150
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan den 10 November 1885.
van het stedelijk muziekkorps te Leeuwarden vastgesteld den
4 Mei 1864
c. op te heffen de raadscommissie sub b bedoeldonder
dankbetuiging aan de leden dier commissie voor de aan de
gemeente in die betrekking bewezen diensten
i. rapport der raadscommissie voor de reclames omtrent
twee bezwaarschriften tegen het le suppletoir kohier der
directe belasting op het inkomen, dienst 1885;
k. nader rapport der raadscommissie omtrent het onderzoek
der begrooting van kosten voor de d.d. schutterij, dienst 1886
l. adres van mej. S. Fischerhoofd der departemeuts-be-
waarschoolhoudende verzoek om te worden benoemd tot
hoofd der gemeente-bewaarschool no. 6
m. adres van J. S. de Vries e. a. om verbetering te bren
gen in den toestand der af'wateringsgoten in de Groote Hoog
straat en in de Poststraat
n. adres van L. van der Woudehoudende verzoek om
eenige wandoppervlakten op de nieuwe veemarkt in pacht te
hebben tot het doen van aankondigingen, den veehandel be
treffende.
Wordt besloten de stukken sub lett. ak voor de leden
ter visie te leggen om ze in eene volgende vergadering te
behandelen en de adressen sub lett. Im en n ten fine van
prae-advies te stellen in handen van burgemeester en wet
houders.
IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den op
roepingsbrief vermelde punten
1. Voorstel van burgemeester en wethouders tot wijziging
der verordening regelende het gebruik van de beurs.
Daarbij wordt voorgesteldaan art. 7 der verordening
regelende het gebruik van de beursvastgesteld den 26 Au
gustus 1880 Gemeenteblad 1880no. 9) en gewijzigd den 23
September 1880 (Gemeenteblad 1880, no. 12) en den 12Julij
1883 (Gemeenteblad 1883, no. 12), het volgende toe te
voegen
„Zij (de beurscommissie) ontvangt jaarlijks uit de gemeen-
„tekas eene som van 100 ter bestrijding der kosten, zoowel
„van de schrijfbehoeften en schrijfloonenals van het houden
„van vergaderingen enz.
„Dit bedrag wordt op de begrooting gebragt en in rekening
„geleden zonder nadere verantwoording.
Het gemeentebestuur verstrekt aan de commissie een locaal
„tot het houden harer vergaderingen."
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt dienover
eenkomstig beslotenwaarbij de voorzitter mededeeltdat
die wijziging in 1886 in werking zal treden.
2. Voorstel van burgemeester en wethouders tot wijziging
van art. 6 der voorwaardenwaarop aan de heeren van den
Broek en van Barneveld Kooij Jr. te Amsterdam concessie is
verleend tot aanleg en exploitatie eener drinkwaterleiding in
deze gemeente.
Burgemeester en wethouders stellen daarbij voor den ter
mijn bedoeld in gemeld artikel 6met zes maanden te ver
lengen en vast te stellen op uiterlijk den 16 Mei 1886.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
3. Rapport der raadscommissiebelast geweest met het on
derzoek der gemeente-rekeningdienst 1884.
De commissie stelt hierbij voor te besluiten
a. goed te keuren de door burgemeester en wethouders
aangeboden rekening van ontvangsten en uitgaven der ge
meente over 1884 in ontvang op eene som van 997,939.76'/»
en in uitgaaf op eene som van ƒ924,803.35, alzoo n et een
batig slot van ƒ73,130.41'/»;
b. burgemeester en wethouders 'sraads bijzonderen dankte
betuigen voor het volledig en naauwkeurig gevoerd beheer
der gemeente-finantiën over 1884.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt dienover
eenkomstig besloten.
Wordt opgemerkt, dat de heeren Troelstra, Wiersma en
van Harinxma thoe Slooten als wethouderszich van mede
werking tot dit besluit hebben onthouden.
4. Rapport der raadscommissiebelast geweest met het
onderzoek der begrooting van administratiekosten voor de stads
bank van leeningvoor het dienstjaar 1886.
De conclusie van dit rapport is om gemelde begrooting
goed te keuren tot een bedrag van ƒ6343.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
5. Rapport der raadscommissiebelast geweest met het on
derzoek der begrooting voor het nieuwe stads weeshuisdienst
1886.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform
de conclusie van het rapport besloten die begrooting goed
te keuren tot een bedrag in ontvang van ƒ25,206.45'/» en
in uitgaaf van ƒ25,200.40, en een vermoedelijk batig slot
van ƒ6.05'/».
De heer Beucker Andrese heeft tot dit besluit niet mede
gewerkt.
De heeren DirksTroelstraBrunger en Oosterhoff verla
ten de vergadering.
6. Advies van de raadscommissie voor de reclames op be
zwaarschriften in beroep tegen aanslagen op het primitief kohier
der direete belasting op het inkomendienst 1885.
In verband met de behandeling van dit punt §luit de
Voorzitter de openbare vergadering.
Verslag der handelingen van den gemeenteraad
te Leeuwardenvan den 24 November 1885.
151
Vergadering van DingBdag den 24 November 1885.
Tegenwoordig eerst 17, later 19 leden.
Afwezig de heeren mr. H. Wiersma en A. Duparcmet
kennisgeving.
Voorzitter: de*heer P. Lycklama a Nijeholt, burgemeester.
I. De notulen van de vorige op 10 November j.l. gehou
den vergadering worden gelezen en onveranderd vastgesteld.
II. Wordt medegedeeld
a. beslissing van gedeputeerde staten op reclames in beroep
tegen aanslagen in de directe belasting op het inkomen
b. missive van de heeren van den Broek en van Barne
veld Kooij Jr.houdende ontvangst berigt van het raadsbe
sluit waarbij de termijn van indiening van een ontwerp
drinkwaterleiding is verlengd.
III. Wordt ter tafel gebragt:
1. Eene aanbeveling ter benoeming van een lid der com
missie van toezigt op het middelbaar onderwijs, wegens perio
dieke aftreding van den heer mr. G. A. Visscher.
De commissie beveelt daartoe aan de heeren 1. mr. G.
A. Visscher; 2. H. E. de Bruijn, en 3. mr. E. M. von Baumhauer.
2. Voorstel van burgemeester en wethouders om met in
gang van 12 Mei 1886 de woning, plaatselijk bekend St.
Jobsleen no. 255, voor den tijd van vijf jaren in huur af te
staan aan den heer E. C. Jungius tegen eene jaarlijksche
huursom van ƒ650.
3. Verslag van den toestand van het St. Anthony gasthuis,
over 1884.
4. Adres van den heer mr. B. Hopperus Buma om niet
te besluiten tot de invoering van het verpligt tonnenstelsel
dan met de beperking dat de afvoer ot uitloozing van faeca-
liën in eigen gemetselde kolkenwaarvan de inrigting van
bestuurswege is goedgekeurd en de uitruiming op gezette
tijden geschiedt, geoorloofd blijve.
De Voorzitter deelt naar aanleiding van dit verzoek mede,
dat tegen den adressant proces-verbaal is opgemaakt wegens
het aanleggen van putten tot opname van faecale stoffen
hetgeen bij de bouwverordening is verbodenzoodat de regter
eerlang zal moeten beslissen of die putten bij het Burmania-
huis behouden kunnen blijven.
5. Adres van G. v. d. Hoekwed. B. Polakom een
houten loods tot berging van vee te mogen plaatsen op ge
meentegrond in de Doorgaande steeg.
Wordt besloten de stukken 1 en 2 voor de leden ter visie
tt leggen om ze in eene volgende vergadering te behandelen,
het adres sub 4 te behandelen bij het verslag van rapporteurs
omtrent de invoering van het verpligt tonnenstelselhet
adres sub 5 ten fine van prae-advies te stellen in handen van
burgemeester en wethoudersen het verslag sub 3 in het
archief te deponeren.
IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den
oproepingsbrief vermelde punten
1. Benoeming van twee leden der commissie van toezigt op
het lager onderwijswegens periodieke aftreding.
Voor de le vacature worden aanbevolen de heeren
1. mr. J. S. baron van Harinxma thoe Slootenaftredend
lid; 2. P. Fabry de Jonge; 3. mr. J. M. van Hettinga Tromp.
Overgaande tot stemming wordt de heer mr. J. S. baron van
Harinxma thoe Slooten met algemeene (17) stemmen benoemd.
Voor de 2e vacature worden aanbevolen de heeren
1. jhr. mr. D O. Engelen, aftredend lid 2. mr. I. Wolff,
en 3. jhr. mr. R. de Marees van Swinderen.
De uitslag van de ten dezen gehouden stemming is dat de
Bijvosoul bhhoohindb bij db Lbbbwibdbb Coueant.
heer jhr. mr. D. O. Engelen met 17 stemmen wordt benoemd.
De heer mr. I. Wolff verkreeg ééne stem.
De heer de la Faille was vóór de laatste stemming ter ver
gadering gekomen.
De heer van Harinxma komt ter vergadering.
2. Benoeming van eene voogdes en een voogd van het nieuwe
stads weeshuiswegens periodieke aftreding.
Voor de le vacature worden aanbevolen
1. mevr. A. I. Beekkerk—Hamerster Dijkstra, aftredende voog
des 2. mevr. A. C. E. W. baronesse van Harinxma thoe Sooten
Collot d'Escury, en 3. mevr. M. v. d. Veenv. d. Pot.
Voor de 2e vacature de heeren:
1. mr. W. A. van Sloterdijckaftredend voogd2. mr.
H. M. de Wendten 3. mr. A. Hoeth.
De uitslag der gehouden stemmingen isdat worden be
noemd tot voogdes en tot voogd van het nieuwe stads wees
huis mevrouw A. I. BeekkerkHamerster Dijkstra en de heer
mr. W. A. van Sloterdijck, beiden met algemeene (19) stemmen.
3. Benoeming van een lid der commissie van administratie
der stads bank van leeningwegens periodieke aftreding.
Door de commissie worden aanbevolen de heeren A. Ot-
tema en J. C. Kutsch Lojengawelke aanbeveling overeen
komstig het bepaalde bij art. 3 van het reglement voor die
instelling door burgemeester en wethouders is vermeerderd
met de heeren K. E. Brunger en M. J. Nolet.
Met 18 stemmen wordt de heer A. Ottema benoemd. De
heer J. C. Kutsch Lojenga verkreeg één stem.
4. Benoeming van twee voogden der stads armenkamer.
De voogden der stads armenkamer hebbenter vervulling
van twee vacatures te ontstaan wegens periodieke aftreding
op 1 Januarij 1886 van de heeren dr. N. Reeling Brouwer
en K. E. Brunger en welke blijven voortbestaan door het
niet aannemen der benoeming door de heeren P. Fabry de
Jonge en R. Bloembergen Ez.
Voor de le vacature aanbevolen de heeren
1. mr. E. M. von Baumhauer 2. N. T. Haverschmidt J.Hz.
3. F. van Dalsen Fontein.
Voor de 2e vacature de heeren
1. B. Schmidt; 2. mr. W. Kolff, en 3. W. Albarda.
De uitslag der gehouden stemmingen isdat voor de ver
vulling der le vacature wordt benoemd de heer mr. E. M.
von Baumhauer, met 18 stemmen, terwijl de heer N. T.
Haverschmidt één stem bekwam en voor de vervulling der
2e vacature de heer BSchmidtmet 17 stemmenterwijl
de heer W. Albarda twee stemmen op zich vereenigde.
5. Voorstel van burgemeester en wethouders tot vaststelling
eener verordening regelende het gebruik van de vischmarkt en
van twee verordeningen regelende de heffing en de invordering
eener belasting voor het gebruik van de vischmarkt.
(Zie bijlage no. 21 tot het verslag van 's raads handelingen.)
Voordat tot behandeling dezer verordeningen wordt over
gegaan, stelt de Voorzitter, namens burgemeester en wet
houders voorom art. 9 van eerstgenoemde verordening
zoodanig te wijzigen dat de laatste twee zinsneden vervallen.
Deze zijn overgenomen uit de bestaande verordening en kun
nen goedschiks weggelaten wordendaar de ondervinding
heeft doen zien dat die bepalingen geheel onnoodig zijn.
Hieromtrent zal eene beslissing worden genomen wanneer
bedoeld artikel aan de orde is.
Daar geen der leden over het voorstel en de verordeningen
in haar geheel het woord wenscht ta oeren wordt overge
gaan tot de artikelsgewijze behandeling der laatsten.
24