasverbruik kan worden opge nomen wordt als ontduiking van regt beschouwd. Onverminderd de toepassing van de bepalingen der wet van den 29 Junij 1851 (.Staatsblad no. 85) op de invordering der plaat selijke belastingen en de verpligting tot schadevergoeding voor de beschadigde of vernielde toestellen volgens opgave van den directeurwordt bij gebrek van aanwijzingen van den gasmeter in de gevallenbij dit artikel voorzien het verbruik van gas ge schat gelijk te staan met het grootste verbruikdat gedurende denzelfden t ijd sedert de laatste meteropneming door een gasmeter van dezelfde soort in de gemeente is aangewezen en de aange ver dienovereenkomstig voor het regt aangeslagen. Art. 24. De gasverbruikers zijn ontheven van de betaling van regten voor het gebruik van de gemeentetoestellen verschuldigd voor den tijd gedurende welken de fabriek, om welke reden ook, hun geen gas mogt kunnen leveren. De gemeente is, bij eene tijdelijke verhindering in de bezor ging van het gastot geeuerlei schadevergoeding gehouden. Art. 25. De door den boekhouder krachtens art. 1 dezer verordening ingevorderde regten worden door hem ten kantore van den ge meente-ontvanger gestortonder overlegging van een naauwkeu- rigen stortingstaatingerigt overeenkomstig de daarvoor door buVgemeester en wethouders aan hem te geven voorschriften. De regtendieom welke reden ookonbetaald zijn geble ven worden door den gemeente-ontvanger ingevorderd overeen komstig artt. 258 259 en 260 der gemeentewet. Overigens worden artt. 261, 262, 270, 271 en 273 dier zelfde wet hier mede toepasselijk verklaard. Art. 26. Deze verordening treedt in werking te gelijk met het heden vast gesteld besluit tot heffing van regten voor het genot van gas uit de gemeentelijke gasfabriek voor het gebruik der gemeentetoe stellen daarbij benoodigd en voor de kosten van aanleg daarvan. VI. Op voorstel van den Voorzitter wordt besloten tot eene volgende vergadering uit te stellen de behandeling van punt 10 van den oproepingbriefluidende: //Voorstel van het raadslid, den heer A. Duparctot wijziging van art. 16 der verordening voor de burgerschool voor meisjes en art. 27 van die houdende algemeene bepalingen voor de Fransche school voor meisjes. VII. De Voorzitter brengt ter tafel een adres van Steven V1 ietstrahoofdonderwijzer aan de aimenschool no. 2, houdende verzoek om ontslag als zoodanig, met ingang van 1 Julij 1871. Hij geeft in overweging daarop dadelijk te beslissen. Dc vergaderingdaartoe overgaande besluit verder op voor stel des voorzittersbuiten discussiemet algemeene stemmen Aan Steven Vlietstraop zijn daartoe gedaan verzoek eer vol ontslag te verleenen met ingang van 1 Julij 1871als hoofd onderwijzer aan de armenschool no. 2 behoudens aanspraak op pensioen. Hierna wordt de vergadering door den voorzitter besloten. Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1871 Vergadering van Donderdag 27 April 1871. Tegenwoordig 20 leden. Afwezigmet kennisgevingde heer Buma. Voorzitter de heer burgemeester. I. Worden gelezen en goedgekeurd de notulen der vergade ring van 13 April jl. II. Wordt ter tafel gebragt 1. Eene voordragt tot benoeming van een hoofdonderwijzer aan de armenschool no. 1 waarop voorkomen C. Koster, hoofd onderwijzer te IdaardI. Visserhoofdonderwijzer te Ooster- meerJ. v. d. Leesthoofdonderwijzer te SijbrandaburenA. Verdenius, hulponderwijzer te Dragten T. Boersmahulponder wijzer te Arum en W. Kikkers, hoofdonderwijzer te Akkerwoude. 2. Een voorstel van burgemeester en wethouders op 't ver zoek van P. Meeter te Amsterdam om vergunning tot het plaat sen van eene houten loods in de nabijheid van de voor de door hem in de vaart te brengen stoomboot aangewezen ligplaats. 3. Als boven op een tot berigtconsideration en advies door den heer commissaris des konings in handen van den raad ge steld adres van G. van Deldenwed. Reijengahoudende ver zoek om ontheffing van haren aanslag in den hoofdelijken om slag, dienst 1870. 4. Het rapport van de commissie belast geweest met het on derzoek van de rekening der brandweer, over 1870. 5. Als bovenmet dat van de door het bestuur van 't stads ziekenhuis aangevraagde magtiging tot het doen van af- en over schrijvingen op de begrooting dier instelling, dienst 1870. Al deze stukken zijn ter inzage gelegdom in eene volgende zitting te worden afgedaan. 6. Een voorstel van burgemeester en wethouders naar aan leiding van het adres van IJ. van der Wielenter zake het be schikbaar stellen van zijne lokalen voor het houden van beurs. De Voorzitter stelt voor dit voorstel in eene volgende ver gadering te behandelen. De heer Dirks verzoektdat bij de ter visie te leggen stuk ken ook die worden gevoegdbetrekking hebbende op het stich ten eener beurs aan de Oosterkadeopdat de leden der verga dering waarvan er sommige niet aan de behandeling van even- bedoelde zaak hebben deelgenomen in de gelegenheid zijn dit voorstel zaak naar behooren te bestuderen. Nadat de Voorzitter Had verklaarddat aan 't verzoek van den heer Dirks zal worden voldaanwordt besloten het voor stel in de volgende vergadering in behandeling te nemen. 7. Adressen van P. Pama de Kempenaer, directeur van- en J. L. Petersenboekhouder bij de gemeentelijke gasfabriekhou dende verzoekom bij de 1 October a. s. te verstrijken tijd waarvoor zij als zoodanig zijn benoemdop nieuw in iiunne be trekkingen te worden herbenoemd. Gesteld in handen van burgemeester en wethoudersom des wege tc dienen van berigt en raad. 8. Het verslag van den toestand der gemeenteover 1870. Op voorstel van den Voorzitter wordt besloten dit verslag te doen drukken. 9. Het door burgemeester en wethouders opgemaakt verslag wegens het bezoeken van instellingenbedoeld bij litt. t en u van art. 179 der gemeentewet. Ter inzage gedeponeerd. 10. Een schrijven van de hulponderwijzers G. Kuipers en S. de Heer daarbij hun dank betuigende voor de verhooging hun ner jaarwedden. Aangenomen voor notificatie. 11. Eene mededeeling van burgemeester en wethouders, dat Bijvoegsel behoorende bij de Leeuwarder courant. bij hun ontvangen is eene missive van den heer commissaris des konings in deze provinciewaarbij den gemeentebesturen wordt in overweging gegeveD de in de eerstvolgende maanden inval lende jaarmarkten of kermissenmet het oog op de heerschende pokkenepidemieniet tc doen plaats hebben dat zij reeds voor de ontvangst dier missive't daarbij be doelde in overweging genomen en deswege het advies van de vereeniging tot bevordering van de volksgezondheid gevraagd hebben en datwanneer dat advies ontvangen isdoor hun collegie voorstellen ter zake zullen worden gedaan. Aangenomen voor notificatie. 12. Een berigt van burgemeester en wethouders dat is a. aanbesteed 1. de levering van 50 ijzeren lantaarnpalen voor ƒ988 2. het 2e gedeelte der werken ter verbetering van het asch- land voor ƒ10,830 3. het maken van nieuwe en 't veranderen van bestaande pu blieke privaten enz. voor 6368 4. "het maken van eene speelplaats bij de armenbewaarschool voor ƒ1331 b. verkocht de opstal der tot afbraak in de vorige vergade ring aangewezen panden voor 832 en c. verpacht: negen perceelen grasgewas voor te zamen 528. Aangenomen voor notificatie. 13. Een schrijven van burgemeester en wethouders van vol genden inhoud «In antwoord op de ter raadsvergadering van 23 Februarij IJ. door den heer Kooseboom gedane vraag opzigtens de uitgifte van bouwterreinen aan de zuidzijde der gracht tusschen de Wirdumerpoort- en Harlingervaartbruggendeelen burgemeester en wetho iders mededat tot die uitgifte vooralsnog niet kan worden overgegaan met het oog op 's raads besluit van 11 April 1867 waarbij is bepaalddat in de eerste plaat6 het terrein aan de binnen- of noordzijde der gracht in exploitatie zal worden gebragt dat zij ookafgescheiden van dat besluitofschoon meer malen in overweging genomen hebbende of en in hoeverre meerdere terreinen in exploitatie dienen te worden uitgegeven voor het tegenwoordige moeten aarzelen voorstellen en plannen deswege aan te biedenomdat zij voor dit oogenblik althans minder wenschelijk achten dewijl er nog zooveel in finan- tieel opzigt belangrijke werken óf in overweging óf in uitvoering zijn, zooals de vernieuwing van vijf bruggen in den Harlinger trekweg, van de Poppebrug, de Vlietsterbrug, de Boomsbrug de versterking van de Prins Hendrikbrug het maken van een gebouw bij die brug, de verdere voltooijing der werken ten dienste der stads reinigingde vergrooting van de veemarkthet maken van een nieuw schoolgebouw op de Olde-Galileën van eene speelplaats bij de armenbewaarschool en meer dergelijke." Aangenomen voor notificatie. III. De vergadering gaat over a. tot de benoeming van stemopnemers voor de aanstaande verkiezing van leden der provinciale staten. Na gehoudene stemmingen en herstemming worden daartoe bij meerderheid van stemmen aangewezen de heeren mr. J. Minnema de With en mr. H. Wiersrnaterwijl verder op voorstel van den voorzitter bepaald wordtdatbij ontstentenis der benoem den al de leden der vergadering tot hunne plaatsvervangers geroepen kunnen worden. b. tot de behandeling van 1. Rapport der commissie belast geweest met het onderzoek eener aan vrage van den schuttersraad om magtiging tot af- en overschrijving op de begrooting van kosten der dienstdoende schutterijdienst 1870. Buiten discussie wordtovereenkomstig de conclusie van 't rap port de gevraagde magtiging verleend. 1

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1871 | | pagina 1