98
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan den 8 Augustus 1878.
van 13 Augustus 1857 Staatsblad no. 103), zoomede op art.
232 der wet van 29 Junij 1851 Staatsblad no. 85).
Besluit
Het raadsbesluit van 5 September 1871 bovenbedoeld, nader
te wijzigen als volgt:
In art 1 te lezen
Sub II aan de gemeenteschool no. 2
a. voor het onderwijs in de eerste en tweede klasse f 30.
b. voor dat in de derde en vierde klasse 40.
c. voor dat in do vijfde tot de achtste klasse 50.
Sub III aan de gemeenteschool no. 3
a. voor het onderwijs in de eerste en tweede klasse f 20.
b. voor dat in de derde en vierde klasse 30.-
r. voor dat in do vijfde en zesde klasse 40.
In art. 2 do vermolding der klassen voor de scholen nos. 2
en 3 in overeenstemming te brengen met de omschrijving in
artikel 1.
Do punten van den oproepingbrief hiermede afgehandeld zijnde,
vraagt en bekomt de heer van Sloterdijck verlof tot burgemees
ter en wethouders de vraag te rigten of het misschien ook in do
bedoeling van het collegie is gelegen om de in deze vergadering
gewijzigde verordeningen in zijn geheel in het gemeenteblad op
te nemen. De vele wijzigingendie zoo voor en na in die ver
ordeningen hebben plaats gehad maken zulks z. i. zeer wen-
schelijk.
Nadat de Voorzitter de verzekering had gegeven, dat de door
den heer v. Sloterdijck gegeven wenk bij het collegio van
burgemeester en wethouders zal worden overgebragtwordt de
vergadering gesloten.
Verslag dor handelingen van den gemeenteraai
Vorgadoring van Maandag don 19 Augustas 1878.
Tegenwoordig 13 leden.
Afwezig de heeren de With, Buma, Kijmmell, van Eijsinga,
de la Faille en Suringar met- en de heeren Wijbrandi en Troel
stra zonder kennisgeving.
Voorzitter de heer mr. W. J. v. Weideren baron Rengers
burgemeester.
I. De notulen van de vorige op 8 Augustus j 1. gehouden
vergadering worden gelezen en goedgekeurd.
II. Wordt ter tafel gebragt
1. Een voorstel van burgemeester en wethouders op een
adres van den heer J. Reerink Dz., om op nieuw in huur te
erlangen het gebouw de Harlingerstal.
Burgemeester en wethouders stellen hierbij voor te besluiten:
aan den heer J. Reerink Dz. te kennen te geven dat de raad
niet genegen is de Harlingerstal tot bergplaats van petroleum
te verhuren eu zijn verzoek derhalve als niet voor inwilliging
vatbaar, wordt gewezen van de hand.
2. Een voorstel van burgemeester en wothouders op een adres
van de heeren 11. F. ter Horst c. s.betreffende aankoop van
gemeentegrond, gelegen om den molen de Hoop.
De conclusie van dit voorstel strekt om te besluiten aan de
heeren R. F. tor Horst c. s. te kennen te geven, dat het ge
meentebestuur niet genegen is op de voorgestelde voorwaarden
het terrein rondom den molen de Hoop in eigendom en ter be
bouwing over te dragen.
De sub 1 en 2 omschreven voorstellen zijn ter visie gelegd
om in eene volgende vergadering te worden behandeld.
III. Wordt medegedeeld en dooi' de vergadering voor kon
nisgeving aangenomen
a. eene resolutie van gedeputeerde statend.d. 9 Augustus
1.1., no. 1, houdende goedkeuring van het le suppletoir kohier
van de directe belasting op het inkomendienst 1878
b. een besluit van den commissaris des konings d.d. 14 Au
gustus 1.1.le afd.no. 1457waarbij aan den heer burgemees
ter verlof tot afwezigheid is verleend voor den tijd van 14 da
gen in te gaan den 20 Augustus e. k.
IV. Wordt overgegaan tot behandeling van het op den op
roepingbrief vermelde punt
Voorstel van burgemeester en wethouders tot opheffing van het
bestaande en oprigting van een nieuw gymnasium. (Zie bijlage
no. 14 van 'sraads verslag).
De conclusie van dit voorstel is luidendete besluiten
I. Als voorloopig punt
a. op den In October 1878, mot opheffing van het bestaande
gymnasium, op te rigten een nieuw gymnasium overeenkomstig
de wet van 28 April 1876Stb. no. 102 in verband met de
wet van 7 Mei 1878, Stb. no. 33, en met het koninklijk be
sluit van den 29n Junij 1878, Stb. no. 98,
en bij verwerping van dit punt subsidiair als voorloopig punt
b. het bestaande gymnasium nog een jaar op den bestaanden
TOet te continuerenmet tijdelijke benoeming van enkele leer
aren als aanvulling van het personeel, en het nieuwe volgens de
wet op te rigten gymnasium met opheffing van het bestaande,
te openen op den ien September 1879.
En vervolgens bij aanneming van punt a te besluiten
II. Met ingang van den len October 1878 eervol ontslag te
verleenen aan den rector, conrector en verdere leeraren van
het op dien datum op te heffen gymnasiumbehoudens hunne
bevoegdheid om zich als sollicitanten voor de nieuwe leeraars
betrekkingen aan te melden en behoudens een aan den rector
en conrector toe te kennen pensioen of wachtgeldvoor het
geval zjjhoewel mededingende niet als leeraren aan het nieuw
gymnasium worden benoemd.
Bijvoegsel beiioorende bij de Leeuwarder Courant.
te Leeuwarden, van den 19 Augustus 1878. 99
III. Te bepalen, dat aan het nieuw op te rigten gymnasium
zullen worden benoemd
a. voor het onderwijs in de oude talen en letterkunde ge
schiedenis en aardrijkskunde een rector en vier leeraren waar
van een als conrector zal worden aangesteld
b. voor het onderwijs in de vier moderne talen Nederlandsch
Fransch Hoogduitsch eu Engelsch twee.leeraren
c. voor het onderwijs in de wiskunde een leeraar.
IV. Burgemeester en wethouders op te dragen
a. pogingen aan te wenden om het onderwijs in de natuur-
en scheikunde en de natuurlijke historie op te dragen aan twee
leeraren der aan de in deze gemeente bestaande inrigtingen
van middelbaar onderwijsen voor zoover noodig voorshands in
een dier inrigtingen dat onderwijs te doen geven
b. het onderwijs in de gymnastiek voorloopig te doen geven
in de gemeentelijke gymnastiekschooldoor de aan die inrig-
ting verbonden onderwijzers
c. voorloopig de lokalen van het bestaande gymnasiumzoo
noodig met aanwijzing van andere hulplokalen, tijdelijk in te rigten
voor het nieuwe gymnasium en verder zoo spoedig mogelijk voor
stellen aan den raad aan te biedenomtrent de definitieve in-
rigting daarvoor van een doelmatig gebouw
d. te benoemen een concierge belast met do zorg voor de
lokalen enz. op eene jaarwedde van ƒ500, boven het genot
van vrije woningvuur en licht.
V. Als jaarlijksche tractementen vast te stellen;
a. voor den leeraar die aan het hoofd van het gymnasium
zal worden geplaatstmet den titel van rector, f 3500
b. voor vier leeraren in de oude talengeschiedenis en aard
rijkskunde f 2000 ad f 2500met eene toelage van f 300 voor
dengene van hendie tot conrector zal worden benoemd
c voor twee leeraren in de vier moderne talen ƒ2000
2500;
d. voor een leeraar in de wiskunde f 2000— f 2500
e. voor de leerarenwelke belast zullen worden met het
onderwijs in de natuur- en scheikunde en in de natuurlijke
historie van f 10001500 te zamen naar gelang der hier
omtrent nader vast te stellen regeling.
VI. Als tegemoetkoming in de kosten van het gymnasium
van ieder leerling als schoolgeld te heffen
a. in de twee laagste klassen per jaar 50
b. in de 3e en 4e 60
c. in de 5e en 6e 80.
VII. Te bepalen dat het collegie van heeren curatoren bij
het bestaand gymnasium, zoodra het nieuw gymnasium zal zijii
opgerigt en geregeld te ontbinden en de leden van dit collegie
op eervolle wijze ontslag te gevenonder dankzegging voor de
vele en gewigtige diensten door hen belangeloos ten voordeele
van het gymnasiaal onderwijs gepraesteerd met beleefd verzoek,
dat zij hunne functiën zullen willen vervullentot dat het col
legie van curatoren bij het nieuw gymnasium zal zijn benoemd.
VIII. Burgemeester en wethouders uit te noodigen ter uit
voering dezer besluiten
a. voor zoover zij dit noodzakelijk zullen achtenbij de hoogo
regering aanvrage te doen omals voorloopige maatregelten
behoeve van het onderwijs in de natuur- en scheikunde en de
natuurlijke historie, voor zooveel noodig, gebruik temogen
maken van de lokalen en werktuigen der rijks hoogere burger
school met verzoek aan leeraars dier inrigtiugwelke zich met
eene opdragt tot het verstrekken van dit onderwijs aan het
gymnasium willen belasten en hiertoe worden benoemdde
daartoe vereischte magtiging te willen verleenen
b. eveneens bij de hooge regering aanvrage te doen om eene
rijkssubsidiein verhouding tot het belangrijke offerdat de
gemeente zich ter zake de oprigting van het gymnasium zal
moeten getroosten
c. de oproeping te bevorderen van de sollicitanten voor de
leeraars-betrekkingen sub V
16