9 2 Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van Dinsdag 9 Januari 1894. Wordt besloten in de volgende vergadering over te gaan tot?de benoeming van eene commissie van onderzoek. 6. alsboven naar aanleiding van een verzoek van H. Pan- huijs en andere losse sjouwerlieden om gebruik te mogen ma ken van de :akkedragerswacht bij de Boomsbrug. 7. alsboven om aan Mevrouw G. T. M. van Eijsinga, wed. van den heer Mr. B Hopperus Buma, eene strook gemeente grond in gebruik af te staan voor het bouwen van een schip huis. 8. voorstel van burgemeester en wethouders, om aan hen een crediet te verleenen voor de invoering van eene nieuwe regeling van de inning der maiktgelden aan de veemarkt. 9. alsboven naar aanleiding van een verzoek van A. Braak- sma en andere timmerliedenom in de bestekken van ge meentewerken een minimumloon en een maximum werktijd te willen bepalen. 10. alsbovenom voor het bacteriologisch onderzoek van water uit de Leeuwarder waterleiding de bovenwoning Raad huisstraatje no. 3 in gebruik af te staan. 11alsboven naar aanleiding van een verzoek van J. van der Werff e. a., om aan de brugwachterswoning op den hoek van het Noordvliet een uurwerk te doen aanbrengen. 12. alsboven tot wijziging der verordening regelende het gebruik van de waag. 13. alsboven tot wijziging van het besluit tot heffing eener directe belasting op het inkomen 14. voorstel der verordenings-commissie tot het opnieuw vaststellen der verordening betreffende de verdeeling der ge meente in wijken en de nummering der gebou ven. De stukken sub 6 tot en met 14 worden voor de leden ter visie gelegdom in eene volgende vergadering te worden be handeld terwijl die sub 12 13 en 14 zullen worden gedrukt in de bijlagen tot het raadsverslag. 15. Rapport der raadscommissie, in wier handen is gesteld geweest de geloofsbrief van het nieuw benoemd lid van den raad den heer C. L. B. J. Feitz. Dit rapport zal heden in behandeling worden genomen. IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den op roepingsbrief vermelde punten. 1. Benoeming van een onderwijzer aan de gemeenteschool no. 7 (vacature G. Kielder). De voordracht is samengesteld als volgt 1. J. Hoogland te Giethoorn 2. D. van der Veen te Oude- haske en 3. J. Brandenburg te Irnsum. Het resultaat der gehouden stemming is, dat alle (12) stem men op J. Hoogland zijn uitgebracht, zoodat deze wordt be noemd. 2. Benoeming van een onderwijzer aan de gemeenteschool no. 11 (vacature L. Bosma). De voordracht bestaat uit 1. J. Brandenburg te Irnsum; 2. W. Zanstra te Akkrum en 3. W. Zoethout te Lieve Vrouwen-Parochie. De uitslag der gehouden stemming is, dat alle (12) stem men zijn uitgebracht op J. Brandenburgzoodat deze wordt benoemd. Burgemeester en wethouders worden uitgenoodigd, den datum van infunctietreding voor de benoemden nader te bepalen. Wordt opgemerkt, dat de heer Wolff vóór deze stemmingen de vergadering had verlaten. 3. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het verlee nen van eervol ontslag aan den onderwijzer D. Vunderink. Conform de conclusie van dit voorstel wordt besloten aan D. Vunderink overeenkomstig zijn verzoek met ingang van den 15 Januari 1894 eervol ontslag te verleenen als on- derwijzer aan de gemeenteschool no. 4. 4. Voorstel van burgemeester en wethouders tot onderliand- sche verhuring van diverse gemeente-eigendommen. Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt besloten behoudens goedkeuring van heeren Gedeputeerde Staten, on derhands op nader door burgemeester en wethouders vast te stellen voorwaarden in huur at te staan A. voor den tijd van vijf jaren, in te gaan den 12 Mei 1894 aan H. Jurres, de woning Groote Hoogstraat no. 24 voor f 200 per jaar. B. Voor den tijd van drie jaren, in te gaan den 12 Mei 1894 aan Dr. J. Ariëns Kappers de woning Arendstuin no. 41 voor f 600 per jaar. C. Voor den tijd van één jaar a. met ingang van 1 Januari 1894 aan G. Reifferth zes bleekjes op het Oldehoofster kerkhof voor f 3. S. Dijkstra een bleekje vóór de woning Oldegali- leën no. 79 2.50 b. met ingang van 1 Februari 1894 aan de wed. D. Suwijn en W. Loot eene plek grond aan het Oldehoofster kerkhof - 2.50 c. met ingang van 12 Mei 1894 aan M. Pekelsma eene plek grond aan het Oldehoof ster kerkhof - 2.50 H. de Jong de woning St. Jacobstraat no. 35 - 525.— H. E. Kaller Kruisstraat no. 25 -300.— A. Siekman Doelestraat no. 1 -150.— L. L. Hardorff de bovenwoning Tuinen no. 40 - 120.- D. van Reenen, wed. Weidijk de bovenwoning Bij de Put no. 17 - 185. J. J. van der Geest de woning Raadhuisstraatje no. 5 - 100.- D. A. H. Draper Bagijnestraat no 61 -117. J. D. van Nimwege Achter de Hoven no. 21 -100.— K. Bosma Kalvergloppe no. 199 - 91.— A. Medendorp alsboven gedeeltelijk - 65. J. Goor Noorderplantage no. 3 - 78.— C. Ramkema Oldegalileën no. 36 - 59.80 W. Wijlgenbosch id. 34 - 59.80 Wed. J. v. d. Heide id. 38 v - 57.20 J. Feenstra Oostersingel no. 108 - 65. F. Hoekstra id. 110 n - 83.20 5. Voorstel van burgemeester en wethouders tot onderhand- sche verpachting der opkomsten van eenige bruggen en pont- veren. Burgemeester en wethouders vinden in de omstandigheid dat in dit jaar zal worden overgegaan tot het graven van het verbindings-kanaal naar de Tijnjeaanleidinggunstig te ad- viseeren op de adressen der onderscheidene pachters van brug gen en pontveren, om de opkomsten voor een jaar onderhands te mogen pachten tegen dezelfde pachtsommen. Dit kanaal zal eene wijziging in de scheepvaart tengevolge hebben en zeker een belangrijken invloed uitoefenen op de opbrengst dezer bruggen en pontveren. Daar de mate van dien invloed nog niet is te berekenen komt het burgemeester en wethouders beter voorvoorloopig niet tot eene publieke verpachting over te gaandoch de op komsten voor één jaar onderhands te verpachten. De pachters bieden de tegenwoordige pachtsommen aan met uitzondering van dien van de Potmargebrugdie inplaats van ƒ815 een pachtsom van ƒ550 aanbiedt. Het is burgemeester en wethouders gebleken, dat eerstge noemd bedrag veel te hoog is en in geen verhouding staat tot de werkelijke opbrengstdaar in de laatste jaren de scheep vaart langs de Potmarge is verminderd. Ver?lag dor handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van Dinsdag 9 Januari 1S94. Burgemeester en wethouders stellen nu voor, te besluiten: behoudens goedkeuring van heeren Gedeputeerde Staten Jonderhands voor den tijd van één jaar, in te gaan den 12 Mei 1894, de opkomsten de- volgende bruggen en pontveren te verpachtente weten die van de iWirdumerpoortsbrug aan J. Olijve voor ^rins-Hendriksbrug Potmargebrug Harlingervaartsbrug Noorderbrug Vrouwenpoortsbrug Boomsbrug Vlietsterbrug W. Funcke T. Wielii.ga D. Tasma S. Molenaar J. Huizmga J. Kaspersma S. H. Krol liet pontveer tusschen den Grachtswal en de Oosterstraat aan S. Koster [het pontveer bij het stads-ziekenhuis aan H. Postma over de Willemsgracht aan J. de Vries 262.50 451 550.— 1000.- 270.- 180.- 155. 1. 101. 627.— 15.- Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt overeenkom- jstig dit voorstel besloten. De heer d.6 la Faille vestigt de aandacht op de slechte bediening van het laatstgenoemd pontveer. Het komt meer malen voor, dat niemand bij de pont aanwezig is, zoodat men dan niet kan worden overgezet. Spr. noodigt burgemeester en wet houders uitden pachter hierop te wijzen. De Voorzitter geeft gaarne de toezeggingdat burge meester en wethouders de zaak zullen onderzoeken enmocht er eene leemte in den dienst bestaan trachten daarin verbe tering aan te brengen. 6. Rapport der raadscommissie omtrent het onderzoek van [eene wijziging der gemeente-begrooting dienst 1893. Conform het voorstel der commissie wordt beslotende ont worpen wijziging goed te keuren en de begrooting vast te stel- [len in totaal sluitende in ontvang met 1,071,515.94J uitgaaf ...- 1,071,513.60 Waarschijnlijk saldo 2.341 7. Voorstel van burgemeester en icethouders naar aanlei ding van een verzoek van de beambten in het nieuwe stads weeshuis om ook hen in de pensioensregeling op te nemen. Burgemeester en wethouders hebben in de toelichting op dit voorstel betoogddat het nieuwe stads-weeshuis niet is te [rangschikken onder de gemeentelijke instellingen, bedoeld in de verordening omtrent het verleenen van pensioen aan ambte haren bedienden en werkliedenin dienst der gemeente of [van gemeentelijke instellingen van den 27 Juni 1893. Zij stellen voor op dien grond het verzoek van adressanten te wijzen van de hand. f Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt hiertoe be sloten. zonder discussie is genomen. Toch heeft de lecture der stuk ken aan de leden de overtuiging kunnen geven, dat het onder zoek zoowel van burgemeester en wethouders als van het be stuur van het nieuwe stadsweeshuis van groot belang is. Met het oog hierop geeft spr. in-overweginghet voorstel met bij lagen te doen drukken. De Voorzitter vermeent, dat het de bedoeling van den vorigen spreker isom de stukken te doen drukken in de bij lagen tot het raadsverslag. Dit zal in het vervolg voor het nagaan van deze zaak van groot gemak zijn. De heer van Sloterdijck heeft er niet tegen dat deze stukken in de bijlagen worden opgenomen, maar het was zijne bedoeling, om ze alleen voor de leden te doen drukken. Overeenkomstig dit denkbeeld wordt beslotenterwijl aan burgemeester en wethouders wordt overgelaten nader te be palen, welke der bijlagen mede zullen worden gedrukt. 8. De leggers van onderhoudplichtigen van de Bolswarder- steeg en van de Kastmakerssteeg. Tegen eerstgenoemden legger was bij burgemeester en wet houders bezwaar ingediend door P. Waitenawiens echtge noote eigenares is van twee perceelen in die steeg en als zoo danig als onderhoudplichtige van het gedeelte der steegvoor zoover die strekt langs die perceelen op den legger is vermeld. Burgemeester en wethouders achten het bezwaar niet af doende en stellen voorhet ongegrond te verklaren en dezen leggerzoomede den legger van onderhoudplichtigen van de Kastmakerssteegzooals die door hen zijn opgemaaktonver anderd voorloopig vast te stellen. Hiertoe wordt zonder discussie besloten. 9. Rapport der raadscommissie in wier handen is gesteld geweest de geloofsbrief van het nieuw benoemd lid van den raadden heer C. L. B. J. Feitz. Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt besloten dezen geloofsbrief goed te keuren en den heer C. L. B. J. Feitz als raadslid toe te laten. 10. Het 2e suppletoir kohier der directe belasting op het inkomen dienst 1893 In verband hiermede wordt de openbare vergadering tijdelijk gesloten. Na heropening wordt besloten a. het tweede suppletoir kohier vast te stellen op een be lastbaar inkomen van 29826.421 en het totaal der aanslagen ten bedrage van 1327.27L b. de aanslagen invorderbaar te stellen in twee termijnen vervallende den 15 Februari en den 15 Maart 1894. De vergadering wordt hierop gesloten. De heer van Sloterdijck doet opmerken dat dit besluit Boekdrukkevij van A. Jongbloed te Leeuwarden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1894 | | pagina 2