Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van 118 verblijven der publieke vrouwen ten allen tijde, ook ondanks de bewonersbinnen te treden. HOOFDSTUK III. Strafbepalingen. Art. 33. De overtredingen van de bepalingen dezer verorde ning worden gestraft als volgt met eene geldboete van f 10— tot f 25 en gevangenis van 1 tot 3 dagente zamen of afzonderlijkde overtredingen van artt. 3 en 7met eene geldboete van f 3.tot /"10.en ge vangenis van 1 tot 3 dagente zamen of afzonderlijkde over tredingen van artt. 6, 8, 9, 10, 11, 12 alinea 1 en 213, 15, 16. 18. 19, 22, 24, 26 le alinea en 28. den 19 October 1876. Onwil of verzet tegen de maatregelen, ter handhaving van de bepalingen dezer verordening gelast of genomenwordt ge straft met ccno geldboete van f 10.— tot f 25.en gevangen» van 1 tot 3 dagen, te zamen of afzonderlijk behoudens zwaar dere straffen, die daartegen door de wet mogten zijn bedreigd. HOOFDSTUK IV. Slotbepaling. De inwerkingtreding dezer verordening heeft plaats op een na der door den raad te bepalen tijdstip. De finale vaststelling dezer verordening wordt aangehouden tot de volgende vergadering. Hierna wordt de vergadering door den Voorzitter gesloten. Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 26 October 1876. 119 Vergadering op Donderdag den 26 October 1876. Tegenwoordig 17 leden; afwezig de hoeren de With, van Eijsinga, Hommes en Dirks, allen met kennisgeving. Voorzitter de heer burgemeester. J. De notulen van het verhandelde in de vorige zittingwor- den gelezen en goedgekeurd. II. a. De heer Buma brengt rapport uit over de begrootin^ voor het stads ziekenhuisdienst 1877 A de heer Attema brengt rapport uit over de voorgestelde wijziging der gemeente-begrootingdienst 1876. Deze beide rapporten worden ter inzage van de leden gelegd om te worden behandeld in eene volgende vergadering. III. Wordt ter ta fel gebragt a. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot onder- handsche verhuring der woning boven de gemeenteschool no. 8. b. Een voorstel naar aanleiding van het verzoek der hoofd onderwijzeres aan de 2de bewaarschool om verhooging harer jaarwedde. c. Eene voordragt met begeleidend schrijven van burgemees ter en wethouders tot benoeming van een hulponderwijzer. d. Eene aanbeveling van de commissie van administratie en van burgemeester en wethouders voor de benoeming van een lid der commissie van administratie over de stads bank van leening. e. Aanbevelingen voor de benoeming van een voogd en voogdes van het nieuwe stads weeshuis. Deze stukken worden ter inzage van de leden gelegd om te worden behandeld in eene volgende vergadering. f. De begrooting van de administratiekosten van de stads bank van leening, dienst 1877. Deze wordt ten fine van rapport gesteld in handen van de heeren van Sloterdijck Plantenga en Hommes. g. Een adres van de Wed. J. Voorst, om op nieuw met eene gratificatie te worden begiftigd. Dit adres wordt in handen van burgemeester en wethouders gesteld om berigt en raad. h. Een adres van mevr. de weduwe jhr. G. van Haeften geb. Rietberg, om gedeeltelijke ontheffing van den aanslag in de belasting op het inkomenten name van haar overleden echt genoot. Gesteld in handen van burgemeester en wethouders ten fine van beschikking. IV. Wordt medegedeeld en voor kennisgeving aangenomen: 1. Dat ged. staten hebben goedgekeurd de raadsbesluiten van 12 October j.l.betreffende a. de oprigting van een tweede beurtveer tusschen Stiens en Leeuwarden b. den afstand van een stiookje gemeentegrond aan den heer mr. E. Cats. 2. Dat door burgemeester en wethouders is verpacht de op brengst der belasting voor het gebruik van de waterenkaden en wallen over 1877, 1878 en 1879 voor de som van f 4297 aan Iieere van der Werff te Leeuwarden. 3. Dat provisioneel door burgemeester en wethouders zijn toegewezen het perceel bouwterrein no. 59 aan P. P. F. Bek- keren no. 96, aan F. Hilarius Wzn. 4. Dat tot rapporteurs over de gemeente-begrootingdienst 1877door de sectiën zijn benoemd de heeren BumaDuparc en Kjjmmell. Wordt overgegaan tot de behandeling van de op den op roepingsbrief vermelde punten 1. Voorstel van burgemeester en wetlioiMers betreffende de uit loting van obligation van ten laste der gemeente aangegane geld- leeningen. De Voorzitter deelt mede, dat burgemeester en wethouders na beraad het wenschelijk geoordeeld hebben eene kleine wijzi ging in het oorspronkelijke voorstel aan te brengen. Bijvoegsel, beiioorende bij de Leeuwarder Courant. 4 aaudeelen der n het vorig jaar Deze wijziging speeteert de aflossing van leening van* 1853rentende 4°/0, waarvan slechts twee aandeelcu /.iju afgelost. Deze leening is zonder verpligten termijn van aflossing aan gegaan en daarom kwam het beter voor in het finautieel belang der gemeente nu twee aandeden in de geldleening van 1853 drie van die van 1856 en drie van die van 1863 uit te loten. Het cijfer van het gcheele bedrag der aflossing ondergaat hierdoor geene verandering. Het aldus gewijzigde voorstel wordt daarop zonder discussie en hoofdelijke stemming aangenomen en overgegaan tot de uit loting. De uitslag is, dat ter aflossing worden aangewezen van de: leening, aangegaan in 1853, de aandeden nos. 112 en 109. 1856, 1859, 1862, 1863, 1864, 1865, 1868, 1869, 33, 105 en 89. 20, 68 en 18. 58 en 35. 54, 64 en 45. 18. 53. 26. 20, ten behoeve der verbeteringen van het aschland de nos. 13 cn 6. voor de gemeentelijke gasfabriekgroot ƒ154,000.nos. 16, 153, 59 en 11. van die \oor dezelfde inrigting groot f 96,000, nos. 1, 7 en 73. 2. Een voorstel van burgemeester en wethouders ter zake de opheffing van tollen op den kunstweg van Leeuwarden naar Hyum. De conclusie van het voorstel luidt om te besluiten aan bur gemeester en wethouders vau Leeuwarderadeelin antwoord op hunne missive vaii 15 September 1876, no. 118/443, te kennen gevendat de raad genegen is mede te werken tot opheffing van beide tollen op den kunstweg van Leeuwarden naar Hijum en dat hij casu quo boven het verlies van het aandeel in de opbrengst van beide tollen jaarlijks aan Leeuwarderadeel zal uitkeeren een bedrag van f 274of wel eene evenredige som in eens tegen den penning 20, in welk geval de tolgaarders- woning in Leeuwarderadeel aan die gemeente en die onder deze gemeente gelegen aan Leeuwarden in eigendom zal overgaan tegen de te taxeren waarde van den opstal onder korting van een gedeelte daarvan in verhouding van het deel dat iedere ge meente tot de stichting heeft bijgedragen. De heer Jongsma meent zich te herinneren dat deze zaak niet nieuw is en evenzoo dat hij zoo dikwijls de zaak ter tafel van deze vergadering kwamzich nooit een voorstander der voorgestelde afschaffing heeft betoond en zoolang hij niet beter wordt ingelicht, zal hij zich waarschijnlijk tegen net voorstel blijven verklaren. De motieven door burgemeester en wethouders voor hun voor stel aangevoerdkomen op deze twee punten neer1. de af schaffing geschiedt bijna overal2. vele ingezetenen van Leeu warden zullen van het betalen van tolgeld worden vrijgesteld wanneer ze naar Leeuwarden gaan. Met het eerste motief kan hij zich in het algemeen tot zekere hoogte vereenigen, daar die afschaffing veelal goed is in ge meenten zooals LemsterlandGaasterlandOostdongeradeel en dergelijkedie op een uithoek liggen en waar dus de gemeen- teuaren zelve bijna uitsluitend den tel betalen. In zoodanige gemeenten heeft de tolheffing zijn raison d'etredoch in ge meenten die tot doortocht dienenzooals in casuis zulks niet het geval. De weinige personen onder deze gemeente woonachtig, die door het bestaan van den tol aan gabel no. 1 bezwaard worden kunnen z. i. bezwaarlijk vorderendat de gemeente Leeuwar den die in den tegenwoordigen tijd hare inkomsten zoo zeer noodig heeftafstand zal doen van eene bate van ongeveer f 1100. 20

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1876 | | pagina 1