8 Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan den 10 Januarij 1884. beleefdheidshalve de daarbij gedane voorstellen zal moeten volgen. De raad zal z. i. niet vrij blijven Spr. acht ook bier een votum van vertrouwen in de commissie wenschelijk en zou aan dezen willen overlateD een of meer deskundigen te benoemen om de zaak te onderzoeken. Hij is niet tegen onderzoekmaar tegen de officiële wijze waarop men dat onderzoek wil. Het is geheel iets anders als de commissie een of meer deskundigen benoemtmet deze officieus de zaak bespreekt en daarna met voorstellen voor den dag komtdan dat de benoeming regtstreeks van den raad uitgaat. Nogmaalshij is niet tegen onderzoek door deskundigen omdat hij weet dat noch de raadnöcli de commissie des kundig ismaar hij wil dat onderzoek niet in den vorm van enquête Ook meent hij nog te moeten opmerkendat de directeur der gasfabriek reeds een rapport omtrent den toestand der fabriek heeft ingediend en dat dit rapport best in elkander zit. De heer van Harinxma thoe Slooten zou kunnen volstaan met de verklaringdat ook ten opzigte van dit punt geheel geldt, wat hij heeft gezegd bij punt a. Het is de unanieme wensch der commissiedat alle voorstellenzooals zij door burgemeester en wethouders zijn gedaanworden aangenomenMet een enkel woord meent hij echter te moe ten repliceren op hetgeen door den heer Bruinsma is gezegd. Deze leest in punt b: dat de enquête op den voorgrond ge steld wordt. Het kan zijn, dat sprs. kennis van de Neder- landsche taal hem in de steek laatmaar hij kan dit woord in punt b. zelfs niet vinden. Het spreekt van zelf, dat de te benoemen deskundigen die met den directeur der fabriek de noodige plannen tot verbetering zullen ontwerpen zich allereerst op de hoogte moeten stellen van de gebreken der fabriek en in zooverre is eene enquête zeker onvermijdelijk maar daarin kan spr. niet zien, een „op den voorgrond stellen van de enquête De heer Bruinsma wil erkennendat in het voorstel niet van enquête wordt gesproken, maar spr. heeft gemeend dat tusschen de regels in te lezen. Naar het hem voorkomt, wil men hier in werkelijkheid eene enquête of een onderzoek, dat hiermede geheel gelijk is te stellenDe uitkomst zal geheel dezelfde zijn. Alles zal officieel worden behandeld. De deskundigen zullen door den raad worden benoemd en deze zullen zeker na het onderzoek hun plannen enz. ook bij den raad indienen Hij is tegen dat officiële en acht het veel beter, de zaak meer officieus te behandelen De heer Troeistra is voor het onderwerpelijk punt, vooral na het ongevalhetwelk zich in de vorige weck heeft voorge daan, dat nog al wat schrik bij de ingezetenen heeft veroor zaakt en waarvan men, naar het schijnt, de juiste oor/aak nog niet weet. Hij heeft echter nog eene vraagwaarop hij gaarne eenige inlichtingen zou ontvangen. Zij is deze, of nu door de tegen woordige voorstellen, de plannen tot uitbreiding der fabriek, waarover onlangs is beraadslaagd, geheel op den achtergrond zullen worden geschoven. Zooals punt b luidtwordt alleen over verbetering en niet over uitbreiding gesproken. De Voorzitter deelt hierop mede, dat hetgeen besloten is op 22 November, noodzakelijk maakt, dat indien door de deskundigen zoodanige verbeteringen worden voorgesteld waarmede uitbreiding van het terrein der gasfabriek gepaard moet gaanmen met een desbetreffend voorstel bij den raad zal komen. Wanneer door de deskundigen b.v. noodig wordt geoordeeld datzooals primitief door den directeur werd voor gesteld zijne woning moet worden geamoveerd of wat ver schoven of wel dat een gedeelte van het terrein bij de her berg de Bleek of dat der houtveilingen voor de gasfabriek moet worden disponibel gestelddan zal daaromtrent een afzonderlijk voorstel aan den raad worden gedaan. Mogt het terrein der fabriek echter voldoende zijn, om de door de des kundigen noodig geachte verbeteringen aan te brengen, dan zal dit niet het geval worden en is de aanneming van het tegenwoordig voorstel voldoende om tot de uitvoering van die verbeteringen over te gaanaltijd behoudens latere goedkeuring door den raad der financiële voorstellen. Juist met het oog op de vroegere behandeling der plannen omtrent de uitbreiding der fabriek, kan aan het tegenwoordig voorstel moeijelijk zoodanige uitbreiding worden gegeven, dat men ook zonder den raad verder daarmede te bemoeijen, over meerder terrein kan beschikken. Op dit oogenblik kan omtrent de plannen van terreins-uitbreiding nog niets worden gezegd. De gascommissie en burgemeester en wethouders zijn daar omtrent nog niet tot eenstemmigheid gekomen. Wel is ter stond na het raadsbesluit van November door burgemeester en wethouders aan den directeur der gemeentewerken op- dragt verstrekt op nieuw plannen in te zenden en is ook reeds een plan ingekomen dat in handen der commissie voor de gasfabriek is gesteldmaar deze heeft daarop nog niet geadviseerd. Bij burgemeester en wethouders bestaat echter de wensch om zooveel mogelijk de beslissing dezer zaak te be spoedigen. De heer Troelstra komt door deze inlichting tot de con clusie dat de commissie van desdundigen zich uitsluitend zal hebbtn te bepalen tot verbeteringen en niet tot uitbrei ding van de gasfabriek. Den Voorzitter komt het voor, dat de verbeteringen, welke de deskundigen zullen voorstellen ook zeer goed vermeerde ring van gasberging kunnen insluiten. Misschien wordt het door de deskundigen noodig geoordeelddat de gashouders worden vermeerderd en dit zal niet kunnen geschieden dan door uitbreiding van het terrein van de fabrieken voor deze uitbreiding zal men weer met voorstellen bij den raad moe ten komen. De heer Duparc zegtdat door den heer Bruinsma sterk is gedrukt op het woord enquête. Spr. nu meent geenzins te moeten ontkennendatworden punten a. en b. der con clusie van het voorstel van burgemeester en wethouders aan genomen daaruit inderdaad kan voortvloeijen een onderzoek naar den geheelen toestand der gasfabriek. Hij gelooft dat men voor alles eerlijk moet zijn en dus deze waarschijnlijk heid niet behoort te ontkennen. In zoover is de onderstel ling van den heer Bruinsma niet zoo onjuist. Dochal is 't nu waardat in 1882 het voorstel tot het instellen eener enquête is verworpenspr. stemde er des tijds vóórmen moet niet vergetendat verscheidene leden tegen de enquête wa*en, omdat zij eerst een nieuwen directeur der gasfabriek wilden hebben benoemd. De direc teur is er thansen derhalve zou 't nu voor die leden zoo veel bezwaar niet meer kunnen gevenindien uit de aanne ming van het voorstel eene enquêteal is 't dan ook niet op Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden van den 10 Januarij 1884. 9 de vroeger gestelde vraagpunten voortvloeide. De te benoe men twee deskundigen zullen met den directeur den toe stand der fabriek en van de kanalisatie dienen na te gaan iets, 'tgeeu, volgens spr., nu niet minder noodig is dan vroeger. Alleen nu die leden naar wier gevoelen alles in orde is bij de fabriekkunnen zich tegen dat onderzoek ver zetten maar zij, die meenen dat er, alvorens t8 verbeteren eerst een onderzoek moet plaats hebben zullen zich bezwaar lijk tegen het voorstel kunnen verklaren. Hierna wordt onderdeel b. der conclusie van het voorstel van burgemeester en wethouders in stemming gebragt en aangenomen met 16 tegen 1 stem die van den heer Bruinsma. Bij het aan de orde stellen van punt c. zegt de heer van Slotordijckdat hij naar aanleiding van dit punt burge meester en wethouders met aandrang meent te moeten wijzen op de wenschelijkheid om niet zoo mogelijk maar zoo eeniy- zins mogelijk ja stellig met de verbeteringen aan de gasfa briek krachtig door te gaan. Het trekt ieders aandacht hoe dagelijks de straten worden opgebrokenalsof men meentdat de slechte verlichting komt van defect aan de leidingen in de huizen. Spr. en velen met hem weten echter dat het meestal daarin niet zit. Het is in confesso bij de commissie voor de gasfabriekbij burgemeester en wethouders, en nu dit voorstel wordt aan genomen bij den raaddat het kwaad schuilt aan de fabriek en de kanalisatie. Laat men nu toch niet meer doorgaan met het opbreken van straten en de particulieren zoodoende op kosten drijven, waar de gemeente den last en de kosten van verbetering behoort te dragen. De Voorzitter kan verzekerendat burgemeester en wet houders bijgestaan door de commissie voor de gasfabriek zoo spoedig mogelijk de noodig geachte verbeteringen zullen bewerkstelligen. Van de zucht daartoe is juist de indiening van het onderwerpelijk voorstel het bewijs, zoomede tot het aandringen op de spoedige behandeling daarvan. Hierna wordt punt c der conclusie van het voorstel van burgemeester zonder hoofdelijke stemming aangenomen, even als later het voorstel in zijn geheel. Alleen de heer Bruinsma verklaarde zich teg3ndoch ver langde geen stemming. Dientengevolge is besloten Burgemeester en wethouders te magtigen a. den directeur der gasfabriek toe te voegen een tijdelijk opzigterop de door burgemeester en wethouders vast te stellen jaarwedde b. twee deskundigen te benoemen om met den directeur de noodige plannen tot verbetering der gasfabriek te ontwerpen c. de noodig geoordeelde verbeteringen zooveel mogelijk nog in den loop van het jaar 1884 uit te voeren, met opdragt financiële voorstellen ter bestrijding van de kosten dier wer ken ter zijner tijd den raad aan te bieden. De heer van Harinxma thoe Slooten meent met ver lof der vergadering nog eene mededeeling te moeten doen in verband met het vorige punt. De heer Troelstra heeft daarbij met een enkel woord gewag gemaakt van de stag natiedie j.l. Vrijdag in de gasproductie is ondervonden. Zooals die spreker ook reeds heeft opgemerktbestaan daaromtrent verschillende meeningendie echter voor het meerendeel geheel onjuist schijnen te zijn. De commissie voor de gasfabriek heeft de zaak terstond geïnstrueerd door inlichtingen en een rapport van den direc teur der fabriek te vragen. Dat rapport is bij haar inge komen en stemt geheel overeen met het hetgeen de com missie zelve dien dag heeft kunnen waarnemen. Ter weg neming nu van onjuiste voorstellingenmeent spr. niet beter te kunnen doendan lecture te geven van het bedoelde rap port in zijn geheel. Spreker geeft daarop lecture daarvanwaaruit het vol gende blijkt Den 4n dezer maand omstreeks 1 1/fc uur in den nacht bleek eene verstopping in de buizenleiding der fabriek te bestaan onmiddellijk achter de exhaustors. Daar er geene omgangsbuizen zijn aangebragtmoest de fabriek met alle retorten buiten werking gesteld worden op de gewone wijze n.l. door het openen der retorten en het verbranden van het geproduceerde gas bij de monding. Hierdoor ontstond in het retortenhuis een sterke vuurgloeddie naar buiten het ver moeden van brand schijnt gewekt te hebben en voor het personeel de behandeling buitengewoon vermoeijend maakte. Met het ledigen der 36 retorten ging begrijpelijker wijze ge- ruimen tijd verloren. Eerst nadat dit volbragt waskon naar de juiste plaats van het kwaad gezocht worden om het daarna te verwijde ren. Deze arbeid was bij de nachtelijke duisternis dubbel moeijelijkomdat in de buizen bij den aanleg geene ope ningen voor de reiniging zijn aangebragt. Deze moesten eerst gemaakt en daarna de verdikte teer verwijderd worden. Gevolg van een en ander wasdat de fabriek ongeveer 11 uren buiten werking moest blijven, waardoor de gasvoorraad zoo gering wasdat de fabriek onmogelijk aan alle hare ver- pligtingen kon voldoenreden waarom de straatverlichting slechts voor een klein deel ontstofeen is en de grootste gas- consumenten verzocht werden het verbruik zooveel mogelijk te matigen. Tegen een verbruik van 6900 M3 gedurende de voorafgaande 24 uren heeft de fabriek den 4 Januarij 5100 M3 afgeleverd. Het aanbrengen van een grooteren condensor zal de afscheiding van teer veel vollediger en vroeger doen plaats hebben, terwijl de in de buizenleiding aangebragte openingen eene betere gelegenheid tot zuivering geven voor het tegenwoordige. Eene herhaling is dus wel niet te vreezen. Spr. heeft aan deze mededeelingen van den directeur slechts weinig toe te voegen. Verstoppingen als deze, maar van een enkel retortkomen in elke gasfabriek dagelijks meerma len voor, maar het gelijktijdig buiten werking stellen van alle ovens veroorzaakt moeijelijkhedenonder anderen door den grooten gloeddie daardoor in het retorten huis ont staat. Het is spr. niet gebleken, dat bij eene doelmatige behandeling, zooals men die van het personeel dezer fabriek gerust verwachten mag, gevaar voor de inrigting bestaan heeft. Maar waarvoor wel gevaar bestaan heeftdat is voor de mogelijkheid om dien avond gas te kunnen blijven leveren. Overigens heeft de directeur voor de houding van het per soneel gedurefide deze moeijelijkheidniets dan lof over. Zonder uitzondering hebben allen met onvermoeiden ijver tot bekorting en opheffing der stagnatie bijgedragen. Op voorstel des voorzitters wordt deze mededeeling van den heer van Harinxma thoe Slooten onder dankzegging aange nomen De vergadering wordt hierna gesloten.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1884 | | pagina 5