Vergadering van Dinsdag den 22 Mei 1894.
I
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan Dinsdag 22 Mei 1894. 43
iTegenwoordig 17 leden.
fcfwezig de heeren G. Menalda D. Tigler WijbrandiG. L.
B| J. FeitzS. H. HijlkemaJ. Theunisse en P. Fabrij de
'oorzitter: de heer Mr. J. S. baron van Harinxma thoe Sloo-
burgemeester.
De notulen van de vorige op 8 Mei j.l. gehouden ver-
ring worden gelezen en goedgekeurd.
pi. Wordt medegedeeld
eene dankbetuiging van
den secretaris-boekhouder der
dsarmenkamer voor de verhooging zijner jaarwedde.
eene dankbetuiging van N. Schuitemaker voor zijne he
lming tot onderwijzer aan school no. 2.
eene resolutie van Gedeputeerde Staten, waarbij voor
|dedeeling wordt aangenomen het raadsbesluit van 8 Mei j.l.
wijziging van het reglement op het bestuur van de stads-
inenkamer.
J4. eene resolutie van Gedeputeerde Staten houdende be
richt van ontvangst van afschriften der raadsbesluiten van 8
Mei j.l. tot geldigverklaring \an bestaande strafverordeningen
en tot wijziging der verordening op de marktpolitie.
dat op de op Zaterdag den 19 Mei j.l. uitgeschreven
lldleening tot een bedrag van 230.0003e serie van de
lldleening groot 624.000, is ingeschreven voor 1,031,000
-eg dat aangenomen is ƒ50,000 naar 100J ƒ50,000 naar
H)t3* en ƒ130,000 naar 100M <>/0.
Wordt ter tafel gebracht
J71adressen van adhaesie aan het verzoek van de Midder-
njichtzending-vereeniging tot intrekking van de verordening op
dè huizen van ontucht.
van het bestuur der afdeeling Leeuwarden van de Pro-
ciale Friesche werkliedenvereeniging.
b. de christen geheel-onthoudersvereeniging.
de Christelijke Jongelings-vereeniging „de Phenix."
D. de Boer e. a. ingezetenen van Leeuwarderadeel.
L. J. Rousseau en 1749 andere ingezetenen van Leeu-
|arden.
12. een adres van H. E. Kaller om ontbinding der huur van
let door hem bewoonde perceel Kruisstraat no. 25.
I Deze adressen worden gesteld in handen van burgemeester
eti wethouders om bericht en raad.
i 3. eene voordracht voor de benoeming van een onderwijzer
aan de gemeenteschool no. 2.
14. een voorstel van burgemeester en wethouders tot het
verleenen van eervol ontslag aan den onderwijzer T. Banda.
5. alsboven tot wijziging der verordening tot regeling der
jaarwedden van de onderwijzers aan de scholen van openbaar
lager onderwijs.
j j 6. rapport der reclame-commissie omtrent eene reclame in
beroep tegen een aanslag in den H. O., dienst 1893.
De stukken sub 3 tot en met 6 worden ter visie gelegd, om
ih eene volgende vergadering te worden behandeld, terwijl dat
sub 5 zal worden gedrukt in de bijlagen tot 's raads verslag.
7. een voorstel van burgemeester en wethouders tot over-
ame van grond ten behoeve van het kanaal naar de Tynje
ij minnelijke schikking.
Wordt beslotendit voorstel heden te behandelen.
De Voorzitterhet noodig achtendede vergadering met ge-
loten deuren voort te zettensluit tijdelijk de openbare ver-
adering.
IV. Na heropening der vergadering wordt overgegaan tot de
ehandeling van de op den oproepingsbrief vermelde punten.
1Rapport der raadscommissie omtrent het onderzoek der
rekening en verantwoording van de stads-armenhamer over
1893.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt besloten
a. deze rekening en verantwoording goed te keuren en vast
te stellen in ontvang tot een bedrag van ƒ42.339,18
in uitgaaf tot een bedrag van- 41.089,664
dus sluitende met een saldo van f 1.249.514
welk saldo bestemd is, om in de rekening van 1894 te wor
den overgebracht op de inkomsten van bijzondere fondsen
overeenkomstig de specificatie, aan het slot der rekening ge
plaatst.
b. aan heeren Voogden der stads-armenkamer 's raads dank
te betuigen voor hun nauwkeurig beheer.
2. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanlei
ding van een verzoek van de wedT. A. Bergstra om het ge
bruik van eene strook gemeentegrond aan den Stienserweg
Burgemeester en wethouders deelen mede, dat de adressante
vergunning heeft bekomen om het gedeelte sloottusschen
het erf van haar perceel Stienserweg no. 29 en den Stienser
weg te dempenmits op het midden van de gedempte sloot
een ijzeren hek worde geplaatst.
De adressante geeft nu haren wensch te kennenhet hek
zóó te plaatsendat de geheele gedempte slootdus ook het
gedeeltedat aan de gemeente behoortbij haar erf wordt
getrokken.
Hiertegen bestaat bij burgemeester en wethouders geen be
zwaar daar door de ingebruikgeving van dezen grond geene
belemmering in het verkeer zal ontstaan.
Zij stellen mitsdien voor te besluiten
I. de strook grondter oppervlakte van ongeveer 32 cen
tiare op de door den directeur der gemeentewerken bij zijne
missive van den 12 April 1894 no. 149/3 overgelegde teeke-
ning rood gearceerdgelegen tusschen het erf van de huizinge
plaatselijk bekend Stienserweg no. 29 en den Stienserweg, aan
den publieken dienst te onttrekken.
II. behoudens goedkeuring van Gedeputeerde Staten aan
Jitske J. Bergstraweduwe van T. A. Bergstra, tot wederop
zegging in gebruik af te staan de sub I omschreven strook
grondter grootte van ongeveer 32 centiaremet roode ar
ceering op de teekening aangeduidonder voorwaarde
a. dat door haar als erkenning van het eigendomsrecht der
gemeente Leeuwarden op dien grond jaarlijks vóór of op den
1 November, voor het eerst vóór of op den 1 November 1894,
ten kantore van den gemeente-ontvanger moet worden betaald
eene retributie van ƒ2.
b. dat tot afscheiding van de in gebruik afgestane strook
grond en van den openbaren weg overeenkomstig de richting,
op de overgelegde teekening aangegevenop eene steenen voe-
ting een ijzeren hekwerk moet worden geplaatst ter hoogte van
ten minste 0.90 meter boven den kruin van den weg en de
teekening van het hekwerk aan de goedkeuring van het ge
meentebestuur moet worden onderworpen.
c. dat dit hekwerk steeds ten genoegen van het gemeente
bestuur in goeden staat moet worden onderhouden en daarin
zonder toestemming van genoemd bestuur geene wijziging, zoo
wel wat de richting als de constructie betreft, mag worden
aangebracht.
Hiertoe wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming be
sloten.
3. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het aan
gaan van eene ruiling van grond met de provincie Friesland
ten behoeve van de verbetering van het kanaal Leeuwarden
Harlingen.
Burgemeester en wethouders deelen mededat het voor de
I verbetering van het kanaal Leeuwarden—Harlingen noodig is