4 Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van 14 Januarij 1875. genoodzaakt zouden wezen de geheele school te doorloopen heeft spr. aanleiding gevonden om van zienswijze te veranderen eu zich met de amendementen van burgemeester en wethouders te vereeoigen. Het eerste onderdeel van amendement a wordt hierop aange nomen met 19 tegen 1 stem, die van den heer de With. Onderdeel 2 wordt mede met 19 tegen 1 stemdie van den heer de With, aangenomen. Vervolgens komt in behandeling het amendement, om achter a te doen volgen „b. Te bepalendat als schoolgeld voor onderwijs aan de //schoolsub a 1 bedoeld j 50 per jaar zal worden geheven." De heer Plantenga maakt bezwaar aan dit amendement zijne stem te geven. Hij acht het prematuur reeds nu zonder dat men van de school een schema heefthet schoolgeld te be palen en zou dit liever uitstellen tot tijd eu wijle de inrigting enz. van de school zal zijn vastgesteld. De heer van Sloterdijck zou wel van het dagelijksch be stuur willen vernemenwaarom het alleeu gewaagt van het schoolgeld aan de middelbare school. Volgens de genomen be sluiten zal ook de burgerschool voor meisjes wordeu opgeheven en daarvoor eene school voor meer uitgebreid lager onderwijs in de plaats treden. Het spreekt van zelfsdat daarmede ook de tegenwoordige schoolgeldheffiog vervalt en dat het aan de nieuwe inrigting te heffen schoolgeld zal moeten worden geregeld. Waarom vraagt spr. wordt nu ook nietjgelijktijdig voor deze school dat schoolgeld bepaald De heer Rengers merkt opdat de gemeentelijke school voor middelbaar onderwijs eene geheel nieuwe inrigting is. Daar nu de schoolgeldheffing in den laatsten tijd tot uiteeuloopende zienswijzen aanleiding heeft gegevenmeenden burgemeester en wethouders 's raads bedoeling te moeten vernemenof een schoolgeld "van J 50 ook te hoog wordt geacht. De kosten vau de inrigting zullen voLens den heer Steijn Parvé jaarlijks on geveer ƒ14,400 bedragen daarbij komt voor kosten van veran dering van het gebouw enz. eene uitgave in eens van ongeveer 10,000. Stel nudat de school door 80 leerlingen bezocht wordt, dan zal men bij een schoolgeld van f 50 J 4000 uit de opbrengst der schoolgelden vinden. Er zal in dat geval een be drag van 10 a ƒ11,000 uit andere middelen moeten gevonden worden waartoe in de eerste plaats een rijkssubsidie in aan merking komt. Alvorens echter tot de aanvrage om subsidie over te gaan, zal het bedrag der schoolgelden in beginsel moeten zijn vastgesteld. Ook de tractements-regeling zal min of meer afhankelijk zijn van het bedrag der schoolgeldheffing. In Rot terdam, waar 60 betaald wordt, zijn de tractementen der onder wijzeressen gemiddeld 1500 in Haarlem, waar het schoolgeld 50 bedraagtniet meer dan J 1000. Hier zal men waarschijn lijk op tractementen van gemiddeld 1200 moeten rekenen. Met het oog op een en ander stellen burgemeester en wethouders er prijs op's raads bedoeling tea aanzien van de schoolgelden reeds dadelijk te kennen. De tegenwoordige burgerschool voor meisjes zal na het geno men besluit denkelijk geene zoo belangrijke uitbreiding onder gaan behoudens de verbouwing, die trouwens toch noodig was dat eene ingrijpende herziening der schoolgelden zal worden ver- eischt. In ieder geval zijn burgemeester en wethouders bij ge breke van eene voldoende raming der kosten niet bij magte reeds nu een voorstel betreffende de schoolgelden aan die inrig ting te kunnen aanbieden. Het amendement wordt hierop zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Alleen de heer Plantenga kon er zich niet mede vereenigendoch deze verklaarde geen stemming te verlangen. Het 3e amendement van burgemeester en wethoudersom on derdeel b van de conclusie der commissie te doen luideni,c. Bij het in werking treden der scholen sub a genoemdop te heffen de gemeentescholen no. 1 en 3" wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Onderdeel c der conclusie van het rapport der commissie door de aanneming van de amendementen d geworden wordt mede zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Eindelijk wordt de aldus gewijzigde conclusie in haar geheel aan de stemming onderworpen en met 19 tegen 1 stemdie van den heer de With aangenomen. Dientengevolge is besloten a. Tot het oprigten van 1. eene school voor middelbaar onderwijs voor meisjes met vijfjarigen cursus 2. eene school voor gewoon en meer uitgebreid lager onder wijs voor meisjes, met beginselen van het Franschin aanslui ting met de sub 1 bedoelde school voor middelbaar onderwijs. b. Te bepalendat als schoolgeld voor onderwijs aan de schoolsub a 1 bedoeld50 per jaar zal worden geheven. c. Bij het in werking treden der scholensub a genoemd op te heffen de gemeentescholen nos. 1 en 3. d. Burgemeester en wethouders uit te noodigentot uitvoe ring dezer besluiten de noodige voorstellen den raad aan te bie den en tevens de hooge regering te verzoeken eene jaarlijksche subsidie te verleenen wegens de stichting der middelbare school voor meisjessub a l bedoeld. Niets verder aan de orde zijnde en geen der leden meer het woord verlangende, zegt de Voorzitter, dat hij de vergade ring niet kan sluiten zonder de gemeente Leeuwarden geluk te wenschendat in de eerste vergadering des jaars een besluit is genomenwaarvan hij heilrijke vruchten tegemoet ziet. Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan 28 Januarij 1875. Vergadering van Donderdag 28 Januarij 1875. Tegenwoordig 17 leden: afwezig de heeren Rengers en Dirks met- en de heeren Wiersma en Hommes zonder kennisgeving. Voorzitter de heer burgemeester. I. De notulen der vorige vergadering worden gelezen en goed gekeurd. II. Wordt ter tafel gebragï 1. Het rapport van het "onderzoek van het voorstel van bur gemeester en wethouders tot nadere wijziging van de gemeente- begrooting, voor de dienst 1874. 2. Idem van het verzoek van den schuttersraad, om magti- 1874 t0t Rf Cn over8ch"jvin& °P de schutterij begrooting, dienst 3. Een voorstel van burgemeester en wethouders op het ver zoek van de firma A. Menalda Sc Zonen om eene plek gronds aan haar in eigendom over te dragen. 4. Idem tot onderhandsche aanbesteding van de levering van cementsteen-riolen enz. Voormelde stukken zijn ter inzage gelegdom in eene vol gende vergadering te worden behandeld. 5. Een schrijven van burgemeester en wethoudersten geleide van een ontwerp-verordening op het meten en wegen vau gra nen en zaden. Op voorstel van den Voorzitter wordt besloten deze stuk ken te verzenden naar de afdeelingen onder bepaling, dat het onderzoek binnen drie weken zal moeten zijn afgeloopen. 6. Een nader voorstel van burgemeester en wethouders in zake de vernieuwing van de Wirdumerpoortbrug. De Voorzitter stelt voor, dit voorstel in eene volgende ver gadering te behandelen. De heer van Valkenburg z*gt, dat de zaak zoodanige uit breiding heeft gekregen dat een nieuw sectie-onderzoek zeer gewenscht zoude ^jn. Hij neemt daarom de vrijheid voor te stel len de stukken naar de sectiën te verzenden. Wel weet hij dat de zaak haast heeft, doch hij vertrouwt, dat ze in de stc- tiën wel met betrekkelijken spoed kan worden afgedaan. De heer Attema ondersteunt het voorstel van den heer van Valkenburg. Daar de zaak hoe langer zoo meer een ander aan zien krijgt, acht hij niet alleen een sectie-onderzoek noodig, maar zou hij zelfs gaarne ziendat aan de sectiën gelegenheid werd gegevenden directeur der gemeentewerken te hooren. De Voorzitter is volstrekt niet tegen een sectie-onderzoek, ofschoon de zaak wel spoed eischt en het thans voor het houden der aanbesteding de beste tijd is. Van den anderen kant is ze echter van te groot belangom niet goed te worden onderzocht. Burgemeester en wethouders waren anders van oordeeldat vermits de zaak al van zooveel zijden is bezien en het nu door hen aangt boden plan eigenlijk geen nieuw plan is een nieuw sec tie-onderzoek niet noodzakelijk was. De heer Suringar sluit zich bij het gevoelen van burgemees ter en wethouders aan. Hij verwachtdat de behandeling in de sectiën tot nog meer omslag zal leiden. Het voorstel van den heer van Valkenburg wordt hierop aan genomen met 12 tegen 3 stemmen, die van de heeren Oosterhoff, de With en Suringar. (De heeren Jongsma en Telting waren bij deze stemming nog niet ter vergadering tegenwoordig). De Voorzitter zegt, dat het hem bijzonder aangenaam zal zijn zoo deze zaak met den meesten spoed behandeld en daar aan boven andere bij de sectiën aanhangige onderwerpen den voorrang gegeven wordtopdat nogzoo mogelijkin de vol gende vergadering het verslag van het onderzoek kunne worden uitgebragt. Bijvoegsel, behoorende bij de Leeuwarder Courant. 5 De heer Duparc vraagt, of het ook in de bedoeling ligt het voorstel te doen drukken? Hij acht dit wenschelijk, omdat het hier eene zaak geldt, waaiin ook het publiek nog al belang stelt. De Voorzitter antwoordt, dat hij tegen het drukken van het voorstel niet het minste bezwaar heeft. 7. Ecce resolutie van gedeputeerde staten ten geleide van een afschrift van het koninklijk besluit, waarbij is goedgekeurd '8 raadsbesluit tot verhooging der schoolgelden aan de gemeente scholen nos 2 en 4. Naar aanleiding van deze resolutie brengt de Voorzitter ter tafel een voorstel van burgemeester en wethouders om de nieuwe heffing 1 April e. k. te doen ingaan. Wordt beslotendit voorstel in eene volgende vergadering in behandeling te nemen. 8. Een adres van den hulponderwijzer A. Baarsma, houdende verzoek om eene gratificatie. 9. Idem van de handlangers aan de bank van leening, E. Son- noga en H. Ylietstra, om verhooging hunner bezoldiging. De sub 8 cn 9 vermelde adressen zijn om berigt en ra"d in handen van burgemeester en wethouders gesteld. 10. Eene resolutie van gedeputeerde statenhoudende goed keuring van 's raads besluit tot onderhandsche verhuring van het huis letter Hno. 121 aan W. A, Janssen. Aangenomen voor notificatie. 11. Het procesverbaal van verificatie der gemeentekas. Ter inzage gedeponeerd. III. De heer Attema brengt ter tafel het rapport van de commissie, aan welke is opgedragen te adviseren omtrent: a. het verzoek van I. vaa Asperen, om te worden vrijgesteld van de betaling eener grondpaclitea h. de bevoegdheid van de eige naars van de molens of huizen op de Vrouwenpoort- en Olde- hoofsterdwingers, om op die dwingers roesthoopeu kramen of andere losse getimmerten te plaatsen en aldaar bedrijven als paarde-slagerijen uit te.oefenen. De Voorzitter zou, indien daartegen bij de commissie geen bezwaar bestaatin overweging willen geven dit rapport te doen drukken. De heer Attema zegt, dat de commissie het liefst zoude zien dat het rapport enkel voor de leden van den raad werd gedrukt. In zooverre het beschouwingen omtrent het regt van van Asperen behelstheeft het een geheel particulier karakter. En ofschoon de andere punten het plaatsen van getimmerten euz. van meer algemeenen aard zijn acht de commissie het toch het verkieslijkst het rapport enkel voor de leden te doen drukken, gelijk vroeger ook wel in andere zaken o. a. in be trekking tot de Irnsumerzijl heeft plaats gehad. De Voorzitter, zich met het gevoelen van de commissie vereenigendestelt voor het rapport te doen drukken voor de leden van den raad en in ecce volgende vergadering in behan deling te nemen. Dit voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. IV. Wordt overgegaan tot de behaudeling van de op den op- roepingbrief vermelde punten 1. Rapport van het onderzoek der supphtoire begrooting van het stads ziekenhuisvoor de dienst 1874. Overeenkomstig de conclusie van het rapport wordt besloten a. Goed te le uren de suppletoire begrooting der inkomsten en uitgaven van het stads ziekenhuis, zooals die door de commissie van bestuur is ingediend tot een bedrag beide in ontvang en uit gaaf van f 8953.50. b. De te verleenen subsidie ten behoeve van het stads zieken-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1875 | | pagina 1