30 Verslag der handelingen van den gemeente haar in eigendom behoorende gebouw lettor E no. 299 aan het Klein Schavernekte veranderen en in te rigten voor het ton nenstelsel welk gebouw bewoond wordt door zes huisgezinnen, met pl. m. 40 personen. Vooral in het belang der volksgezondheid ondersteunt de directeur der gemeente-reiniging deze aanvragedoch hij is van oordeel dat de gevraagde verandering niet kan geschieden zon der vergrooting van het privaat, door bebouwing van een klein stukje gemeentegrond. Burgemeester en wethouders zich geheel met dit advies ver- eenigende stellen mitsdien aan den raad voor om te besluiten voorbehoudens goedkeuring van heeren gedeputeerde staten van Friesland, aan Tetje Bonstra, weduwe Dirk Wesbonkzonder beroep te Groningen, eigenares van het gebouw plaatselijk ge- kwoteerd lett. E no. 299om niet in eigendom over te dragen een plekje gemeentegrondten einde daarmede een privaat te vergrooten en voor het tonnenstelsel in te rigten. 3. Een voorstel van burgemeester en wethouders op een verzoek van P. E. Frankenin zake zijn aanslag in de belasting op het inkomendienst 1876. De conclusie van het voorstel strekt om te besluitenaan P. E. Franken van den aanslag op het inkomendienst 1876ten bedrage van f 33.49eene som van f 14,10 kwijt te schelden en den gemeente-ontvanger te magtigendit bedrag als onin- vorderbaar in de rekening over 1876 te verantwoorden. 4. Eene missive van den schuttersraad ten geleide der verant woording wegens de kosten der schutterij over 1876. Deze missive wordt ten fine van onderzoek gesteld in handen eener commissiebestaande uit de heeren JongsmaAttema en van Sloterdijck. 5. De rekening en verantwoording der commissie van admi nistratie over de stads bank van leeningover 1876. Ten fine van onderzoek wordt deze in handen gesteld van de heeren Bruinsma, Wijbrandi en Kijmmell. 6. Eene missive van het hoofdbestuur der Friesche maatschappij van landbouw en veeteeltbetrekkelijk de voorstellen ter zake de stichting van een gebouw voor beurs en waag alhier. Het hoofdbestuur onthoudt zich van alle oordeelvelling over de ingediende plannen daar het van oordeel is dat de verte genwoordiging eener gemeente bij de beoordeeling van zaken als de onderhavige in de eerste plaats heeft te letten op het belang der gemeente en voor alles moet vragen wat de finan- tiëlc krachten der gemeente kunnen dragenhet vraagt dan ook w?'<e£aanncming van die voorstellendoch neemt bescheiden de vrijheid den raad er op te wijzendat landbouw-belangen en gemeente-belangen in deze hancl aan hand gaan. Uitbreiding van het thans bestaande waaggebouw zal zeker zeer spoedig noodig zijn en ofschoon nu voor dat doel minder kostbare terreinen te verkrijgen zijntoch meent dat bestuur te mogen bewerendat er geen terrein meer geschikt dan het voorgestelde kan worden aangewezen voor den aanvoer van boter en kaas door den producent en voor den vervoer van daar naar het station van den staatsspoorweg of naar de schepen. De groote kosten aan de stichting van een nieuw waaggebouw verbonden, zullen geene groote geldelijke opofferingen tengevolge behoeven te hebbendaar de inkomstendie zoodanige inrig- ting zal afwerpenmeer dan volkomen de daarvoor te doene uitgaven zullen dekkenaangezieD toch de ondervinding heeft geleerddat verbeterde inrigtino; van marktgelegenheid hetzelfde gevolg heeft als verbetering der middelen van communicatie vermeerderde opbreng van de waaggeldendie thans zeer laag zijnzal het gevolg zijn. Wegens den naauwen band tusschen landbouw en handel re kent het hoofdbestuur zich ook niet geheel onbevoegd omwaar het zijne instemming te kennen gaf met de voorstellen tot stich- •aad te Leeuwarden, van den 22 Maart 1877. ting van een nieuw waaggebouwzijne ingenomenheid uit te spreken met het daaraan verbonden voorstel tot stichting van een handelsbeurs en wel in verbinding met een waaggebouw. Het gelooft dat de voorgestelde vereeniging zal voldoen aan den wensch en de behoefte van de meeste landbouwers, die thans hunne producten te Leeuwarden verkoopen en dat een vermeerderd bezoek der Leeuwarder weekmarkt het gevolg zal zijn. Hun belang toch vordert dat eene doelmatige gelegenheid zijwaar zij hunne producten aan de kooplieden kunnen aan bieden en bij de vermeerderde ontwikkelingdie onder den landbouwenden stand bestaat, vermeent het hoofdbestuur te kunnen aannemendat de landbouwers meer en meer het be lang zullen inziendat er in gelegen is om in eene bijeenkomst van kooplieden hunne producten te kunnen verkoopen. Nu moge het al te wachten zijn dat vele koopers dit mis schien niet wenschentoch vertrouwt het hoofdbestuur dat de verkoopers weldra de koopers zullen noodzaken hunne kantoren te verlaten en zich ter beurze te sisteren met andere woorden dat het aanbod weldra de navraag zal dwingen haar te volgen vooral zal dit het geval worden wanneer den landbouwers, die in den regel het waaggebouw bezoekenhet bezoeken van de beurs gemakkelijk wordt gemaaktdoor aan die waag eene han delsbeurs te verbinden. 7. Een adres van P. B. Smeding en anderenbetreffende de voorstellen vermeld onder no. 6. In dit adres wordt op reeds meermalen aangehaalde gronden aangedrongen op de aanneming der voorstellen van burgemees ter en wethouders hiertoe betrekkelijk. 8. Een adres van den heer TJ. v. d. Wielenhoudende aan bieding om zijne zalen voor beurs open te stellen onder deswege te maken bepalingen. De heer IJ. van der "Wielen, koffijschenker te Leeuwarden, geeft te kennendat hij zich reeds meermalen tot den raad heeft ge wend, dat hij zich verbinden wilde om gedurende een te be palen getal jaren zijne localen tot het houden van beurs dispo nibel te houden en genegen was om eene verordeningop het gebruik van zijne localen zich te laten welgevallendoch dat een en ander nimmer tot eenig resultaat heeft geleid. In verband met de gedane voorstellen tot stichting van een beursgebouw en het door een groot aantal ingezetenen daarte gen ingebragt bezwaarschrift acht hij het niet overbodig, zich nogmaals tot den raad te wenden met gelijksoortige voorstellen al« vroegerin de hoop dat deze nu ingang bij den raad mogen vinden. De stukkenvermeld onder nos. 67en 8 zullen worden gelegd bij de daartoe betrekkeijjke stukken. 9. Eene schetsteekening betrekkelijk een voorgenomen aanleg van de Oude Koemarkt. 10. Een adres van E. Molenaaromtrent het kappen of rooi- jen van boomenstaande tegenover zijn molen ten zuiden van de zwemschool. E. Molenaar, molenaar op den molen de Leeuw, staande bij de Oldehove alhier, geeft te kennen, dat reeds ten vorigeu jare door hem aan burgemeester en wethouders een adres is ingediendom te willen bevorderen dat de boomenstaande tegenover zijn molen bezuiden de zwemschool en tegenover den Harlinger straatwegmogten worden gekapt of gerooiddaar deze boomen hem zeer hinderlijk waren in de uitoefening zijner affairedat burgemeester en wethouders hem hebben berigt dat zijn verzoek voor geene inwilliging vatbaar iszoodat het dus, naar het hem voorkomt, het best zal zijn dat zijne be zwaren door eene commissie worden onderzocht, opdat zij niet weder voor ongegrond mogen worden verklaard. Hij neemt daarom de vrijheid zich tot den raad te wenden Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 22 Maart 1877. 31 met beleefd doch dringend verzoekzijne bezwaren aan het oordeel van desbevoegden te onderwerpen en in elk geval het daarheen te willen leidendat gezegde boomen alsnog worden gekapt of gerooid. 11. Een adres van H. Drijfhout om verbetering en verlichting van de Romkeslaan. Dit adres iR van den volgenden inhoud: De Edel Achtbare Raad der gemeente Leeuwarden. Mijne Heeren! Meermalen heeft de ondergctcekende met andere eigenaren en belastingschuldigen tot u, mjjne heerengewendom ver betering in den rampzaligen toestand waarin de Romkeslaan verkeertdoch tot nog toe altijd zonder gevolgwaarom onder- geteckende zich nogmaals nederig maar tevens dringend tot u, mijne hoerenwendtof hier op de eene of andere manier ook in zou kunnen worden voorzien. Met het tegenwoordige natte weder en terwijl ik dit ter neder schrijf, gelijkt het nier niet op een padmaar op een moerashetwelk dagelijks met brood- karren enz. dagelijks als het ware wordt omgeploegd. Onlangs had ik eene advertentie in de courant geplaatst tot verhuring van een intrek cn twee woningenom eerstgenoemde kwam een fatsoenlijk Heer maar deze zeide, hier is immers niet te komen, dit is mij toon wedervaren, en van de ver huring kwam niet. En daar ik wel verwacht, mijne Heeren, dat U wel zult willen medewerken tot deze hoogst noodige verbeteringblijft de Romkeslaan het eigendom van de heeren van Tuinen, apo thekers alhier, doch alle andere eigenaren en ik zelf ook hebben volgens koopacte vrije reed en drift en het volle ge bruik er vandus voor die heeren een denkbeeldig eigendom. En met alle deze grieven blijven wij hier maar verstoken van gaslichtdaar iedere buurthoe gering ookhierin deeltuit gezonderd Romkeslaandaar is het nacht en duisteren vooral bij duister maan, zooals tegenwoordig gelijkt het hier wel op een moordholvooral langs het zwarte stek van den tuin van den H.W.Geb. heer F. J. J. van Eijsinga, in het midden der laan, daar worden ons avonds schrikken afgejaagd en zijn onze vrouwen niet veilig om van hunne oorijzers beroofd te worden. Ik ondergeteekende heb een lantaarn aan mijn eigen huis gemaakt cn 's avonds brand om te verhinderen dat niet iemand door de duisternis misleid in de Potmarge zal loopen, hetwelk verleden winter des avonds het geval is geweestdoch gelukkig weer uitgekomen. Zie daar Edel Achtbare heerengenoeg om te zien in welk een staat wij hier verkeerennogmaals vriendelijk en ernstig verzoekende op eene gunstige medewerking van U Edel Acht baren. Als wij hier straat en licht hadden waren onze en de heeren van Tuinen's panden veel meer geld waard. Dus 160 huisgezinnen, ja mijne heeren het is hier een volk rijke buurt, hangen nu maar geheel van bovengenoemde hee ren af. Als elk zoo handelde waren er geen straat- of spoorwegen gekomen. Ook hetgeen hier voor het aschland dagelijks wordt wegge haald is nog al aanzienlijk. Hopende dat deze mijne eenvoudige letterenwel in overwe ging zullen worden genomen en eenmaal met een gunstigen uit slag bekroond zullen worden. Waarmede enz. 12. Een adres van P. Tanjaom vergunning tot het leggen van emi ganghout over de sloot tusschen zijn erf en den Harlin ger Trekweg. Adressant heeft zich reeds vroeger tot burgemeester en wet houders gewend met hetzelfde verzoekhetgeen hem toen is geweigerd op grond dat bij toon een voldoenden uitweg had. Hij ondervindt er ecLcer bij voortduring schade en hinder van dat hij niet rcgelregt uit de voordeur van zijn woenhuis kan komen over de sloot op den weg en het is daarom dat hij zich thans met beleefd verzoek tot den raad wendt om hem het leggen van een hout ten oosten van cn voor zijn woonhuis naar den Harlinger trekweghetzij tot wederopzeggens toe hetzij tegen eenige jaarlijkscne contributietoe te staan. Deze drie adressen worden ten fine van berigt en raad ge steld in handen van burgemeester en wethouders. De heeren Bloembergen en Jongsma verlaten de vergadering de heer van Eijsinga komt binnen. VI. Wordt overgegaan tot de behandeling van de op den oproepingsbrief vermelde punten. 1. Een rapport eener raadscommissie over de rekening en ver antwoording van de kamer van koophandel, dienst 1876. Zonder discussie cn hoofdelijke stemming wordt besloten die rekening en verantwoording alsnu goed te keuren. (De heer Duparc heeft op grond van art. 46 der gemeentewet met tot het nemen van dit besluit medegewerkt.) 2. Een rapport eener raadscommissie betreffende eene aan vraag om magtiging tot het doen van af- en overschrijvingen op de begrooting voor de stads armenkamerdienst 1876. Wordt besloten de gevraagde magtiging te verleencn. De heer Wijbrandi verlaat do vergadering. 3. Een rapport eener raadscommissie betreffende eene aanvrage "om magtiging tot het doen van af- en overschrijvingen op de begrooting voor het stads ziekenhuisdwnst 1876. Overeenkomstig de conclusie van het rapport wordt besloten de gevraagde magtiging te vcrleenen. 4. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot overname voor de gemeente van een strookje grond ten behoeve van eene publieke straat Achter de Hoven. Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform de conclusie van het voorstel besloten, voorbehoudens goedkeuring van heeren gedeputeerde staten voor de gemeente om niet in eigendom over te nemen van Willem Visserkoopman alhier de westolijke strook ter breedte van één meter van een perceel tuingrond, gelegen ten zuiden van den weg Achter de Hoven, ten kadaster bekend in sectie Gno. 3294en zulks op de voorwaarden in het voorstel, opgenomen in het raadsverslag van 8 Maart 1877vermeld. 5. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot uitloting van aandeelen in geldleeningen. Zonder discussie wordt besloten terstond tot die uitloting over te gaan en worden alsnu bii loting aangewezen om in de maand Julij 1877 te worden afgelost van de leening aangegaan in 1873 tegen eene rente van 5 °,'0 en tot een bedrag van f 200,000, de aandeelen nos. 13138 en 134en van die aangegaan in 1875 tegen eene rente van 4i/20/0, en een bedrag van/90,000, de aandeelen nos. 19 en 35. Benoeming van eene stads vroedvrouw Uit de in de ng van eene svuas vrvtuur vu,w. _3 yorige vergadering ingediende aanbeveling wordt benoemd met 11 stemmen Sjoukje van der Zee, terwijl 4 stem men werden uitgebragt op Janke Postma, geboren Spoelstra. De heer Wiersma was bij deze stemming niet aanwezig. 7. Benoeming van een hulponderwijzer. Met 15 van de 16 uitgebragte stemmen wordt benoemd tot hulponderwijzer aan de gemeenteschool no. 7 Jan Christiaan Boijenga, thans te Tjerkwerd. Een briefje was blanco. 8. Voorstel van burgemeester en wethouders betreffende over draft der heffing van regten aan de Nesserzijl en bijbehoorende brug. (Zie bijlage no. 6 van 1877.) r Zonder discussie cn hoofdelijke stemming wordt conform de conclusie van het voorstel besloten aan den heer Commissaris des Konings in de provincie Friesland ter voldoening aan Z.H.Ed. Gestr. missive van 12 Febr. j.l.le afd.no. 246te bengten -A rtüfl -.«--'Ittfr liter

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1877 | | pagina 2