I 3®. dat de weg langs den zuidelijken oever van bedoeld
kanaalpand zal worden bestraatmet boomen beplantdaarin
eene gasleiding zal worden gelegd en van de noodige lantaarns
zal worden voorzien.
36
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van Maandag 2 Maart 1896.
De heer BökhuiS stelt voor achter het woord „bestraat"
in te voegen de woorden „met boom en beplant".
Burgemeester en wethouders nemen dit amendement over.
De heer B00kh.uis begrijpt niet, waarom rapporteurs hun
voorstel omtrent onderdeel 3 hebben ingetrokken, en hij be
treurt ditdie intrekking is geen noodzakelijk gevolg van de
beslissing omtrent onderdeel 2. Aan de noordzijde van het
kanaal zullen nu alle wegen worden bestraat, maar dit verhin
dert niet, om aan de zuidzijde slechts gedeeltelijk de bestrating
aan te leggen. Daarom lachtte spr. het denkbeeld van den
heer Haverschmidt wel toe, om bestrating aan te brengen tot
de geprojecteerde straat naar den weg Achter de Hoven.
De Voorzittor zegt, dat, daargelaten de vraag, of de be
slissing omtrent sub 2 noodzakelijk medebrengt intrekking van
het voorstel sub 3, die intrekking toch is geschied, zoodat dat
voorstel geen punt van behandeling meer uitmaakt.
De heer B00khuis stelt nu als amendement op het voor
stel van burgemeester en wethouders sub 3 voor, achter het
woord „beplant", in te voegen de woorden „van af den brug
in den Grachtswal tot aan den nieuw geprojecteerden verbin
dingsweg naar Achter de Hoven".
Dit amendement wordt voldoende ondersteund en maakt een
punt van behandeling uit.
De heer Wolff gaat niet met dit amendement mede. Straks
had men te doen met twee stelsels, die tegenover elkaar ston
den, dat van burgemeester en wethouders en dat van de
meerderheid van rapporteurs. Laatstgenoemde heeft haar pleit
verloren en het grootste plan is aangenomen. Nu gaat 't niet
aan, op dat grootsche plan te beknibbelen, wat het gevolg zou
zijn van aanneming van het amendement van den heer Beek
huis.
De heer d.0 la Paill© heeft het amendement ondersteund,
omdat hij het zeer zou afkeuren, indien aan de zuidzijde van
het kanaal werd gebouwd voor fabrieks- en andere nijverheid.
In de le sectie heeft spr. zich verzet tegen verkoop van ter
reinen aan het le kanaalpand, ja ook aan het 2e kanaalpand
voor fabrieksnijverheid op groote schaal. Afgescheiden van de
omstandigheid dat vele fabrieken de publieke wateren beder
ven zou het zeker voor de bewoners van panden aan de
noordzijde van het kanaal minder aangenaam zijn, fabrieken
over zich te krijgen.
In ieder geval kan er aan de noordzijde genoeg worden ge
bouwd, zoodat de zuidzijde voorloopig gerust onbebouwd kan blijven
liggen. Het uitzicht wordt dan voor de noordzijde niet be
lemmerd.
Spr heeft in zijne sectie ook gesproken over verhuren van
de terreinen voor ooft- en tuinbouwland. Het lag niet in zijne
bedoeling, dit op kleine schaal te doen er is aan het tweede
kanaalpand ruimte genoeg voor eene exploitatie van garde-
niersland in bovenbedoelden zin.
De heer B00khuis is het niet met den heer Wolff eens
dat, nu de optimisten voor een deel hun pleit gewonnen hebben,
de pessimisten zich bij het geheel maar moeten nederleggen.
Spr heeft vóór onderdeel 2 gestemd, omdat hij gelooft, dat de
terreinen aan de noordzijde eerder koopers zullen vinden, als
de straten zijn aangelegd. Maar wanneer van bebouwing van
de terreinen aan de zuidzijde nog geen sprake is, waar zelfs nog
geen plan bij den raad is ingediend, daar acht hij de bestra
ting aan die zijde van het kanaal voorloopig ook nog niet
noodig, behalve van het gedeelte, gelegen tusschen den Grachts
en den verbindingsweg naar Achter de Hoven.
Bovendien bestaat er ook nog geen plan van bebouwing van
de terreinen voorbij den geprojecteerden verbindingsweg met
Achter de Hoven.
De heer Moijor wijst er den heer Beekhuis opdat er
wel een plan omtrent de zuidzijde van het kanaal bestaat. Uit
het voorstel blijkt, dat aan die zijde alleen een rechte wegen
de verbindingswegen tusschen Grachtswal en Achter de Hoven
zullen worden aangelegd.
Spr. zal niet terugkomen op het door den heer de la Faille
besproken denkbeeld om terrein te verhuren als gardeniers-
land dit is door den heer Reeling Brouwer voldoende weerlegd.
De heer de la Faille zeidehet amendement van den heer
Beekhuis te hebben ondersteund, omdat hij tegenover de noord
zijde van het kanaal geen fabrieken wil zien verrijzen. De
vraag, wat aan de zuidzijde zal worden gebouwdis niet ge-
praejudicieerd. Elke aanvraag om bouwterrein komt bij den
raad in en deze neemt daarover eene zelfstandige beslissing.
Dit is eene goede oplossingomdatal moge men in beginsel
tegen stichting van fabrieken aldaar zijn er zich toch wel ge
vallen kunnen voordoendie aanleiding geven om van dat be
ginsel af te wijken.
Spr. blijft er bij dat het noodzakelijk isalle wegen aan
te leggen en te bestraten. Gesteld, dat iemand aan het le
kanaalpand bij de 2e brug een pakhuis wil stichtenzooals er
ook aan de Willemskade staan waartegen wel geen bezwaar
kan bestaan dan moet er toch een weg zijn waarlangs
hij zijn goederen kan vervoeren. Wil men de straat aanleggen
alleen tot den verbindingsweg met Achter de Hoven, dan moet
men alle hoop laten varen op een verkoop van verderop gele
gen terrein.
Wanneer aan weerszijden van het kanaal goede wegen wor
den aangelegd en met boomen beplantdan ligt het voor de
handdat daar meer vertier zal zijn dan wanneer dit slechts
aan één kant geschiedtdit zal het doen van aanvragen om
bouwterrein in de hand werken. De vrees voor oprichting van
schadelijke of hinderlijke fabrieken is niet gewettigd, maar
bovendien is hierop met gepraejudicieerd.
De heer Hijlk0ma ziet in het amendement van den heer
Beekhuis ook een beknibbelen op het plan van burgemeester
en wethoudersmet eene schitterende meerderheid is besloten
den koninklijken weg te bewandelen en daarom zal hij tegen
het amendement stemmen.
De beraadslagingen worden gesloten.
Het amendement van den heer Beekhuis wordt in stemming
gebracht en verworpen met 18 tegen 3 stemmen. Vóórstem
den de heerende la Faille Kolff en Beekhuis.
Sub 3 van het voorstel van burgemeester en wethouders
wordt nu zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
Alzoo is besloten
1®. goed te keuren het overgelegd plan van aanleg en in
deeling doch voor zoover betreft het terrein aan de noordzijde
van het Nieuwe Kanaaltusschen den Grachtswal en den weg
van Achler de Hoven en de blokken aan de zuidzijde van dat
kanaalaangeduid door de cijfers VIII en IX met de om die
blokken geprojecteerde wegen.
2®. dat de geprojecteerde wegen aan de noordzijde van dat
kanaalbenevens de geprojecteerde wegen om de blokken VIII
en IX zullen worden bestraat, met boomen beplant, gedoleerd
en daadn buizen voor gas- en waterleiding zullen worden ge
legd en die wegen van de noodige lantaarns zullen worden
voorzien.
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van Maandag 2 Maart 1896.
37
4®. te bepalen dat de wegen eene breedte zullen hebben
als volgt:
1 a. die aan de oevers ter weêrszijden van het bedoelde ka
naal van 13 meter.
Bb. die ten noorden van het geprojecteerde grasveld en die
om en tusschen de blokken VIII en IX, van 11 meter.
r. de overige geprojecteerde wegen van 9 meter
I 5®. te bepalen, dat de wegen sub 4a zullen worden bestraat
ter breedte van 5 meter met keibestratingverder met klin-
kerbestrating langs den oever ter breedte van 21 meter, ter
wijl tusschen de kei- en klinkerbestrating een berm van grint,
ter breedte van 21 meterzal worden aangebracht, en dat de
overige wegen ter breedte van 5 meter met klinkers zullen
Worden bestraat.
I C®. dat de aan te leggen trottoirs voorloopig zullen worden
begrint.'
7®. aan burgemeester en wethouders op te dragen finan-
iieele voorstellen te doen tot vinding der uitgaven die van de
Benomen besluiten het gevolg zullen zijn.
I De heer P0itï wenscht naar aanleiding van het zooeven
genomen besluit eene vraag te richten tot burgemeester en
wethouders.
De raad heeft een besluit genomen, dat, naar allen zeker
hopenaan de gemeente eene schoone toekomst zal brengen.
Er zullen vele wegen aangelegd en van gasleiding en lantaarns
voorzien worden. Nu is bij spr. de vraag gerezen, of de gas
fabriek, zonder dat belangrijke uitgaven zullen moeten worden
gedaan voor eene uitbreiding, in staat zal zyn, alle benoodigde
gas te blijven produceeren.
Men leeft in een tijd van vooruitgang; dit ziet men in menige
andere stad, waar bij den aanleg van nieuwe straten en buur
ten electrische verlichting wordt aangebracht. Spr. heeft ge
meend, nu in de toekomst veel licht zal moeten worden verschaft,
hierop de aandacht te vestigen, ten einde particuliere exploitatie
van verlichting te voorkomen.
Spr. richt nu de vraag aan burgemeester en wethouders, of
zij genegen zijnte onderzoeken, welke de kosten zullen zyn
van aanleg en exploitatie van eene electrische verlichting op
het nieuwe terrein.
In eene zoodanige exploitatie met aansluiting van particu
lieren zal men wellicht een equivalent vinden voor het minder
gasverbruik in de stad.
De Voorzittor betuigt den heer Feitz zijnen dank voor
den gegeven wenken zal dezen gaarne bij burgemeester en
wethouders ter sprake brengen. Daar in het besluit is opge
nomen aanleg van gasleiding in de nieuwe wegen, is daardoor
gepraejudicieerd op het gebruik van gasverlichting. Mocht het
echter later blijken, dat het wenschelijk is, hierin wijziging te
brengen, dan zal een betrekkelijk voorstel den raad bereiken.
De voorzitter sluit hierop de vergadering.
Boekdrukkerij van A, Jongbloed te Leeuwarden,