Vergadering van Dinsdag 9 April 1895.
Yerslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden van Dinsdag 9 April 1895,
55
I
Tegenwoordig eerst 17, later 19 leden.
Afwezig de heeren A. DuparcJ. TheunisseR. H. Dijk
stra en en S. H. Hijlkema.
Voorzitterde heer Mr. J. S. baron van Harinxma thoe
Slooten, burgemeester.
I. De notulen van de vorige op Dinsdag den 2 April j.l.
gehouden vergadering worden gelezen en goedgekeurd.
II. Wordt medegedeeld:
1. dat is ingekomen het verslag van het eindexamen aan
de burger avondschool.
2. Missive van het bestuur van het Friesch genootschap,
geleidende een extract der rekening van dat genootschap over
1893/94.
Deze stukken worden voor de leden ter visie gelegd.
3. dat door burgemeester en wethouders aan den heer H.
Ter Horst, sedert 2 April 1862 keurmeester der stedelijke
harddraverijen op zijn verzoekeervol ontslag uit die betrek
king is verleend en in zijne plaats is benoemd de lieer J. M.
A. Zwart, gemeente-veearts.
4. dat bij Koninklijk besluit van 1 April 1895 no. 12 aan
den heer Mr. J. L. van Sloterdijcklid van den raad, onthef
fing is verleend van het verbod bij art. 1506 van het Burg.
Wetb.in zake het aangaan van eene ruiling van grond met
de gemeente.
III. Wordt ter tafel gebracht
1. een adres van H. G. Blauw, om maatregelen te nemen
tegen den hinderdien hij ondervindt van vóór zijne woning
Waeze no. 46 post vattende personen.
Wordt ten fine van beschikking gesteld in handen van bur
gemeester en wethouders.
2. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot na
dere wijziging van de gemeen tebegrooting over 1894 en tot
het doen van af- en overschrijvingen op die begrooting.
Wordt besloten, het besluit tot wijziging der begrooting ten
fine van onderzoek te stellen in handen van de heeren Wolff,
van Ketwich Verschuur en Duparc, en de ontwerp-besluiten
tot af- en overschrijving ter visie te leggen, om ze in eene
volgende vergadering te behandelen.
3. eene aanbeveling voor de benoeming van een tijdelijk
leeraar in de oude talen aan het gymnasium.
Wordt besloten, heden tot eene benoeming over te gaan.
4. eene voordracht voor de benoeming van eene onderwij
zeres aan de gemeenteschool no. 10.
5. een rapport der raadscommissie omtrent eene wijziging
der begrooting van het stadsziekenhuis voor 1894.
6. een rapport der raadscommissie omtrent het onderzoek
der rekening van de stadsbank van leening over 1894.
7. een voorstel van burgemeester en wethouders om aan
A. Vorderwulbecke een stuk gemeentegrond onder Huizum in
huur af te staan.
De stukken sub 4—7 worden ter visie gelegd om in eene
volgende vergadering te worden behandeld.
IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den op
roepingsbrief vermelde punten
1. Benoeming van leden van het stembureau voor de ver
kiesing van leden der Provinciale Staten op 14 Mei e.k.
De uitslag der gehouden stemmingen isdat tot leden van
dit stembureau waarvan de burgemeester voorzitter is, wor
den benoemd de heeren P. Fabry de Jonge met 9 en Mr. W.
Kolff met 12 stemmen.
De overige leden worden aangewezen, om de benoemden bij
verhindering of ontstentenis te vervangen.
Wordt opgemerkt, dat de heeren de la Faille en Wijbrandi
nog niet ter vergadering waren gekomen.
2. Benoeming van een tijdelijk leeraar in de oude talen
aan het gymnasium (vacature Dr. L. P. Roegholt, die overle
den is.)
Door de curatoren worden aanbevolen de heeren A. Drost
en J. W. Th. van Konijnenburg, beiden litt. class, doctorandus.
De uitslag der gehouden stemming is, dat tot leeraar in de
oude talen voor den loopenden cursus wordt benoemd de heer
J. W. Th. van Konijnenburg met 15 stemmen. Twee stem
men werden uitgebracht op den heer A. Drost.
3. Rapport der raadscommissie omtrent eene aanvraag om
machtiging tot het doen van af- en overschrijvingen op de be-
qrooting van de stadsarmenkamer voor 1894.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt conform
het voorstel der commissie besloten
aan de voogden der stadsarmenkamer machtiging te ver-
leenen tot het doen van af- en overschrijvingen op de begroo
ting, dienst 1894, gespecificeerd bij missive d.d. 1 Maart 1895
no. 17166.
4. Rapport der raadscommissie omtrent eene wijziging der
begrooting van het nieuwe stadsweeshuis dienst 1894.
Conform de conclusie van dit rapport wordt besloten
de voorgedragen wijziging in de begrooting aan te brengen
en machtiging te \erleenen tot de at- en overschrijving, om
schreven in de missive van het bestuur dezer instellingd.d.
15 Maart j.l. no. 2.
5. Rapport der raadscommissie omtrent het onderzoek der
rekening van het beheer over den Stads- of Prinsentuin, over
1894.
Wordt conform de conclusie van dit rapport besloten
I. goed te keuren de rekening van den Prinsentuin over
1894 met een bedrag van ƒ6261.24 in ontvang, ƒ4951.46 in
uitgaaf, en een saldo van 1309.78J.
II. aan burgemeester en wethouders 's raads dank toe te
brengen voor hun nauwgezet en met zorg gevoerd beheer.
Wordt opgemerkt, dat de wethouders tot het nemen van dit
besluit niet hebben medegewerkt.
De heer de la Faille komt ter vergadering.
6. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanlei
ding van een verzoek van J. Dijkstra e. a. tot het opnemen
van bepalingen van minimum loon en maximum werktijd in
bestekken voor gemeentewerken.
(Zie bijlage no. 3 tot het verslag van 's raads handelingen.)
Burgemeester en wethouders stellen hierbij voor aan de
adressanten te berichten
I. dat met de tot dusverre genomen proeven ten aanzien
van het opnemen van bepalingen omtrent minimum loon in
bestekken en voorwaarden van aanbesteding van gemeente
werken zal worden voortgegaan voor zooverre de aard dier
werken daartoe geschikt zal worden geoordeeld.
II. dat, wanneer voor misbruik van de werkkrachten der