154 Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van Zaterdag 9 November 1895.
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van Zaterdag 9 November 1S95. 155
te gaan. In Kampen en Amsterdam liep de conversie niet
vlot van stapel.
Spr. kan nog mededeelendat in het volgend jaar eene de
finitieve 3 °/o leening voor het restant van de kosten van het
nieuwe kanaal zal worden aangegaan dan zal kunnen worden
overwogendaaraan conversie van een gedeelte der schuld te
verbinden.
De heer Dijkstra zegtdat hij de opmerkingen van den
heer Haverschmidt bij rapporteurs heeft overgebrachtmaar
dat deze het te praematuur vonden, om er in het verslag iets
van op te nemen.
Deze post wordt onveranderd vastgesteld.
Volgnos. 209—222 worden zonder discussie aangenomen.
Volgno. 223. Pensioenen ƒ4178.
Rapporteurs stellen voordezen post met G26 te verhoo-
gen wegens het pensioen van W. Aalderink.
De heer KontöT deelt mede dat bij rapporteurs het denk
beeld is besproken of het pensioen van W. Aalderink uit een
administratief oogpunt niet op de begrooting van de stads bank
van leening dient te worden aangebracht. Is die instelling niet
bij machte dat pensioen uit hare fondsen te betalendan kan
in volgno. 179 eene tegemoetkoming daarin voor die instelling
worden gevonden. Rapporteurs waren van oordeeldat dan
duidelijker uitkwam welke de kosten der bank van leening zijn.
De post wordt overeenkomstig het voorstel van rapporteurs
gewijzigd.
De overige posten van uitgaaf worden zonder discussie aan
genomen.
De post voor onvoorziene uitgaven wordt aangehouden tot na
de vaststelling der inkomsten.
Hierop wordt overgegaan tot behandeling der inkomsten.
Volgnos. 13 worden onveranderd vastgesteld.
Volgno. 4. Opcenten op de hoofdsom der personeele belas
ting ƒ52040 wordt verlaagd met ƒ13010 wegens intrekking
van het voorstelom de opcenten te verhoogen.
De post wegens de plaatselijke directe belasting op het in
komen wordt aangehouden.
Volgno. 6 wordt zonder discussie vastgesteld.
Volgno. 7. Opbrengst der belasting op tooneelvertooningen
ƒ530.
De heer van Ketwich Verschuur heeft het woord
gevraagdom naar aanleiding van dezen post eenige mede-
deelingen te verstrekken. Het is hem n.l. gebleken dat in
verschillende gemeenten bepalingen in de betrekkelijke veror
deningen voorkomenspeciaal voor caroussels enz., verpach
ting van plaatsruimte voorschrijvende, welke die gemeenten eene
belangrijke winst doen genieten. In den Bosch is de veror
dening op de heffing eener belasting op tooneelvertooningen
enz. den 5 Maart 1895 in dien zin gewijzigd, met het gevolg,
dat gedurende de kermis van dat jaar die gemeente daardoor
eene bate heeft gehad van 2300één carroussel bracht zelfs
1000 op. Hij gelooftdat door eene kleine wijziging in het
betrekkelijk helfingsbesluit (gemeenteblad no. 8 van 1888 j»
no. 6 van 1890) ook voor deze gemeente dergelijke bate kan
worden verkregen.
Hij vraagtof het bij burgemeester en wethouders ook over
weging verdientom zóó spoedig eene wijziging als door hem
bedoeld, tot stand te brengen, dat met de kermis in 1896 de
vruchten daarvan kunnen worden geplukt.
De heer Duparc deelt mede, dat ook in zijne sectie dit
punt is besproken. Wat de heer van Ketwich Verschuur me
dedeelde had ook spr.'s aandacht getrokken. In den Bosch
heeft men een eigenaardig hulpmiddel aangewendvóór de
kermis is eenig terrein aan den publieken dienst onttrokken
en daarna werd het verpacht voor de plaatsing var. carroussels
en tepten in de kermis. Is zoo iets echter wel in overeen
stemming met de wet Zoolang de verordening hier onge
wijzigd bestaatwordt ze beheerscht door art. 254 der ge
meentewet.
Spr. gebruikte de uitdrukking „hulpmiddel", doch geenszins
uit eenig medegevoel voor de personendie met hunne tenten
enz. de kermis bezoeken. Ook hij zou gaarne, als het kon
de gemeentekas eenig meerder voordeel daaruit zien trekken.
De heer TrOölstra deelt mededat reeds een concept tot
wijziging van het heffingsbesluit gereed is doch nog door bur
gemeester en wethouders moet worden vastgesteld.
De heer van Ketwich Verschuur ziet wel in dat
men met de bestaande verordening gebonden is door art. 254
der gemeentewet. Wordt de verordening echter gewijzigd, in
dien zin dat men carroussels hippodromesenz., ligt uit de
verordening, waarin ze nu voorkomen en de staanplaatsen
daarvoor in het openbaar verhuurtdan behoeft dat artikel
geen bezwaar meer op te leveren.
De post wordt hierop vastgesteld.
Volgno. 8. Opbrengst van het vergunningsrecht voor het
verkoopen van sterken drank 8300.
De heer BdUCkcr Aildreae heeft in zijne sectie de vraag
gesteldof er geen gelegenheid bestaatom eene verandering
in den maatstaf voor het heffen van dit recht tot een punt van
bespreking bij burgemeester en wethouders te maken.
De maatstaf is het schenken van sterken drank en het ge
bruik van daarvoor bestemde localiteiten. Deze worden tel
ken jare door dezelfde personen geschat.
De bedoeling van zijne vraag was nietof de opbrengst
van het recht kon worden verhoogdwant dan zouden er meer
localiteiten moeten komenmaar of de maatstaf niet kan wor
den veranderd. Worden de localiteiten niet te laag geschat
Kan niet eens worden onderzocht, of, nu dejpatentbelasting is
afgeschaftde schatting niet hooger kan worden Spr. weet,
dat verschillende groote localiteiten altijd op hetzelfde cijfer
blijven.
Het verdient overwegingeen en ander te onderzoeken en
de schatting eens aan andere personen op te dragen. Na de
afschaffing van de patentwet is de winst der drankverkoopers
grooter geworden.
De heer Troalstra geeft te kennen dat de vraag of in
verband met de afschaffing van de patentwet het vergunnings
recht kan worden verhoogdniet in den raad maar in de
Tweede Kamer thuis behoort. De heffing van het vergunnings
recht is geregeld bij de wet.
Spr. acht het niet onmogelijk dat enkele localiteiten hooger
kunnen worden geschatmaar dit zal niet altijd medebrengen,
dat dientengevolge het recht hooger wordt. De wet laat eenige
ruimte voor die heffing toe.
De schatters hebben geen aanleiding tot klachten gegeven
zoodat het moeilijk gaathen aan den dijk te zetten. Boven
dien kunnen zij niet zoo hoog schattenals hun goeddunkt.
Is de schatting te hoog dan kan herschatting worden aan
gevraagd.
De heei Beucker Andreae heeft alleen maar de vraag
gedaan, omdat het hem voorkwam, dat de meerdere winst van
de drankverkoopers aanleiding tot hoogere schatting kon geven,
zoodat de totale opbrengst met honderden guldens kon stijgen.
Tegen de personen der schatters heeft spr. niets hij kent
ze niet. Achten burgemeester en wethouders vervanging van
dezen door anderen niet noodzakelijk, spr. zal er zich dan bij
neerleggen.
De post wordt onveranderd vastgesteld.
De post onder volgno. 9 blijft onveranderd.
Volgno. 10. Opbrengst van bruggelden ƒ3500, wordt op
voorstel van rapporteurs met 1400 verhoogd.
Volgnos. 11 17 blijven onveranderd.
Volgno. 18 opbrengst van schoolgelden ƒ31160, wordt op
voorstel van rapporteurs verlaagd met 1430.
Volgno. 19 wordt aangenomen.
Volgno. 20. Huur of pacht 15034 wordt verhoogd met
5 voor huur van grond, afgestaan voor karren-bergplaats.
Volgnos. 21—27 blijven onveranderd.
Volgno. 28. Opbrengst van tollen ƒ418 wordt met ƒ2,50
verlaagd als gevolg van de plaats gehad hebbende verpachting.
Volgno. 29 wordt zonder discussie vastgesteld.
Volgno. 30. Interessen van uitgezette kapitalen 3378.
Op voorstel van den heer Troelstra wordt in verband met
de wijziging van den post onder volgno. 130 deze post verhoogd
met ƒ31000, wegens kapitalen verstrekt ten behoeve van de
gasfabriek.
Volgnos. 31 en 32 worden onveranderd vastgesteld.
Volgno. 33. Retributie voor het gebruik van gemeente-eigen
dommen ƒ39750 wordt verminderd met het bedrag van ƒ38987.50,
uitgetrokken voor het gehruik van gemeentegrond ten behoeve
der gasbuizenleiding.
Volgno. 34 wordt vastgesteld.
Volgno. 35. Opbrengst der exploitatie van de gemeente-rei
niging.
Rapporteurs stellen voor, dezen post met 1000 te verhoo
gen 29000.
De heer KontöT leest in het antwoord van burgemeester
en wethoudersdat thans de ier niet zelden voor 0.50 het
last wordt afgezeten dat ook de prijs van het compost aan
het dalen is. Rapporteurs vernamen, dat de ier tegenwoordig
ƒ1.50 opbrengt; zij hebben zich overigens gebaseerd op de
opbrengst over 1894 het eenige cijfer dat vaststaat en willen
nu dezen post nog ruim 1000 lager ramen dan de uitkomst
van 1894 was om de begrooting sluitende te maken. Dit is
toch zeker geene roekelooze raming want in dat jaar was de
opbrengst lager dan ooit te voren. Ook rapporteurs kunnen
natuurlijk de opbrengst niet preciseeren het blijft eene raming,
evenals het geval is met elk cijfer op de begrooting, dat van
toekomstige omstandigheden afhangt.
De heer Troelstra wijst er op, dat de gemeente ten aan
zien van de opbrengst der exploitatie van de reiniging groote
teleurstellingen heeft ondervonden. De opbrengst voor 1894
was geraamd op 47000, terwijl die werkelijk is geweest bijna
28000. Deze post is al hoog opgevoerd volgens de speci
ficatie van dezen post is liet compost op 4, de ier op 1.25
het last berekendhet hoogste cijfer waarvoor die dit jaar
zijn verkocht. Thans wordt het compost voor 2.75 het last
afgeleverd.
De post is dus eigenlijk reeds te hoog geraamd.
De Voorzitter gelooft, dat in 1896 geen hoogere prijs
dan 3 voor het compost kan worden verwacht. Er bestaat
dus geen aanleidingom dezen post willekeurig te verhoogen.
De heer Konter zegtdat rapporteurs niet willekeurig
willen verhoogendoch zich baseeren op de opbrengst over
1894. Deze is in de toelichting op dezen post nog te laag op
gegeven en moet verhoogd worden met een bedrag van 3377,
dat op hel eind van dat jaar niet ontvangen, doch nog te
vorderen was. Dit was de eerste maaldat bij het einde van
het dienstjaar de gemeente op dit volgno. nog iets te goede
had.
Rapporteurs stellen zich in dezen geen partij wil de raad
het voorgedragen cijfer onveranderd behoudenzij hebben er
geen bezwaar tegen. Zij meenden de aandacht op deze zaak
te moeten vestigenomdat de lage prijzen naar het schijnt
eenigszins kunstmatig zoo laag worden gehouden en wel zul
len stijgenzoodra de vrije concurrentie is ingetreden.
De heer Troelstra gelooft, dat bij vrije concurrentie de
prijzen van compost en ier op zijn hoogst ƒ4.en 1.50
zullen kunnen bedragen. De raming is op die prijzen geba
seerd dus niet met het oog op een toestand van kunstmati-
gen druk.
De Voorzitter zegt dat het waar kan zijn dat de prij
zen kunstmatig worden gedruktmaar men vergete niet dat
de prijs voor fabrieksaardappelen, die op de prijzen van het
compost van invloed is laag is en geene verbetering althans
voor het aanstaande voorjaar is te verwachten.
De heer Koator deelt mededat rapporteurs hun voorstel
tot verhooging intrekken.
Volgnos. 36 tot en met 46 worden zonder discussie vast
gesteld.
Volgno. 47. Rijkssubsidie ten behoeve van het gymnasium
11995.
Rapporteurs stellen voor, ingevolge de onder nos. 18 en
181 aangebrachte wijzigingen, dezen post te vermeerderen met
ƒ435.
De post wordt aldus gewijzigd vastgesteld.
Volgnos. 48 tot en met 56 blijven onveranderd.
Volgno. 57. Tijdelijke geldopneming voor buitengewone wer
ken 21500.
Onder dit bedrag is 12000 opgenomen voor vernieuwing
van de Prins-Hendriksbrug en 1770 voor aankoop van kook-
toestellen voor het stadsarmhuis.
Rapporteurs stellen voor, in plaats van 12000 „memorie"
te stellen en het bedrag van 1770 te doen vervallen.
Het eerste voorstel wordt zonder hoofdeiijke stemming aan
genomen.
De heer TfOölStra deelt mededat burgemeester en wet
houders zich met het tweede voorstel niet vereenigen. Zij
blijven er bijdat de aankoop van die kooktoestellen een bui
tengewone uitgaaf is waarvoor by den tegenwoordigen stand