I Vergadering van Dinsdag 9 Februari 1904.
I Achter de Hoven te voorzien van afhangend traliewerk,
zoodat de gewenselite verbetering spoedig tot stand zal
worden gebracht
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 9 Februari 1904.
9
Tegenwoordig de heerenBeekhuis, Wilhelm ij, Duparc,
I Oosterhoff, Tromp, Feitz, Beucker Andreae, Jansen,
Hijlkema, Baart de la Faille, Troelstra, Schoondermark,
I Haverschmidt, Menalda, Komter, van Ketwich Verschuur,
Lautenbach, Koopmans, van Vessel, Middelkoop, Feddema.
Afwezig de heeren Wolft' en Tigler Wijbrandi.
Voorzitter Jhr. Mr. A. Röell, burgemeester.
T. De Voorzitter stelt voor over te gaan tot de be-
eediging en installatie van de heeren Middelkoop, Feddema,
van Messel, Lautenbach en Koopmans en verzoekt den
secretaris deze binnen te leiden.
A*adat zij zijn binnengetreden, deelt de Voorzitter mede,
dat zijn ingekomen afschriften van de resoluties van
Gedeputeerde Staten d.d. 21 Januari 1904 no. 29 en 4
Februari 1904 no. 91, waaruit blijkt, dat geen bezwaren
bestaan tegen hunne toelating.
Achtereenvolgens worden door de heeren Middelkoop,
Feddema, van Messel en Lautenbach afgelegd de eodon,
bedoeld in artikel 39 der gemeentewet, terwijl de heer
Koopmans aflegt de daar genoemde verklaring en belofte,
j waarna zij de voor hen bestemde plaatsen innemen.
II. De notulen van de op Dinsdag 26 Januari j.l.
gehouden vergadering worden gelezen en vastgesteld.
III. Wordt medegedeeld
1. dat zijn ingekomen berichten van afwezigheid van
de heerenWolft en Tigler Wijbrandi
2. dankbetuiging van dr. II. Vorenkamp e.a., allen be
woners van den Westersingel, voor het besluit tot het
j leggen van een trottoir langs de huizen aldaar;
3. idem van den heer Th. Boersma voor zijne ovcr-
plaatsing naar de nieuwe school voor voortgezet onderwijs;
4. missive d.d. 2 Februari 1904 no. 63/3 van den
Sectie-Ingenieur van de Maatschappij tot Exploitatie van
Staatsspoorwegen te Groningen, houdende bericht, dat door
den Minister van Waterstaat, Handel en/Nijverheid mach
tiging is verleend om de sluitboomen van den overweg
5. idem d.d. 30 Januari 1904, no. 604, Afd. Onderwijs,
van den Minister van Binnenlandsche Zaken, houdende
goedkeuring van de benoeming van den heer Leopold
tot tijdelijk leeraar aan het gymnasium
6. adres d.d. 2 Februari 1904 van T. Ringnaldae.a.,
bewoners van Kleijenburg, houdende verzoek verbetering
aan te brengen aan liet voetpad aldaar en een arm huis
gezin aldaar te ondersteunen;
wordt gesteld in handen van burgemeester en wethou
ders, om praeadvies wat liet eerste en afdoening wat het
tweede punt betreft;
7. idem ongedateerd, ontvangen 8 Februari 1904,
van den Leeuwarder Bestuurdersbond, houdende verzoek
te bewerken, dat burgemeester en wethouders meer rekening
houden met de motie-Middelkoop, aangenomen in de
raadsvergadering van 11 Februari 1902, waarbij zij zijn
uitgenoodigd bij vaststelling of wijziging van instructiën
voor gemeentewerklieden met de betrokkenen onderling
overleg te plegen,
dat burgemeester en wethouders, ook waar het per
soonlijke klachten geldt, de vakvereeniging „Ons Belang"
erkennen
en alsnog worden ingewilligd de verzoeken, omschreven
in het adres dier vereeniging d.d. 3 Februari 1903;
wordt gesteld in handen van burgemeester en wet
houders ten fine van praeadvies.
IV. Wordt ter^tafel gebracht
1. Voordracht voor de benoeming van eene onder
wijzeres aan de gemeenteschool no. 5, ter vervulling van
de vacature, ontstaan door het aan Mej. G. Elskamp ver
leende eervol ontslag.
2. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het
verleunen van eervol ontslag aan P. Buwalda, onderwij
zer aan gemeenteschool no. 1.
3. Idem tot hot verleenen van pensioen aan den eer
vol ontslagen waagwerker R. Muller.
4. blein tot het afstaan van het bovenlokaal van het
gebouw Doelestraat' uo. 3 aan de afdeeling Leeuwarden
van het Nederlandsch Genootschap tot zedelijke verbete
ring der gevangenen voor het houden van vergaderingen.
5. Ontwerp eener nieuwe verordening tot regeling van
het openbaar lager onderwijs in de gemeente.
6. Voorstel tot wijziging en aanvulling van de ver
ordeningen tot het heffen en op de invordering van
schoolgeld.
De punten sub 5 en 6 te doen drukken als bijlagen
van 's raads handelingen en evenals de overige punten
te behandelen in eene volgende vergadering.
V. Wordt overgegaan tot de behandeling van de op
den oproepingsbrief vermelde punten
1Voorstel van burgemeester en wethouders tot het ver
leenen van eervol ontslag aan me). P. Meethals onder
wijzeres aan gemeenteschool no. 11.
Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt besloten
aan Mej. P. Meeth, overeenkomstig haar verzoek, met
ingang van 1 Mei 1904, eervol ontslag te verleenen uit
hare betrekking van onderwijzeres aan de gemeenteschool
110. 11.
2. Benoeming van
a. een lid der commissie voor de gemeentelijke gasfabriek
b. een lid der commissie voor de openbare werken.
Benoemd wordt
a. tot lid der commissie voor de gemeentelijke
gasfabriek de heer Wolft bij tweede vrije stem
ming, met 10 stemmen tegen 9 op den lieer Middel
koop en 2 stemmen blanco, nadat bij eerste stemming
waren uitgebracht op de heeren Wolft 6, Middelkoop 9,
Tromp, Men'ilda, Schoondermark ieder 1 stem en 3 stem
men blanco
b. voor lid der commissie voor de openbare werken
worden uitgebracht op de heeren Feddema 10, van Ket
wich Verschuur 8, Schoondermark en Lautenbach ieder
1 stem en 1 stem blanco, zoodat eene tweede vrije stem
ming noodig is.
De lieer van Ketwich Verschuur bemerkt, dat sommige
leden hunne stem op hem hebben uitgebracht. Spreker
wil er aan herinneren, hoe hij in deze commissie her
kozen zijnde, in de vergadering van 8 September jl. rede
nen van verschooning aanvoerde, die door den raad wer
den goedgekeurd. Spreker verzoekt daarom zijne mede
leden zich aan hunne uitspraak te houden en hunne stem
uit te brengen op den heer Feddema, die in bouwzaken
doorkneed is, althans niet op spreker.
De heer Feddema is den heer van Ketwich Verschuur
erkentelijk voor deze zijne woorden. Maar hij wil den
leden van den Raad als zijne opvatting dit te kennen
geven, dat het volstrekt geen eer voor hem zal zijn,
opnieuw tot lid van de commissie voor de openbare werken
te worden benoemd. Veeleer zou hij geen deel dier
commissie willen uitmaken, wijl elk raadslid zijn vrij
standpunt in den raad vrij wel kwijt raakt, door lid te
zjju van eene raadscommissie.