84
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den G September 1881.
het verzoek te verleenen dan begaat men daardoor geen zins
eene overtreding.
De heer Duparc meentdatdaar de oproeping van sol
licitanten ter vervanging van mej. Hengeveld reeds is geschied,
het zeer wel mogelijk is, dat de benoeming spoedig zal vol
gen en de benoemde nog b. v. met 15 October in functie zal
kunnen treden. Dan zouden de bij de verordening bedoelde
2 maanden nog niet zijn verloopenvermits het verzoek van
mej. Hengeveld om ontslag op 1 September is gedateerd.
Sprak de verordening niet zoo bepaalddan had hij in het
belang van de middelbare school voor meisjes zelfs gaarne
geziendat het ontslag terstond werd verleendopdat de
nieuwe leerares in het Engelsch dan reeds dadelijk met ingang
van den nieuwen cursus in functie kon treden.
De heer van Harinxma thoe Slooten komt het voor
dat men niet wel zou doenom uit vrees voor stagnatie aan
de eene schoolde stagnatie aan eene andere school te be
stendigen of langer te doen duren. Naar hij meent, heeft de
directrice der middelbare school voor meisjes ook reeds ge
klaagd over de moeijelijkheden voortspruitende uit het voort
bestaan der aan die school bestaande vacatures.
Hij kan het stelsel van den heer van Sloterdijck nl. om de eene
stagnatie door de andere te voorkomen geenszins goedkeuren. Mej.
Hengeveld heeft zich bij haar verzoek geheel gehouden aan de
betrokken bepaling der verordening en nu kan het kiesheids
halve ook niet anders of de raad moet zich daaraan houden
en geen haarbreedte daarvan afwijken.
De heer van. Sloterdijck zegt dat de heer Duparc als
mogelijk heeft gesteld het bijna ongebeurlijk gevaldat vóór
1 November de opvolgster van mej. Hengeveld reeds benoemd
en in functie zal zijn getreden. Bij de ondervinding die men
ten dezen heeftis dit geval bepaald ondenkbaar.
De heer van Harinxma thoe Slooten heeft er op gewezen
dat men door eene lacune aan de eene school te voorkomen,
zal bestendigen eene lacune aan eene andere inrigting,spr.
wil dit toegeven, maar hij is tot zijn voorstel gekomen, door
appreciatie dier lacunes Hij acht die eventueel te ontstaan
aan gemeenteschool no. 3 van meer beteekenisdan die
welke zou worden bestendigd aan de middelbare school voor
meisjes, omdat z.i. in het onderwijs in de Engelsche taal aan
laatstgenoemde inrigting wel tijdelijk door de andere leeraressen
is te voorzien. Hij erkent echter gaarne, dat omtrent de
andere vacatureaan die inrigting bestaandeop welke va
cature de heer van Harinxma thoe Slooten ook doelde minder
goed eene schikking is te treffendoch dit is geheel zonder
invloed op de voorziening in het onderwijs in de Engelsche
taalwaarvoor de andere leeraressen tijdelijk zeer goed in
staat zijn.
De heer Bruinsma, tijdelijk Voorzitter, verstrekt nog
eenige inlichting omtrent den spoed die in den regel wordt
gemaakt bij benoeming van onderwijzers en wijst daarbij o.a.
op het feit, dat reeds sollicitanten voor de betrekking van
mej. Hengeveld aan gemeenteschool no. 3 zijn opgeroepen.
De stukken dier sollicitanten moeten vóór 15 September e.k.
bij het gemeentebestuur zijn ontvangen.
Verder wijst hij op de mogelijkheid, dat mej. Hengeveld,
bij aanneming van het amendement van den heer van Sloter
dijck, nog wel eens langen tijd aan gemeenteschool no. 3 zou
kunnen moeten blijvenomdat het gansch niet zeker isdat
haar te benoemen opvolgster spoedig in functie zal kunnen
treden. Bovendien zou hij die handelwijze niet billijk achten
in 't belang van mej. Hengeveld.
De heer van der Scheer verklaart het amendement van
den heer van Sloterdijck te hebben ondersteundomdat hij
meent dat deze kwestie eene levenskwestie is voor de leer
lingen der hoogste klasse aan gemeenteschool no. 3. Het
gevolg der in dezen bedoelde vacature kan zijndat eenige
leerlingen échec kunnen lijden bij het toelatingsexamen voor
de middelbare school. Door de stagnatie in het onderwijs in
de hoogste klasse aan de gemeenteschool no. 3, zullen vele
ouders weder teleurgesteld worden bij het volgende toelatings
examen voor het middelbaar onderwijs.
Spr. stelt een volledig onderwijs in de hoogste klasse aan
de gemeenteschool no. 3 hooger en van meer belangdan
een onafgebroken cursus in de Engelsche taal en letterkunde
aan de school voor middelbaar onderwijs door dezelfde leerares.
Hierna wordt het amendement van den heer van Sloterdijck
in stemming gebragt en verworpen met 17 tegen 2 stemmen,
die van de heeren van Sloterdijck en v. d. Scheer.
Zonder hoofdelijke stemming wordt alsnu conform het voor
stel van burgemeester en wethouders besloten het door mej.
K. M. Hengeveld gevraagd eervol ontslag als onderwijzeres
aan gemeenteschool no. 3 te verleenen met ingang van 1 No
vember e. k.
9. Rapport der commissie omtrent het onderzoek der begrooting
voor de schutterijdienst 1882.
Overeenkomstig de conclusie van het rapport der iaadscom-
missie wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming be
sloten
de begrooting voor de dienstdoende schutterij dezer ge
meente dienst 1882 goed te keurenin ontvangst en uit
gaaf tot een bedrag van ƒ4316.
10. Rapport der commissie betreffende wijziging der gemeente-
begrootingdienst 1881.
De commissie stelt hierbij voor om na redres der in het
rapport vermelde onnaauwkeurigheden de door burgemeester
en wethouders voorgestelde wijziging der gemeente-begrooting
voor 1881 goed te keuren en de balans dier begrooting vast
te stellen als volgt:
inkomstenƒ1,071,470.43
uitgaven1,071,427.80
waarschijnlijk saldo42.63
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt dienover-
komstig besloten.
Niets verder te behandelen zijnde, sluit de Voorzitter de
vergadering.
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 22 September 1881.
85
Vergadering van Donderdag den 22 Septem
ber 1881.
Tegenwoordig 21 leden.
Voorzitter de Burgemeester.
I. De notulen van de vorige op 8 September jl. gehouden
vergadering worden gelezen en onveranderd vastgesteld.
II. Wordt ter tafel gebragt
1. Het rapport der raadscommissiebelast geweest met
liet onderzoek der gemeenterekeningdienst 1880.
De conclusie van dit rapport luidt
a. goed te keuren de door burgemeester en wethouders
den raad aangeboden rekening van de ontvangsten en uitga
ven der gemeente Leeuwarden over het jaar 1880 en die
alzoo voorloopig vast te stellen
in ontvang op1,228,982.88
en in uitgaaf op1,177,588.22
en alzoo met een batig saldo van 51,394.66
b. burgemeester en wethouders 's raads dank te betuigen
voor het zeer volledig en accuraat beheer der gemeente-finan-
ciën in het jaar 1880.
2. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot uit
loting van aandeelen in verschillende geldleeningen.
De conclusie van dit voorstel strekt om over te gaan tot
de uitloting van
2 aandeelen der geldleeningrentende 4 pet.aangegaan
in 1853, tot een bedrag van ƒ147,000;
3 aandeelen der geldleening, groot ƒ108,000, a 4Va pet.,
aangegaan in 1876
3 aandeelen der geldleeningaangegaan in 1877 groot
ƒ76,000, a 4Va pet.;
18 aandeelen van de geldleeningenaangegaan ten behoeve
van de gasfabriekals
13 van die, groot ƒ160,000, rentende 5 pet., aangegaan
in 1865
2 van die groot 105,000 rentende 5 pet.aangegaan
in 1867 en
3 aandeelen van die, groot ƒ85,000, a 4Va pet., aange
gaan in 1876.
3. Een voorstel van burgemeester en wethoudersstrek
kende te bepalen dat van de geldleeninggroot 900,000
dit jaar zullen worden afgelost zeventien aandeelen.
4. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot voor-
loopige vaststelling van den staat van openbaretot gemeene
dienst van allen bestemde waterstaatswerken niet in onder
houd en beheer bij het rijkde provincie of waterschappen
bedoeld bij het provinciaal reglementopgenomen in Prov.
Blad no. 76 van 1878.
5. Een voorstel van burgemeester en wethouders op een
adres van R. M. Kool, wed. H. Oosterwijk, om eene gratificatie.
Burgemeester en wethouders stellen hierbij voor aan de
adressante te kennen te gevendat haar verzoek niet voor
inwilliging vatbaar is en mitsdien wordt gewezen van de hand.
6. Een voorstel van burgemeester en wethouders om aan
het bestuur der vereeniging „de Ambachtschool" in gebruik
af te staan een gebouw tot berging van brandstoffen.
Dit voorstel strekt om te besluiten
aan het bestuur der vereeniging „de Ambachtsschool" tot
wederopzegging vergunning te verleenenom het gedeelte
van het gebouwdat vroeger bestemd was tot bergplaats van
turf ten behoeve der lokalen voor het onderzoek der prosti-
BlJVOEGSEL BEH00RENDE BIJ DE LEEUWARDER COURANT.
tuées te gebruiken tot berging van brandstoffen ten behoeve
van die schoolonder voorwaarde dat de kosten van het
maken der toegangsdeur door het bestuur van gemelde ver
eeniging voor zijne rekening worden genomen.
Al deze stukken zijn ter visie gelegdom in eene volgende
vergadering te worden behandeld.
7. De begrooting van het stads ziekenhuis, dienst 1882.
Ten fine van onderzoek en rapport in handen gesteld van
de heeren van EijsingaC. W. A. Buma en Plantenga.
8. Een voorstel van burgemeester en wethouders om niet
te besluiten tot stichting van een abattoir.
Wordt besloten dit voorstel te doen drukken als bijlage tot
het raadsverslag.
9. Een voorstel van burgemeester en wethouders op een
verzoek van den onderwijzer J. Poetsmaom eervol ontslag.
Met goedvinden der vergadering wordt tot dadelijke behan
deling van dit voorstel overgegaan.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt besloten aan
Jan Poetsma met ingang van 1 October 1881 op zijn verzoek
eervol ontslag te verleenen als onderwijzer aan de gemeente
school no. 10.
III. Wordt medegedeeld
1. Dat door burgemeester en wethouders is besloten:
1. Aan te wijzen tot lokalen waarin het herhalingsonder-
wijs zal worden gegeven
a. voor de school met driejarigen cursusuitsluitend be
stemd voor jongensde gemeenteschool no. 5
b. voor de school met tweejarigen cursuseveneens uit
sluitend bestemd voor jongensde gemeenteschool no. 10.
c. voor de school met tweejarigen cursusuitsluitend be
stemd voor meisjes, de gemeenteschool no. 1.
II. Aan te stellen tot onderwijzersbelast met het herha-
lingsonderwijs voor den cursus 1881/82
a. aan de school met driejarigen cursusF. de Vries
hoofd der gemeenteschool no. 5 en H. Siersma, onderwijzer
aan de gemeenteschool no. 1
b. aan de school met tweejarigen cursusuitsluitend be
stemd voor jongens, Th. Boersma, hoofd der gemeenteschool
no. 6 en A. Bekius onderwijzer aan de gemeenteschool no. 4
c. aan de school met tweejarigen cursusuitsluitend be
stemd voor meisjes G. Geerts Szn.hoofd der gemeenteschool
no. 1 en Janna Visser, onderwijzeres aan de gemeenteschool no. 10.
III. De leiding van het herhalingsonderwijs aan die scho
len respectievelijk op te dragen aan voornoemde onderwijzers
F. de VriesTh. Boersma en G. Geerts Szn.
IV. De in functietreding van gemelde onderwijzers te doen
ingaan den 1 October a.s.tegelijk met de opening der her
halingsscholen met tweejarigen cursuszijnde het herhalings
onderwijs met driejarigen cursus reeds vroeger aangevangen
en het hoofd dier school bereids sedert 1 April jl. als zooda
nig werkzaam.
2. Dat door burgemeester en wethouders opnieuw voor
den tijd van vijf jarenin te gaan 1 October 1881 tot
bevolkingsagenten zijn benoemdHermanus Siersma en Jacob
Goor, ieder op eene jaarwedde van ƒ600.
3. Dat nog door burgemeester en wethouders is benoemd,
met ingang van den 1 Nov. 1881, tot eerste hulponderwijzeres
aan de armenbewaarschool mej. Aukje Gramsma, thans
onderwijzeres aan de school van openbaar lager onderwijs te
Bergumerheideen zulks op eene jaarwedde van ƒ500.
4. Dat zijn ontvangen
18