28 Verslag der handelingen van den gemeente;
3. Voorstel van burgemeester en wethouders betreffende over-
dragt der pacht van de opkomsten eener brug.
De conclusie van dit voorstel luidt
a. met ingang van den 10de Maart 1879 te ontbinden het
contract dd. 11 Mei 1878, waarbij aan nu wijlen J. R. Nijdam
van 12 Mei 1878 tot 12 Mei 1830 is verpacht de opbrengst van
het bruggeld te heffen wegens het wippen der ijzeren ophaal
brug over het Vliet:
b. voorbehouden» goedkeuring van heeren Ged Staten met in
gang van den 10 Maart 1879 de opbrengst van het bruggeld sub.
1 omschreven, tot den 12 Mei 18*0 onderhands te verpachten
aan Broer Portearbeider alhier en zulks op de voorwaarden
vermeld in het contract wegens publieke verpachting op den
11de Mei 1878, geregistreerd den 16den dier maand.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt dien overeen
komstig besloten.
4. Voorstel van burgemeester en wethouders op een verzoek
van A. J. Swartom gemeentegrond in erfpacht te erlangen voor
de stichting van een huis.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform de
conclusie van dit voorstel besloten aan A J. Swart alhierin
antwoord op het bij zijn adres van 16 November 1878 gedaan
verzoek om gemeentegrond in erfpacht te erlangente berigten,
dat zijn verzoek, als niet voor inwilliging vatbaar, wordt ge
wezen van de hand.
5. Voorstel van burgemeester en wethouders op een verzoek
van mej. A. Sonnega om ontslag als huipond rwijzeres.
Conform de strekking van dit voorstel wordt besloten aan
mej. A. Sonnega eervol ontslag te verleenen uit hare betrekking
van hulponderwijzeres aan gemeenteschool no. 4 en zulks met
ingang van 1 April 1879.
Do Voorzitterhet in verband met eene van Ged. Staten ont-
vaugen resolutiehoudende toezending ter nadere vaststelling
van het 3da suppletoir kohier der dir. belasting op het inkomen
dienst 1878, noodig achtende eene vergadering met gesloten
deuren te houden, doet de openbare zitting tijdelijk en eene
met gesloten deuren overgaan
Bij heropening der openbare zitting komt de heer Bloem
bergen tor vergadering en wordt vervolgens vastgesteld navol
gend besluit:
De raad der gemeente Leeuwarden
Gelet op het bepaalde bij art 266 der gemeentewet.
Gezien de resolutie van heeren Ged. Staten van Friesland dd.
27 February 1879 no. 29, waarbij uitspraak is gedaan omtrent
het bij hun collegie ingediend bezwaarschrift tegen een der aan
slagen op het 3de suppletoir kohier van de dir. belasting op het
inkomen ton behoeve dezer gemeente over het dienstjaar 1878.
Besluit
1 de door heeren Ged. Staten bij voormelde resolutie beoogde
wijziging in het kohier aan te brengen;
2. het kohier finaal vast te stellen in belastbaar kapitaal tot
een bedrag van f 28798,97 in totaal van den aanslag ter somma
van 107y.94 en alzoo ingevolge besluit dozer vergadering van
den 24 Mei 1878 no. 10 berekend naar 97°/o tot een invorder
baar bedrag van f 1047.54
3. met wijziging van het besluit dezer vergadering van 9 Janu
ary 1879 de aanslagen invorderbaar te stellen op den le en 30e
April 1879;
4. iu voldoening aan het daartoe door heeren Ged. Staten
gedaan ve-zoekden reclamant door uitreiking vau een extract
uit boven .aagehaaide resolutie van de op zijn oezwaarschrift ge
nomen beslissing mededeeiing te doen.
Na do va6t8ieuing vau boven vermeld besluit wordt aan de orde
gesteld
6. Voorstel van burgemeester en wethouders op een verzoek vn
U. Fbchmidtom ontslag als onderwijzer aan de gemeentelijke
gymnastiekschool.
tad te Leeuwarden, van den 13 Maart 1879.
De conclu88ie van dit voorstel is luidende
Aan U. F. Schmidtovereenkomstig zijn daartoe bij adres
d d. February 1879 gedaan verzoek met ingang van den 1 April
e. k. ontslag te verleenen uit zijne betrekking van onderwijzer
aan de gemeentelijke g> mnastiekschool alhier.
De beraadslagingen omtrent dit voorstel geopend zijndedient
de heer van Sloterdijck navolgende motie in
„De raad
Gezien het adres van Ulfert Frerich Schmidtonderwijzer aan
de gemeentelijke gy mnastiekschooldaartoe strekkende dat hem
tegen 1 April 1879 ontslag worde verleend uit genoemde be
trekking
overwegendedat er naar aanleiding van de door burgemeester
en wethouders verstrekte inlichtingen geene termen bestaan om
het bij voormeld adres gedaan verzoek in overweging te nemen
voorbijgaande het voormelde verzoek
ontslaat den persoon van Ulfert Frerich Schmidtmet ingang
van hedenals leeraar aan de gemeentelijke gymnastiekschool
op grond van grove misdragingen in de waarneming van die
bediening gepleegd".
Deze motie behoorlijk ondersteund geeft geen aanleiding tot
discussie. In stemming gebragtwordt ze met algemeene stem
men aangenomen.
7. Voorstel van burgemeester en weihouders tot wijziging der
verordening op de school van middelbaar onderwijs voor meisjes.
(Zie bijlage no. van 's raadsverslag 1879).
De Voorzitter deelt mede. dat naar aanleiding van dit voorstel
een nader schrijven is ingekomen van de commissie van toezigt
op de scholen van middelbaar onderwijsin verband waarmede
hij namens burgemeester en wethouders voorstelt, de behande
ling van dit punt aan te houden tot eene volgende vergadering.
De lieer Attema geeft te kennen dat hij niet is tegen de
voorgestelde verdaging, doch dat hij thans den raad reeds wil
in kennis stellen met cenige amendementen die hijook in ver
band met het zooeven door den voorzitter genoemd schrijven der
commissie, voornemens ia op het voorstel van burgemeester en
wethouders in te dienen.
Bedoelde amendementen zijn n.l. de volgende
Amendement op art. 2, 2e lid.
Dit tweede lid te doen luiden als volgt
„Dit programma wordt door de directrice, in overleg met het
„overig onderwijzend personeelopgemaakt en in de eerste helft
„der maand Junij aan de commissie van toezigt ter goedkeuring
„aangeboden.
„Na de goedkeuring wordt een exemplaar van het programma
„gezonden aan den heer inspecteur van het middelbaar onder
lijs en aan burgemeester en wethouders".
Amendement op het 3e lid van art. 2.
In verband met het vorenstaande in het derde lid achter het
woord „wordt" voorkomende in de eerste zinsnede, in te lasschen
het woord „desgelijks".
Amendement op art. 3.
Dit artikel te doen luidenals volgt
„Elke leerling is verpligt, in de drie laagste klassen al de
„lessen te volgen met uitzondering van den zang".
„Alleen om redenen van gezondheid kan vrijstelling van een
„ot meer vakken in de drie laagste klassen worden verleend.
Het verzoek daartoe moet worden gerigt aan de directrice
„die het vergezeld van haar advies, ter beslissing inzendt aan
„de commissie van toezigt.
„Van iedere zoodanige beslissing doet de commissie mededee-
„liog aan de belanghebbendende directrice en het collegie van
„burgemeester en wethouders.
„In de twee hoogste klassen kan ook om andere dan gezond-
„heideredenen de in het tweede lid genoemde vrijstelling wor-
„den verleend door genoemde commissiena ingewonnen advies
„van de directrice".
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan den 13 Maart 1879.
29
Niemand verder het woord verlangendewordt het door den
voorzitter namens burgemeester en wethouders gedaan voorstel,
tot verdaging dor behandeling zonder hoofdelijke stemming aan
genomen en besloten zoowel het nader ontvangen schrijven der
commissie van toeziet als de amendementen van den heer Attema
met de andere stukken ter zake nader voor de leden ter visie
te leggen.
8. Benoeming van vier leden der commissie voor de gasf abriek.
De uitslag der ten dezen gehouden stemming isdat tot leden
van voormelde commissie, waarvan de heer Bloembergen tot
voorzitter is aangewezenworden herbenoemd de heeren J. J.
BrungerA. DuparcJ. J. Bruinsma en mr. E. Attema
9. Benoeming van vier leden der commissie voor het muziekkorps
Tengevolge gehouden stemming worden de aftredende leden
de heeren C. Tigler Wijbrandi, mr J. L. van Sloterdijck,
G. T. N. Suringar en jhr. mr. C. v. Eysinga tot leden van voor
melde commissiewaarvan de heer J. J. Bruinsma tot voor
zitter is aangewezenherbenoemd.
10. Vernieuwing der sectiën van den raad.
Het resultaat der ten dezen gehouden loting is. dat worden
aangewezen tot leden dor
le sectiewaarvan de burgemeester voorzitter isdo heeren
dr. J. Baart de la Faille, C. Tigler Wijbrandi, mr. C. W. A.
Buma, mr. J. Minnema de With, G. T. N. Suringar en E.
Bloembergen.
2e sectiede heeren G. H. Hommes, mr. P. D. Kijmmell,
J. J. Kuipers, J. J. Brunger, jhr. mr. C. v. Eysinga, A.
Duparc on J. J. Bruinsma, wethouder, tot voorzitter.
3e sectieJ. Troelstramr. J. L. van Sloterdijckmr. E.
Attema, mr. J. Dirks, S. T. Bakker, F. Plantenga en mr. H.
Wiersma, wethouder, tot voorzitter.
11. Regeling der rangorde van zitting van de raadsleden ter
vergadering.
Bij loting wordt toegewezenplaats
no. 1 aan den heer J. «T. Kuipers.
2 F. Plantenga.
3 J. Troelstra.
4 mr. P. D. Kijmmell.
5 jhr. mr. C. v. Eijsinga.
6 dr. J. Baart de la Faille.
7 mr. J. L. v. Sloterdjjck.
8 mr. C. W. A. Buma.
9 A. Duparc.
10 G. H. Hommes.
11 J. J. Brunger.
12 mr. J. Minnema do With.
13 mr. J. Dirks.
14 G. T. N. Suringar.
15 S. T. Bakker.
16 mr. E. Attema.
17 C. Tigler Wijbrandi.
12. Voorstel van burgemeester en wethouders tot onderhandsch
verhuring der linnenbleekerij c a. buiten de Hoeksterpoort.
De conclusie van dit voorstel luidt
Voorbehoudens goedkeuring van heeren gedeputeerde staten,
aan Bartele Pieters Mulder, linnenbleeker te Leeuwarden,
onderhands voor den tijd van zeven jaar te verhuren het on
langs aangekochte huis met linnenbleekerijter gezamenlijke
grootte van 10197 eontiaregelegen aan den Hoekstersingel
tU8schen Olde Galileen en den Groninger straatweg, zulks voor
eeDen jaarljjkschen huurprijs van f 780 en verder op navolgende
voorwaarden
a. dat de huurder alle kosten van onderhoud zoo van de
gebouwde als ongebouwde eigendommen geheel voor zijne re
kening zal nemen
b. dat de kosten van het huurcontractzoomede die v^n
verzekering der gebouwen tegen brandgeil-de evenee s komoa
ten laste van den huurder;
c. dat de huursom moet worden betaald in twee termijnen
verschijnende op den 12 Mei en den 12 November van' ieder
huurjaarzullende de eerste torraijn alzoo moeten worden be
taald op den 12 Mei 1879.
d. dat do huurtijd zal loopen van den 12 Mei tot den 12
Mei, evenwel met bepaling, dat het gehuurde reeds terstond
in gebruik zal worden genomen; voor den njd verloopende tus-
schen de aanvaarding tot den 12 Mei 1879 zal de huurder bij
het verschijnen van den len te mijn als huu som moeten be
talen een bedrag berekend naar f 780 in hot jaar.
e. dat de gemeente het regt heeft, indien zij over het ge
heel of een gedeelte van het verhuurde anders dan om te ver
huren wil beschikken na verloop van drie jarente rekenen
van den 12 Mei 1879 de huur van het geheel of van een ge
deelte daarvan op te zeggenmits van hot voornemen daartoe
zes maanden te voren schriftelijk aan den huurder kennis ge
vende. Ingeval een gedeelte van de gehuurde ongebouwde
eigendommen wordt opgezegdzal de huursom naar gelang
der oppervlakte worden verminderdindien evenwel de huur
van de gebouwde eigendommen wordt opgezegd, zal de waarde
daarvan d-mr twee deskundigen, door de gemeente enden
huurder ieder een te bencemen worden bepaald, terwijl ingeval
van verschil tusschen die deskundigen daaraan een derde door
den kantonregter te Leouwarden to benoemen, zal worden
toegevoegd.
De alzoo te bepalen huurwaarde zal van de bedongen huur
som ad 780 worden afgetrokken.
Alvorens de beraadslagingen over dit voorstel te openen
deelt de Voorzittar mededat burgemeester en wethouders
met het oog op de omstandigheid dat de aangekochte linnen
bleekerij dadelijk was to aanvaarden, terstond ra den aankoop
met den togenwoordigen gebruiker er van, B. P. Mulder, iu
onderhandeling zijn getreden omtrent eene eventuele verhuring.
Het gevolg daarvan is geweest, dat door genoemde persoon,
die vooral ook met het oog op het bezit van eene goede clieen-
tele en van de noodige toestellener prijs op steldede blea-
kerij in gebruik te behoudenals jaarhjksche huur eene som
is gebodendio burgemeester en wethouders, na daarover derden
te hebben gehoord, aanvankelijk voldoende is voorgekomen. Echter
heeft het collegie gemeendvooral ook om zich zooveel moge
lijk te verzekeren van de vereischte goedkeuring door gedepu
teerde staten van liet eventueel te nemen besluit tot onderhand-
sche verhuring, twee deskundigen met eene taxatie van den
huurprijs der in dezen bedoelde vastigheden te moeten belasten.
Door iie deskundigen nu is do huurprijs iets hooger gesteld
dan de somdaarvoor aanvankelijk bepaald en in het voorstel
genoemd. Burgemeester cn wethouders hebben derhalve
met den gegadigde nader onderhandelingen aangeknooptten
gevolge waarvan dezo zich genegen heeft verklaard ook to
gen do getaxeerde huurwaarde, zijnde /'805 per jaar huur
der te worden. In verband hiermede wenscht het collegio
zijn voorstel zoo te wijzigen, dat in plaats van ƒ780, 805
ais jaarlijksche huurprijs wordt gesteld.
Niemand over hot dus gewijzigd voorst I het woord •verlan
gende wordt het zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
Met goedvinden der vergadering wordt als nu, overgegaan tot
behandeling van het hiervoren onder afd II no. 4 vermelde
heden aaügebragte
13. Voorstel van burgemeester en wethouders lot vcrhurVg
bij besloten briefjes van een perceel tuingrond.
Burgemeester en wethouders stellen hier Lij voor:
over te gaan tot eene verhuring by besloten briefjes voor
den tijd van drie jaren, ingaande met den 5 Maai:, d z,.sj.
vau hot perceel tuingrondbohoorendo tot do onlange door do