REGLEMENT van orde voor de com
missie van beheer over het Stads
Ziekenhuis te Leeuwarden.
INSTRUCTIE voor den Geneesheer
directeur van het stadsziekenhuis.
70
Verslag der handelingen van don gemeenteraad te Leeuwarden, van Dinsdag 9 April 1895.
„het Vliet" en „de Potmarge", waardoor de gemeente in ver
binding staat met het oostelijk gedeelte der provincieonvol
doende zijn voor het toenemend verkeer met schepen van
eenigen diepgang.
Toen dan ook door het gewestelijk bestuur voorstellen wer
den gedaan, om in dezen toestand verbetering te brengen, door
het graven van een kanaal van uit de Zuiderstadsgracht naai
de Tijnje met verdieping van het provinciaal vaarwater van
dat punt af tot aan het groot scheepsvaarwater onder Garijp
tct 2.10 meter -f- Z. P.werden deze voorstellen in ernstige
overweging genomen.
De onderhandelingen met het gewestelijk bestuur hebben ge
leid tot het resultaatdat door den raad werd besloten om
een nieuw verbindingskanaal te maken van de Zuiderstads
gracht naar het provinciaal vaarwater „de Tijnje" over eene
lengte van ongeveer 1700 metermet eene bodemsbreedte
van 30-40 meter en eene diepte van 2.10 meter beneden zo-
merpeil, aan weerszijden, over eene lengte van 957 meter, voor
zien van walmuren en van eene andere kunstmatige oeverbe
veiliging langs het overige gedeelte.
Ten einde te voorzien in de communicatie langs de beide
verkeerswegen die door het bedoelde kanaal worden doorsne
denis bepaald, dat ter plaatse ijzeren draaibruggen zullen
worden gemaaktelk met twee doorvaart-openingenieder ter
breedte van 7 meter.
De hier bedoelde werken, die den 1 September 1895 vol
gens het daarvan gemaakt bestek moeten worden opgeleverd
zijn aanbesteed voor eene som van ƒ207,400.
Als bijdrage in deze uitgaaf is eene subsidie uit de provin
ciale fondsen verleend van ƒ135000,—, speciaal voor het te
maken verbindingskanaal uit aanmerking dat dit kanaalin
aansluiting met de voorgenomen verbeteringen van de provin
ciale vaarwaters Leeuwarden—Harlingen en Leeuwarden
Stroobos—Lemmervoor de scheepvaart van het grootste be
lang is te beschouwen.
Na aftrek van deze bijdrage blijft ten laste der gemeente
eene uitgaaf van 152000.—, als
a. restant der aannemingssom ad ƒ72400.—
b. kosten van aankoop van het terrein ter
oppervlakte van 51000 meter gemiddeld
naar 50 cents per meter25500.—
c. koopsom van drie huizen, die ten behoeve
der bedoelde werken moesten worden geamo-
veerd, ruim47000.
d. kosten van uitvoering der werken 7000.—
Samen 151900.
waarin door eene geldleening, rentende drie en een half ten
honderd in het jaar, moet worden voorzien.
Onder het bovenvermeld bedrag is begrepen voor het maken
van de beide bruggen en den daarvoor benoodigden onderbouw
eene som van46500.—
Hier komen nog bij de kosten van het maken
van twee brugwachters woningen te zamen 5500.—
Maakt ƒ52000.-
De jaarlijksche rente van deze som bedraagt
naar 3^ 1820.—
Het onderhoud van de beide bruggen en de
wachterswoningen zal zeker niet minder tedra-
gen dan-400.
terwijl voor de bediening van de bruggen moet
worden gerekend op eene uitgaaf per jaar van 800.—
alzoo te zamen eene jaarlijksche uitgaaf van 3020.
Wanneer men in aanmerking neemt de boven gespecificeerde
aanzienlijke uitgavendie de gemeente in liet belang van de
scheepvaart heeft besteed, dan mag het als billijk worden be
schouwd dat, ter tegemoetkoming in die uitgaven, een matig
bruggeld van de schipperij worde geheven, in dien zin, dat de
heffing slechts het karakter liebbe van eene retributie voor
den dienst, welke aan de scheepvaart door het verleenen van
doorvaart met bovenlast en staand want wordt bewezen ter
wijl ook het belang van een ruim en beter vaarwater daarbij
niet uit het oog mag woiden verloren.
De voorgedragen heffing bij het ingediend ontwerp-besluit is,
met het oog op het vorenstaande en in vergelijking met de
geheven doorvaartgelden bij andere bruggen in de gemeente,
zeer matig gesteld en allerminst in strijd met het bepaalde
bij art. 254 der gemeentewet.
Want al ware het, dat het getal schepen, waarvoor de brug
gen over het nieuwe kanaal moeten wirden afgedraaid te
eeniger tijd belangrijk hooger werd dan het getal schepen
waarvoor de in hetzelfde traject gelegen Wirdumerpoortsbrug
(de pachtsom was over de laatste jaren ƒ262.50) geopend
werd, dan nog zou tegen de voorgedragen heffing, zoowel uit
een oogpunt van billijkheid als met eene nauwgezette toe
passing van het aangehaalde wetsartikelgeen bezwaar be
staan.
De verschillende artikelen van het heffings-besluit en de
daarbij behoorende verordening op de invordering vereischen
naar 's raads meening geene nadere toelichting.
11. Reglement van orde voor de commissie van beheer over
het stadsziekenhuis.
(Zie bijlage no. 4 tot het verslag van 's raads handelingen.)
Geen der artikelen van dit reglement vastgesteld door de
commissie van beheer, leidt tot eenige opmerking.
Ter voldoening aan art. 7 der verordening op het beheer
van het stadsziekenhuis wordt alsnu besloten, dit reglement
goed te keuren, als volgt
Artikel 1
De commissie vergadert in den regel éénmaal in de maand,
op eenen door haar bij den aanvang van het dienstjaar te be
palen en aan burgemeester en wethouders mede te deelen
dag.
Artikel 2.
De voorzitter belegt en leidt de vergaderingen. Indien hij
het noodig oordeelt, worden op de oproepingsbriefjes de voor
naamste punten van behandeling vermeld.
Hij opent alle aan het bestuur gerichte stukken.
Artikel 3.
De secretaris-penningmeester houdt de notulen van elke ver
gadering. Hij stelt alle van het bestuur uitgaande stukken.
Hij dient in de gewone vergadering van iedere maand een
overzicht in van den stand der uitgaven over het loopende jaar.
Jaarlijks vóór 1 Juli dient hij, den geneesheer-directeur ge
hoord, eene concept-begrooting voor het volgende jaar in.
Jaarlijks, in de eerste week van Maart, zendt hij een ontwerp
verslag als bedoeld bij art. 11 der verordening op het beheer
van het Stads Ziekenhuis (gemeenteblad 1894 no. 13) aan de
commissie en in de gewone vergadering dier maand zendt hij
de concept-rekening en verantwoording over het afgeloopen
dienstjaar in.
Artikel 4.
De beide, niet met eene speciale functie belaste leden der
commissie zorgen voor de uitvoering van artikel 12 van de
verordening op het beheer van het Stads Ziekenhuis (gemeen
teblad no. 13 van 1894).
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van Dinsdag 9 April 1895. 71
Artikel 5.
De commissie houdt toezicht op den geregelden gang van
zaken in het Stads Ziekenhuis en wat daartoe behoort en op
de naleving der daartoe betrekkelijke verordeningen en instruc-
tiërt.
Artikel 6.
De geneesheer-directeur woont in den regel de vergaderin
gen der commissie bij.
De directrice staat in den regel in de vergadering binnen.
Artikel 7.
De leden der commissie fungeeren bij beurten als maand-
commissaris.
Ingeval van tijdelijke verhindering, doen zij zich als zoodanig
door een der andere leden vervangen.
De maand-commissaris bezoekt minstens éénmaal per week
het Stads Ziekenhuis, met uitzondering van het hulp-ziekenhuis.
Hij vertoont zich alsdan op alle in gebruik zijnde zalen.
Bovendien vergewist hij zich dan zooveel mogelijk omtrent
alles wat in artikel 5 is bedoeld.
12. Ontwerp-instructie voor den geneesheer-directeur van
het stadsziekenhuis.
(Zie bijlage no. 6 van het verslag van 's raads handelingen.)
Daar geen der leden in het algemeen over dit ontwerp het
woord verlangtwordt overgegaan tot behandeling van de in
structie artikelsgewijze.
Artt. 1 lot en met 7 worden zonder discussie onveranderd
aangenomen.
Art. 8. Bezoeken van bloedverwanten van verpleegden wor
den door hem alleen toegelaten op uren en dagendoor de
commissie van beheer te bepalen.
Bij verpleegdendie in levensgevaar verkeerengeschiedt
dit dagelijks.
De geneesheer-directeur draagt zorgdat de publieke vrou
wen in het ziekenhuis niet worden bezocht door bordeel
houders of bij hen inwonende personen.
De heer van Slotcrdijck vraagt, waar het woord „dit"
in de tweede alinea op slaatop toelaten, of op bepalen Is
het de bedoelingdat bezoeken van bloedverwanten bij ver
pleegden die in levensgevaar verkeerenzonder machtiging
van de commissie mogen worden afgewacht Zoo jais het
dan niet beterom het woord „dit" te doen vervangen door
„die toelating"
De Voorzitter deelt mededat die bezoeken door den
geneesheer-directeur mogen worden toegelaten. Daar het hoofd
begrip van het eerste lid van dit artikel het toelaten van be
zoeken iszoo slaat het woord „dit" in de tweede alinea op
„toelaten", en kan blijven bestaan.
Het artikel wordt nu onveranderd vastgesteld.
De overige artikelen en daarna de instructie in haar geheel
worden zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
De instructie luidt als volgt
Art. 1.
De geneesheer-directeur is verantwoordelijk voor de be
handeling van alle lijders die in het stadsziekenhuis worden
verpleegd.
Art. 2.
Hij vergewist zich vóór aankomst van een lijder, of deze
overeenkomstig de verordeningen behoort te worden opgeno
men en geeft in dat geval de noodige bevelen voor zijne on
middellijke opname, reiniging en kleeding.
Tevens bepaalt hij, in welk lokaal de lijder zal worden
geplaatst.
Art. 3.
Het dagelijksch bezoek, bedoeld bij art. 7 der verordening
op den genees-, heel- en verloskundigen dienst voor behoef-
tigen (gemeenteblad no. 16 van 1892), moet plaats hebben in
den voormiddag vóór 11 uur.
Onverminderd de bepalingen van de 2e en 3e alinea van
dat artikel, is de geneesheer-directeur verplicht, zich van tijd
tot tijd op ongeregelde tijdstippen naar het ziekenhuis te be
geven ten einde zich te vergewissen, dat zijne voorschriften
omtrent de behandeling der verpleegden worden nageleefd.
Art. 4.
Hij houdt een registerwaarin de namen der lijders hun
ouderdom geboorteplaats en godsdienstige gezindte de aard
der ziekte en de data van opneming en ontslag of overlijden
worden opgeteekend.
In dit register, of, zoo noodigin een afzonderlijk register
worden van de belangrijkste ziektegevallen nauwkeurige aan-
teekeningen gehouden omtrent het verloop der ziekte.
Art. 5.
Hij schrijft de recepten voor de toe te dienen geneesmid
delen in de daarvoor bestemde registers.
Voor het hoofdgebouw en voor het hulpziekenhuis worden
afzonderlijke registers gehouden.
Art. 6.
Hij draagt zorg, dat tijdens zijn gewoon dagelijksch bezoek
eene lijst worde opgemaakt van de door hem voorgeschreven
voeding.
Deze lijst teekent hij voor gezien.
Art. 7.
Hij is verplicht, herstelden of onherstelbaren zoo hun toe
stand gedoogt, dat zij naar elders kunnen worden overgebracht,
het langer verblijf in het gesticht te ontzeggen.
Zoo de herstelde of de onherstelbare elders geen huisves
ting bekomen kan wordt het ontslag niet verleend zonder
toestemming van den burgemeester.
Art. 8.
Bezoeken van bloedverwanten van verpleegden worden door
hem alleen toegelaten op uren en dagen, door de commissie
van beheer te bepalen.
Bij verpleegden die in levensgevaar verkeeren geschiedt
dit dagelijks.
De geneesheer-directeur draagt zorg, dat de publieke vrou
wen in het ziekenhuis niet worden bezocht door bordeel
houders of bii hen inwonende personen.
Art. 9.
Wanneer een zieke godsdienstige toespraak of hulp ver
langt, laat de geneesheer-directeur daarvan kennis geven aan
een geestelijke of leeraar van de gezindte des lijders en geeft
hij gelegenheid tot het verlangd bezoek.