28 Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan Dinsdag 18 Maart 1893. Den voorzitter doet spreker opmerken datwaar hij sprak van in de toekomst aan den walmuur aan de noordzijde eene andere richting te gevenhij op het oog had het gedeelte tusschen de hooge brug en de Meelbrug, dat hij dus bedoelde eene veel grootere uitgestrektheid dan de voorzitter. De heer Reeling Brouwer is het niet met den heer Bekhuis eens, dat het gebruik van de nieuwe weg als losplaats van niet veel beteekenis zal zijn. Met beide handen zal men daarentegen deze gelegenheid om te lossen aangrijpen, waar door tevens de kade aan de noordzijde zal worden ontlast. Door den aanleg ven een breederen weg zal men flinke ruimte verkrijgen voor het lossen van goederen en het wegvoeren van deze met karren en komt men nu reeds tegemoet aan de be hoefte aan meerdere ruimte aan de noordzijde, waar die later kan ontstaan en de voorziening waarin de heer Bekhuis het nageslacht wil laten voorzien. De heer de la Faille verlaat de vergadering. Dc heer M6n&ld& zegtdat de tegemoetkoming waarop de lieer Reeling Brouwer doeldehem te kostbaar is omdat ze het plan voor de verbreeding van het vaarwater in gevaar brengt. De meeningwat hier het zwaarste moet wegenis vrij subjectief. Het vaarwater is voor hem hoofdzaak en als nu zooeven de voorzttter den heer Dijkstra tegenvoerdedat hij te veel aan het vaarwater te weinig aan de kade dacht daar kan met evenveel recht worden gezegddat juist het om gekeerde bij burgemeester en wethouders het geval is. Spreker zou het betreurenals de kade, waarvan hier sprake is ten koste van het vaarwater breeder werd gemaakt dan primitief was voorgesteldwant dan zou er weinig verbetering worden aangebracht door een werk waarvoor geen geringe som be schikbaar is gesteld. Bovendien zou spreker er tegen zijn om deze kadedie natuurlijk als losplaats kan worden gebruikt ook als vaste ligplaats voor schepen aan te wijzen. Deze zouden dc verkregen verruiming van hot vaarwater weer geheel in nemen en waar bleef dan het voordeel beoogd met de verbreeding Dc heer van Slotordijck maakt uit de gehouden discussien op datzooals de heer Menalda met een enkel woord aan duidde deze zaak zich oplost in eene kwestie van smaak om trent wat hier hoofdzaak ishet vaarwater of de kade. Volgens spreker isniet alleen om het motief voor den aankoop van dc noodigc perceelenmaar ook om het belangde gracht hoofdzaak. De nieuw te verkrijgen ruimte is niet voldoende voor beide, den aanleg van een rijweg en de verbreeding van het vaarwater. Men heeft dus te kiezen tusschen een rijweg met een betrek kelijk bekrompen vaarwater en een goed en verbreed vaarwater met een voetweg. Spreker geeft aan het laatste de voorkeur. Een rijweg heeft geen reden van bestaan. De kade toch tusschen de Koningstraat en de Meelbrug heelt geen capaciteit als rijweg'■en om te dienen als aanlegplaats behoeft de nieuwe kade ook niet breeder te worden gemaaktwant er kan toch geen sprake van zijn om hier vaste ligplaatsen aan te wijzen. Voor dit doel is de noordzijde van de gracht veel geriefelijker, waar tot nu toeals spreker zich niet vergist geen vaste ligplaatsen waren. Dc heer Troelstra meentdat nog altijd een zeker mis verstand bestaat omtrent de bedoeling met den aanleg van deze straat. Zoo spreekt de heer van Slotordijck mede van een rijweg. Het schijnt noodigte herhalendat het niet dc be doeling is om een rijweg aan te leggen maar een voldoende straat voor het verkeer van voetgangers en karren en tevens voor het lossen en laden van goederen uit vrachtschepen. Een breedte van 3 M. is voor dat doel te gering. Spreker komt even terug op de geschiedenis. Hij gelooft met, dat ooit iiier in deze vergadering is gezegd, dat het overige gedeelte van het vaarwater langs de Tuinen te smal is wel dat dit 't geval is met dit gedeelte. Indien het voorstel van burgemeester en wethouders wordt aangenomen dan zal dit gedeelte een breedte verkrijgen na genoeg gelijk aan de gemiddelde breedte van het andere gedeelte en kan men de ontworpen straat een meter breeder maken. De heer Bekhuis zeidedat er met meer dan 2 schepen vastgemeerd kunnen leggen. Spreker stelt zich voor, dat na de demping van de gracht langs de Tweebaksmarkt er 5 a C ge wone vrachtschepen een plaats zullen kunnen vinden en daaraan is wel groote behoefte. Het gaat toch in ernst niet aan om te zeggenzooals de heer Dijkstra deed dat het nieuwe kanaal in die behoefte zal kunnen voorzien. De gewone marktschepen moeten zooveel mogelijk in de stad een ligplaats kunnen vinden. De heer Dijk8tra schijnt door den heer Troelstra verkeerd te zijn begrepen. Hij sprak over het nieuwe kanaal niet als ligplaats voor vrachtschepen maar alleen omdat, wanneer dat kanaal was tot stand gekomenvele schepen daarin hun lig plaats zouden nemen en er dus voor de marktschepen meer ruimte zou openkomen, hetzij in de binnen- of in de buiten grachten. Burgemeester en wethouders hechten wel wat te veel gewicht aan deze nieuwe kade als losplaats. Het komt spreker voor dat, na de demping van de Turfmarkt, aan dat gedempte gedeelte eene geschikter losplaats zal worden verkregen dan langs den nieuwen weg. De Voorzitter vindt het opmerkelijk, dat, terwijl de heer Bekhuis meentdat langs de nieuwe kade maar 2 schepen zullen kunnen liggende heer Dijkstra den wal langs de gedempte Turfmarkt als een geschikte en voldoende losplaats beschouwtwel een bewijs dat de een zoowel als de andere van oordeel is dat dit gedeelte der gracht als losplaats zal moe ten worden gebruikt. De algemeene beraadslagingen worden gesloten. Aan de orde worden gesteld de verschillende onderdeden der conclusie van het voorstel. A. 1. Burgemeester en Wethouders te machtigen, het vaar water langs de Tuinen, voor zoover dat is gelegen tusschen de Meelbrug en de Turfmarkt, te verbreeden volgens het plan door den directeur der gemeentewerken ingezonden bij missive van den 8 Februari 1893 ns. 39/2, met deze wijziging, dat, ter ver vanging van de Meelbrugeene andere vaste brug zal worden gemaakt van grootere doorvaartwijdteovereenkomstig het voorstel der commissie voor openbare werken. De heer Bekhuis stelt voor, de woorden ,8 Februari 1893 no. 39/2'* te doen vervangen door „13 Januari 1893 no 14/3.'" Hierdoor wordt duidelijk de bedoeling aangegevenom niet de kromme lijn te volgendie burgemeester en wethouders op het oog hebbenmaar de rechte lijn volgens het planden 13 Januari jl. door den directeur ingezonden. Dit amendement wordt in stemming gebracht en aangenomen met 17 tegen 5 stemmen, die van de heeren Hijlkema, KonterMeijerTroelstra en Reeling Brouwer. Het aldus gewijzigd onderdeel wordt zonder hoofdelijke stem ming aangenomen. Onderdeel A. II. wordt onveranderd goedgekeurd. Onderdeel A. IIIburgemeester en wethouders te machtigen, dc perceelen plaatselijk bekend Voorstreek no. 276 en Turfmarkt no. 2 te doen amoveeren en het daardoor vrijvallende terrein deels te benuttigen tot verbreeding van het vaarwater deels tot aanleg van eene straatter breedte van 4 a 5 metervolgens het door den directeur der gemeentewerken bij missive van den 8 Februari jl. no. 39/2 ingezonden ontwerp. Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van Dinsdag 14 Maart 1893. 29 De lieer Bekhuis stelt voor te doen vervallen de woorden ter breedte van 4 ii 5 meter en de woorden „8 Februari jl. no. 39/2" te doen vervangen door: 13 Januari 1893 no. 14/3. Dit amendement wordt door burgemeester en wethouders overgenomen en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Onderdeel A IV burgemeester en wethouders te machtigen tot demping en rioleering van dc gracht van de Tuinen tot de Waczevolgens het door den directeur der gemeentewer ken bij missive van den 13 Januari jl. no. 14/3 ingediend ont werp gewijzigd overeenkomstig het voorstel van de Commissie j voor openbare werkenwat betreft het uitvoeren der bestra tingen in eigen beheer en het reserveeren van den overblij- venden steen en het puin ten behoeve der gemeente en om in plaats van eene beweegbare rijbrug tusschen de Turfmarkt en de Tuinen eene vaste voetbrug te doen maken. De heer Bekhuis herinnert er aan dat toen burgemeester cn wethouders aanvankelijk bedoelden den bouw van een nieuwe rijbrug, de commissie voor openbare werken er tegen opkwam, met het gevolgdat burgemeester en wethouders dat 'denk beeld loslieten. Nu heeft hij met verbazing geziendat zij een vaste voetbrug willen aanleggeneen hooge Venetiaansche buig. Dit zal een wanstaltig getimmerte zijn. De bestaande brug was noodig, om van de Tuinen naar de Turfmarkt te kunnen gaan maar nu aan de zuidzijde een nieuwe weg I wordt aangelegdis er geen brug noodig. Deze zal moeielijk te bestijgen zijn en tevens eene belemmering voor de scheep- j vaart wezen. Spreker geeft dus in overwegingde laatste 20 woorden te doen vervallen. Dit amendement wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Onderdeel B. en daarna de conclusie in haar geheel worden zonder hoofdelijke stemming aangenomen Diensvolgens is besloten A. burgemeester en wethouders te machtigen I. het vaarwater de Tuinen voor zoover dat is gelegen tus schen dc Meelbrug en de Turfmarkt, te verbreeden volgens het plan door den directeur der gemeentewerken ingezonden bij missive van den 13 Januari 1893 no. 14/3, met deze wijziging, dat, ter vervanging van de Meelbrug, eene andere vaste brug zal worden gemaakt van grootere doorvaartswijdteovereen komstig het voorstel der commissie voor openbare werken. II. de Ainelandspijp te doen verlagen volgens het door den directeur der gemeentewerken ingezonden ontwerp. III. de perceelen plaatselijk bekend Voorstreek no. 276 en Turfmarkt no. 2 te doen amoveeren en het daardoor vrijvallende terrein deels te benuttigen lot verbreeding van het vaarwater, deels tot aanleg van eene straatvolgens het door den directeur der gemeentewerken bij missive van den 13 Januari 1893 no. 14/3 ingezonden ontwerp. IV. tot demping en rioleering van de gracht van de Tuinen tot de Waeze volgens het door den directeur der gemeente werken bij missive van den 13 Januari jl. no. 14/3 ingediend ontwerp gewijzigd overeenkomstig het voorstel van de commissie voor openbare werken wat betreft het uitvoeren der bestratingen in eigen beheer cn het reserveeren van den overblijvenden steen en het puin ten behoeve der gemeente, B. burgemeester en wethouders uit te noodigen ter zijner tijd de vereischte voorstellen te doen tot bestrijding van de kosten van de werken vermeld onder letter A I II111 en IV. De voorzitter sluit hierop de vergadering. Boekdrukkerij van A. Jongbloed te Leeuwarden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1893 | | pagina 3