Vergadering van Dinsdag 22 December 1903.
2. Benoeming van leden der stembureaux voor de stem
ming van 5 leden van den gemeenteraad op Donderdag 14
Januari 1904 en voor de herstemming, zoo noodig op 21
Januari d. a. v.
168 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 8 December 1908.
de dag gerekend aan te vangen, van 1 April tot en
met 31 October, 's morgens te 5 uur en gedurende den
overigen tijd van het jaar, 's morgens te 6 uur
de nacht gerekend aan te vangen 's avonds te 10 uur.
Art. 3.
Het recht is verschuldigd door de gezagvoerders, schip
pers of eigenaars der vaartuigen en bij afwezigheid van
een dezer door hen, die in hunne plaats optreden.
Art. 4.
Vrijstelling van bruggeld wordt verleend voor vaar
tuigen, rechtstreeks in gebruik voor den gemeentedienst.
Art. 5.
Deze verordening treedt in werking op den 12 Mei
1904.
2e. vast te stellen de volgende
VERORDENING voor het invorderen der
bruggelden voor het afdraaien of ophalen
van de Vlietsterbrugde Boombrug. de
IJzeren Ophaalbrug, de Blauwebrug en de
Poppebrug.
Ar. 1.
De invordering van het bij verordening van heden
vastgestelde bruggeld voor het afdraaien of ophalen van
de Vlietsterbrugde Hoornbrug, de IJzeren Ophaalbrug
de Blauwebrug en de Poppebrug geschiedt door middel
van openbare verpachting volgens voorwaarden, door den
raad vastgesteld.
De namen der pachters worden door burgemeester en
wethouders door openbare afkondiging en mededeeling in
een of meer in de gemeente uitkomende nieuwsbladen
bekend gemaakt.
Art. 2.
De raad kan ook besluiten, dat het bruggeld voor een
of meer bruggen bij wijze van gadering zal worden geind.
De gaarders worden door burgemeester en wethouders
benoemd. Deze voorzien lien van eene instructie, waarin
mede wordt bepaald de wijze van verantwoording der
geinde gelden.
De instructie wordt aan den raad medegedeeld.
De raad bepaalt de belooning der gaarders.
De namen der gaarders worden bekend gemaakt op
dezelfde wijze als in art. 1, 2e alinea, ten aanzien dei-
pachters is bepaald.
Art. 3.
Het verschuldigde bruggeld moet door den belasting
schuldige op de eerste mondelinge aanvraag van den pachter
of gaarder aan dezen worden voldaan.
Art. 4.
Bij weigering of nalatigheid geeft de pachter of gaarder
hiervan terstond kennis aan den ambtenaar, bedoeld in
art. 261 der gemeentewet, die deswege overeenkomstig
art. 275 dier wet proces-verbaal opmaakt en aan den ge
meente-ontvanger ter hand stelt, ten einde de invordering
te doen plaats hebben overeenkomstig de bepalingen van
de artt. 258, 259, 260 en 261 der aangehaalde wet.
Art. 5.
Deze verordening treedt in werking op den 12 Mei
1904.
6. Idem tot af- en overschrijving op de genieente-begroo
ting, dienst 1903.
Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt be
sloten
goed te keuren de door burgemeester en wethouders
voorgestelde af- en overschrijving op de gemeeute-be-
grooting, dienst 1903.
7. Idem om Jde Roos, aannemer vin het onderhoud
der schouwtjesbehoorende hij de verschillende draaibrug
gen, schadevergoeding te geren voor door hem geleden storm
schade.
Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt be
sloten
aan J. de Roos, aannemer van het onderhoud dei-
schouwtjes bij de verschillende draaibruggen in deze ge
meente voor de door hem ondervonden stormschade eene
vergoeding te geven, groot ƒ16.
Niets meer aan de orde zijnde, wordt de openbare ver
gadering door den Voorzitter gesloten en overgegaan in
besloten vergadering.
Stoomdrukkerij C. Jongbloed Az. Leeuwarden.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 22 December 1903. 169
Tegenwoordig de heeren Schoondermark, Oosterhoff,
Wilhelmij, Komter, Troelstra, Beekhuis, Tromp, Wolff,
Menalda, Duparc, van Ketwich Verschuur, Hijlkema,
Feitz, Tigler Wijbrandi, Baart de la Faille.
Afwezig de heerenHaverschmidt, Beucker Andreae,
Jansen, Feddema, van Messel, Middelkoop, Lautenbach,
Koopmans.
Voorzitter: Jhr. Mr. A. Röell, burgemeester.
I. De notulen van de op Dinsdag 8 December j.l.
gehouden vergadering worden gelezen en vastgesteld.
II. Wordt medegedeeld
1. dat zijn ingekomen berichten van afwezigheid van
de heeren Haverschmidt, Beucker Andreae, Jansen
2. missive d.d. 16 December 1903 van Mr. W. Kolff,
houdende bericht, dat hij zijne benoeming tot curator
van het gymnasium aanneemt
3. idem dd. 18 December 1903 van K. Fokkema,
houdende bericht, dat hij zjjne benoeming tot lid dei-
commissie tot wering van schoolverzuim aanneemt
4. dat zijn goedgekeurd
I. bij resolutie van Gedeputeerde Staten dd. 10 Decem
ber 1903 no. 36 de raadsbesluiten dd. 24 November jl.
a. houdende opdracht aan Th. Zandleven alhier van
het vernieuwen en herstellen van de glasruiten in alle
gemeentegebouwen gedurende de jaren 1904, 1905 en
1906;
b. tot verhuring van eene kast in het beurslokaal
aan S. II. Rolf;
c. tot verhuring van de zathe en landen achter
Cambuur aan IJ. W. Tijsma;
II. bij resolutie van Gedeputeerde Staten dd. 10 De
cember 1903 no. 87, liet raadsbesluit dd. 24 November
jl. tot het aangaan van eene tijdelijke geldleening
III. bij resolutie van Gedeputeerde Staten dd. 17 Decem
ber 1903 no. 5, liet raadsbesluit dd. 8 December jl. tot
het doen van af- en overschrijving op de gemeentebe-
grooting, dienst 1903
IV. bij resolutie van Gedeputeerde Staten dd. 17 Decem
ber 1903 no. 76 do raadsbesluiten dd. 10 November jl.
a. tot het verleenen van vergunning aan de Naam-
looze Yennootschap „de Leeuwarder Stoomcartonfabriek
om stellingen te plaatsen en te hebben in het vaarwater
de Potmarge
b. tot het verleenen van vergunning aan B. M. P.
Deibei on J. M. D. Brink om straatjes te leggen in
gemeentegrond;
dat is benoemd tot adjunct-commies der le klasse
ter secretarie H. van der Ycen, geagreëerd klerk ten
kantore der directe belastingen enz. te Oldenzaal;
6. dat in verband met het raadsbesluit dd. 27 Octo
ber jl. met ingang van 1 Januari 1904 aan de secretarie
zijn benoemd
a. tot commiezen de adjunct-commiezen S. Zondervan,
J. F. Mylius en J. L. Beerenbroek;
b. tot adjunct-commiezen der lc klasse de adjunct-
commiezen: D. Roorda en B. van Weemen van Noord,
en de klerkenF. W. L. Mylius en C. K. van der Goot;
c. tot adjunct-commiezen der 2e klasse de klerken
G. Rommerts, W. A. van Sloterdijck, J. II. Bottema
en S. Wijbrands
d. tot klerk L. Sinnema, thans belast met het ver
richten van schrijfwerk
7. dat zijn verkocht
aan Douwe en Jantje Jansen twee gedeelten van
bouwblok IIc ter grootte van pl. m. 270 M2. en twee
gedeelten ieder ter grootte van pl.m. 16 M!. tegen den
prijs van 7.per M2, totaal voor een bedrag van
pl. m. ƒ4,004.
III. Wordt ter tafel gebracht
1. Yoorstel van burgemeester en wethouders tot het
verleenen van pensioen aan den eervol ontslagen stokers
baas aan de gemeentelijke gasfabriek R. J. Ilofstra.
2. Idem tot vaststelling van een gewijzigd gemeen
schappelijk besluit van de raden der gemeenten Harlingen
en Leeuwarden tot regeling van eene kruising van den
Noord-Frieschen Locaalspoorweg en den Ilarlinger trekweg.
Deze beide punten te behandelen in eene volgende
vergadering.
IV. Rapport wordt uitgebracht door
den heer Wilhelmij namens de reclamecommissie over
een aantal reclames in beroep en tegen het suppletoir
kohier van den hoofdelijken omslag, dienst 1903.
Dit rapport te behandelen in eene volgende vergadering.
V. Wordt overgegaan tot de behandeling van de op
den oproepingsbrief vermelde punten
1. Definitieve benoeming van Mij. S. Tigler Wijbrandi
tot leerares in den zang aan de Middelbare School voor
Meisjes.
De uitslag der gehouden stemming is, dat Mej. Tigler
Wijbrandi 13 van de 14 geldig uitgebrachte stemmen op
zich vereenigt, terwijl één stem in blanco is uitgebracht.
Alzoo is besloten
met ingang van 1 Januari 1904 definitief te benoemen
tot leerares in den zang aan de Middelbare School voor
Meisjes in deze gemeente Mejuffrouw Sjouk Tigler
Wijbrandi op eene jaarwedde van ƒ400.
De uitslag der gehouden stemming is dat achtereen
volgens worden benoemd
2e Kiesdistrict.
(Gymnasium.)
Voorzitter:S. II. Hijlkema.
Leden D. Tigler Wijbrandi.
C. L. B. J. Feitz.
T. Komter.
Plaatsverv. Leden P. A. Wilhelmij.
W. H. Taconis.
II. Arends.
3e Kiesdistrict.
(Beurs).
Voorzitter:Mr. C. Beekhuis.
Leden W. J. Oosterhoff Jzn.
I. Nauta Andreae Jr.
4e lid (art. 11 der Gem.wet) .1. A. A. Schoondermark.
Plaatsverv. Leden: N. T. Haverschmidt J.llzn.
F. Bakkers.
J. L. de Looze.
3. Voorstel van burgemeester en wethouders tot in
trekking der vergunningaan L. G. Dijkstra le Dronrijp
verleendom gebruik te maken van den Ilarlinger trekweg.
Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt be
sloten
de vergunning, aan L. G. Dijkstra te Dronrijp ver
leend bij raadsbesluit van 9 Juli 1898, om gebruik te
maken van den Ilarlinger trekweg van het Oorbjjtstiltje
af tot aan het dorp Dronrijp als rijweg voor het vervoer
van melk, met ingang van 1 Januari 1904 in te trekken.