Vergadering van Dinsdag 7 Juli 1896,
I' «H'gliTi
<e *r
.A
76
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van Dinsdag 16 Juni
1896.
raad tot aflossing van het restant der schuld ten minste twee
maanden vóór den datum der aflossing.
De rente van de ter aflossing aangewezen obligatiën houdt
op te loopen op den 1 October, voor de aflossing bepaald.
Bij de ter aflossing aangeboden obligatiën moeten zijn ge
voegd de nog niet verschenen coupons met bijbehoorenden
talon.
Art. 11.
De obligatiën en coupons, die niet binnen vijf jaren na den
termijn van aflossing en verschijning zijn aangeboden, worden
niet meer voldaanmaar komen ten voordeele van de ge
meente Leeuwarden.
V. Burgemeester en wethouders te machtigenmet de
heeren A. Oppenheim te 's Gravenhage en A. Bloembergen
en Zonen te Leeuwarden eene overeenkomst aan te gaan tot
het overnemen der leening volgens de door hen overgelegde
hierbij gevoegde voorwaardendoch met wijziging van het
daarin vermelde bedrag der leening, terwijl in die overeenkomst
mede zal moeten worden opgenomen de bepaling, dat genoemde
heeren zich verbinden, om het bedrag van de met 1 October
niet geconverteerde obligatiën geheel of ten deele in depót te
nemen tegen onderpand van courante effecten met behoorlijk
surplustegen eene rente naar 3in het jaartot den
tijd, dat de aflossing dier obligatiën kan geschieden.
VI. Burgemeester en wethouders uit te noodigenop de
besluiten sub II tot en met V de goedkeuring te vragen van
heeren Gedeputeerde Staten dezer provincie.
De voorzitter sluit de vergadering.
Boekdrukkerij van A. Jongbloed te Leeuwarden.
Verslag der handelingen van den gemeenteraad t> Leeuwarden, van Dinsdag 7 Juli 1896.
77
Tegenwoordig 16 leden.
Afwezig de heeren D. Tigler Wijbrandi J. F. H. Bekhuis,
Mr. G. Beekhuis, Mr. J. L. van Sloterdijck Jhr. Mr. G. van
EijsingaDr. N. Reeling Brouwer en Mr. H. D. van Ketwich
Verschuur.
Voorzitterde heer Mr. J. S. baron van Harinxma thoe Sloo-
ten, burgemeester.
I. De notulen van de vorige op 16 Juni j.l. gehouden ver
gadering worden gelezen en goedgekeurd.
II. Wordt medegedeeld
1. Berichten van aanneming der benoeming tot onderwijzer
aan gemeenteschool no. 10 van A. Deinema en van S. H. Timmer.
2. Dankbetuiging van F. J. Broersma voor zijne benoeming
tot gymnastiekonderwijzer aan gemeenteschool no. 8.
3. Alsboven van mej. J. Gijlstra voor hare benoeming tot
gymnastiekonderwijzeres aan gemeenteschool no. 6.
4. Dat door Gedeputeerde Stalen is goedgekeurd het raads
besluit tot het aangaan eener geldleening groot 2,480,000
en tot vaststelling van een leeningsplan.
5. Dat door burgemeester en wethouders met ingang van
15 Juli e.k. is benoemd tot opzichter aan de gasfabriek alhier
de heer J. H. Boezeman, adsistent aan de gasfabriek te Zwolle.
6. Dat de jaarlijksche harddraverij van gemeentewege ter
gelegenheid van de jaarmarkt zal gehouden worden op Maan
dag den 13 Juli e.k. en aanvangen des namiddags te 1 uur.
De leden van den raad worden tot bijwoning der draverij
uitgenoodigd.
7. Dat het bouwterrein op den hoek van den Grachtswal
en de Romkeslaan door burgemeester en wethouders in koop
is toegewezen aan J. Zanstra alhier, voor eene som van ƒ627.
III. Wordt ter tafel gebracht
1. Adres van W. Zwama e. a., houdende verzoek om het
leggen van buizen der waterleiding langs hunne woningen
aan den Harlingertrekweg te bevorderen.
Wordt om bericht en raad gesteld in handen van burgemees-
I ter en wethouders.
2. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het aan-
I gaan eener overeenkomst met mej. J. Otterna tot afkoop van
I eene grondrente.
3. Aanbeveling ter benoeming van een secretaris-boekhouder
I der stads-armenkamer en voorstel tot vaststelling zijner jaar-
I wedde.
4. Voorstel van burgemeester en wethouders naar aanleiding
van een verzoek van Gebroeders Tulp en Marcus Dwinger om
bestrating van een gedeelte van den Harlinger trekweg.
5. Alsboven op een adres van IJ. Tijsma c.s. betref
fende afstand van grond aan het Nieuwe Kanaal in koop of
erfpacht ten behoeve der oprichting van eene stoomzuivelfabriek.
De stukken vermeld onder nos. 2 3 4 en 5 worden voor
Ide leden ter visie gelegd om in eene volgende vergadering te
worden behandeld.
6. Alsboven tot vaststelling van voorwaarden, waaronder
kan worden verhuurd de aan de gemeente behoorende hand
baggermolen met inventaris en vijf schouwen.
Is gedrukt als bijlage no. 19 tot het raadsverslag.
Wordt besloten dit voorstel heden in behandeling te nemen.
7. Rapport van de reclame-commissie omtrent bezwaarschrif
ten tegen aanslagen in de directe belasting op het inkomen
dienst 1896.
Wordt besloten dit rapport heden te behandelen.
8. Rapport der raadscommissie omtrent het onderzoek van
een voorstel van burgemeester en wethouders met ontwerp
besluit tot nadere wijziging der gemeentebegrootingdienst 1896.
Wordt voor de leden ter visie gelegd, ten einde in eene vol-
gende vergadering te worden behandeld.
IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den op
roepingsbrief vermelde punten.
1. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het verlee-
nen van eervol ontslag aan W. Postumaals onderwijzer aan
gemeenteschool no. 11.
Wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming conform de
conclusie van het voorstel besloten, met ingang van l Augustus
1896 aan W. Postuma op zijn verzoek eervol ontslag te ver-
leenen als onderwijzer aan de gemeenteschool no. 11.
2. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het verlee-
nen van eervol ontslag aan A. de Grijs als onderwijzer aan
gemeenteschool no. 7.
Conform de conclusie van het voorstel wordt zonder discus
sie en hoofdelijke stemming besloten
aan A. de Grijs overeenkomstig zijn verzoek met ingang van
1 Augustus 1896 eervol ontslag te verleenen uit zijne betrek
king van onderwijzer aan de gemeenteschool no. 7.
3. Voorstel van de commissie voor het ontwerpen van straf
verordeningen tot wijziging der verordening houdende alge-
meene bepalingen van politie voor de gemeente Leeuwarden.
(Zie bijlage no. 15 tot het verslag van 's raads handelingen
over 1896.)
De commissie stelt voor, te besluiten
De verordening, houdende algemeene bepalingen van politie
voor de gemeente Leeuwarden, vastgesteld den 8 Januari 1895
(Gemeenteblad no. 5), gewijzigd bij raadsbesluiten van 24
December 1895 (Gemeenteblad no. 2 van 1896), van 31 Maart
1896 (Gemeenteblad no. 7 van 1896) en van 31 Maart 1896
(Gemeenteblad no. 10 van 1896), nader te wijzigen, door in te
voegen een nieuw artikel 89fo's, luidende
De eigenaar of houder van een of meer honden diebin
nen een bebouwde kom der gemeente op de openbare straat
of builen het bewoonde gedeelte van een gebouw of vaartuig
verblijvende door herhaald huilen janken of blaffen hinderlijk
zijn, wordt gestraft met geldboete van ten hoogste vijf gulden.
De voorzitter opent de beraadslagingen.
De heer Wolff kan zich om twee redenen niet met dit
voorstel vereenigen.
In de eerste plaats moet men bij het beroep der commissie
op de verordeningen van Zalt-Bommel's-Hage en Rotterdam,
waar eene gelijksoortige bepaling als hier nu wordt voorge
steld reeds bestaatwel in hel oog houden dat de toestand
te Leeuwarden, wat de trekhonden betreft, een geheel andere
is als in die steden.
Daar is het verkeer met hondenkarren, voor zoover aan spr.
bekend, zeer gering of bestaat in het geheel niet.
Het ligt evenwel voor de handdat het gevolg van deze
keur zal zijn, dat de gebruikers van hondenkarren in de eerste
plaats daaronder zullen vallen en waarschijnlijk dikwijls zullen
worden beboet. Wanneer men toch 's namiddags te ongeveer
4 uur de stad doorloopt, zal men op vele plaatsen, waar hon
denkarren zijn gestationeerd, d&ar of in den omtrek veel hin
derlijk hondengeblaf vernemen, waartegen echter door de ge
bruikers in vele gevallen niet veel is te doen.
In de tweede plaats zal daarentegen in vele andere gevallen
de voorgestelde bepaling weinig helpen.
Wanneer toch des nachts op de openbare straat of op een
onbesloten erf een hond door herhaald geblaf, gehuil of gejank
hinderlijk is voor de buren, zullen deze zeker niet hun leger.