REGISTER OER BIJLAGEN
VERSLAG DER HANDELINGEN VAN DEN GEMEENTERAAD
LEEUWARDEN, OVER 1890.
Vergadering van Dingsdag 14 Januarij 1890.
OP HET
TE
No. der I
bijlage. I
OMSCHRIJVING.
Voorstel van burgemeester en wethouders tot wijziging van het besluit tot heffing eener belasting op too-
neelvertooningen en andere openbare vermakelijkheden.
Voorstel der verordenings-commissie tot wijziging van de verordening houdende algemeene bepalingen van
politie voor de gemeente Leeuwarden.
Voorstel van burgemeester en wethouders tot nadere wijziging der verordening regelende den ranghet
getal enz. der ambtenaren en bedienden belast met het beheer en de zorg voor de plaatselijke werken en
eigendommen.
Het kohier der directe belasting op het inkomen, dienst 1890.
Voorstel van de verordenings-commissie tot vaststelling eener verordening regelende de politie op den in-
en vervoerden verkoop enz. en de keuring van vleesch visch en vruchten.
Amendementen van den heer J. Troelstra op de ontwerp-verordening.
7 Voorstel van burgemeester en wethouders tot het converteren van gemeentelijke schuld en tot vaststelling
van daartoe betrekkelijke plans van geldleening.
8 Ontwerp-verordening op de heffing en op de invordering van marktgeld.
0 s Voorstel van burgemeester en wethouders tot wijziging en op nieuw vaststelling van het reglement voor de
stadsbank van leening.
10 Wijzigingen in de ontwerp-verordeningen op de heffing en op de invordering van marktgeld.
I Voorstel van burgemeester en wethouders tot wijziging van het besluit op de heffing en de verordening op
de invordering van eene directe belasting op het inkomen.
12 Rekening van de ontvangsten en uitgaven der gemeente, dienst 1889.
13 Verslag van het onderzoek in de sectiën van den Ptaad van het voorstel van burgemeester en wethouders
tot wijziging van bet besluit op de heffing en van de verordening op de invordering van eene directe belasting
op het inkomen.
14 Verantwoording van burgemeester en wethouders wegens de ontvangsten en uitgaven der gemeente, dienst 1889.
15 Ontwerp-begrooting der inkomsten en uitgaven van de gemeente, voor den dienst van 1891.
16 Memorie van toelichting bij de ontwerp-begrooting.
17 Conclusie van het voorstel van burgemeester en wethouders tot wijziging van art. 11 der verordening voor
het gymnasium.
18 Verslag van de commissie van rapporteurs uit de sectiën betreffende het onderzoek der gemeente-begroo-
ting voor 1891.
19 j Memorie van beantwoording van burgemeester en wethouders naar aanleiding van dat verslag.
20 Voorstel der verordenings-commissie tot wijziging der verordeningregelende de politie op den in- en ver-
voerden verkoop enz. en de keuring van vleesch visch en vruchten.
21 Voorstel der verordenings-commissie tot wijziging van de verordening, houdende algemeene bepalingen
j van politie.
22 Voorstel van burgemeester en wethouders tot vaststelling van een besluit op de heffing en van eene ver
ordening op de invordering van schoolgeld wegens onderwijs aan het gymnasium.
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van Dingsdag 14 Januari 1890.
1
Tegenwoordig 12 leden. Afwezig met kennisgeving de hee-
ren F. Plantenga Mr. J. Minnema Buma Dr. J. Baart de la
Faille, W. J. Oosterhoff, Mr. J. C. Meijer, J. Theunisse S.
H. Hijlkema en R. H. Dijkstra, en zonder kennisgeving de heer
G. Menalda Az.
Voorzitter de heer P. Lycklama ii Nijeholtburgemeester.
I. Nadat de Voorzitter de vergadering heeft geopend rigt
hij tot haar de volgende toespraak
Mijne He er en!
Vóór wij met onze werkzaamheden aanvangen zij het mij
vergund met de intrede van het nieuwe jaar hartelijk ge
luk te wenschen.
Moge 1890 voor U, in uwe gezinnen zoowel als in uwe maat
schappelijke betrekkingen in alle opzigten een goed en geze
gend jaar worden.
Van harte hoop ik, dat griep en mazelen, welke in den laat-
sten tijd hier zoo veelvuldig voorkomen ons spoedig zullen
verlaten en plaats maken voor den goeden gezondheidstoestand,
welken in den regel ons deel is.
De mazelen hebben reeds vele offers geëischt, van de 500
kinderen die in de laatste maanden van het vorig jaar wer
den aangegeven stierven 21. Na dien tijd is het er niet be
ter op geworden. De wekelijksche mededeelingen in de courant
toonen voldoende den loop der ziekte aan. Ik geloof intusschen
dat wij het hoogste punt bereikt hebben.
De griep heerscht ook hier zooals overal en brengt veel
stoornis te weeg in allerlei zakendoch gelukkig neemt zij
hier niet dat kwaadaardig karakter aan waaronder die ziekte
zich in de groote wereldsteden schijnt voor te doen. Intusschen
missen we door die ziekte heden in onze vergadering verschei
dene leden den secretaris en den gewonen verslaggever en
moest reeds een school worden gesloten.
Behalve nog enkele gevallen van roodvonk kwamen in het
afgeloopen jaar weinig gevallen van andere besmettelijke ziek
ten voor. Over het algemeen is de indruk, welke eene herinne
ring aan 1889 bij ons achterlaat, niet ongunstig.
Wij mogten ons verheugen in de feestelijke herdenking van
de 40-jarige regeering van Zijne Majesteit onzen Koning, nadat
Z. M. kort te voren van eene zware ziekte was hersteld. Moge
het onzen doorluchtigen vorst gegeven zijnnog vele jaren tot
zegen van ons vaderland, de teugels van het'bewind te voeren.
Met de bevolking onzer stad ging het in 1889 wederom lang
zaam vooruit. Er werden 806 geboren het getal overledenen
bedroeg 570, terwijl 214 huwelijken werden voltrokken. De
bevolking klom tot 30039 waarbij de gevangenen niet zijn
medegerekend. Wordt dit cijfer door de uitkomsten der 7e
10-jarige volkstelling bevestigd, dan komen er in deze verga
dering twee nieuwe leden bij.
Ik verheug mij intusschen te kunnen constateeren dat in
het afgeloopen jaar in uwe vergadering geen verandering plaats
had. Wij mogten te zamen het jaar 1889 beginnen en ten
einde brengen. Moge dit ook voor 1890 het geval worden.
Ook het personeel der ambtenaren onzer gemeente, die bijna
zonder uitzondering met ijver en toewijding zich kwijten van
hun taakbleef haast onveranderd. De verdienstelijke hoofd
onderwijzer Roker verliet den dienst met pensioen doch mogt
slechts korten tijd daarvan genot hebben.
Wanneer ik nog een oogenblik sfil sta bij de herinnering
aan andere zakenwaarbij de belangen onzer gemeente be
trokken zijn, dan wijs ik er U op, dat de oogst in 1889 niet
ongunstig is uitgevallen en de hooioogst zelfs zoo overvloedig
is geweest als bij menschengeheugenis niet is voorgekomen.
Dientengevolge waren de veeprijzen bijzonder hoog en in ver
band met een en ander de aanvoer ter markt alhier belangrijk
minder dan in het voorafgaande jaar. Op de veemarkt alhier
werd in het geheel in 1889 aangevoerd 147,457 stuks tegen
174,567 in 1888, dat is dus ruim 27,000 stuks minder.
De boterprijzen waren door elkander in 1889 in vergelijking
bij vroeger vooruitgaande maar als een gevolg van de oprig-
ting van boterfabrieken, die hunne producten niet aan de waag
brengen, was de aanvoer in 1889, 221761 kilo minder dan
het jaar te voren.
Er werden aangevoerd: 38271 vaten.
9294
2339 »/u
De aanvoer van kaas bedroeg in 1889, 688556 kilo's tegen
535128 in 1888.
Het getal beursbezoekers was 18114 en de opbrengst der
regten f 4193,99, zijnde f 233,54 meer dan in 1888.
De exploitatie der stadsreiniging bragtwegens de hoogere
prijzen van ier en compost, ruim ƒ7000,— meer op dan in
het vorige jaar.
Het getal gasverbruikers steeg tot 1357 tegen 1318 in het
jaar 1888 en ofschoon het juiste bedrag der ontvangsten nog
niet kan worden opgegevenkan toch -worden medegedeeld
dat de opbrengst ruim f 4000,— meer bedraagt dan bij de be
grooting is geraamd. Het gasverbruik door particulieren was
in 1889 plus minus 54 procent meer dan in 1888.
De hoeveelheid gemeten of gewogen granenzaden en peul
vruchten was over 1889 262029 H.L., tegen 230199 H.L. in het
vorige jaar.
Over het geheel genomen leverden de geldmiddelen der ge
meente geen reden tot zorg op. De conversie van een groot
deel der 4 pCt. gemeenteschuld slaagde boven verwachting.
De voor het armwezen toegestane sommen zullen voor zoo
ver thans bekend is voldoende zijn tot bestrijding der nood
zakelijke uitgavenofschoon de kosten wegens verpleging van
behoeftige krankzinnigen in den laatsten tijd belangrijk zijn toe
genomen.
De brandweer eischte in 1889 betrekkelijk groote uitgaven,
zoowel wegens het aanschaffen van materiëel voor het'even-
tuëel gebruik der waterleidingals wegens de kosten van en
kele belangrijke gevallen van brand.
Het getal deelnemers in de spaarbank vermeerderde met 381
en klom tot het cijfer 7527.
Van de spaarkas werd door ruim 700 personen gebruik ge
maakt.
De vereeniging tot verbetering van armenzorgdie nevens
zoovele andere nuttige instellingen in deze gemeenteden nood
der armen tracht te lenigenkan als gevestigd worden be
schouwd.
De commissie tot werkverschaffing en de ondersteunings
commissie van „Patrimonium" ondervinden ook bij voortduring
den steun der ingezetenen.
Groote werken werden in 1889 van gemeentewege niet on
dernomen tenzij men daaronder de vergrooting van het gym
nasium zou willen rekenen en de verbouwing van het huis
in het St. Jobsleen. Intusschen werd niet verzuimd, waar zich
de gelegenheid aanbood en de middelen te vinden warenhier
en daar verbetering tot stand te brengen, getuige achter Tul
penburg de overname der Romkeslaan en de verlenging van
den weg „de gedempte Molensloot".
Er werden in 1889 tentoonstellingen gehouden tot veredeling
van het paardenraswaarvoor de veemarkt werd afgestaan
van schilder- en teekenkunstwaarvoor de beurs in gebruik
gegeven werd en van gastoestellen welke alleen mogelijk was
door den krachtigen steun van het gemeentebestuur.
Ik hoop en vertrouwdat die nooit zal worden geweigerd
waar het betreft de tot standkoming van nuttige zaken.
Ik eindig met den wensch dat het onze gemeente in het
jaar 1890 goed mag gaan en dat onze gemeenschappelijke ar
beid onder hoogeren zegen, strekken mag tot bevordering van
haar heil.
II. De notulen van de vorige op 24 December 1889 gehou
den vergadering worden gelezen en goedgekeurd.
III. Wordt medegedeeld en voor kennisgeving aangenomen
dat door Gedeputeerde Staten is goedgekeurd het 2e supple
toir kohier van de directe belasting op het inkomen dienst
1889.
IV. Wordt ter tafel gebragt
1. Het rapport der raadscommissie, aangaande het voorstel