]41
Verslag der handelingen van den gemeenteraad
te Leeuwarden, van den 14 December 1886.
l)e heer (le la Faille betuigt zijne ingenomenheid, dat
Lu ge,mester en wethouders aanleiding hebben gevondenom
gevo'g te geven aan de tot het gemeentebestuur gerigte uit-
110 (liging, om van zijne belangstelling iu deze zaak te doen
blijken. Toch wenscht hij eene enkele inlichting te bekomen,
die h in de toelichting op het voorstel niet heelt gevonden.
Numeiijk deze De Kamer van koophandel en fabrieken te
Sneek is begonnen met een zelfstandig adres te rigten tot den
Minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid. Later heeft
eene gecombineerde vergadering van onderscheidene gemeentebe
sturen iu deze provincie plaats gehad, die ook hun denkbeeld
hebben uitgesprokendoch eenigzins in afwijking van het verzoek
der Kamer van koophandel te Sneek. Nu komen burgemeester
en wethouders met een voorstel, dat wederom van de andere
afwijkt. De Minister zal dus successievelijk drie verschillende
denkbeelden te beoordeeleu hebben. Spr. stelt de vraag of
het wel wenschelijlc en bevorderlijk is voor het verkrijgen van
verbetering, dat verschillende corporatien zich tot de autori
teiten wenden met verzoeken, die telkens wat anders inhouden,
doch ééne zaak betrelfen. Zal voor den Minister welligt hierin
niet eene aanleiding zijn gelegen, om de zaak te laten zooals
zij is, wanneer hij ziet, dat de belanghebbenden het niet ge
heel eens zijn In dien geest toch is bijv., bij de discussiën
over de begrootirg voor Binnenlaiidsche Zaken, door den Mi
nister Heemskerk gesproken over de adressen omtrent wijzi
ging van het gymnasiaal onderwijs.
Waarom, vraagt spr., hebben burgemeester en wethouders
nu een afwijkend voorstel gedaan Want de Kamer van
koophandel te Sneek heeft, naar spr. heeft begrepen, verzocht
twee sneltreinen te doen loopen en zooveel lokaaltreinen als
zou worden goedgevonden de gecombineerde vergadering der
gemeentebesturen te Sneek heeft er op aangedrongen, dat
naast vier normaaltreineu, twee lokaaltreinen zouden loopen,
terwijl burgemeester en wethouders, naast inlegging van twee
lokaaltreinen, twee sneltreinen willen doen vervangen door twee
gewone treinen. Verdiende bet dan niet meer de voorkeur,
om zich aan te sluiten bij het denkbeeld van de Kamer van
koophandel te Sneek of van de gecombineerde vergadering
der gemeentebesturen
De heer van Ifariimna tlioe Slooten moet op den voor
grond st llen, dat de zamenspreking tusschen de verschillende
gemeentebesturen minder haar ontstaan te danken heeft aan
het initiatief van dc Kamer in koophandel te Sneek, als wel
aan een besluit van den raad dier gemecute, waarbij werd aan
gedrongen op eene gemeenschappelijke bespreking door de ge-
meentebestuien aan deze lijn gelegen. Ofschoon in die ver
gadering wel het adres, door den voegen spreker bedoeld, is
genoemd, had men toch naar aanleiding van het verzoek van
den raad van Sneek meer liet aanbieden van een zelfstandig
adres op het oog. De slotsom van liet verzoek door de ver-
vergadering van de gemeentebesturen aan de autoriteiten ge-
rigt, luidt aldus
„In het belang der vele bewoners van een groot deel van
„Friesland, komen de gemeentebesturen tot u, met beleefd
„doch dringend verzoek mede tc werken, dat de lijn Leeu
wardenSta\ oren zoodanig worde geëxploiteerd, dat de streek,
„welke zij doorsnijdt, er dat genot van heeft, wat men zich
„billijkerwjze heeft voorgesteld."
Het ku am nu burgemeester en wethouders eigenaardig voor,
dat, met behoud van die vraag, nader zou worden gepreciseerd
welke veranderingen zouden moeten worden aangebragt, om
deze lijn te doen voldoen aan de eischen die men aan eene
goede exploitatie mag stellen, diet collegie wilde eene exteuse
uiteenzetting geven van hetgeen men verlangt; zoodoende is
het tot een eenigzins omslagtig voorstel gekomen, dat in details
tr edt hetgeen spr. geen verdienste acht maar daar
door zal men tot eenig resultaat kunnen komen.
Spr. heeft de gecombineerde vergadering te Sneek b'jge-
woond en erlangde daar de overtuiging, dat, wanneer de dienst
zoo geregeld wordt als burgemeester en wethouders voorstellen,
de onderscheidene gemeentebesturen althans voorloopig de be
langen hunner gemeenten daardoor geholpen zullen achten.
Bij eene dergelijke dienstregeling zal men zich nog altijd so
ber bedeeld kunnen rekenen, doch dit voordeel verkrijgt men
dan, dat niet alleen de gemeenten Leeuwarden en Sneek op
goede uren uit Amsterdam bereikbaar zullen zijn, maar ook
voor bet dagelijksch- en het marktverkeer, zal de verandering
aan beide steden zoow el als aan de plattelandsgemeenten ten
goede komen. Waar dus burgemeester en wethouders sub
2 voorstellen, om afschriften van bet verzoek te zenden aan de
onderscheidene belanghebbende gemeentebesturendaar vleijen
zij zich dat deze regeling de goedkeuriugdier besturenzalerlangen.
Burgemeester en wethouders vreezen er ook voor, dat, werd
niet gepreciseerd welke treinen in het belang van het
dagelijksch- en het marktverkeer zullen zijn, men gevaar zou
loopendat misschien andere dan de bedoelde sneltreinen in
gewone treinen worden veranderd, waardoor men het doel zoude
voorbijstreven. Juist door in détails te treden hopen burge
meester en wethouders het doel te kunnen bereiken. Spr.
gaat nog met stilzwijgen voorbij d( n grondslag zoowel van dit
voorstel alsook van de besprekingen te Sneekn.l. om een
transactie tusschen de verschillende autoriteiten tot stand te
brengen.
De heer Duparc heeft zich bij het lezen van dit voorstel
afgevraagd, wat een adres aan al deze autoriteiten nog
kan uitwerken Sinds een paar dagen toch is bekend
geworden het uitvoerig antwoord van den Minister van Wa
terstaat, Handel en Nijverheid aau de Tweede Kamer, omtrent
adressen van ingezetenen van Sneek enz. tot betere regeling
van de dienst op deze lijn, meer in bet bijzonder wat het gedeelte
Leeuwarden-Sneek betreft. Uit dat antwoord blijkt op nieuw
dat de houding van den Minister in deze zaak zoo correct
mogelijk was, en dat al zijne pogingen tot het verkrijgen eener
meer doelmatige dienstregeling steeds afstuiten op den onwil
van den Directeur-Generaal. De Minister toch is tot alle
concessies bereid, mits het inter-provinciaal karakter der lijn
behouden blijve.
Toch acht spr. het goed, dat de raad ook zijne stem voegt
bij de andere stemmen, die zich over deze zaak hebben laten
hooren. Vraagt men hem echter, ot hij vel succes daarvan
verwacht, dan moet hij een ontkennend antwoord geven. Sinds
gernimen tijd toch weet men, dat de Minister en de Directeur-
Generaal lijnregt tegenover elkander staan. Wel zou laatst
genoemde bereid gevonden wordenom weder 6 a 7 treinen
daags te laten loopen, mits het alle lokaaltxtmm waren. De
re len daarvan is natuurlijkdat de lokaaltreinen veel minder
kostbaar zijn dan de, normaaltreinen. Terwijl de eerste slechts
f 1.82s per dagkilometer kosten, komen de kosten van de
laatste te staan op f5.6644/100. Al zou er slechts één normaal-
trein dagelijks behoeven te loopen dan zou de maatschappij
er toch altijd meer personeel voor de bediening op moeten
nahouden, en'nu wil zij juist minder personeel in dienst hebben.
Dat op den tegenwoordigen voet tevens veel minder personen
vervoer plaats vindt en daaruit belangrijk mindere ontvangsten
volgen, schijnt den Directeur-Generaal niet te deren. Hij wil
nu eenmaal zijn zin hebben.
Spr. beeft er echter niet op tegen, zooals hij straks zeide,
dat ook de gemeenteraad van Leeuwarden zijne stem laat
hooren. Misschien dat de Directeur-Generaal dan eindelijk
toch overtuigd zal wordendat de toestand niet langer zoo
kan blijven, en anders zal hij welligt zijn man vinden, hetzij
bij de commissarissen, hetzij bij de aandeelhouders. Spr. had
evenwel liever geziendat er meer in het algemeen op zou.
worden gewezen, dat men verbetering wenschte, zonder in hij-
zonderhelen te vermelden, welke, 't Is zeker zeer gemakke
lijk, om hier te verklaren, welke verandering men wenscht,
maar er zijn met het oog op de aansluiting van Groningen en
Heerenveen nog andere belangen in het spel. Dit is dan ook
door burgemeester en wethouders niet voorbijgezien. Zij zeg
gen zeiven in hun voorstel, dat door eene wijziging, gelijk zij
wenschenwel de mogelijkheid voor het oogenblik henomen
wordt voor doorgaand verkeer van reizigers van Groningen en
Heerenveen, maar dat dit bezwaar huns inziens gedurende de
winterdienst niet opweegt tegen de vuordeelen. De lijnen uit
die plaatsen zijn echer ook in exploitatie bij de maatschappij der
staats-spoorwegen cn moeten insgelijks deze lijn voeden door
het vervroegen van het vertrek van den morgen-snel l rein zou
den zij de aansluiting missen. Spr. zal zich intusschen bij
liet voorstel nederleggen al had hij het ook liever m meer
algemeene termen geformuleerd gezien.
Den heer van Ilarinxma thoe Slooten doet het genoegen,
dat de heer Duparc eene zoo juiste opvatting van liet voorstel
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 14 December 1886.
142
heeftdoch hij moet dien spreker doen opmerkendat men
met een verzoek in algemeene termen niet hetzelfde zal be
reiken als met een gedétailleerd verzoek. Als grondslag voor
eene transactie staat op den voorgrond, aan de eene zijde, dat
de lijn meer rendabel zal worden gemaakt door (1e tusschen-
statious, en aan de andere zijde dat twee lokaaltreinen zullen
worden ingelegd, die der exploitatie op geringere kosten ko
men te staan. Wanneer nu een gedetailleerd voorstel aau de
autoriteiten wordt ingezondendan bestaat er kans datbe
halve den steun van de gemeentebesturen, ook van andere
zijde aandrang kan worden verwacht. Om liet verschil van
meeniug, dat er, zooals dc heer Duparc zeide, bestaat tusschen
den Minister en den Directeur-Generaal, bij te leggen, is uoo-
digwat de Fransclieu zoo kernachtig uitdrukken frappez
fort, frappez toujours.
Voor een dergelijk verzoek zal men niet alleen steun vinden
bij de gemeentebesturendie aan de lijn zijn gelegen, maar
ook een magtigeu factor verkrijgen iu de publieke opinie.
Doch brengt men deze in het debat, dan moet men w el eene
bepaa de, juiste rigting aangeven, en zich niet bepalen hij al
gemeenheden. Dan zullen welligt ookzooals door den heer
Duparc aan het slot is gezegdde commissarissen der maat
schappij en de aandeelhouders daarin aanleiding vinden om
de zaak in nadere overweging te nemen, want, zegt s], r., voor
de laatsten is het niet wenschelijk dat alle hier genoemde
stations worden gemaakt tot ientelooze panden. Men geeft
hier het middel aan de hand tot het rendabel maken van die
stations, zonder dat uitbreiding van het personeel aldaar noo-
dig zal zijnen meent op geene betere wijze de openbare
meening te kunnen winnen.
De heer Troelstra doet opmerkendat het niet is aan te
bevelen omvolgens liet denkbeeld van den heer Duparc, in
algemeene termen te kennen te geven, dat men verbetering in
de dienstregeling wenscht. immers, de Directeur-Generaal zou
dan terstoud zeggen, dat hij niet anders wenscht, dat hij zeffs
heeft voorgesteld om vele lokaaltreinen te doen loopenmaar
alles met ligt materieel. Maarzegt spr.dat juist wil men
nietmen wenscht het normaal materieel voor de doorloopende
treinen te behoudenterwijl men natuurlijk genoegen zou ne
men om voor lokaaltreinen ligt materieel te gebruiken. De
bedoeling van allen, die verbetering wenscheu, is juist om
doorloopende treinen met gewoon materieel te houden, hetgeen
ook het standpunt van den Minister is. Wanneer nu volgens
het voorstel een sneltrein zal worden-veranderd in een gewo
nen personentreindan zal dat natuurlijk geldelijk voordeel
voor de maatschappij opleveren, daar dan aan alle of de meeste
tusschenstatious passagiers kunnen worden opgenomen. Men
meent dusdat het verzoekdat men wenscht te doenook
voor de exploitatie-maatschappij aannemelijk moet worden geacht.
De heer Dup are gelooft minder juist te zijn begrepen, wat
betreft zijn denkbeeld, om dit verzoek in algemeene termen te
doen. Hij had gewenscht, dat in de prcemissen ware opge
nomen eene uiteenzetting van het verlangen van den raad
maar di niet in de conclusie zoo bepaald werd uitge
drukt. Er zijn toch tal van belangen van anderen hij de zaak
betrokken, zoodat de exploitatie-maatschappij zal tegenwerpen,
dat het wel gemakkelijk gaat, om te zeggen wat men wenscht,
maar dat door de vo u-gestelde regeling de aansluiting wordt
gemist. Indien dus in het adres werd uiteengezet, wat nu
in de conclusie staat, dan kon het er/.oek alleen destrekking
hebben om op verbetering aan te dringen, zooveel mogelijk in
den bij de pramiissen aangegeven zin. Er zal nunaar spr.
meent, te veel op gedrukt worden, boe de treinen op den mi
nuut af moeten loopen.
Hij zal er zich evenwel, zooals hij reeds zeide, bij neerleg
gen, omdat er toch veel zal moeten gebeuren, vóórdat aan de
verlangde regeling zal worden voldaan.
De heer van Ilarinxma thoe Slooten moet er nog op
wijzen, dat het te doen is om in te grijpen in eene bestaande
dienstregeling en dat men dus uitdrukkelijk moet zeggen
welke wijzigingen men daarin wenscht te hebben aangebragt.
Want niet met elke inlegging van lokaaltreinen zullen de
plattelandsgemeenten worden geholpen. Neen, juist met de
in de conclusie genoemde. Daarmede is dan ook die gede
tailleerde conclusie te verdedigen.
De lieer (le la Faille is dankbaar voor de bekomen in
lichtingen, doch niet geheel voldaan. Nog altijd geldt bij
hem het bezwaardat zoo verschillende denkbeelden den au
toriteiten worden voorgelegd en liet is hem niet duidelijk
waarom dit voorstel de voorkeur verdient boven het deukbeeld
van de gecombineerde vergadering, die naast vier normaal-
treinen twee lokaaltreinen wenscht. Spr. zoude het juist be
treuren, als werd ingegaan op het denkbeeld van dit voorstel,
om één sneltrein te veranderen in een gewonen trein. Hij
stelt er prijs op, dat er tweemaal per dag een sneltrein loopt.
Spr. vreest er dan ook voordatwaar de gecombineerde,
vergadering een ander denkbeeld heeft uitgesproken, dit voor
stel geen gunstig outhaul zul hebben bij de gemeentebesturen,
wier medewerking men inroept.
De lieer van llarinxina thoe Slooten schijnt zich voor
den heer de la Faille niet duidelijk te hebben uitgedrukt
toen hij me ledeelde dat hij uit de bespreking in de gecombi
neerde vergadering heeft meeuen te mogen opmaken, daf het
onderwerpelijk voorstel bij de gemeentebesturen instemming
zoude vinden. Spr. zoude met dien geachten spreker betreu
ren, wanneer men een sneltrein moest missen, maar hij vergeet
nietdat men eene transactie op het oog heeft waarbij dus
van beide zijden iels moet worden opgeofferd En dan moet
spr. er ten slotte nogmaals op wijzen, dat juist eene regeling,
als zal worden voorgesteld, aan de eischen van de plattelands
gemeenten zal voldoenwant de bevolking van deze zal dan
in de gelegenheid zijn, om op geschikte uren andere plaatsen
te bereiken.
De beraadslagingen worden hierop gesloten.
Flet voorstel 7an burgemeester en wethouders wordt nu
zonder hoofdelijke stemming aangenomen en diensvolgens wordt
besloten
1°. Aan Z.E. den Minister van WaterstaatHandel en
Nijverheid, den Raad van Toezigt op de spoorwegdiensten, den Di
recteur-Generaal der Maatschappij tot Exploitatie van Staats
spoorwegen, en aan heeren Commissarissen dier Maatschappij,
onder mededeeling van vorenstaande motieven, het verzoek te
rigten, om het daarheen te willen leiden, dat zoo spoedig mogelijk:
a. een lokaaltrein in de bestaande dienstregeling worde in
gelegd welke uit Stavoren te omstreeks 9 uur des morgens
te Leeuwarden aankomt
b. een lokaaltrein in de bestaande dienstregeling worde in
gelegd, welke des avonds te omstreeks 8 uur uit Leeuwarden
naar Stavoren vertrekt
c. de bestaande sneltreinwelke thans 's morgens 8 uur
55 minuten van Leeuwarden vertrektmet behoud van nor
maal materieelzóóveel vroeger vertrekkedat hij aan de
tusschenstatious stoppende, terzelfder tijd te Stavoren aankome
d. de bestaande sneltrein, welke thans te 2 uur 7 minu
ten te Leeuwarden aankomt, met behoud van normaal materi
eel, zóóveel later aldaar aankome als noodig zal zijn om hem
aan de tusschengelegen stations te doen stilhouden.
2°. Afschrift» n van dit verzoek te zenden aan de gemeen
tebesturen van Leeuwarderadeel, Menulduinadeel, Baarderadeel,
Wijmbritseradeal, 1J 1st, Worknm, llemelumer Oldephaert en
Noordwolde, liindeloopeu, Stavoren en Sneek, met uitnoodi-
ging daaraan hunne adhaesie te willen scheuken.
De heeren Troelstra, van Sloterdijck, de la Faille en Ilijl-
kema verlaten de vergadering.
5. Het 2e suppletoir kohier der directe belasting op het in
komen dienst 1886.
6. Anvies der raadscommissie voor de reclames omtrent be
zwaarschriften in beroep tegen aanslagen in de directe belasting
op het inkomen dienst 1886.
In verband met de behandeling dezer punten wordt de ver
gadering tijdelijk met gesloten deuren voortgezet.
Na heropening der openbare vergadering wordt zonder dis
cussie en hoofdelijke stemming het 2e suppletoir kohier vast
gesteld met een belastbaar inkomen ad f40,179.1Ö5 en
een totaal der aanslagen ad f 1587,07.
De voorzitter sluit hierop de vergadering.