144 Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan Zaterdag 4 November 1893. met geringe kosten zooveel mogelijk te herstellen daarvoor bij volgnummer 150 (het onderhoud der brugwachterswonin gen) een kleine verhooging toe te staan en den post van 2500 gulden onder artikel 5 van de begrooting te schrappen. Dit amendement wordt ondersteund en komt in behandeling. De heer van Eijsinga heeft dit amendement ondersteund, om te vernemen of het met het oog op den stand dezer be grooting niet mogelijk is deze verbouwing een jaar uit te stel len en zich te bepalen tot eenige herstellingen. De Voorzitter deelt mededat die vraag ook door burge meester en wethouders is gedaan aan den directeur der ge meentewerken en dat deze pertinent heeft verklaard dat de verbouwing noodzakelijk is en alle kosten van herstelling zou den zijn weggesmeten. De heer van Eijsinga vraagt of men het niet doen kan zonder brugwachterswoning op die plaats. Is het niet vol doende daar evenals bij andere bruggen een klein houten gebouwtje te plaatsen waarin de brugwachter over dag kan verblijven De heer Bokhuis wenscht onveranderd behoud van dezen postonder voorwaarde dat het plan van verbouwing later ter goedkeuring aan den raad zal worden overgelegd. Het amendement van den heer Haverschmidt wordt in stem ming gebracht en verworpen met 20 tegen 2 stemmen die van de heeren Haverschmidt en van Eijsinga. De post onder volgno. 147 wordt nu zonder hoofdelijke stem ming onveranderd vastgesteld met bepaling dat de raad zich de goedkeuring van het plan en bestek van dit werk voorbe houdt. Volgnos. 148 en 149 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 150a. Vertimmering en onderhoud van huizen. De heer Dup&rc wijst er op dat de rapporteurs in hun verslag voorstellenburgemeester en wethouders uit te noodi- geneen nauwkeurig onderzoek in te stellen naar de eigen dommen die, hetzij afgebroken hetzij verkocht kunnen worden, en den uitslag daarvan den raad mede te deelen vergezeld casu quo, van de noodige voorstellen. Burgemeester en wet houders herinneren in hun antwoorddat reeds voorstellen zijn gedaan en door den raad aangenomen tot amotie van enkele woningen. Dit was den rapporteurs bekend maar de gedane voorstellen zijn hun niet voldoende. Spr. doet nu de vraagof burgemeester en wethouders bezwaar hebben tegen liet denkbeeld van rapporteursom een onderzoek omtrent de gemeente-eigendommen in te stellen. De Voorzitter deelt mede dat hiertegen bij burgemees ter en wethouders geen bezwaar bestaat. Volgno. ïbOb. Onderhoud van de gebouwen in den Prinsen tuin en enz. 1070. Rapporteurs stellen voor, dezen post met 475 te vermin deren. De heer Meu&lcRl ziet onder dezen post weder eene uit gaaf opgenomen voor vernieuwing der toegangsdeuren aan het Tournooiveld. In het vorige jaar, bij de behandeling van de begrooting voor 1893, is die vernieuwing ampel en breed be sproken en vooral bezwaar geopperd tegen aanbrenging daar ter plaatse van een ijzeren hekwerk ter vervanging van die deuren. Nu heeft spr. tot zijne groote verbazing opgemerkt dat de directeur der gemeentewerken zoo weinig notitie van de besluiten van den raad neemtdat hij nu weer het aan brengen van een hekwerk voorstelt. Burgemeester en wet houders hebben dit nu gewijzigd in deuren van gesmeed ijzer. Spr. heeft zich de moeite gegeven een onderzoek in loco in te stellen en na te gaan of de deuren in zoodanigen toestand verkeeren dat geheele vernieuwing noodig is. Het kwam hem voor, dat dit niet het geval is, maar dat, niettegenstaande algeheele verwaarloozing van ook maar gewoon onderhoud kon worden volstaanmet het lijstwerk wat op te maken en de deuren te verven. Als spr. zich de vraag steltwat hij zou doen indien deze deuren de zijne waren dan zou hij die behouden en ze alleen wat laten opknappen. Hij meentdat vooral in de gegeven omstandigheden de gemeente het ook behoort te doen. De heer Reeling Brouwer zal zich in deze geen partij stellen. Verleden jaar is van de begrooting voor dit jaar deze uitgaaf geschrapt. De directeur der gemeentewerken is over tuigd van den slechten toestand der deuren en acht geheele vernieuwing noodig. Spr. kan verklarendat hij een derge- lijken bouwvalligen toestand niet zou gedoogen indien het zijn eigen huis of tuin betrof. De heer Haver8Chmidt zegtdat, al is hij groot voor stander van bezuiniging hij toch niet kan meegaan met de rapporteurs om den post voor vernieuwing der toegangsdeuren aan het Tournooiveld geheel te laten vervallen. Deze deuren zijn werkelijk slecht en ze zijn er de laatste week niet beter op geworden nu alle raadsleden er op hun beurt eens aan hebben getrokken want daar zijn ze niet meer tegen bestand. Men behoeft geen vakman te zijn om te zien, dat ze niet meer zijn op te knappen. Toch heeft spr. zich ver baasd, hoe het mogelijk zou zijn aan twee deuren die niet liooger dan 3 en te zamen niet breeder dan 31 meter kun nen zijn 475 gulden ten koste te leggen. Een monumentale deur is op die plaats toch geen veieischte en spr. zal zijn stem aan deze weelde-uitgaaf onthouden. Er is echter een middenweg. Een particulierdie niet over ruime middelen beschikt en toch zijne eigendommen in orde wil houden zou er voor 100 gulden een paar knappe, voor 150 gulden een paar sierlijke deuren zetten. Daar hel hier een post geldt, die niet op staanden voet kan worden gecontroleerd wenscht spr. voor te stellen, een som van 150 gulden over te brengen naar onvoorziene uitgaven en volgnummer 150 te verminderen met 475 gulden. De heer Bekhuis acht het gelukkigdat de leden van den raad geen vacatiegelden genieten omdat deze deuren dan nu reeds veel geld zouden kosten. In het vorige jaar heeft spr. deze deuren in oogenschouw genomen en kwam het hem voor, dat ze nog wel konden blijven hangen. Nu is hij nog van dezelfde opinie. De uitgaaf voor vernieuwing dezer deuren kan gerust worden geschrapt. Het spijt hem dat burgemeester en wethouders de bespreking van dezen post den leden van den raad niet hebben bespaard. Hij wenscht zeer dat er niet verder over worde gesproken. Het voorstel van rapporteurs tot verlaging van dezen post met 475 wordt in stemming gebracht en aangenomen met 19 tegen 3 stemmen, die van de heeren Reeling Brouwer, Troelstra en Meijer. \iTslny Ii;m<li'liiigcn van don gemeenteraad tc Leeuwarden, van Zaterdag 4 November 1893. 145 I Hoofdstuk V, volgno. 150 tot en met 155 worden met ir- I achtneming van de wijziging van volgno. 150 sub b zonder I hoofdelijke stemming vastgesteld. Volgno. 156 lot en met 104 worden onveranderd aange- I nomen. I Bij afd. IV van hoofdstuk VI wordt op voorstel van den heer I Troelstra besloten in verband met de verwerping van het I voorstel lot heffing van het straatgeldden post sub. volgno. I 105, drukkosten van materieel voor den gemeente-ontvanger, I /"250, te verminderen met 50, den post onder volgno. 166 I voor het zegelen van registers en van kohieren en aanslagbil jetten der plaatselijke belastingen 700, met 100, en den post onder volgno. 171 kosten van perceptie en vervolging terzake onderscheidene belastingen ƒ400, met ƒ250. De overige artikelen van die afdeeling worden onveranderd vastgesteld. Met het oog op het vergevorderd uurwordt op voorstel van den voorzitter besloten de verdere behandeling der begrooting te verdagen lot Maandag den 6 November e.k. De voorzitter sluit hierop de vergadering. Boekdrukkerij van A. Jongbloedte Leeuwarden,

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1893 | | pagina 11