i
r
I
15
54
erslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan den 24 Mei 1876.
er overigens leeraars voor piano en zang genoeg zijn om in de
behoefte te voorzien.
De piano blijft weder op den voorgrondterwijl instrumentaal
onderwijs weder achter blijft. Verleent men dadelijk subsidie
aan een vreemde dan gaat men daardoor vele bekwame onder
wijzers voorbij en dat komt spreker niet billijk voor.
De gemeente zal het regt verkrijgen om aan tien leerlingen
gratis onderwijs te doen gevendoch dan vraag ikzegt spr.
is dit niet eene reden om de school in beginsel te vernietigen
Er zijn nu eenmaal standen in de maatschappij en nu zal
men er leerlingen brengen uit eene geheel andere klasse van
burgers dan waarvoor de school in het leven wordt geroepen
en daardoor komt het hem voor dat de kans van welslagen al
zeer klein is.
De commissie stelt zich voor dat er ook onderwijs zal worden
gegeven op andere instrumenten en er zoodoende eene pópinière
zal gevormd worden voor de harmonie, doch daarmede hebben
wij niets te maken zegt spreker.
Het zou van belang kunnen zijn voor het stedelijk muziek
korps, doch de vroegere inrigtingen waar ook verscheidene
leerlingen, meest van de straat, onderwijs ontvingen, hebben
weinig goede resultaten opgeleverd.
Wij hebben hier verschillende zangscholen zoo als van den
heer Kosterde volks zangschool enz. en verscheidene goede
onderwijzers zoodat hij de behoefte volstrekt niet inziet en zich
dus tegen het verleenen van subsidie zal verklaren.
De heer Duparc verklaartgeheel in tegenstelling met de
beide vorige sprekershet voorstel met bijzonder veel genoegen
te hebben begroet. De eerste spreker deed het voorkomen
alsof het de heer Hageman wasdie de subsidie vroeg. Dit is
onjuist geoordeeld. De raad staat hier voor het verzoek eener
commissiedie zich gunstige uitkomsten voorstelt van de op te
rigten muziekschool. Moge het nu al waar zijndat vroegere
dergelijke inrigtingen alhier niet altijd de gewenschte vruchten
hebben opgeleverddit magvolgens spr.geen reden zijn, om,
waar men op nieuw eene proef wil nemen onder het patrocinium
van een viertal allezins deskundige mannen die zich moeite en
tijd willen getroosten, de ondersteuning der zaak te weigeren.
De heer Kuipers vreest van den oenen kant, dat hier een
privilegie zou worden toegekendvan den anderen kantdat
indien later een ander met soortgelijk verzoek kwamdit mede
niet zou kunnen worden geweigerd. Daargelatendat van een
privilegie geen sprake kan zijn zoolang aan een ander nog niet
hetzelfde is geweigerd, ducht spr. niet, dat zoo spoedig eene
tweede aanvrage van dezen aard zal komen. Mogt dit echter
het geval wordendan zal spr. op nieuw gaarne al weder mede
werken tot het verleenen van subsidie, indien het onderzoek
heeft aangetoonddat de zaak ze verdient.
Over de opvatting van het woord kunst kan verschil bestaan.
Spr. is echter innig overtuigd, dat, door haar, in wolkenvorm
ookte bevordereneen weldadige invloed op het algemeen
wordt uitgeoefend. Hem dunktdat hierin al een groot nut is
gelegen. Hoe daarom nog naar het nuttige der instelling kan
worden gevraagdis voor spr. eene vraag.
Onbegrijpelijk is het voor spr., hoe men er een bezwaar in
kan zien, dat ook de behoeftigen op de muziekschool zullen
worden onderwezen. De bepaling der lesuren voor dezen en
de betalende leerlingen is gdieel eene zaak van uitvoering, die
de commissie wel behoorlijk zal weten te regelen. Voor het
overige is juist de voorwaardedat van wege de gemeente tien
leerlingen kosteloos onderwijs zullen ontvangenvoor spr. eene
reden te meer, om de voordragt aan te nemen. Al werd die
voorwaarde echter niet gestelddan zou hij evenzeer vóór de
subsidie stemmen. Ook de vroeger bestaan hebbende muziek
school werd zonder dat, geldelijk door de gemeente gesteund.
De heer van Sloterdijck. De omstandigheid dat de
heer Bruinsma het woord heeft gevoerd tegen het voorstel van
burgemeester en wethouders legt hem de verpligting op te ver
klaren dat de heer Bruinsma in gevoelen van de andere vier
leden der muziekcommissie verschilt. De andere leden waren
vóór het gunstig advies op het voorstel van burgemeester en
wethouders omdat ze met vreugde het plan begroettendat niet
alleen voor het stedelijk muziekkorps, doch bij welslagen ook
voor de gemeente overvloedige vruchten zal kunnen afwerpen.
Die vruchten nu zijn niet op geld waardeerbaar, doch spre
ker gelooft, dat het begunstigen van de kunst onbetwist als
nuttig en weldadig voor de gemeente moet worden aangemerkt.
Men zal der gemeente Leeuwarden waarlijk geen verwijt ma
ken dat zij te Deel voor de kunst doet
Er is gesproken over het verschil in standen onder do leer
lingen van de muziekschool, doch dit is geheel de zaak van
het hoofd der inrigtingen mag ons bij het nemen .van een be
sluit niet leiden.
Den heer Bruinsma kan hij echter de geruststellende ver
klaring geven dat door vele ingezetenen reeds een ruim ge
bruik gemaakt is van de gelegenheid om aan minvermogende
personen onderwijs te doen gevenen dat alzoo het gevreesde
verschil niet eerst of alleen door de aanneming van dit voor
stel zal ontstaan.
Dat er geene behoefte aan de oprigting eener muziekschool
zoude bestaan doet voor den raad niets ter zakemislukt uit
dien hoofde de school, dan houdt de subsidie natuurlijk op.
De heer Dirks wil alleen in herinnering brengen dat men
drie jaar geleden ook dezerzijds een bewijs heeft gegeven van
ingenomenheid met de bevordering van de beoefening der toon
kunst. In den raad toch is toen op voorstel van rapporteurs
over de jaarlijkscho begrooting eene verhooging van de subsidie
aan het stedelijk muziekkorps met f 1000 toegestaan. Dit werd
toen gedaan vooral met het oog daarop dat men dan misschien
een directeur konde krijgen, in staat dat muziekkorps te rele-
veeren, maar ook tot bevordering van de beoefening der toon
kunst in deze gemeente moest het strekken. Toen heeft men
echter die geldenindien ik mij niet bedriegverdeeld in plaats
van ze voor één persoon te gebruiken.
Doch hoe liet ook zijindien dit niet geschied isde raad
hoeft toen blijk gegeven van ingenomenheid met de muziek en
vermits spreker toen een der voorstellers was juicht hij dit voor
stel om subsidie aan de muziekschool te geven ook zeer toe.
Er bestaat toch in deze gemeente meer lust en geschiktheid on
der het jonge geslacht voor de toonkunst als velen weten.
Verleden week ben ik nog getuige geweest, zegt spr., van
een examen op de volkszangschool van het departement Leeu
warden der Maatschappij tot Nut van 't Algemeendat, volgens
het oordeel der commissie van onderzoekzeer gunstig uitviel.
Het komt mij voor dat ook aldaar in die volkszangschool ele
menten zijn voor de nieuwe muziekschool, en vermits er in
deze school ook wel onderwijs op andere instrumenten dan de
piano en in den zang zal worden gegevenbegroet ik het voor
stel met ingenomenheid en zal er gaarne mijne stem aan geven.
De heer van Sloterdijck acht zich verpligt eene kleine
toelichting te geven naar aanleiding van het door den heer
Dirks gesprokene. Deze heeft gesproken van do aanzienlijke
verhooging der subsidie aan het stedelijk muziekkorps, waaruit
weinig resultaten zouden zijn voortgekomenhet is waarop
voorstel van de leden der raadscommissie over dat korps is voor
een paar jaren f 1000 meer aan subsidie op de gemeente-begroo
ting gebragt. Die commissie hoopte door het van elders hier
heen trekken van bekwame musici het korps te verbeteren
doch nooit is er sprake van geweest om naar een ander hoofd
van het stedelijk muziekkorps rond te zien.
Die pogingen zijn echterniettegenstaande de oproepingen in
de couranten mislukt, en dien tengevolge is niet die verhooging
onder de leden van dat muziekkorps verdeeld, maar is door de
commissie daarover niet beschikt.
-
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan den 24 Mei 1876.
Alinea a van het voorstel wordt daarop zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
Voor de stemming over alinea b drukt de heer Duparc den
wensch uit om nog aan het voorstel toe te voegen dat door de
commissie jaarlijks verslag zal worden uitgebragt. De gemeente,
zegt hijdient te weten hoe de stand der zaak iswaarvoor
zij subsidie verleent.
De Voorzitter merkt op dat deze toevoeging beter zoude
passen in de door burgemeester en wethouders vast te stellen
bepalingen.
Dc heer Duparc vereenigt zich hiermede.
Alinea b hierop in stemming gebragt wordt aangenomen met
12 stemmen tegen 3, die van de heeren Bruinsma, Plantenga
en Kuipers, en daarna het geheele voorstel zonder hoofdelijke
stemming goedgekeurd.
c. Dc Voorzitter het noodig oordeelende eone zitting met
gesloten deuren tc houden heft de openbare zitting tijdelijk op.
Na de heropening der vergadering niets meer te behandelen
of voorges,teld zijnde wordt die door de voorzitter gesloten.
Vergadering van Zaturdag den 27 Mei 1876.
Tegenwoordig 20 ledenafwezig met kennisgeving de heer
de la Faille.
Voorzitter de heer burgemeester.
I. Dc notulen van het verhandelde in de vorige zitting wor
den gelezen en goedgekeurd.
II. Wordt overgegaan tot de behandeling van de op den
oproepingsbrief vermelde punten.
1. Voorstel van burgemeester en wethouders ten geleide van
ontwerpen voor de beide te stichten schoolgebouwen op het terrein
van het Old Burger Weeshuis.
Nadat op voorstel van den heer Duparc besloten was den
termijn voor het onderhoud te bepalen op zes maanden na den
dag der aflevering is de conclusie van het voorstel zonder hoof
delijke stemming aangenomen en alzoo besloten: „Onder goed-
„keuring van het daartoe betrekkelijk gewijzigd bestek, tevens
„goed te keuren de door den directeur der gemeentewerken bij
„missive van 10 Mei 1876, no. 140/1 ingezonden gewijzigde ont-
werpen voor den bouw van twee schoolgebouwente stichten
„op het terrein van het Old Burger Weeshuis."
2. Voorstel van burgemeester en wethouders op een adres van
dr. M. J. Baart de la Faille en S. E. Oudschans-Dentzom
verlenging van den termijn bepaald voor de finale overdraagt van
het bouwterrein I.
De conclusie van het voorstelluidende„Den termijn bij
„raadsbesluit van 14 October 1875, no. 15, gesteld voor de
„perfectie der koopacte van het bouwterrein I op den 1 Junij
„1876 met zes maanden te verlengen en alzoo te bepalen op
„den 1 December 1876"wordt zonder discussie en hoofdelijke
stemming aangenomen.
Dc voorzitter het noodig oordeexende eene zitting met geslo
ten deuren te houden heft de openbare tijdelijk op.
Na heropening der vergadering niets meer te behandelen of
voorgesteld zijnde sluit dc voorzitter de vergadering.
0
E