Merii m Dinsdag 14 Angostns 1900. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 14 Augustus 1900. 91 Tegenwoordig 17 leden. Afwezigde heeren Haverschmidt, Oosterhoff, Menalda, v. Ketwich Verschuur, Kon ter en Beekhuis. Voorzitter: de heer Jhr. Mr. A. Röell, burgemeester. I. De notulen van de op Dinsdag 24 Juli 1900 ge houden vergadering worden gelezen en vastgesteld. II. Wordt medegedeeld 1°. dat zijn ingekomen berichten van afwezigheid van de heeren Haverschmidt, Oosterhoff, Menalda, v. Ketwich Verschuur, Kon ter en Beekhuis 2°. besluit van Gedeputeerde Staten van 2 Augustus 1900 no. 9, waarbij goedkeuring wordt verleend aan 's Raads besluit van 24 Juli 1900 no. 4, tot onderhandsche verpachting aan E. Weiland van de opkomsten van het veergeld, geheven wordende voor het overvaren van de stadsgracht met de pont tusschen de Schoolstraat en den toegang tot de Veemarkt voor den tijd van 3 jaren tegen een som van 23 per jaar 3°. Koninklijk besluit van 25 Juli 1900, waarbij worden goedgekeurd de verordening tot het heffen van marktgeld van 8 Mei 1900 en 's Raads besluit van denzelfden datum tot het heffen van een recht wegens tijdelijk straatgebruik 4°. missive van den Minister van Binnenlandsche Zaken d.d. 7 Aug. 1900 inhoudende goedkeuring van de tijdelijke opdracht van het onderwijs in de werktuigkennis en de werktuigkunde aan de leerlingen der tweede klasse der burgeravondschool gedurende den cursus 1900/1901 aan den heer H. P. Priester 5°. schrijven van den heer H. P. Priester, waarin hij zijn hartelijken dank betuigt voor het in hem gestelde vertrouwen, en de benoeming tot leeraar aan de burger avondschool voor den cursus 1900/1901 aanneemt. III. Wordt ter tafel gebracht 1. voorstel van burgemeester en wethouders om aan H. Dames, eervol ontslagen werkman bij den dienst der gemeentewerken, een jaarlijksch pensioen te verleenen van ƒ156, gerekend te zijn ingegaan op den 1 Aug. j.l.; 2. ontwerp-besluit tot wijziging van de verordening regelende de inrichting van het personeel der politie in de gemeente Leeuwarden. Te doen drukken als bijlage van het raadsverslag en aan de leden rond te zenden; 3. de rekening van ontvangsten en uitgaven der ge meente over 1899. Wordt gesteld in handen van eene in deze vergadering te benoemen commissie van onderzoek 4. ontwerp van burgemeester en wethouders tot nadere wijziging der gemeentebegrooting voor het loopende dienst jaar ten behoeve van de uitvoering van noodzakelijke werken voor de gasfabriek. Wordt gesteld in handen eener commissie bestaande uit de heeren Bekhuis, Haverschmidt en Konter 5. lijst van benoembaren tot leden van het college van zetters ter vervulling der vacatures, die met l Jan. 1901 in dat college zullen ontstaan door periodieke aftre ding 6. rapport over de begrooting van het Stads-ziekenhuis voor het jaar 1901. De punten genoemd sub 1, 2, 5 en 6 zullen behandeld worden in eene volgende vergadering. Voldoende aan art. 55 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van den Raad deelt de heer Jansma mede, dat de commissie voor het instellen van een onder zoek in zake minimum-loon en maximum-werktijd niet binnen drie maanden na den dag harer benoeming haar verslag kan aanbieden. IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den oproepingsbrief vermelde punten. 1. Voorstel van burgemeester en wethouders om aan Catharina Vogelzangweduwe van Franciscus Antonius Stornebrinkdie in den dienst der gemeente met doodelijken afloop is verwond, tot wederopzeggens toe eene jaarlijksche uitkeering van f 75 te verleenen. Wordt zonder discussie of hoofdelijke stemming goed gekeurd. De heer van Messel komt ter vergadering. 2. Voorstel van burgemeester en wethouders a. tot aanstelling van eene tijdelijke klassenleerares aan de middelbare school voor meisjes, bevoegd om in de laagste klassen Fransch, Duitsch en Wiskunde te onderwijzen b. om mejuffrouw K. W. J. Cremer aan te stellen tot vaste leerares in de geschiedenis aan diezelfde school levens belast met een gedeelte van het onderwijs in de Nederlandsche taal en letterkunde. De heer Duparc vraagt, wat bedoeld wordt met de woorden „de laagste klassen"hoevele klassen komen daarvoor in aanmerking hij dacht, dat maar ééne klasse de laagste was. De Voorzitter meent, dat het de bedoeling der Commissie van Toezicht is, de te benoemen klassenleerares het onder wijs te doen geven in de laagste twee klassen, dat de redactie echter ruim is gesteld om zich de handen niet te binden. De heer Troelstra, die van oordeel is, dat, waar de 3e klasse de middelste is, het van zelf spreekt, welke de laagste klassen zijn, geeft den heer Duparc, die op nadere definitie aandringt, den raad de ge'neele regeling in bijzon derheden over te laten aan de Commissie van Toezicht. Zonder stemming wordt het voorstel sub a aangenomen. De heer Baart de la Faille wenscht niet in te gaan op het voorstel van de commissie van toezicht op het middelbaar onderwijs om mej. Klaar uit te noodigen hare lessen in de gymnastiek voort te zetten. De houding van burgemeester en wethouders keurt hij volkomen goed. Spreker meent nu te moeten verwachten eene oproe ping van sollicitanten naar de betrekking van leerares in de gymnastiek voorzoover hem bekend is deze ten minste nog niet geschied. Bestaat nu het voornemen de oproeping te doen op eene jaarwedde overeenkomstig de bestaande Zoo ja dan zou spreker eene verhooging willen voorstellen dit tractement n.l. is 25 jaren geleden vastgesteld en nu moet men niet vergeten, dat de eischen voor het gymna stiekonderwijs zooveel omvattender zijn geworden. Het is niet te ontkennen, dat door de ontwikkeling der verschillende takken van sportde gymnastiek in min gunstigen toestand verkeertwaaruit volgt, dat het nu van des te meer belang is, dat dit leervak, welks nut spr. meent hier niet te behoeven betoogen, aan goede handen wordt toevertrouwd. Evenredig aan de studie dus en niet minder aan het te wenschen degelijke en opwekkende onderwijs moet nu z. i. de jaarwedde zijn. Hij zou dan in overweging willen geven het tractement te verhoogen. De Voorzitterop welke wijze burgemeester en wet houders denken te voorzien in de vacature ontstaan door het ontslag van mej. Klaar is nog niet uitgemaaktnu op het voorstel der Commissie van Toezicht niet is inge-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1900 | | pagina 1