Vergadering van Dingsdag 25 October 1887.
124
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 11 October 1887.
Nadat de heer Dirks op nog meer indirecte voordeelen
o.a. het gasverbruik had gewezen, worden de beraadslagingen
gesloten.
Het voorstel daarop in stemming gebragtwordt aangeno
men met 12 tegen 8 stemmen die van de heeren Dijkstra,
de Lange Bekhuis TroelstraPlantenga Theunisse Duparc
en Meijer.
De voorzitter sluit hierop de vergadering.
Boekdrukkerij van A. Jongbloed te Leeuwarden.
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden van den 25 October 1887.
125
Tegenwoordig 17 leden.
Afwezig met kennisgeving de heeren A. Duparc, F. Plantenga,
Dr. Jac. Baart de la Faille en J. van der Scheer.
Voorzitter de heer P. Lycklama a Nijeholt, burgemeester.
I. De notulen van de vorige op 11 October jl. gehouden ver
gadering worden gelezen en goedgekeurd.
II. Wordt aan dc vergadering medegedeeld en voor kennis
geving aangenomen
1. Eene resolutie van Gedeputeerde Staten, naar aanleiding
van eene aanvraag der commissie van het bestuur over het
stadsziekenhuis om magtiging tot het doen van herstellingen
en verbeteringen aan het hulpziekenhuis.
2. Eene missive van burgemeester wn wethouders, geleidende
een schrijven van de commissie van bestuur over het stads
ziekenhuis en een afschrift van eene door dat bestuur gerigte
missive aan Gedeputeerde Staten, naar aanleiding van de hier
boven sub 1 vermelde resolutie.
3. dat door burgemeester en wethouders zijn uitgeloot
van de 4°/0 leening, aangegaan in 1880 tot een bedrag van
ƒ900.000, de nummers 8, 13, 114, 118, 156, 160, 213, 252,
339, 377, 470, 538, 695, 719, 727, 769, 791 en 896.
van de leening, aangegaan in 1884 tot een bedrag van
130.000, no. 54, en
van de 4% leening aangegaan in 1885 tot een bedrag van
ƒ113,000, ten behoeve van de gemeentelijke gasfabriek, de num
mers 34, 59, 72, 78 en 112.
4. Dat het raadsbesluit tot aankoop van de woningen Brandjes-
klooster n°. 31 en Kromme Elleboogsteeg n°. 5 door Gedepu
teerde Staten is goedgekeurd, en dat die woningen zijn aange
kocht, respectievelijk voor 148 en 301.
5. dat door burgemeester en wethouders tot opperbrand-
meester is benoemd de heer J. E. G. Noordendorp, directeur
der gemeentewerken.
6. dat bij provisionele veiling der bouwterreinen, op den voor-
maligen Zuid-Westerdwinger, voor een totaal bedrag van
12,193.53 is geboden.
III. Wordt ter tafel gebragt
1. Het proces-verbaal der verificatie van de kas van den
gemeente-ontvanger op 20 October 1887.
Wordt voor dc leden ter visie gelegd.
2. Een adres van den heer J. E. G. Noordendorp, houdende
verzoek om dc betrekking van opperbrandrneesterwaartoe hij
door burgemeester en wethouders is benoemdmet die van
directeur der gemeentewerken te mogen waarnemen.
Zalmet een prae-advies van burgemeester en wethouders
in de volgende vergadering in behandeling worden genomen.
3. Eene aanbeveling ter benoeming van twee voogden der
stadsarmenkamcr wegens periodieke aftreding.
4. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot onder-
handsche verpachting van de opkomsten der Nesserzijl.
5. Alsvoren tot onderhandsche verhuring der bovenwoning
Tuinen n°. 40.
6. Eene aanbeveling tot benoeming van een lid der commissie
van administratie van de stads-bank van leening.
7. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot het
verleenen van eervol ontslag aan den onderwijzer -I. Schoc-
maker.
8. Alsvoren tot het doen verwarmen van het Beurslokaal.
9. Alsvoren naar aanleiding van een adres der vereeniging
voor volksgezondheid om het uitloozen van faecaliën in open
bare wateren te verbieden.
10. Eene ontwerp-verordening op het beheer en gebruik van
den Prinsentuin waarbij ter vaststelling gevoegd zijn nieuwe
voorwaarden van verpachting voor dien tuinvoor de op
12 Mei 1888 in te gane nieuwe pacht.
11. Een rapport der raadscommissie omtrent reclames tegen
aanslagen in de directe belasting op het inkomen.
De stukken sub 3 tot en met 11 worden voor de leden der
visie gelegd, om in eene volgende vergadering te worden behan
deld, terwijl dc verordening sub 10 zal worden gedrukt in de
bijlagen tot 's raads verslag.
12. Het verslag van rapporteurs omtrent het onderzoek in
de sectiën van de gemeentc-begrooting, dienst 1888, en van de
nota van den heer A. Duparc, omtrent conversie van gemeente-
leeningen.
Beide stukken zullen worden gedrukt in de bijlagen tot hef
verslag van 's raads handelingen.
IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den oproe
pingsbrief vermelde punten.
1Benoeming van een leeraar in het regtlijnig en bouwkundig
teekenen aan de burgerdag- en avondschool (vacature de heer
H. R. Stoett, overleden.,)
Op de aanbeveling zijn geplaatst 1°. S. Baron, directeur en 2°
N. van der Hoef, leeraar aan de Ambachtsschool alhier.
Alvorens tot de benoeming wordt overgegaan, vraagt dc heer
Theunisse het woordom tot burgemeester en wethouders
de vraag te rigten of zij, bij het opmaken van deze aanbeve
ling, er welligt ook aan gedacht hebben, om aan deze benoeming
een tijdelijk karakter te geven. Hij doet die vraag, omdat het
niet onmogelijk is, dat binnen een korteren of langeren lijd een
voorstel tot opheffing van deze school den raad zal bereiken en
hoe meer vaste leeraren er dan zijn, des te meer personele
consideratiën in aamerking kunnen komenwaarop dergelijk
voornemen zoude kunnen afstuiten. Spr. zou dus het toekennen
van een tijdelijk karakter aan deze benoeming verkiezen, boven
het voor goed aanwijzen van een leeraar.
De Voorzitter kan daarop antwoorden, dat door burge
meester en wethouders de vraag, of de benoeming tijdelijk zou
moeten zijn, niet in overweging genomen is, omdat er van opheffing
der burger dag- en avondschool geen sprake is en een voorstel
daartoe niet kan worden voorzien, daar pas voor twee jaren een
zoodanig voorstel uitvoerig is behandeld, en de raad toen be
sloten heeft de school te behouden. Mogt evenwel die geachte
spreker eene tijdelijke benoeming wenschelijk achten en daartoe
eene motie indienendan zal die, bij voldoende ondersteuning,
in eene volgende vergadering kunnen worden behandeld en de
benoeming in afwachting daarvan worden aangehouden.
De heer van Harinxma thoe Slooten moet ook een
ontkennend antwoord geven op de gedane vraagof niet de
benoeming lijdelijk zal moeten geschieden. Hij zou in de verste
verte het tijdvak, waarvoor de benoeming zoude moeten ge
schieden niet kunnen schatten tenzij de benoeming jaarlijks
plaats had. Maar daartegen zou o. a. dit bezwaar bestaan
dat de te benoemen leeraartegenover de andere leerarendie
met tijdelijk zijn benoemd in een exceptionelen toestand zoude
verkeeren. Voor een tijdelijk karakter bestaan dus z. i. geene
termen terwijl het bovendien overbodig zou zijn. Door den
voorzitter immers is er reeds teregt op gewezendat de bur
ger-dagschool eene belangrijke geschiedenis heeftwelkemet
de gevoelens der onderscheidene leden, mag verondersteld wor
den algemeen bekend te zijn, derhalve ook bij de aanbevolc-
nendie beiden ingezeten dezer gemeente zijn. Wordt dus
eventuëel later tot de opheffing overgegaandan zal de te be
noemen leeraar zich moeten herinneren dat vroeger daarvan
sprake was en in den raad krachtige stemmen zich hebben doen
hooren ten gunste van die opheffing of liever conversie der
school in eene Middelbare school met 3-jarigen cursus.
De heer Tll0UnisS0 is ten volle overtuigd van de juist
heid der betoogen van den voorzitter en van den heer Van Ha
rinxma en meent er, naar aanleiding van diens laatste woorden,
op te moeten wijzen datwie er ook moge worden benoemd,
de benoemde zich later wel zal herinnerendat er krachtige
stemmen zijn opgegaan voor de conversie der school. Het is
niet onmogelijk dat spr. zich onduidelijk heeft uitgedruktmaar
In zijne bedoeling lag niet eene tijdelijke benoeming, maar wel