Vergadering van Dinsdag 28 Juni 1892. Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van Dinsdag 28 Juni 1892. 43 Tegenwoordig 19 leden. Afwezig de heeren Dr. N. Reeling BrouwerD. Tigler Wij- brandi en J. F. H.Bekhuis. Voorzitter de heer Mr. J. S. baron van Harinxma thoe Sloo- tenburgemeesterdie na de opening der vergadering het volgende zegt Mijne Heeren Bij den aanvang van deze eerste raadszitting na de schoone dagen van 17 tot 21 Juni, voldoe ik gaarne aan den wensch van het Dagelijksch Bestuurom nog met een kort woord het Vorstelijk bezoekdat ons ten deel vielte herdenken en dat wel in het bijzonderom openlijk nog een woord van dank uit te spreken tot de velendie tot het welslagen der feeste lijkheden in zoo ruime mate hebben bijgedragen. Hebben wij reeds termen kunnen vinden om tot de inge zetenen in het algemeen een woord van oprechten dank uit te sprekendaarvoor was alle redenwant zij waren degenen die in de dagentoen alles tot uitvoering kwam het geheim bezaten en zoo juist hebben weten te gebruikenom alles wat was voorbereidzoo schitterend te doen slagen. Ik waag het niet, om in bijzonderheden mij te verdiepen omtrent de vraagwie allen tot die voorbereiding hebben medegewerktwant al zoude ik wetenwaar te beginnen het zou mij zeker niet gelukken om niemand voorbij te gaan en dat wel volkomen ten onrechte. Van de Ambtenarengeene uitgezonderd mag ik veilig ge tuigen dat ieder naar gelang van zijne krachten in de ruimste mate tot het welslagen heeft medegewerkt. Dit geldt den Secretaris der Gemeentedit geldt den Direc teur der Gemeentewerken en dien van de Gasfabriekde Hoof den der scholen met hunnen Dirigenttevens dichter en com ponist den Kapelmeester van de muziek der d.d. schutterij den Commissaris van politieden Directeur der Stadsreiniging en zoovele anderenhun allen met het geheele personeeldat onder hunne leiding stond. Maar wat naar mijne meening aan de ontvangst van onze diep geëerbiedigde en zoo hartelijk beminde Koninginnen eene bijzondere wijding gafis het feitdat niet het gemeenteöes£wwr, maar de gemeente zelve in die schitterende dagen heeft ge sproken getuige den omvangrijken arbeid van de Feestcom missie, den trouwen dienst der Eerewacht, de onvermoeide werkzaamheid der talrijke buurtcommissies en zoovele andere verschijnselendie het kenmerk droegen van spontane wording en ongedwongen bestaan. Van het oude Friesche bloeddat in die dagen te Leeuwar den heeft gesproken uit jonge borstwas het gemeentebestuur slechts één der organen. Aan UM.M. H.H. 1 die ons onze taak zoo zeer hebt verge makkelijkt aan allen die met ons hebben willen medewerken brengt het Dagelijksch Bestuur openlijk daarvoor zijn oprech ten dank. I. De notulen van de vorigeop Dinsdag den 14 Juni jl. gehouden vergadering worden gelezen en goedgekeurd. II. Wordt ter tafel gebracht 1. eene missive van de commissie van toezicht op het lager onderwijshoudende mededeeling van de dagen waarop de openbare lessen aan de gemeentescholen nos. 2,3 en 4 zullen worden gehouden. Tot bijwoning van deze lessen worden uitgenoodigd de heeren Mr. J. L. van SloterdijckJ. van der ScheerJ. F. H. Bekhuis, J. Theunisse en T. Konter 2. eene missive van curatoren van het gymnasium, houdende mededeeling van de dagen waarop de overgangsexamens aan die inrichting zullen plaats hebben. De heeren Mr. J. DirksDr. N. Reeling Brouwer en Jhr. Mr. C. van Eijsinga worden uitgenoodigdde examens bij te wonen 3. eene aanbeveling voor de benoeming van een lid der commissie van administratie der stadsbank van leening; 4. een advies der reclame-commissie omtrent bezwaarschriften tegen aanslagen in de directe belasting op het inkomen inge diend bij Gedeputeerde Staten. De stukken sub 3 en 4 worden voor de leden ter visie gelegd om in eene volgende vergadering te worden behandeld. III. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den op roepingsbrief vermelde punten. 1. Rapport der raadscommissie omtrent het onderzoek der rekening en verantwoording van de stadsarmenkamerdienst 1891. Conform de conclusie van dit rapport wordt besloten de rekening en verantwoording der stadsarmenkamer over het dienstjaar 1891 goed te keuren in ontvang tot een bedrag van 41,483.481, in uitgaaf van 39,950.04, gevende een voordeelig saldo van ƒ1,532.841, dat overgebracht is op den dienst van 1892 op de inkomsten van eenige bijzondere fondsenwaaraan eene aangewezen bestemming is verbonden aan heeren voogden 's raads dank te betuigen voor hun nauwkeurig gehouden beheer. 2. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanleiding van eene circulairebetreffende het opnemen van een minimum loon en maximum werktjd in bestekken van aanbesteding Burgemeester en wethouders stellen hierbij voor, te besluiten bovenbedoelde circulaire aan te nemen voor notificatie. De beraadslagingen worden geopend. De heer Konter had gaarne gezien dat een ouder lid der vergadering vóór hem het woord had gevraagddoch nu dit niet het geval iszal hij een enkel woord in het midden bren gen. Na de zaak van verschillende kanten te hebben beschouwd, komt 't spr. voordat allen 't met hem eens zullen zijn dat dit onderwerp een belangrijk maar tevens een moeielijk onder werp is. Met belangstelling heeft hij de stukkendie door burgemeester en wethouders beschikbaar zijn gesteldnage gaan en daaronder eene missive van den directeur der ge meentewerken van Maart 1889 gevonden. Daarin zijn bezwa ren aangevoerd tegen het toenmalig adres van de werklieden- vereenigingop grond waarvan dat verzoekdat alleen een minimumloon betrof, is afgewezen. Nieuwe motieven voor die afwijzing zijn later, toen de zaak wederom aan de overweging van den raad werd onderworpen niet bijgebracht. Spr. had gaarne het belangrijkste omtrent de geschiedenis van deze zaak over de sedert verloopen drie jaren bij elkaar gezien. Hij vestigt de aandacht op hetgeen op dit stuk elders is voorgevallen. Zoo heeft hij vóór zich het raadsverslag van Arnhem. Daar had de directeur der gasfabriek een belangrijk rapport over deze kwestie opgemaakthetgeen den raad dier gemeente er toe heeft geleidom een maximum-werktijd in de bestekken van aanbesteding van werken betreffende de uitbrei ding der gasfabriek op te nemen. Het bleek bij die gelegen heid evenweldat over het vaststellen van een minimum loon meer licht moest worden verspreid en dit gaf aanleiding tot het benoemen van eene raadscommissie aan welke een nader onderzoek werd opgedragen ofschoon de commissie der gasfa briek zich reeds veel moeite gegeven hadom zoowel in als buiten het land inlichtingen omtrent dien maatregel in te winnen. Tegenover dit alles komen spr. de bescheiden die dezen raad ten dienste staanwat schraal en wel eenigszins oud voor. Zij verwijzen naar vroegere besluiten die echter alleen een minimum loon betroffen. De bezwarendie toen hiertegen werden bijgebrachtzijn practische bezwaren en zeker wel de eenigedie te maken zijn. Theoretisch toch is een gemeente bestuurdat door het houden van publieke aanbestedingen, ge

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1892 | | pagina 1