Vergadering van Dinsdag 8 December 1896.
132
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van Dinsdag 24 November 1896.
Niet alleen zal de brugwachterswoning bij de Harlinger-
vaartsbrug nu kunnen worden aangesloten maar ook eene
buitenwijk der stad, die, naar herhaaldelijk is gebleken,
groote behoefte aan goed drinkwater heeft en tot nu toe in
de onmogelijkheid was, dit te verkrijgen.
Burgemeester en wethouders achten hetmet het oog op
de gezondheid dier bewoners zeer wenschelijkdat het ge
meentebestuur het tot stand komen van deze belangrijke uit
breiding in de hand werkt.
Dit zal kunnen geschieden door een gedeelte der vereischte
garantie op zich te nemen.
Dat dit waarschijnlijk minder dan 100 zal bedragen en
het der gemeente zoo al op een financieel offer, dan zeker op een
gering zal te staan komen blijkt uit een nader ingekomen
schrijven van de adressante houdende mededeeling dat de
firma Dalenoord Go., eigenares van de broodfabriek „de
Hoop" en de heer H. A. Vosman, eigenaar van den korenmo
len genegen zijn, bij uitbreiding der leiding langs den Wes
tersingel hunne perceelen te doen aansluiten. De prijs van
de hoeveelheid water, door dezen te gebruiken, zal jaarlijks in
mindering komen van het garantie-cijfer der gemeente ad 100.
Burgemeester en wethouders stellen voor te besluiten
de firma Swildens Kuipers te garandeeren in de kosten
van 10 </o der kosten van aanleg van de buizenleiding der wa
terleiding tot den Harlingertrekweg tot een bedrag van ten
hoogste ƒ100 per jaar of tot zoodanig lager bedrag, als na
aftrek van de door derden te betalen abonnementsgelden, met
inbegrip van de door haar te betalen som van 150 per jaar,
aan de jaarlijksche contributie van 250 zal blijken te ont
breken.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer van Eijsinga is het wel met burgemeester en wet
houders eens, dat eene eventueele uitgaaf te dezer zake geen
groote lasten op de gemeente zal doen rustenmaar toch is
hij van oordeel, dat, nu de gemeente-financiën niet in schitte
renden toestand verkeeren, alleen het strikt noodige moet wor
den gedaan.
Dat dit hier het geval zal zijn, betwijfelt spr. Hij heeft zich
althans afgevraagd, in hoever het nut voor de gemeente mede
brengt om in de garantie deel te nemen. Deze zal op een
klein veld neerkomen niet alleen de adressante zal hare wo
ningen doen aansluiten, maar dit zal ook waarschijnlijk, volgens
een bij het voorstel overgelegd stuk, het geval zijn met de brood
fabriek en den molen aan den Westersingel, zoodat de volle ga
rantiesom vermoedelijk door het waterverbruik zal worden ge
dekt. De gemeente zal dan niet hebben bij te springen.
Het eenige nut voor de gemeente is, dat nu de brugwach
terswoning bij de Harlingervaartsbrug zal kunnen worden aan
gesloten. Spr. doet echter opmerken, dat in de nabijheid een
verschwatervijver is gelegen, die ook goed water levert.
Spr. is dus tegen het voorstel van burgemeester en wethou
ders vooral ook omdat hij vreest voor het stellen van een
antecedent. Indien de raad nu het voorstel aanneemtdan
zullen later allicht gelijke verzoeken inkomen betreffende aan
sluiting van andere buitenbuurten.
De heer Bekhuis denkt over dit voorstel anders dan de
heer van Eijsinga. Spr. acht het wel degelijk in het belang
der gemeente, dat de waterleiding worde uitgebreid en dat
zonder een groot financieel offer voor de gemeente, aan de be-
woi.ers van dit stadsgedeelte de gelegenheid wordt gegeven,
om zich te doen aansluiten.
Zooals de heer van Eijsinga zeide, zal het geheele garantie
bedrag van 250 zeer waarschijnlijk door het waterverbruik
worden gedekt.
Maar al moest de gemeente ook een klein bedrag bijpassen
dan nog zou het in haar belang zijn. Spr. wijst o. a. op
de gelegenheiddie voor de brandweer tot bekoming van wa
ter zal worden verkregen.
De Voorzitter wenscht, naar aanleiding van het door de
vorige sprekers gesprokene, eene enkele opmerking te maken.
Volgens bekomen inlichtingen van den directeur der waterlei
ding-maatschappij zal de brandweer van deze uitbreiding van
het buizennet geen dienst hebben tenzij de uitbreiding geschiedt
met buizen van 100 mM. wijdtein plaats van buizen van 80
j inM. zooals nu het geval zal zijn, maar dat de jaarlijksche bij
drage in de kosten van aanleg zeker ten minste 100 meer
zullen bedragen. De gemeente heeft er dus niet direct be
lang bij.
Het voorstel van burgemeester en wethouders grondt zich
echter voornamelijk op het indirecte belang. Bij de laatste
wijziging van de bouwverordening is als nieuwe eisch voor
bewoonbaarheid van; woningen daarin opgenomen het hebben
van goed en voldoend drinkwater. Nu zal met een gering
offer, dat vrij zeker belangrijk minder dan ƒ100 zal bedragen,
voor deze zoo belangrijke arbeidersbuurt de gelegenheid worden
verkregen om zich goed en voldoend water te verschaffen
eene gelegenheiddie zich allicht niet zoo spoedig weder zal
voordoen.
Spr. herhaalt, dat als de aansluitingen van de broodfabriek,
den molen enz. tot stand komen, de garantie van de gemeente
op weinig of niets zal neerkomen.
De beraadslagingen worden gesloten.
Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
De heeren van Eijsinga en Meijer verklaren zich tegen.
De vergadering wordt hierop gesloten.
Boekdrukkerij van A. Jongbloed te Leeuwarden.
Verslag dor handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van Dinsdag 8 December 189G.
Tegenwoordig 22 leden.
Afwezig de heer D. Tigler Wijbrandi.
Voorzitter: de heer Mr. J. S. baron van Harinxma thoe
Slooten burgemeester.
I. De notulen van de vorige op 24 November j.l. gehouden
vergadering worden gelezen en goedgekeurd.
II. Wordt medegedeeld
1. Bericht van den heer Mr. G. B. Menaldadat hij de
benoeming tot lid der commissie van toezicht op het Middel
baar onderwijs aanneemt.
2. eene resolutie van Gedeputeerde Staten, houdende be
richt van ontvangst van een afschrift der verordeninghou
dende algemeene bepalingen van politie.
3. dat door Gedeputeerde Staten zijn goedgekeurd de raads
besluiten
a. tot verhuring van grond bij de Schoolstraat.
b. tot verhuring van de herberg ,de Bleek" c. a.
c. tot verhuring van grond bij de 2e kanaalbrug.
4. dat bij de publieke aanbesteding van de vernieuwing der
Prins-Hendriksbrug de onderbouw is gegund aan F. van Balen
te Nieuweschans voor 18277 en de bovenbouw aan de firma
G. J. Wispelweij Go. te Zwolle voor 9072.
5. dat bij publieke aanbesteding de levering en plaatsing
van boomkokers en hekwerk langs het nieuwe kanaal is ge
gund aan S. de Jong alhier voor 1847.
6. dat door burgemeester en wethouders het besluit tot
toewijzing in koop van bouwterrein aan den Verkorte weg
aan K. Kool is ingetrokken op diens verzoek omdat de door
hem gevraagde afwijking van de betrekkelijke voorwaarden
niet kon worden toegestaan.
7. dat door burgemeester en wethouders aan S. Dijkstra al
hier, ten behoeve van Wieger Visser te Huizumvoorloopig in
koop is toegewezen grond aan den Verkorte weg ter opper
vlakte van ±107 centiare tegen 6 de centiare.
III. Wordt ter tafel gebracht
1. Een adres van den directeur der Ned. Tramwegmaat
schappij, inhoudende het verzoekvoor den aanleg van een
stoomtramweg naar Stiens gebruik te mogen maken van de
bermen van den weg der gemeente.
Wordt om bericht en raad gesteld m handen van burge
meester en wethouders.
2. eene aanbeveling voor de benoeming van een leeraar
in de klassieke talen en letterkunde aan het gymnasium.
3. een voorstel van burgemeester en wethouders tot vast-
ling van een besluit op de heffing en eene verordening op de
invordering van bruggeld bij de twee kanaalbruggen.
4. alsboven om aan het gemeentebestuur van Menalduma-
deel vergunning te verleenen, van een gedeelte van den Har-
linger trekweg onder Dronrijp gebruik te maken voor het ver
voer met handkarren.
5. het 2e suppletoir kohier der directe belasting op het
inkomen.
De stukken sub 2 tot en met 5 worden voor de leden ter
visie gelegd, om in eene volgende vergadering te worden be
handeld terwijl dat sub 3 zal worden gedrukt in de bijlagen
tot het verslag van 's raads handelingen.
IV. Wordt overgegaan tot de behandeling van de op den
oproepingsbrief vermelde punten.
1. Benoeming van een curator van het gymnasiumwegens
i eriodieke aftreding van den heer Mr. T. J. Noyon.
Door curatoren worden aanbevolen de heeren: 1. Mr. T. J.
Noyon, 2 Mr. J. J. Gockinga en 3 Mr. B. van Loon.
De uitslag der gehouden stemming is dat met alle (21)
stemmen de heer Mr. T. J. Noyon tot curator wordt benoemd.
De heef Wolff was nog niet ter vergadering verschenen.
2. Voorstel van burgemeester en wethouders tot onderhand-
sche verhuring van de woning Arendstuin no. 41.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt besloten
behoudens goedkeuring van Gedeputeerde Staten aan den
heer Dr. J. Ariëns Kappers onderhands voor den tijd van drie
jaren in te gaan den 12 Mei 1897 te verhuren de woning
plaatselijk gekwoteerd Arendstuin no. 41 tegen een jaarlijk-
schen huurprijs van 600 en verder op de bestaande voor
waarden.
3. Voorstel van burgemeester en wethouders tot onderhand -
sche verhuring van een perceel weiland achter den tweeden
verschwatervijver.
Conform het voorstel van burgemeester en wethouders
wordt besloten
behoudens goedkeuring van Gedeputeerde Statenhet per
ceel weiland gelegen achter den tweeden verschwatervijver
kadastraal bekend gemeente Leeuwarden in sectie D no. 505
groot 97 are 50 centiare onderhands voor den tijd van vijf
jaren, in te gaan den 5 Maart 1897 te verhuren aan U. Reg-
nerij alhier, tegen een huurprijs van 100 per jaar en verder
op door burgemeester en wethouders te stellen voorwaarden.
4. Voorstel van burgemeester en wethouders tot onderhand-
sche verpachting van het marktgeld.
Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethou
ders wordt besloten
behoudens goedkeuring van Gedeputeerde Staten, aan H. Wie-
linga alhier onderhands voor den tijd van drie jaren in te
gaan den 1 Januari 1897 te verpachten de opbrengst van het
marktgeld wegens staanplaatsen voor het uitstallen van waren
op de openbare gemeentelijke pleinenstraten enz., tegen eene
jaarlijksche pachtsom van 2,325 en op door burgemeester en
wethouders vast te stellen voorwaarden.
5. Voorstel van burgemeester en wethouders tot kwijtschel
ding van een gedeelte der boetedoor den aannemer van de
uitbreiding van gemeenteschool no. 10 beloopen wegens te late
oplevering van dit werk.
De werken van de uitbreiding van de gemeenteschool no. 10,
waarvan ten vorigen jare de aanbesteding heeft plaats gehad
zijn na afloop van den onderhoudstermijn op 5 November j.l.
voor goed opgeleverdzoodat de vierde of laatste termijn der
aannemingssom kan worden uitbetaald.
Thans doet zich de vraag voorof de door den aannemer
beloopen boete van dien termijn zal worden ingehouden.
Bedoeld werk moest volgens de bepaling van het bestek voor
het eerst worden opgeleverd op 6 Februari 1896maar die
oplevering heeft eerst den 18 April plaats gehad, derhalve
72 dagen te laat.
De aannemer is hierdoor vervallen in eene boete van 15 X
72 1080.
Burgemeester en wethouders zijn van meeningdat de om
standigheden in deze aanleiding geven om de boete althans
voor een gedeelte niet toe te passen.
De aannemer J. Dokter bleek na den dag der aanbesteding
reeds spoedig financieel niet in staat te zijnhet werk uit te
voerenwaarvan eene belangrijke vertraging in de uitvoering
het gevolg was. Zijn borg H. Keijzer is toen als uitvoerder
opgetieden hetgeen uit den aard der zaak voor deze met groote
moeilijkheden gepaard ging.
Volgens verklaring van den directeur der gemeentewerken
bij missive d.d. 21 April j.l. no. 269/1 is het werk echter door
hem op alleszins bevredigende wijze ten einde gebracht.