M
JP
156
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1871.
het rapport spreekt, de dagschool als eene voorbereiding voor de
avondschoolte laten varen. Natuurlijk de gelegenheid om
haar te bezoekenmoet voor de leerlingen der dagschool open
gesteld blijven maar de uitdrukking van het rapport «tot ver
dere bekwamingtenzij men daaronder mag verstaan nabetrach
ting herhaling van 'tgeleerde, acht spr. minder juist en ook
niet in overeenstemming met de woorden der commissie van toe-
zigt op 't middelbaar onderwijs «dat van onderwijs in de eerste
beginselen niet gesproken wordt, omdat dit van zeil' spreekt."
Verder ontmoet spr. in het voorstel van burgemeester en wet
houders het punt omtrent de schoolgelden. Wat dit betreft
wenscht hij noch met het collegie noch geheel met de commissie
mede te gaan. Als hij er op let, dal het schoolgeld voor de
dagschool 8 en voor de avondschool 5 bedraagt en daarbij
in aanmerking neemtdat het eerste voor een voijarigenhet
laatste voor een halljarigen cursus strekt(fan meent hij gerust
te mogen zeggendat tusschen beide geene gevvenschte evenre
digheid bestaatwelke in het stelsel van de commissie van toe-
zigtdie respectivelyk 5 en 3 voordraagt, blijft bestaan. Die
onevenredigheid wenscht hij te doen verdwijnen. Reeds vroeger
is de kwestie van de schoolgelden besproken. Er is reeds een
voorstel geweest om het te verlagendat echter door den loop
der zaak tot nog toe niet is kunnen worden behandeld. Spr.
wil echter voor 't oogenblik niet verder in bijzonderheden treden.
Hij behoudt zich niettemin voor er straks welligt op terug te
komen. Alleen dit nogvoor de avondschool acht hij liet drin
gend noodigdat het schoolgeld óf nog meer verlaagd óf wat
daarmede gelijk gesteld kan worden geheel afgeschaft worde.
Spr. resumeert, dat het rapport van burgemeester en wethou
ders over 't geheel genomen in zijnen geest valt.
De heer Duparc zegtdat er in langen tijd niet een voor
stel van burgemeester en wethouders bij den raad in behande
ling is geweest, dat hij met een zoo onverdeeld genoegen ont
ving als 't onderwerpelijke. De vergadering zal het zich gelie
ven te herinnerendat spr. meer dan eens als zijn verlangen
heeft uitgesprokendat de bepalingen omtrent de toelating op
de burgeravondschool en de leervakken zóó zouden worden ge
steld dat van die inrigting een meer algemeen gebruik zou kun
nen worden verwacht. Aan de bij herhaling door hem in de
laatste jaren uitgedrukte wenschen wordt thans voldaan. Spr.
wil voor 't oogenblik niet in bijzonderheden treden maar slechts
verklarendat hij het voorstel met beide handen aanneemt. Hij
gelooft, dat, wanneer de zaak in uitvoering komtmen dan veel
meer kans heeft eene bloeijende burgeravondschool te verkrijgen.
Een punt echter bevredigt spr. mindernamelijk het schoolgeld
Burgemeester en wethouders refereren zich ten dezen aan de
motivendie zij vroeger tegen eene verlaging aanvoerden. Spr.
wil de vergadering niet vermoeijen met het leveren van eene
reeks van cijfershij wil haar slechts verzoeken inzage te ne
men van het jongste regeringsverslag omtrent het onderwijs,
Dan zal ze kunnen ziendat doorgaande in die gemeenten
waar het onderwijs óf kosteloos óf tegen een minder schoolgeld
dan hier verstrekt wordtook een veel drukker bezoek aan de
burgeravondscholen ten deel valt. Spr. noemt o. a. 's Bosch
waar het onderwijs kosteloos is en het getal leerlingen 103 be
draagt. Spr. wil de discussie afwachten hij hoopt intusschen
dat dezelfde stem die vroeger hier tot verlaging van 't school
geld werd gehoordook nu zal opgaan en dat de raad een voor
stel ontvangezoo niet tot algeheele afschaffingdan toch in
ieder geval tot verlaging op het cijfer, zoo als het door de com
missie van toezigt op 't middelbaar onderwijs wordt aan de hand
gedaan. Als men ziet op de uitkomst van andere gemeenten
dan kan het niet wegblijven of eene verlaging óf afschaffing
van 't schoolgeld zal ook nier tot meer bezoek der burgeravondschool
mede werken. Spr. komt. altijd weder terug op de 100 leerlin
gen die aan de voormalige teekenschool gratis werden onder
wezen. Hij stelt zich voor, dat nu op de burgeravondschool
het teeken-onderwijs hoofdzaak zal wordenook vele personen
uit den standwaartoe bedoelde leerlingen behoordenzich zul
len komen aanmelden. Deze toch worden voor het tegenwoor-
lige ook door hel voor hen altijd nog drukkend schoolgeld af
geschrikt, Hadden we zegt spr. hier niet de vereeniging
Nijverheiddie voor vele leerlingen het schoolgeld betaalt en aan
deze tevens de leermiddelen verstrektook de dagschool zou
veel minder bevolkt zijn dan op het oogenblik het geval is.
De heer RoosebOOlllhoezeer het betreurende«lat- het
voorstel nu eerst in behandeling komtterwijl de cursus aan
de burgeravondschool I October jl. is aangevangenkan zich
niettegenstaande in 'f algemeen met dat voorstel vereenigen. Hij
gelooft echter, dat, waar sprake is van reorganisatie, deze met
het voorstel niet kan worden bereikt, ATroeger beschouwde men
de avondschool als een ervolg op de dagschoolthans wil men
er hoofdzakelijk eene teekenschool van makenen met deze
opvatting verwondert hel spr,dat men er toe is kunnen ko
men zóóvele leervakken in het programma op te nemen. Bij
vroeger vergeleken zijn de vakken met slechts twee verminderd.
Waar men nu 17 uur per week aan het onderwijs zal besteden
waar het teekenen de hoofdzaak zal zijn daar kan spr. zich
niet begrijpenhoe men gelegenheid zal weten te vinden om
al die andere vakken te onderwijzen daar kan hij zich niet
voorstellen dat op eene eenigzins voldoende wijze aan het uit
gebreide programma kan worden voldaan. Spr. heeft zich mits
dien voorgenomen straks bij de behandeling der onderdeden een
voorstel in te dienen om eenige vakken uit het programma te
roijeren.
Verder heeft spr. een dergelijk bezwaar als de vorige spre
kers. Zal werkelijk deze poging reüsserenzal werkelijk de
burgeravondschool voldoende bezocht wordendan is het eene
eerste noodzakelijkheid het schoolgeld geheel af te schaffen.
Burgemeester en wethouders zegt spr.verwijzen ten opzigte
van het schoolgeld naar hunne vroegere rapporten maarmerkt
hij opdeze zijn thans niet geldig meerzij betroffen de bur
geravondschool zooals die toen was ingerigtals eene voortzet-
ting van de dagschool. Spr. heeft zich derhalve voorgenomen
om strakswanneer zich daartoe de gelegenheid aanbiedteen
voorstel in te dienen tot afschaffing van liet schoolgeld.
De heer Attölïia wenscht met een enkel woord de beden
kingen door den heer Rooseboom geopperd te weerspreken. Die
spreker namelijk heeft bezwaar in hel in de verordening opnoe
men der vakkén zooals door de commissie van toezigt op ?t mid
delbaar onderwijs is voorgedragen en door burgemeester en wet
houders van deze is overgenomen. Wanneer men zegt spr.
enkele vakken uit art. 2 ligtdan moet men vreezen dat de
burgeravondschool niet meer blijft wat ze volgens de wet be
hoort te zijn: eene school voor middelbaar onderwijs. Het spreekt
van zelf, dat het onderwijs zich zal bepalen tot de eerste be
ginselen. Dit heeft moeijelijkheden in als men bedenk! dat ook
leerlingen van de dagschool de avondschool kunnen bezoeken.
Men heeft dus te zorgen voor twee categoriën van leerlingen
namelijk voor diewelke vroeger de dagschool hebben bezocht
en voor diewelke regtstreeks van de lagere school komen. In
zonderheid voor de eerstgenoemde categorie is het noodzake
lijk dat de voorgedragen vakken gedoceerd worden.
Nu levert die dubbele bestemming der school natuurlijk moeije
lijkheden opdoch door de praktijk moet men trachten die uit
den weg te ruimen. De commissie N an toezigt heeft daarover
bereids in het breedo met den directeur der inrigting van ge
dachten gewisseldvan wieu zij ten slotte heeft vernomen dat
hij geen bezwaar zietom de lessen zóó in te rigten dat de
school door beide categoriën bezocht kan worden. Men mag
het dus verwachten dat in dezen met overleg en takt zal wor
den te werk gegaan.
In de tweede plaats wil de commissie niet en willen ook bur
gemeester en wethouders niet, dat de burgeravondschool worde
gemaakt tot eene tweede editie van de voormalige teekenschool.
Zij willen haar behouden als eene middelbare schoolen door
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1871
157
middel van het teeken-onderwijs op den voorgrond te plaatsen
willen zeals ware het, de jongelieden dwingen om in te gaan.
't Is bloot aan een volks-idéeaan eene volksdwaling te wijten
dat de avondschool tot nog toe zoo slecht bezocht werd. Aan
dit volks-idée wil men tegemoet komendoor eene wijziging
van 't reglement met welke men 't vooruitzigt heeft eene goede
bevolking te krijgen. Is die daar, dan zal als van zelfs de lust
zich openbarenom behalve het teekeneniets andersiets
meer te leeren zooals b.v. het rekenen en boekhouden waar
van de kennis voor den handwerksman een even groote behoefte
is als het teekenen. Nu worden m de verordening onderschei
dene vakken genoemdwaarin onderwijs zal worden gegeven
maar, is er gevraagd, hoe zal men al die vakken onderwijzen
aan weinig ontwikkelde jongens? Spr. behoeft zeker niet te
zeggendat het hoogst moeijelijk is op die vraag zoo dadelijk
een voldoend antwoord te geven. Het komt hem voordat
wanneer het onderwijs met goeden takt gegeven wordtwan
neer er eene goede leiding bij het onderwijs heerscht en
hiervan mag men zich verzekerd houden de jongelieden van
lieverlede van die vakken datgene kunnen leeren wat hun in
hun volgend leven het meest te stade komt. Dit onderrigt be
hoort en zal op de praktijk van 't leven ingerigt zijn. Boven
dien lette men er wel op, dat de leerlingen, volgens art. 15
der verordening, op hun verzoek van de lessen in sommige vak
ken kunnen worden ontheven. Deze bepaling blijlt voortdurend
ran kracht. Zijn er dus termen dan heeft men de bevoegdheid
om met enkele vakken de hand te ligten. Toch zal van die be
voegdheid spaarzaam gebruik worden gemaakt, met het oog op de
waarschijnlijkheid datbij ruime toepassing dier bevoegdheid de
school langzamerhand zich in eene teekenschool zou oplossen
hetgeen allerminst gewenscht is. Eindelijk zij opgemerkt, dat,
nu de gemeente eenmaal deze kostbare inrigting in het leven
geroepen heeftmen niets liever wildan dat de jongelingen er
zooveel mogelijk genot van kunnen hebben. Alléén daartoe
strekt het onderwerpelijk voorstel. Door de omstandigheden is
het in de pen gegeven. Ieder admissie-examen wordt er door
afgeschaft, Het teekenonderwijs treedt op den voorgrond.
Een en anderhoopt men zal van gunstigen invloed zijn op
het bezoek der school.
De heer Bruinsma gelooft uit de ervaring te mogen zeg
gen dat de voormalige teekenschool bijna geen ander effect
sorteerdedan dat de jongelingen zich gedurende eenige avon
den in een verwarmd en verlicht lokaal kosteloos konden
vertoeven. De teekeningen waren geregeld van een gering gehalte
de werkzaamheden bepaalden zich in hoofdzaak tot het eenvou
dig nateekenen van stukken: daar bleef het bij. In tien laai -
sten lijd gaf men ook onderwijs in de mechanica.
Waarom vraagt spr.wordt de burger avondschool zoo wei
nig bezocht Omdat het onderwijs daar zoo veel te beter is in
gerigt en velen zich daaraan niet willen onderwerpen. Wan
neer men toch de uitkomsten der examina nagaatdan zal men
wezenlijk moeten bekennen dat het admissie-examen niet zoo
zwaar is en men geenszins aan dat examen maar meer aan de
onkunde van de leerlingen de schuld moet geven.
Volgens 't voorstel zal het teeken-onderw ijs de hoofdzaak wor
den. Eerlijk moet spr. het bekennendat hij tot het voor
stel noode heeft medegewerkt. Hij wil het eens een jaar of drie
beproeven hoe het bij deze nieuwe regeling zal gaan. Maar be
treuren moet hij hetdat de zaak zoo geloopen isdat men tot
dezen maatregel moet overgaan.
De heer Rooseboom vervolgt spr.heeft gewezen op het lal
van vakken, dal er zal worden onderwezen. De heer Altema
voerde daartegen aan dat met sommige vakken de hand kon
worden geligt. Spr. echter gelooft, dat, wil men het voorge
dragen sijsteem volgen dan ook alle vakken moeten worden
onderwezen. Hij vreest niettemindat ook deze maatregel
weinig effect zal sorterenomdat do jongens in den regel niet
genoeg onderlegd zijn.
Wat de verlaging van het schoolgeld betreft daartoe kan
spr. niet medewerken. De heer Duparc wees op 's Bosch. Spr.
wil het gaarne gelooven dat de school daar door 103 leerlin
gen bezocht wordtde voormalige teekenschool hier telde
ook ruim 100 leerlingen maar of het effect aan bedoelde school
groot zal wezengelooft spr. te mogen betwijfelen. Spr. kan
trouwens niet zien dat het hoefddoel hier moet zijn de school
te bevolken. Ieder, wie ook, moet zijns inziens voor goed on
derwijs eene opoffering willen doen en waarlijk de opoffering
hier gevraagd is niet te groot. De gemeente mag niet zoo vrij
gevig zijn, dat zij voor hare groote opofferingen niets terug vraagt.
Het schoolgeld is ook niet overdrevenimmers het is te Am
sterdam 's Ilage en Utrecht ƒ12.00, te Groningen, Dordrecht
en hier 8 en in andere groote steden van 4 tot ƒ6.
De heer Bloembergen moet een kort woord aanvoeren
naar aanleiding van 't door den heer van Eijsinga gesprokene
die beweerde reeds vroeger aan de hand te hebben gedaan dat
gene, wat nu wordt voorgesteld dat men nu heeft ingeslagen
den weg, dien hij reeds vroeger heeft aangewezen. Spr. moet
dit doenom het collegie van dagelijksch bestuur te vrijwaren
voor den schijn, als zoude het zijn geweest nalatig om reeds
vroeger datgene te bevorderen, wat in 't belang der ingezetenen
noodig was. Wat is de oorzaak dat het collegie niet vroeger
tot het voorstel is gekomen 't welk thans het onderwerp van
beraadslaging uitmaakt vraagt spr. Niets anders dan dat het
te rade is gegaan met de werkelijke oorzaken die aan het wei
nige bezoek der school ten grondslag liggen, namelijk, dat door
het publiek niet begrepen werd wat deze school is en waartoe
zij diende. Moest men nu vraagt spr. maar voetstoots aan
deze onjuiste voorstelling van het publiek toegeven? maar da
delijk aan dat verkeerde denkbeeld tegemoet komen en afbre
ken wat men gemeend had ten nutte der ingezetenen alzoo te
hebben opgebouwd Spr. gelooft van neen. Ook de commissie
van toezigt en op het voetspoor van dezede raad dacht er
zoo óver en beiden hoopten dat dit verkeerd begrip allengs voor
beter inzigt zou wijken. Het tegendeel is gebleken. Men schijnt
tot eene gewijzigde inrigting te moeten komen maar in plaats
van tot een juichtoon daarover, is spr. meer gestemd tot een
treurtoonjuist omdat nog de school niet begrepen wordtom
dat er nog zooveel gebrek aan kennis en doorzigt schijnt te be
staan dat de meeste jongelieden voor 't onderwijs der burger
avondschool niet vatbaar zijn en onder hen zoo weinig zucht
naar iets hoogers wordt opgemerktdat zij zich alleen met tee
kenonderwijs vergenoegen en minachten datgenewat hun mis
schien nog meer te stade komt. Het collegie heeft begrepen
datnu men dan toch den loop des tijds heeft afgewachter
iets moest geschieden om aan dat minder doorzigt tegemoet te
komen. Het heeft de ervaring gekregen, dat men de jonge lie
den moet lokken zooals het in eene der gewisselde stukken ge
noemd wordt. Van daar dat het meent te moeten medewerken
tot den voorgestelden maatregelwat spr. voor zich persoonlijk
gaarne doet. Hij hoopt intusschendatwaar de commissie van
toezigt op 't middelbaar ouderwijs werkelijk verbeteringen voor
draagt, men zich nu moge terug houden van door hare voor
stellen te wijzigen een verkeerd pad op te gaan. Deed men
dat men loopt dan groot gevaar aan de burgeravondschool
eene rigting te geven dat zij zal ophouden eene instelling voor
middelbaar onderwijs te kunnen heeten.
Wat het leergeld betreft, zal spr. afwachten de gelegen
heid Maarbij dit punt nader zal worden besproken. Al
leen wenscht hij vooraf te zeggen dat een der sprekersdie
beweerdedat op de voormalige teekenschool het onderwijs gra
tis verstrekt werd zich vergist heeft. Dit is bepaald in tegen
spraak met de werkelijkheidwant er waren op bedoelde school
zoowel betalende als nietbetalende leerlingen. Spr. brengt slechts
in herinnering, dat er een tijd is geweest waarin de commissie
over die inrigting te veel aan de verzoeken oin gratis onderwijs
had toegegevenals gevolg waarvan er onder dat soort van
as