126 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 20 October 1903.
na expiratie van den loopenden huurtjjd met ingang
van den 12 Mei 1904 tot den 12 Mei 1907 de boven
woning, plaatselijk bekend Prins Hendrikstraat no. 13, j
onderhands te verhuren aan den heer Mr. 15. van Loon,
advocaat en procureur alhier, voor eene huursom van
350 het jaar, en verder op de voorwaarden, omschreven
in het huurcontract van den 20 April 1901, den 2 Mei
daaraanvolgende geregistreerd.
7. Idem tot verlenging ran den huur lijd, irc.:; voor
het terrein aan den versclnn der vijver achter gemeenteschool
no. 11 aan E. Jongstra is verhuurd.
Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt be
sloten
I. met ingang van den 1 Juni 1904, voor den tijd
van vijf jaren en alzoo tot den 1 Juni 1909, onderhands
te verhuren aan Elisabertus Jongstra, bloemkweeker
alhier, een gedeelte van het terrein bij den ouden versch-
watervijver, deel uitmakende van het perceel, kadastraal
bekend gemeente Leeuwarden in Sectie G no. 5659,
zooals op de door den directeur der gemeentewerken
opgemaakte teekening in roode kleur is aangegeven, en
zulks voor eene jaarljjksche huursom van ƒ44.jaar
lijks in één termijn, vóór of op den 1 December 1904
te betalen ten kantore van den gemeente-ontvanger en
van den door burgemeester en wethouders vast te stellen
voorwaarden en bepalingen, in hoofdzaak overeenkomende
met die, vermeld in het loopende huurcontract d.d. 5
Juni 1899, den 9 dier maand geregistreerd;
II. het verzoek van E. Jongstra voornoemd, om het
overige gedeelte van het beschikbaar terrein bij den
vijver te huren te wijzen van de hand.
8. Idem in zake het verzoek van C. Groenendijk, om
verlenging van den termijnwaarvoor lajm voorkeur i.s
verleend op een stuk land aan den Groninger straatweg,
kadastraal bekend gemeente Leeuwarden in sectie F no.
2193.
Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt be
sloten
de voorkeur, gegeven bij raadsbesluit dd. 8 Juli 1902,
met één jaar te verlengen, uiterlijk tot 1 November 1904.
9. Idem tot verhuring aan 1). L. Dijkstra van het
perceel land aan den Groninger straatweg, kadastraal
bekend gemeente Leeuwarden in sectie F no. 2193.
Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt be
sloten
met ingang van 1 Februari 1904 voor den tijd van
één jaar, en alzoo tot 1 Februari 1905, onderhands aan
Dirk Lieuwes Dijkstra, winkelbediende alhier, te ver
huren een perceel gardeniersland aan den Groninger
straatweg ter grootte van 12 are 75 centiare, deel uit
makende van het perceel, ten kadaster bekend gemeente
Leeuwarden, in sectie F no. 2193, en zulks voor eene
som van ƒ19.50 en verder op door burgemeester en
wethouders vast te stellen voorwaarden, in hoofdzaak
overeenkomende met die, gesteld in liet loopende huur
contract dd. 14 Januari 1900, den 17 dier maand ge
registreerd.
10. Idem tot verhuring van het perceel gardeniersland,
kadastraal bekend gemeente Leeuwarden in sectie G no.
4377, aan R. E. van der Weide.
Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt be
sloten
het perceel gardeniersland, ten kadaster bekend gemeente
Leeuwarden in sectie G no. 4877, groot 61 are, na
expiratie van den tegenwoordigen huurtijd, op 1 Januari
1904 onderhands te verhuren aan Rein Eelkes van dei-
Weide, veehouder alhier, voor den tijd van vier jaren,
in te gaan den 5 Maart 1904 en te eindigen op gelijken
datum in 1908, tegen een huurprijs van ƒ30.voor
het eerste huurjaar en voor de volgende jaren van 50.
per jaar, jaarlijks te betalen in twee termijnen, en wel
vóór of op den 12 November en den 12 Mei, telkens
de helft, voor de eerste maal vóór of op den 12 Novem
ber 1904, onder voorwaarde, dat de huurder het land
tot greide aanlegge, volgens de hem door burgemeester
en wethouders te geven voorschriften en het bij het
eindigen van den huurtijd als weiland verlate.
11. I'raeadvies van burgemeester en wethouders op het
vei zoek van den gemeente-ontvanger om verhooging der som,
hem voor bureaukosten toegekend.
Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt be
sloten
het bedrag ad 1,000.bij raadsbesluit van den 30
October 1890, vastgesteld voor bureaukosten van den ge
meente-ontvanger met ingang van 1 Januari 1904 te
verhoogen met 250.en te brengen op 1250.
12. Idem op hei verzoek van de commissie tot oprich
ting en instandhouding eener kinderbewaarplaats om toe
kenning van een subsidie.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Haverschmidt wijst op de talrijke vereenigin-
gen hier ter stede, die een of ander goed doel beoogen.
Ze hebben in den regel eene schraal voorziene kas en
een dezer vereenigingen waagt het eens subsidie te
vragen in een handig gesteld adres, waarin wordt gespro
ken van volkswelvaart, volksgezondheid en leerplicht.
Het laatste argument heeft bij burgemeester en wethou
ders ingeslagen en deze stellen nu 100 gulden subsidie
voor.
liet spreekt van zelf, dat alle andere vereenigingen met
groote belangstelling toekijken, of deze vlieger zal opgaan.
Spreker noemt o.a. de Werkverschaffing, die altijd met
tekorten werkt en ook wel graag met een 500 gulden
zou wenschen te worden geholpen, als de Commissie
niet van oordeel was, dat men de beurs der gemeente
er buiten moest houden. Men wilde althans niet de eer
ste zijn, maar spreker weef niet, wat er naar aanleiding
van (lit voorstel kan gebeuren.
In elk geval waarschuwt spreker tegen dezen eersten
stap, want het voorgestelde acht Lij eene uitbreiding van
gemeentezorg, die niet zonder bedenking is.
De heer Duparc zegtWe staan sedert lang in
het toeken van subsidie. Het vragen om subsidie bij
rijk, provincie en gemeente is bijna aan de orde van
den dag. Waarom dan ook niet de genoemde commis
sie Spreker nu is steeds van meening geweest, en hij
is dit nog, dat als eene zaak werkelijk verdient te worden
gesubsidieerd, het dan ook behoort te geschieden. Dit
geldt zijns inziens geheel van de kinderbewaarplaats.
Meer dan 30 jaren geleden hadden we het „School
verbond" nog vóór de vereeniging „Volksonderwijs",
dat ten doel had het schoolgaan te bevorderen. Dik
wijls echter stuitten die pogingen af op de zorg, die aan
oudere kinderen over hunne jongere broertjes en zusjes
was opgedragen. Daarom werd toen reeds het denkbeeld
geopperd hier eene kinderbewaarplaats op te richtendeze
soort inrichtingen was in ons land nog te weinig be
kend, er kwam niets van de zaak. Eindelijk is door het
particulier initiatief eene kinderbewaarplaats alhier te
vinden.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 20 October 1903. 127
Sinds de leerplichtwet noopt tot getrouw s hoolbezoek
der kinderen, moet men niet vragen, met welke opoffe
ringen van den kant der ouders het voldoen aan deze
verplichting gepaard gaat, teneinde behoorlijk toezicht
thuis te krijgen, zoodat de oudere kinderen daarmede
niet meer belast zijn. Daarvoor nu biedt de kinderbe
waarplaats zulk een uitstekend correctief aan. Spreker
juicht daarom dit voorstel zeer toe. Ilij vreest niet voor
de gevolgen, zooals de geachte vorige spreker. Iedere
aanvrage om subsidie moet op zich zelve worden beoor
deeld, en als later eene andere instelling eveneens subsidie
verdient, dan kan dit mede worden toegestaan.
De heer Beucker Andreae is liet volkomen eens met
den lieer Ilaverschmidtook hij is van oordeel, dat de
weg van subsidie-verleenen met groote omzichtigheid
dient te worden bewandeld, al is het dikwijls zooals hier
zeer wenschelijk op liet verzoek in te gaan.
Men behoeft slechts den Frieschen Volksalmanak op
te slaan, om te zien, hoeveel vereenigingen met liefda
dige doeleinden alhier bestaan, die zeker alle wel een
subsidie kunnen gebruiken. En wanneer aan één sub
sidie is toegekend, volgen er meer. En zal men die
allen weigeren
Spreker stemt den heer Duparc volkomen toe, dat de
vereeniging zeer nuttig is, maar zij is nog van jongen
datum.
Spreker herinnert zich, dat vroeger wel eens door den
heer Troelstra er op gewezen is, dat deze stad bekend
is om haar zin voor liefdadigheid. Welnu, particulieren
geven, waar noodig is, dus alle bronnen zijn vrij zeker
nog niet uitgeput.
Daarom moet de gemeente met het verleenen van
steun niet voorgaan. De gemeente behoort dergelijke
instellingen eerst te subsidieeren, wanneer de particuliere
liefdadigheid ophoudt.
Spreker zal daarom zijne stem aan dit voorstel niet
geven.
De heer Baart de la Faille verklaart zeer verheugd
te zijn over de indiening van dit voorstel, waarvan bur
gemeester en wethouders stellig ook wel de bezwaren
kennen. Niettegenstaande die bezwaren zjjn zij tot het
voorstel gekomen.
De heer Ilaverschmidt heeft eenige motieven genoemd,
die de commissie in haar adres aanvoert tot ondersteu
ning van haar verzoek, zooals leerplicht, volkswelvaart,
volksgezondheid.
De leerplicht heeft een warm verdediger gevonden in
deu heer Duparcspreker wenscht het verzoek te steu
nen uit een oogpunt van volksgezondheid.
Wanneer eene instelling subsidie verdient in deze stad,
dan is het wel de kinderbewaarplaats. Spreker heeft
't verwijt gehoord, dat zij nog jong is, belaas ja, maar
het is een geluk, dat ze er is. J uist voor spreker weegt
het argument volksgezondheid zwaar, omdat, als er ooit
gelegenheid is om moeders te doen zien, hoe zjj hare
kinderen doelmatig moeten verzorgen, dat 't dan de
kinderbewaarplaats is. Het kan niet anders, of dit moet
ook gunstig werken op de verpleging van jonge kinderen
in het huisgezin. Wat de moeder in de kinderbewaar
plaats ziet, komt dus ten goede aan 't huisgezin, en zoo
is die instelling niet alleen op zich zelf een zegen, maar
ze kan dat ook worden voor de huisgezinnen.
Na de woorden, door de heeren Ilaverschmidt en Beuc
ker Andreae gesproken, kan de heer Lautenbach volstaan
met de vraag doet men de vereeniging een dienst met
haar een subsidie te verleenen
Spreker is voor eene krachtige bevolking en eene
krachtige philanthropic en niets werkt meer verlammend
in eene vereeniging dan het verleenen van een subsidie,
waardoor het particulier initiatief in zijn levensader ge
kwetst wordt.
liet budget der vereeniging bedraagt slecht 12U0.—
en het zou spreker verwonderen, met het oog op de
namen der onderteekenaar wanneer die som jaarlijks
niet was bijeen te krijgen. De plaats, waar de kinderen
belmoren te worden opgevoed, is het huisgezin, en wan
neer dan de gemeente subsidie wil verleenen, dan ware
liet beter, dat bij de begrooting een voorstel werd ge
daan, om de loonen van sommige werklieden te verboo-
gen, opdat die moeders inbaar huisgezin kunnen blijven,
waar zij belmoren te zjjn.
Dat de groote kinderen uit die gezinnen, waar de
ouders beide van huis zijn, juist voor een groot deel
het contingent leveren van hen, die kort geleden in den
raad zjjn besproken, behoeft thans niet herhaald.
Menigeen van die huismoeders zou den minister van
financiën een lesje kunnen gevenvoor dag en dauw
op, sloven zjj den ganschen dag en het is te verwonde
ren, hoe zjj bij dat alles nog hare opgewektheid bewa
ren. Spreker kan over een en ander oordeelen door
zjjne huisbezoeken als diaken.
Laat daarom het particulier initiatief zich ontwikke
len en het aantal contribuanten zich vermeerderen door
persoonlijk bezoek of het rondzenden van circulaires.
Spreker is er tegen, dat het aantal van hen, die pluk
ken van de staatsruif vermeerderd wordt, wat men uit
den aard der zaak toch reeds gaarne doet.
De heer Haverschmidt is de kinderbewaarplaats per
soonlijk niet ongenegen, maar hij wil de gemeente er
buiten laten. Het geldt hier enkel het principe. Een
verband tusschen leerplicht en velerlei instellingen is
licht te zoeken, men behoeft daartoe niet bizonder vin-
dingrijk te zjjn. Ook de Werkverschaffing houdt verband
met leerplicht. Verdient de man geld, dan kan de vrouw
thuis op de kinderen passen en kunnen de groote kinde
ren naar school. Wordt eene vereeniging gesubsidieerd,
dan bljjft de particuliere beurs geslotenhet subsidie
moet verhoogd en op den duur is het de gemeente, die
kinderbewaarplaatsen exploiteert.
De gemeente doet genoeg, wanneer ze voor de 3jarige
kinderen hare 6 uitstekende bewaarscholen opensteltvoor
de kleintjes van 6 weken tot 3 jaar moeten de particu
lieren maar zorgen zonder subsidie der gemeente.
De heer Tromp als bestuurslid der vereeniging brengt
in de eerste plaats oen woord van dank aan burgemees
ter en wethouders voor hun gunstig praeadvies.
Aan den heer Beucker Andreae wil hij antwoorden,
dat de instelling niet is eene van philanthropischen aard,
in tegendeel voor de verpleging der kinderen betalen de
ouders, wat zjj kunnen missen.
Door de kinderbewaarplaats wordt een einde gemaakt
aan het ellendig systeem van uitbesteding en aan de daar
mede gepaard gaande misbruiken, want schromeljjk hooge
bedragen werden daarvoor gevraagd.
Nu kan de heer Lautenbach wel zeggen, dat de moeders
thuis moeten zjjn, spreker is het daarmede volmaakt eens,
de kinderbewaarplaats is dan ook een noodzakelijk kwaad
en lijj verlangt dan ook naar den dag, waarop blijken
zal, dat er geen behoefte meer aan bestaat.
Spreker heeft niemand het groote belang hooren te
genspreken, maar wel is de vereeniging op eene ljjn ge
steld met andere instellingen van philanthropischen aard,
wat verkeerd is. Wel is het algemeen belang er mede
gemoeid en wanneer de kinderbewaarplaats moest geslo
ten worden, dan zouden vele gezinnen, die er zich thans
met eero doorslaan, komen ten laste van de diaconie.
Daarom moet men niet bang zjjn, dat met het verleenen
van dit subsidie een stap gedaan wordt in de verkeerde
richting, omdat ook andere vereenigingen om subsidie
zullen aankloppen.
Ook het particulier initiatief zal niet worden gedood,
in tegendeel, wanneer de gemeente subsidie verleent, dan
wordt op de vereeniging een zeker cachet gedrukt, om
dat daarmede officieel haar nut wordt erkenden parti
culieren zullen veel spoediger in hut dan nog ontbre-