78 Verslag der handelingen van den gemeente]
5. Benoeming van een lid der commissie voor de reclamesin
te dienen tegen aanslagen wegens de dir. belasting op het inkomen
dienst 1879.
De uitslag der ten dezen gehouden stemming is, dat bij 2e
stemming tot vcormelde functie wordt verkozen de heer
mr. C. "W. A, Buma. Op den benoemde werden 10 en op den
heer Plantenga 4 stemmen uitgebragt.
6. Benoeming van stem-bureaux voor de verkiezing van raads
leden.
Het resultaat der ten dezen gehouden stemmingen is, dat
worden benoemd als leden van het stembureau der le afdeeling,
waarvan de burgemeester is voorzitter, de heeren Wijbrandi
en Troelstra en tot voorzitter van het bureau der 2e afdeeling
de heer J. J. Bruinsma en tot leden de heeren Hommes en
Kuipers.
De heer de la Faille komt ter vergadering terug.
7. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanleiding
van eene resolutie van gedeputeerde statenbetreffende de ver
plaatsing of verbetering van het aschland.
De conclusie van dit voorstel strektom
a. aan heeren gedeputeerde staten te berigten, dat naar aan
leiding hunner resolutie van 30 Januarij 1879 no. 33, do zaak
der verplaatsing van het aschland nogmaals in ernstige overwe
ging is genomendoch dat het gemeentebestuur daartoe voor
alsnog niet wenscht over te gaaneensdeels dewijl volstrekt niet
de noodzakelijkheid eener verplaatsing wegens gevaar, schade
of hinder voor de omwonenden is gebleken
2. dewijl de onvermijdelijke hinder, waarover door verschil-
te Leeuwardenvan den 410 Juujj 1879.
lende omwonenden wordt geklaagd, hij eene eventuele verplaat
sing evenzeer door anderen zou worden ondervonden
3. dewijl eene verplaatsing zonder aan eenig gemeentebelang
bevorderliik te zijn, uitgaven zoude eischen, ongeevenredigd aan
de finantiëie draagkracht der gemeente;
b. mede aan heeren gedeputeerde staten in overweging te ge
ven de voorwaarden vervat in hunne resolutie van 10 Januari)
1878, no. 51, in zooverre te wijzigen, dat het aanbrengen eener
waterdigte bodembedekking der vijf bestaande compostloodsen
geschiede door de thans aanwezige halfsteenbestrating, nadat de
zelve behoorlijk zal zijn schoon gemaakt, worde bedekt met een
laag portland cement, minstens ter dikte van 4 centimeter;
dat deze verbetering geleidelijk binnen 3 jaar worde uitgevoerd.
Bij het aan de orde stellen van dit voorstel doet de voorzittter
de openbare zitting tijdelijk in eene met gesloten deuren over
gaan.
Bii heropening der openbare zitting geene discussion over
de algemeene strekking van dit voorstel plaats hebbende
wordt na eenige bespreking tusschen do heeren de la Faille, de
voorzitter en Duparc, op voorstel van laatstgenoemde de redactie
van punt a der conclusie in dier voege gewijzigddat het laat
ste gedeelte van de eerste alinea van dat punt luidt: „eensdeels
dewijl het gevaar, de schade of hinder voor de omwonenden
niet'van dien ernstigen aard is gebleken te zijn, dat daarom
noodzakelijkheid eener verplaatsing zou bestaan'.
Hierna wordt comform het aangeboden voorstel zonder hoofde
lijke stemming besloten.
Niets verder te behandelen zijnde, wordt de vergadering
door den voorzitter gesloten.
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan den 24 Julij 1879.
79
Vergadering van Donderdag 24 Julij 1879.
Tegenwoordig 14 leden.
Afwezig de heeren BruinsmaDirks BumaKijmmell en
Wiersma met en de heer Wijbrandi zonder kennisgeving.
Voorzitter de heer mf. W. J. v. Weideren baron Rengers.
T. De notulen van de vorige op 10 Julij jl. gehouden ver
gadering worden gelezen en goedgekeurd.
II. Wordt ter tafel gebragt:
1. Een voorstel van burgemeester en wethouders betreffende
ruiling van grond tusschen de gemeente en J. C. Radersma.
De conclusie hiervan Juidt
a. den grond, hierna sub b omschrevenzoover die aan de
gemeente behoortte verklaren niet meer voor de publieke
dienst bestemd te zijn
b. voor behoudens goedkeuring van gedeputeerde staten
voor de gemeente aan te gaan eene overeenkomst van
ruiling met Jan Radersma, wagenmaker, en Cecilia Radersma,
zonder beroepte zamen eigenaren van eene huizinge met
wagenmakerij aan de Wester- en Harlingercingel, waarbij aan
wederzijdsche partijen wordt overgedragen eene plek grond,
door roode en blaauwe arcering aangeduid op eene teekening
die bij de overeenkomst zal worden overgelegd;
c. de vaststelling der voorwaarden, onder welke de bedoelde
ruiling wordt aangegaan, op te dragen aan burgemeester en
wethouders, met dien verstande evenwel, dat de overdragt van
grond plaats beeft zonder eenige toebaak of vergoeding.
2. Voorstel van burgemeester en wethouders op een ver
zoek van H. Blom om eervol ontslag als hulponderwijzer.
Dit voorstel is strekkende 0111 aan Hans Blombulponder-
wijzer aan gemeenteschool no. 4, op zijn daartoe gedaan ver
zoek eervol ontslag uit genoemde betrekking te verleenen, in
te gaan den 15 Augustus 1879.
3. Voorstel van burgemeester en wethouders op een ver
zoek van den hulponderwijzer F. J. A. Paesie om eervol
ontslag.
Burgemeester en wethouders stellen hierbij voor aan F. J.
A. Paesihulponderwijzer aan gemeenteschool no. 2 eervol
ontslag uit die betrekking te verleenen, in te gaan den 15
Augustus 1879.
4. Voorstel van burgemeester en wethouders omtrent bet
sluiten eener overeenkomst met de gemeente Leeuwarderadeel,
ter zake bet ophalen der faeealia in de Schrans en in bet
dorp Huizmn.
5. Twee voordragten ter benoeming van twee bulponder-
wijzers aan gemeenteschool no. 10. Op de voordragt ter
vervulling der vacatureontstaan door bevordering van li.
Iioogeveen tot le hulponderwijzer aan gemeenteschool no. 11,
komen voor1. H. Pater te Leimuiden, 2. 0. Castelein te
Leeuwarden en 3. J. Mollema te Oudehaske, en op die ter
vervulling der vacature ontstaan door overplaatsing naar ge
meenteschool no. 7 van den hulponderwijzer J. Nieuwenhuis:
1. C. Castelein te Leeuwarden, 2. J. Mollema te Oudehaske,
3. J. Hiemstra te Wieuwerd.
Alle voren vermelde stukken zijn ter visie gelegd om in eene
volgende vergadering te worden behandeld.
6. Voorstel van burgemeester en wethouders tot vaststelling
van een plan voor eene geldleening groot 200,000, in seriën
op te nemen.
Dit voorstel zal worden gedrukt in de bijlagen tot 's raads-
verslag.
7. De begrooting van kosten der schutterij voor 1880.
Bijvoegsel beiioorende bij de Leeuwarder Courant.
Ten line van onderzoek en rapport gesteld in handen van
de heeren Bakker, Kuipers en v. Eijsinga.
8. En adres van voogden van het old-burgerweeshuis alhier
en anderenom opheffing van het voetpad van Leeuwarden
naar Marssum.
In handen van burgemeester en wethouders gesteld om
praeadvies.
III. Wordt medegedeeld en door de vergadering voor ken
nisgeving aangenomen
1. de goedkeuring door gedeputeerde staten van 's raads
besluit tot afstand van een plekje gemeentegrond aan C. de
Vries c. s.;
2. liet berigt van dr. J. Baart de la Faille, dat hij aanneemt
de benoeming tot lid der commissie van toezigt op de scho
len van middelbaar onderwijs;
3. het procesverbaal van verificatie der gemeentekas dd.
17 Julij 1879; en
4. dat aan den secretaris verlof is verleend van 15 Julij
t. ni. 10 Augustus 1879 en dat diens functiën tijdelijk zullen
worden waargenomen door den commies ter secretarie L. Bouma.
IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den
oproepingsbrief vermelde punten:
1. Voorstel van burgemeester en wethouders op een verzoek
van den bijzonderen kerlceraad der Nederduitsche hervormde ge
meente over het geven van godsdienst-onderwijs in de localen der
gemeenteschool no. 10.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform de
conclusie van dit voorstel besloten: aan den bijzonderen ker-
keraad te kennen te geven, dat er bezwaar bestaat om wijzi
ging te brengen in- of uitbreiding te geven aan de vroeger
met zorg gemaakte regeling der uren, aangewezen voor gods
dienstonderwijs in de schoollocalen, maar dat ten behoeve van
dat onderwijs op de daarvoor bepaalde uren gelijktijdig van
de verschillende localen in de gemeenteschool no. 10 gebruik
kan worden gemaakt.
2. Voorstel van burgemeester en zoethouders op het, adres
van II. Broersma om eervol ontslag als boekhouder bij de stads
bank van leeningonder toekenning van pensioen.
De conclusie van dit voorstel strekt om te besluiten:
a. aan den beer Hendrik Broersma overeenkomstig zijn
daartoe gedaan verzoek, met ingang van den 12 November
1879, eervol ontslag te verleenen als boekhouder bij de stads
bank van leening;
b. aan den beer H. Broersma te kennen te geven, dat bij
zich ter bekoming van pensioen zal hebben te wenden tot
de commissie van administratie van de stads bank van leeniug;
c. aan de commissie van de stads bank van leening te
kennen te geven, dat bet gemeentebestuur bezwaar maakt
een aan den boekhouder van de stads bank van leening te
verleenen pensioen, hetzij geheel, hetzij gedeeltelijk, ten laste
te brengen van de gemeentekasmaar dat in overweging
wordt gegeven bij de wijziging der begrooting over 1879 en
vervolgens bij liet ojmiaken van de begrootingen voor volgende
dienstjarendaarop eene som aan te brengen ter bestrijding
van bet aan den boekhouder na zijn ontslag te verleenen
pensioen
d. aan de voormelde commissie te berigtendat bet ge
meentebestuur ter zijner tijdgaarne in overweging zal ne
men, voorsteilen der commissie, om door bet verleenen van
15