32
Versiag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan den 27 Maart 1888
van vreemde of zeldzame dieren of andere voorwerpen in kisten,
manden of op andere wijze is in eens en onverschillig of dit
plaats heeft gedurende den geheelen jaarmarkt of slechts enkele
dagen daarvan verschuldigd één gulden indien één persoon
de vertooningvermakelijkheid of tentoonstelling geeften in
dien meerdere personen daartoe medewerken voor eiken per
soon bovendien 25 een-
Art. 5.
Waar in deze verordening sprake is van een dagwordt
daaronder verstaan een tijdperk van vter en twintig uren, aan
vangende te middernacht.
Voor de toepassing der belasting wordt verder een gedeelte
van een dag voor een geheelen dag genomen.
Art. 6.
Van de belasting zijn vrijgesteld
a. Tentoonstellingen van voorwerpen van nijverheid en kunst,
niet om gewin gehouden wordende.
b. Gewone dansmuziek in herbergen en tapperijen.
Art. 7.
De belasting is verschuldigd door de ondernemers of bestuur
ders der vertooningenvermakelijkheden en tentoonstellingen
en bij afwezigheid van dezedoor degenen die in hunne plaats
optreden.
Art. 8.
Deze verordening treedt in werking op den lsten Julij 1888
met welk tijdstip het besluit van 7 November 1865 vervalt.
De raad der gemeente Leeuwarden
Gelet op zijn besluit van heden tot het heffen eener belasting,
op tooneelvertooningen en andere openbare vermakelijkheden.
Besluitvast te stellen de volgende
VERORDENING op de invor
dering der belasting op tooneel
vertooningen en andere openbare
vermakelijkheden.
Art1
Voor de invordering der belasting worden jaarlijks door bur
gemeester en wethouders aangesteld twee gaarders tegen eene
vergoeding van f 25 voor ieder.
De namen der gaarders worden door burgemeester en wet
houders telkens kort vóór den aanvang der jaarmarkt en min
stens tweemaal gedurende de eerste dagen der jaarmarkt in
een of meer in deze gemeente uitkomende nieuwsbladen bekend
gemaakt.
Art. 2.
Alvorens in functie te treden leggen de gaarders in handen
van burgemeester en wethouders den volgenden eed of belofte af
„Ik zweer (beloof) de betrekking van gaarder van de belas
ting op de tooneelvertooningen en andere vermakelijkheden
eerlijk en trouw en overeenkomstig de daartoe betrekkelijke
verordeningen te zullen waarnemen."
„Zoo waarlijk helpe mij God almagtig" (dat beloof ik.)
Bij hernieuwde benoeming wordt g>ene nieuwe eedsaflegging
vereischt.
Art. 3.
Het is den gaarders verboden eenige gift of' geschenk van de
belastingschuldigen aan te nemen hetzij in den vorm van geld,
vrijkaartenvrije zitplaatsenof hoe anders ook.
Art. 4.
Vóórdat de belastingschuldigen met hunne werkzaamheden
een aanvang nemenzijn zij verpligt ter secretarie der ge
meente aangifte te doen van den aard en den omvang der ver
tooningen vermakelijkheden en tentoonstellingen voor zoo er
die opgaven noodig zijn voor het berekenen der verschuldigde
belastingmet opgave van hunne woonplaats en hun domicilie
binnen de gemeente Leeuwarden een en ander volgens het
model door burgemeester en wethouders vast te stellen.
De aangifte moet door den belastingschuldige worden onder
teekend.
De aangifte wegens het geven van muziekuitvoeringen net
houden van wedrennen en dergelijke bedoeld bij art. 4 lett.
a van het heffingsbesluitmoet binnen 12 uren na afloop wor
den aangevuld met eene opgave van de onzuivere ontvangst.
Art. 5.
De belastingschuldigen zijn bevoegd het getal zit- en staan
plaatsen vóór het doen der aangifte door de gaarders te deen
opnemen.
Art. 6.
De aangiftemet uitzondering van die in de laatste alinea
van art. 4 bedoeldgeschiedt voor al de dagenwaarop de
vertooningen, vermakelijkheden en tentoonstellingen zullen plaats
hebben.
Indien de belastingschuldigen op één dag meer voorstellin
gen wenschen te geven dan bij de aangifte zijn opgegeven
zijn zij verpligt daarvan vooraf nadere aangifte te doen.
Art. 7.
Een afschrift van iedere aangifte en nadere aangifte wordt
in handen van de gaarders gesteld ten einde volgens die aan
giften de belasting in te vorderen.
Zij maken op dit afschrift melding van den uitslag van hun
onderzoek naar de juistheid der aangifte en van het door hen
ingevorderd bedrag.
De afschriften der aangiften worden door hen ter secretarie
teruggezonden.
Art. 8.
Indien een belastingschuldige geene aangifte heeft gedaan
of indien de aangifte niet met juistheid is geschiedzoodanig
dat belasting is ontdoken maken de gaarders van deze over
tredingen proces-verbaal opovereenkomstig art. 275 der
meentewet.
Art. 9.
De belastingschuldigen zullen den gaarders zoo dikwijls zij
het verlangen zonder eenige betaling vrijen toegang moeten
verleenen tol de lokalen, tenten enz., waarin de vertooningen,
vermakelijkheden of tentoonstellingen plaats hebben.
Zij zijn bovendien verpligtden gaarders alle zoodanige in
lichtingen te verstrekkenals deze voor de toepassing van het
heffingsbesluit zullen noodig achten.
Art. 10.
De belastingschuldigen moeten de verschuldigde belasting
dadelijk op de eerste mondelinge aanvraag van de gaarders
aan dezen voldoen.
De gaarders geven voor iedere betaling eene kwitantie af,
waarin onder anderen ook het nummer der aangifte moet wor
den vermeld.
Indien er tusschen een belastingschuldige en de gaarders
verschil beslaat over de toepassing van het heffingsbesluit, is
de belastingschuldige bevoegd de beslissing van burgemeester
en wethouders in te roepen mits vooraf de belastingzooals
die door de gaarders is berekendte hebben voldaan.
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden van den 27 Maart 1888.
33
Ingeval burgemeester en wethouders ten gunste van den be
lastingschuldige beslissen wordt het te veel betaalde aan hem
teruggegeven.
Art. 11.
Indien een belastingschuldige op de aanvraag der gaarders
niet dadelijk het verschuldigde voldoetmaken deze daarvan
proces-verbaal op en zenden dit onverwijld aan den gemeente
ontvanger ten einde de invordering te doen plaats hebben
overeenkomstig de artikelen 258--261 der Gemeentewet.
Art. 12.
Deze verordening treedt in werking op den lsten Julij 1888,
met welk tijdstip de verordening op de invordering der belas
ting op de tooneelvertooningen en andere openbare vermake
lijkheden vastgesteld den 7n November 1865 vervalt.
5. Voorstel van burgemeester en wethouders tot tijdelijke
voorziening in de vacatureontstaan door het overlijden van
Me;. K. M. Hengeveldleerares aan de Middelbare School
voor meisjes.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform de
conclusie besloten
behoudens nadere goedkeuring van den Inspecteur van liet
Middelbaar onderwijs, met ingang van 1 April 1888 tijdelijk
tot het einde van den cursus 1887/88 te belasten met het ge
ven van onderwijs in de Engelsche taal en letterkunde aan de
Middelbare school voor meisjes, Mej. J. R. Peaux, reeds aan de
school werkzaam op eene bezoldiging van f 500voor het tijd
vak van 1 April 1888 tot en met Julij d.a.v.
De voorzitter sluit hierop de vergadering.