Vergadering van Dinsdag den 10 Juli 1894. Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan Dinsdag 10 Juli 1894. 61 Tegenwoordig 13 leden. Afwezig de heeren Mr. J. G. Meijer, G. MenaldaD. Tig- ler Wijbrandi Dr. J. Baart de la FailleS. H. Hijlkema P. Fabry de JongeJhr. Mr. G. van Eijsinga Mr. J. L. van Sloterdijck, J. F. H. Bekhuis en H. Beucker Andreae. Voorzitter: de heer Mr. J. S. baron van Harinxma thoe Sloo- ten burgemeester. I. De notulen van de vorige op 5 Juli j.l. gehouden ver gadering worden gelezen en goedgekeurd. II. Wordt medegedeeld 1. eene dankbetuiging van Mej. D. Smit voor hare benoe ming tot onderwijzeres aan de gemeenteschool no. 5. 2. een bericht van H. H. Rademaker, dat hij de benoeming tot onderwijzer aan gemeenteschool no. 5 aanneemt. 3. dat door Gedeputeerde Staten zijn goedgekeurd de raads besluiten a. tot ontbinding der overeenkomst van huur der woning Kruisstraat no. 25. b. tot ingebruikgeving van de woning Oostersingel no. 118 voor het bacteriologisch onderzoek van het leidingwater. e. tot aankoop bij minnelijke schikking van een stukje grond van Jonkvr. G. baronesse du Tour van Bellinchave, ten behoeve van het kanaal naar de Tijnje. 4. dat bij publieke aanbesteding van de verbouwing der brugwachterswoning op den hoek van het Noordvliet, dit werk is gegund aan C. Lerk alhier voor 2277. 5. dat op 16 Juli e.k., 's nam. 1 uur de jaarlijksche stede lijke harddraverij tijdens de jaarmarkt zal worden gehouden. De leden van den raad worden uitgenoodigd tot bijwoning van deze harddraverij. III. Wordt ter tafel gebracht 1. Adres van J. Jorna e. a., houdende verzoek tot verbe tering van de bestrating in het Maria Anna-straatje. Wordt ter afdoening gerenvoieerd aan burgemeester en wethouders. 2. Adres van de heeren R. Bloembergen e. a. inhoudende het verzoek, de weekmarkt, vallende op 31 Augustus e.k., te willen verstellen. 3. Apostille van den Commissaris der Koningin, waarbij in handen van het gemeentebestuur om bericht en raad is ge steld een aan Gedeputeerde Staten gericht adres van Johs. Wijnants e.a., die daarbij de tusschenkomst van dat college inroepen tot het verkrijgen van een nieuwe brug tusschen de Tuinen en de Turfmarkt. De adressen sub 2 en 3 worden om bericht en raad gesteld in handen van burgemeester en wethouders. 4. de begrooting der stadsarmenkamer voor 1895. Wordt ten fine van onderzoek gesteld in handen van de hee ren Wijbrandi, Haverschmidt en Oosterhoff. 5. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot het verleenen van eervol ontslag aan den onderwijzer R. W. Ganne. 6. Eene aanbevelingslijst van benoembaren voor de betrek king van directrice van de middelbare school voor meisjes. 7. Een voorstel van burgemeester en wethouders om lessen in de geschiedenis aan de Middelbare school voor meisjes tij delijk op te dragen aan den heer J. H. Brunne. 8. Alsboven naar aanleiding van een verzoek van het be stuur van het St. Anthonygasthuis tot afkoop van eene grond rente. De stukken sub 5 tot en met 8 worden voor de leden ter visie gelegd, om ze in eene volgende vergadering te behandelen. IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den op roepingsbrief vermelde punten. 1. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het verlee nen van eervol ontslag aan de onderwijzeres Mej. Gvan der Heide. Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt besloten met ingang van 12 Augustus 1894 aan Mej. G. van der Heide op haar verzoek eervol ontslag te verleenen als onder wijzeres in de gewone vakken van het lager onderwijs en in de gymnastiek aan de gemeenteschool no. 5. 2. Voorstel van burgemeester en wethoudersnaar aan leiding van een verzoek van B. Mulder om eene gratificatie of wekelijksche toelage gedurende zijne ongesteldheid. Burgemeester en wethouders herinneren aan het besluit van 26 September 1893, waarbij op een verzoek van den komman- deur en de meters-wegers van granen enz., om hen op te ne men in de verordening op de pensioensregeling, afwijzend werd beschiktop grond dat de korenmeters-wegers niet in dienst van de gemeente werkzaam zijn, maar geheel ten gerieve van den handel en van particulieren en dat er geen, sprake kan zijn van eene gemeentelijke instelling. Ditzelfde motief geldtzeggen burgemeester en wethouders ook ten aanzien van het onderwerpelijk verzoek in dien zin datgesteld dat er termen konden bestaan tot ondersteuning van een gemeente-ambtenaar of werkman bij ziekte hiertoe ten opzichte van den adressant in geen geval aanleiding be- I staat. Burgemeester en wethouders stellen mitsdien voorhet bo ven omschreven verzoek te wijzen van de hand. De beraadslagingen worden geopend. De heer Haverschmidt acht het een bekend feit, dat de positie van den meter-weger er in de laatste jaren niet op is verbeterd. Van zijne diensten wordt weinig gebruik gemaakt nu de graanfactors het werk door eigen personeel laten doen. De verdienstendie onderling worden verdeeld bedragen per hoofd nauwelijks ƒ200 per jaar en 6 ot 8 man vast personeel, in plaats van 12, zijn ruim voldoende. Wanneer spr. dan in het verzoek van B. Mulder leestdat hij sedert eenige jaren lijdende is aan eene ongesteldheid die zijne krachten ondermijnt en hem verhindert zijne bedie ning waar te nemen en hij, 83 jaar oud zijnde 26 April j.l. opnieuw werd aangesteld'', en hij brengt hiermee in verband I het verhandelde in de vergadering der Friesche Handelsver- eenigingdan komt het spr. voordat de tegenwoordige orga nisatie van dat personeel dringend verbetering eischt. In het verslag van die vergaderingopgenomen in de Leeuwarder Courantheeft spr. gelezendat men .algemeen van gevoelen was, dat er onder de meters-wegers enkelen te oud waren om het werk naar behooren te kunnen verrichten. Daar echter door burgemeester en wethouders drie der oudsten pas weder voor drie jaren waren benoemd, was op het oogenblik in deze geen verbetering te brengen. Het punt werd daarom ter be spreking tot eene volgende vergadering aaangehouden, daar de tegenwoordige toestand op den duur onhoudbaar wordt." Spr. vindt hierin aanleiding dit punt onder de aandacht van burgemeester en wethouders te brengen in de hoop, dat men eene oplossing zal kunnen vinden waarbij de belangen van den handel en van het personeel beide worden gebaat. Met het stelsel van gratificatiën heeft de raad terecht na de pensioensregeling gebroken. Als overgangsmaatregelten einde het personeel terug te brengen tot een kleiner cijfer komt spr. echter eene toelage altijd nog beter voor dan het verleenen van eene nieuwe aanstelling aan een 83-jarige. De heer Troelstra zegtdat het feitwaarop de heer Haverschmidt wees treurig is n.l. dat dergelijke lieden op hun ouden dag broodeloos worden. Burgemeester en wethou ders kunnen echter naar hunne meening daaraan niet te ge- moet komen zonder af te wijken van de bestaande regeling. Ging men hiertoe over, het eind zou dan niet te overzien zijn;

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1894 | | pagina 1