Vergadering van Dingsdag 13 September 1887
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 13 September 1887.
117
Tegenwoordig 1G leden.
Afwezig met kennisgeving dc heeren Mr. J. S. baron van Ha-
rinxma thoe SlootenH. Beucker AndreaeJhr. Mr. G. van
Eijsinga en J. van der Scheer.
Voorzitter de heer P. Lycklama k Nijeholtburgemeester.
I. De notulen van de vorige op Dingsdag den G September
j.l. gehouden vergadering worden gelezen en goedgekeurd.
II. Wordt medegedeeld en voor kennisgeving aangenomen
1Een berigt van den griflier der Provinciale Staten dat
bij Gedeputeerde Staten mededeeling is ontvangen van de toe
lating van den heer J. J. de Langeals raadslid.
2. Eene dankbetuiging van Mej. A. Roeshart, voor hare be
noeming tol onderwijzeres aan de gemeenteschool no. 8.
3. Dat door burgemeester en wethouders uit hun midden is
benoemd tot voorzitter
a. van de commissie voor openbare werken de burgemees
ter
b. van de commissie voor de gemeentelijke gasfabriek de
heer Mr. J. S. baron van Harinxma thoe Slooten.
c. van de commissie voor de gemeentelijke bewaarscholen
en die voor het stedelijk muziekkorps de heer Dr. N. Reeling
Brouwer.
4 Dat de heer Mr. J. S. baron van Harinxma thoe Slooten
binnen den bij de wet gestelden termijn zijne benoeming tot
wethouder heeft aangenomen doch berigt heeftde benoeming
tot ambtenaar van den burgerlijken stand niet te kunnen aan
nemen.
De voorzitter deelt mede eene nieuwe benoeming in de vol
gende vergadering aan de orde te zullen stellen.
III. Wordt ter tafel gebragt
1. Een adres van de directie der vereeniging „de Harmonie",
houdende verzoekdat aan die vereeniging over het dienstjaar
1888, tot een bedrag van f 300 kwijtschelding van de recogni
tie worde verleend.
Wordt om berigt en raad gesteld in handen van burgemees
ter en wethouders.
2. Een voorstel van burgemeester en wethouders betreffende
de tijdelijke vervanging van Mej. G. A. Brunne leerares aan
de Middelbare school voor meisjes.
Zal nog heden in behandeling worden genomen.
3. Een rapport der raadscommissie omtrent het onderzoek
der begrooting van de stads-armenkamerdienst 1888.
Wordt ter visie gelegdom in eene volgende vergadering te
worden behandeld.
4. Een ontwerp-besluit tot vaststelling van eene verordening
tot voorkoming, wering en beteugeling van besmettelijke ziekten.
De Voorzitter deelt mededat verzuimd is in de veror
dening vastgesteld in de vergadering van G September j.l.
op te nemen eene bepalingdat bij het in werking treden van
die verordening, de verordening tot voorkoming, enz. van be
smettelijke ziektenvastgesteld bij raadsbesluit van 27 Novem
ber 1879 no. 18 zal zijn vervallen.
Spr. stelt nu voor om, onder intrekking van het besluit van 6
Sept j.l. tot vaststelling van eene verordening tot voorkoming
wering en beteugeling van besmettelijke ziektendie verorde
ning op nieuw vast te stellen na toevoeging daaraan van een
artikel 10luidende aldus
„Met het in werking treden dezer verordening is vervallen
de verordening tot voorkomingwering en beteugeling van be
smettelijke ziektenvastgesteld bij raadsbesluit van 27 Novem
ber 1879 no. 18 (gemeenteblad no. 21 van 1879)"
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt vastgesteld
navolgend besluit
De raad der gemeente Leeuwarden
Overwegendedat ertengevolge van de invoering van het
wetboek van strafregtnoodzakelijkheid bestaat tot herziening
der verordening lot voorkoming, wering en beteugeling van be
smettelijke ziekten
Gezien artt. 91° al., en 29 der wet van 4 Dec. 1872
(Staatsblad no. 134), aangevuld bij de wet van 3 December
1874 (Staatsblad no. 188)
Besluit
Vast te stellen navolgende
VERORDENING tot voorkomingwe
ring en beteugeling van besmet
telijke ziekten:
Art. 1.
Het is aan hoofden of bestuurders van scholen verboden
kinderen lijdende aan kinkhoest of eenige besmettelijke huid
of oogziekte in hunne scholen toe te laten.
Art. 2.
Indien in de school eenig kenteeken van een der in het vo
rig artikel genoemde ziekten bij een kind wordt waargenomen,
is het hoofd of de bestuurder verpligtdat kind zoodra mo
gelijk uit de school te verwijderen en aan het hoofd des ge-
zins waartoe het behoort of waarin het is opgenomen en aan
burgemeester en wethouders schriftelijk kennis te geven van
die waarneming en van die verwijdering.
Art. 3.
Het is verbodenkinderen als bedoeld in de artikelen 1 en
2 weder in de school toe te latenanders dan op schrifte
lijke verklaring van een geneeskundigedat zij niet of niet
meer lijdende zijn aan eene der in art. 1 genoemde ziekten.
Art. 4.
Onder scholen worden insgelijks verstaan bewaarscholen
naai- en breischolen en verder al zoodanige lokalen waar kin
deren op eenigerlei wijze worden onderwezen.
Art. 5.
Het is verboden, lijders aan Aziatische cholera, typhus of
febris typhoïdeapokken (variolae en varioloïdes)roodvonk
diphtheritismazelen en dysenterie naar een ziekenhuis of naar
hunne woning te vervoeren anders dan in voer- of vaartuigen
uitsluitend voor dit doel door het gemeentebestuur beschikbaar
gesteld.
De persoon, die tot het verboden vervoer last heeft gegeven,
is verantwoordelijk voor de overtreding dezer bepaling.
Art. 6.
Onverminderd het bepaalde bij art. 3 der verordening van
politie op het begraven en de begraafplaatsen in de gemeente,
moet liet lijk van een persoon, overleden aan een der in het
vorig art. vermelde ziektenin de kleederenwaarin hij is
gestorven, worden ter aarde besteld, indien de geneeskundige
dit noodig oordeelt.
Waar godsdienstige voorschriften het ter aarde bestellen op
deze wijze verbiedenmoeten de kleederen worden verbrand
of begraven.
Art. 7.
Onverminderd het bepaalde bij art. 33 der verordening, hou
dende algemeene bepalingen van politieis het verboden, klee-
denloopersmatten karpetten of andere voorwerpen uit een
woning, vaartuig of ander verblijf, waar een der in art. 6
genoemde ziekten heerschtop de openbare straat uit te klop
pen of uit te slaananders dan tusschen G en 7 uur des mor
gens en tusschen 10 en 11 uur des avonds.