162
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan den 24 November 1885.
dit van zelf spreekten in elk geval kan dan de gemeente
indirect grooten invloed uitoefenen op het behoud van een
goed korps.
De officieren der schutterij zullen dit ongetwijfeld inzien en
dus steeds genegen bevonden worden om het korps ook bui
ten de schutterij zoo veel mogelijk dienst te laten doen.
Daaromhij herhaalt hetacht hij de voorgestelde motie
tamelijk overbodig.
De heer van Sloterdijck stemt toe, dat er niet veel ge
vaar zal bestaandat eene regeling niet zal kunnen worden
getroffen. Het is te veel in het belang van het korps zelf.
Maar juist die omstandigheid zal de onderhandelingen kort
doen zijn. En als het nu tusschen burgemeester en wethou
ders en den komraandant tot een vergelijk zal gekomen zijn
dan zal spr. het den heer Minnema Buma niet nazeggen, dat
andere schuttersraden de eens getroffen regeling niet zullen
respecteren. Maar men moet waarborg hebbenzegt spr,
voor eene goede regelingomdat daarvan toch ook de vast
stelling van eene grootere som op de begrooting der d d.
schutterij afhangt. Hij spreekt nogmaals zijn wensch uitdat
zijne motie moge worden aangenomen.
De heer van Harioxma thoe Slooten heeft straks den
heer Troelstra er op hooren wijzendat de verordening voor
schrijft, dat de commissie zich in betrekking moest stellen
met den kommandant der schutterij. Die geachte spreker
liet daarop volgen als zoude de verordening gewijzigd moeten
worden. Spr. is het daarmede niet eens. De verordening
voor de muziek-commissie kan blijven zooals die is. De raad
heeft niets te maken met de muziek der schutterij. In alle
omstandigheden en ook nu acht hij het wenschelijk dat, waar de
gemeente reeds zoovele jaren kosten en zorg heeft besteed
aan het stedelijk muziekkorpszij het hecht niet uit handen
geve. Gesteld dat de kapelmeester wordt ontslagen en ver
vangen door een ongeschikt persoondan kan de raad niets
daaraan doen. Het is geheel eene zaak van de schutterij.
Begint men nu eenmaal met onderhandelingen, dan kunnen
wel mooije beloften gegeven wordenmaar z. i. is er teregt
op gewezen dat de opvolgers in den schuttersraad andere
inzigten kunnen hebben en dat men dus vrij wel in de on
zekerheid verkeert omtrent later te vragen diensten. Daarom
is spr. tegen de motie van den heer van Sloterdijcken
wenscht hij thans reeds het oorspronkelijke voorstel af te
stemmen.
De Voorzitter acht de bedenkingen van den heer van
Harinxma niet overwegend. Hij moet protesteren tegen de
uitdrukking dat de raad niets te maken heeft met de inrig-
ting van de schutterijmuziek. De raad bepaalt immers de
som die ten behoeve van dat korps kan worden besteed en
heeft daarmede tevens invloed op het gehalte daarvan.
Wat de benoeming van den kapelmeester aangaat, spr.
wijst er opdat die in vele gemeenten den rang van 2u
luitenant bekleedt en alzoo door den koning wordt benoemd
op voordragt van burgemeester en wethoudersnadat die
daaromtrent in overleg zijn getreden met den kommandant.
De staf muziek der schutterij zal natuurlijk voortaan een
gedeelte van de somthans voor het stedelijk muziekkorps
bestemdkunnen verkrijgenterwijl met het overige de post
▼oor publieke vermakelijkheden kan worden verhoogd. Op
die manier zal in de behoeften kunnen worden voorzien
zonder meer uitgaven voor de gemeente te veroorzaken. Wordt
echter het stedelijk muziekkorps niet opgehevendan zullen
de kosten aanzienlijk verhoogd worden omdat er dan twee
korpsen zullen zijnhetgeen waarsehijnlijk op het gehalte
van beiden ook niet gunstig zal werken.
De heer van Harinxma thoe Slooten heeft van den
Voorzitter vernomen dat bij voldoening aan spr.'s wensch
men geene goede schutterijmuziek zoude kunnen verkrijgen
wanneer men maar eene half voldoende som disponibel stelde,
en dat de gemeente wel degelijk te maken heeft met dat
korps door het toestaan van eene sommaar dan vraagt spr.
of men daardoor garantie heeft dat de muziek goed zal zijn
en bruikbaar voor de gemeentewanneer men een geheel vol
doende som toestaaten dat zij goede diensten zal presteren.
Hij wil geen vlek werpen op de officieren der schutterij, wat
aangaat hun beheermaar moet toch doen opmerken, dat zij
niet verantwoordelijk zijnwaar tegenover staat dat het ste
delijk muziekkorps staat onder het beheer eener vaste com
missie uit den raad. Deze heeft dus de verantwoordelijke
personen in zijn midden. Waar de kosten worden gehoed
zegt spr.daar moet ook de verantwoording berusten.
De V oorzitter zegtdat de schuttersraad verantwoordelijk
is voor de goede besteding van de gelden die bij de begroo
ting van de schutterij worden toegestaan en hoewel dat col-
legie niet uit leden van den raad bestaat en dus niet altijd
in di jus midden iszoo stelt spr. toch genoeg vertrouwen er
inom de organisatie van een schutterij muziekkorps aan den
schuttersraad over te laten. Wat intusschen de motie van
den heer v. Sloterdijck betreft, daartegen kan weinig bezwaar
bestaanomdat er niets wordt gepraejudicieerd. De zaak
wordt alleen wat uitgesteld.
De beraadslagingen over de motie van den heer van Slo
terdijck worden hierop gesloten.
De motiein stemming gebragtwordt aangenomen met
16 tegen 3 stemmendie van de heeren DirksMinnema
Buma en van Harinxma.
Dientengevolge is besloten de voorstellen betreffende het
opheffen van het stedelijk muziekkorps enz. te renvoijeren aan
burgemeester en wethoudersten einde dat collegie in de ge
legenheid te stellen na overleg met den kommandant der d.d.
schutterij of met den schuttersraad aan den gemeenteraad ze
kerheid te verschaffendat de stafmuziek der schutterij na
de opheffing van het stedelijk muziekkorps ook beschikbaar
zal zijn voor uitvoeringen van gemeentewege te geven.
9. Voorstel van burgemeester en wethouders tot aankoop van
eene woning op Olde-Galileën.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform
de conclusie van dit voorstel besloten om behoudens goed
keuring van gedeputeerde staten van Geertje van Meerlo
cchtgenoote van Gerrit de Vries, te Haulerwijk, voor de ge
meente aan te koopen het perceel kadastraal bekend gemeente
Leeuwarden, in sectie F no. 1270, voor eene som van 2300
en verder op voorwaarden door burgemeester en wethouders
nader vast te stellen.
10. Rapport der raadscommissie voor de reclames omtrent
bezwaarschriften tegen aanslagen op het le suppletoir kohier der
dir. belasting op het inkomendienst 1885.
In verband met de behandeling van dit punt wordt tot
g3heime zitting overgegaan en besloten met het oog op het
vergevorderd uur de overige heden nog aan de orde zijnde
punten tot eene volgende vergadering aan te houden.
De voorzitter sluit de openbare vergadering.
j
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan den 8 December Ï885.
163
Vergadering van Dingsdag den 8 December 1885.
Tegenwoordig 20 leden.
Afwezig de heer A. Duparc, die berigt heeft wegens ambts
bezigheden de vergadering niet te kunnen bijwonen.
Voorzitter de heer P. Lycklama a Nijeholt, burgemeester.
I. De notulen van de vorige op Dingsdag den 24 Novem
ber j.l. gehouden vergadering worden gelezen en onveranderd
goedgekeurd
II.M? Wordt medegedeeld:
1. Dat berigt van aanneming der op hen uitgebragte benoe
mingen is ingekomen van:
a de heeren mr. J. S. baron van Harinxma thoe Slooten
en jhr. mr. D. O. Engelen, tot leden der commissie van toe-
zigt op het lager onderwijs.
b. mevrouw A. I. BeekkerkHamerster Dijkstra en mr. W. A.
van Sloterdijck tot voogdes en voogd van het nieuwe stads weeshuis.
c. den heer A. Ottema tot lid der commissie van adminis
tratie der stads bank van leening.
d. de heeren mr. E. M. von Baumhauer en B. Schmidt,
tot voogden der stads armenkamer;
al deze mededeelingen worden voor notificatie aangenomen.
2. Dat is ingekomen van den heer H. Aalderink, commies
ter secretarie van Groningen, een present-exemplaar van zijne
handleiding voor de toepassing der wetten van militie en schutterij.
Aan den schrijver is bereids dank betuigd.
Wordt besloten het boek te deponeren in het archief.
3. Beslissing van ged. staten op reclames tegen aanslagen
in de directe belasting op het inkomen;
gesteld in handen van burgem. en weth. ter fine van uitvoering.
4. dat bij openbare aanbesteding het drukken en leveren
van het verslag van 's raads handelingen gedurende 1886 is
gegund aan L. G L. Hoekstein alhier, 500 exemplaren ge
woon drukwerk voor ƒ6.70 per vel druks en elke 20 exem
plaren meer voor 0.25 per vel, en 500 exemplaren staat-
werk voor ƒ7.50 per vel en elke 20 exemplaren meer voor
ƒ0.271/» per vel Aangenomen voor kennisgeving.
5. dat door burgemeester en wethouders aan den heer
E. J. Bergsma met ingang van 1 December j.l. eervol ont
slag is verleend als klerk ter secretarie, wegens zijn benoe
ming tot secretaris der gemeente Idaa; deradeel
Mede voor kennisgeving aangenomen.
III Wordt ter tafel gebragt:
1. Een voorstel van burgemeester en wethouders om het
verzoek van G van der Hoek, wed. B. Polak, tot plaatsing
van een houten loods op de open plek grond in de Doorgaande
steeg als niet voor inwilliging vatbaar te wijzen vaai de hand.
2. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot aanleg
van een kunstweg op het Kalverdijkje.
3. Een voorstel van burgemeester en wethouders omtrent
de benoeming van onderwijzend personeel aan de gemeente
bewaarschool no. 6.
De conclusie daarvan luidt:
a. geene oproeping te doen voor onderwijzend personeel
ten dienste van de met 1 Januarij 1886 te openen gemeente
bewaarschool no. 6
b. voorloopig en in afwachting van eene nadere regeling
van het bewaarschoolonderwijs in deze gemeente, de jaarwed
den van de onderwijzeresdie aan het hoofd der gemeente
bewaarschool no. 6 wordt geplaatst, vast te stellen op ƒ735
van eene onderwijzeres op 300
Bijvoegsel behoorende bij de Leeuwarder Courant.
van eene kweekeling op «130
medehelpstertevens belast met het
schoonhouden en verwarmen der lokalen op 200
voor toelagen eventueel aan kweekelingen uit
te keerenbeschikbaar te stellen 50
c. te benoemen tot hoofdonderwijzeres aan de gemeente
bewaarschool no. 6 mej. Sophia Fischer, thans geplaatst aan
het hoofd der departementsbewaarschool.
4. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot on-
derhandsche verhuring van diverse gemeente-eigendommen.
Daarbij wordt voorgesteld
Voorbehoudens goedkeuring van heeren gedeputeerde sta
ten burgemeester en wethouders te magtigen om onderstaande
gemeente-eigendommen onderhands in huur af te staan voor
den tijd van één jaar
met ingang van 12 Mei 1886 aan
A. Westerhuis, de scheepstimmerwerf ca Oldegalileën no.
229, voor ƒ117.'sjaars,
S van der Heide, woning Oldegalileën, no. 36, voor 59.80
wed.J.v.d Heide, 38, 57.20
W. B Wijlgenbosch, 34, 59.80
F. Vuist, Posthoorn steeg 15, „125.
S. Polstra, Stienserweg 3, 100.
J. E. Schreuder, Oostersingel „114, 65.
D. Draper, Bagijnestraat „61, „117.
K. BosmaKalvergloppe (gedeelte) 91.—
A. Medendorp, 65.
J. H. Doodkorte, Oostersingel no. 108, 59 80
W. Klebach, Bagijneklooster 7, 57.20
J. Goor, Noorder Plantage no. 3, 78.
J. OttenRaadhuisstraatje 5, „130.
1,* 35.-
J. W. H. Schreurs, Kruisstraat 25, 300.
A. Siekman, Doelestraat 1, 150.
M. Pekelsma, een plek grond aan het Olde-
hoofdster Kerkhof 2.50
S. Ritman de woning Oldegalnos. 40 en 32 91.
met ingang van 1 Februarij 1886 aan
D. Suwijn en W. Loot. eene plek grond aan
het Oldehoofster Kerkhof 2 50
5. Eene aanbeveling ter benoeming van een lid van het
collegie curatoren van het gymnasium.
Ter vervulling der vacaturete ontstaan door periodieke
aftreding van den heer mr. J. Minnema Bumadie verzocht
heeft voor eene herbenoeming niet weder in aanmerking te
komenworden aanbevolen de heeren dr. M, van Staveren
mr. E. Koning en mr. I. Wolff.
6. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanlei
ding van een adres van S. Vinken, betreffende bewaking en
inrigting van het terrein der houtveilingen.
7. Een adres van H. van der Heide, om ontheffing van
beloopen boete ter zake het maken van funderingen voor den
nieuwen gashouder bij de gem. gasfabriek.
Wordt besloten de stukken sub 1 tot en met 6 voor de
leden ter visie te leggen om ze in eene volgende vergadering
te behandelen en het adres sub 7 ten fine van prae-advies te
stellen in handen van burgemeester en wethouders.
IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den
oproepingsbrief vermelde punten.
1. Benoeming van een lid der commissie van toezigt op
het middelbaar onderwijswegens periodieke aftreding.
- M Yk