Vergadering ven Dinsdag 4 Juli 1905.
"Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 4 Juli 1!)U5.
129
Tegenwoordig 14 leden, te weten de heeren: Oosterhoff,
Jansen, Schoondermark, Wilhelm jj, Haverschmidt, Dupaic,
Baart de la Faille, Lautenbach, Koopmans, Hijlkenia,
Beekhuis, ïigler Wijbrandi, Feddema en Wolft'.
Afwezig de heeren: van Messel, Menalda, Feitz, Beuc-
ker Andreae, Troelstra, Tromp, Beerends, Komter en van
Ketwich Verschuur.
Voorzitter de heer A. E. Zimmerman, Burgemeester.
De Voorzitter deelt mede, dat overeenkomstig art. 37
van het reglement van orde, de heer C. Pais, aangewezen
om den secretaris, aan wien door Burgemeester en Wet
houders eeu verlof is verleend, te vervangen, zal moeten
worden beëedigd, alvorens hij zijn functie kan waarnemen.
De heer C: Pais legt in handen van den Voorzitter
de beide eeden af.
De notulen van de op 27 Juni 1.1. gehouden vergadering
worden gelezen en vastgesteld.
II. Wordt medegedeeld
1. Bericht van afwezigheid van de heeren: van Messel,
Menalda, Feitz en Beucker Andreae.
2. Verzoek van M. Meijer om hem in koop af te
staan een strookje grond achter de perceelen, plaatselijk
gekwoteerd Maria Louisastraat nos. 4 en 6.
Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wet
houders om prae-advies.
3. Mededeeling van de Voogdij van het Old Burger
Weeshuis alhier, dat zij besloten heeft, de gemeente
voor het jaar 1906 wederom f 3000 aan te bieden, als
bijdrage in do kosten der gemeentelijke instellingen van
weldadigheid.
Wordt opgedragen aan Burgemeester en Wethouders,
's Baads dank te betuigen.
4. dat bij openbare aanbesteding zijn gegund
a. het doen van verfwerken aan en in gemeente-ge
bouwen
perc. I en II aan K. lloeda alhier resp. voor ƒ83.
en f 72.
perc. Ill, IV en V aan J. Verbruggen alhier resp.
voor 85.52.en 80,
perc. VI aan A. Hendriks alhier, .voor 290.
het witten enz. van plafonds en muren in gemeente
gebouwen
perc. I en XI aan J. II. Wempe alhier resp. voor
143.— en J 22.50.
perc. II en VIII aan M. llinsma en A. Blomhoff
alhier resp. voor 249.en 49.
perc. Ill aan J. II. Speckmann alhier voor 268.
perc. IV aan .1. Steinvoorte alhier voor 110.
perc. VI aan F. Sieger en B. Eisma alhier voor 135.
perc. Vil aan A. <4. Fazzi alhier voor 110.—.
perc. IX en X aan W. v. d. Vegte alhier resp. voor
100.— en 129.—.
voor perc. V zijn geene inschrijvingen ingekomen.
Wordt aangenomen voor kennisgeving.
III. Wordt ter tafel gebracht:
1. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
vaststelling van een nieuwe verordening op de helling
en op de invordering eener belasting op het houden van
honden in deze gemeente.
Zal worden gedrukt als bijlage en wordt aan de orde
gesteld voor een volgende vergadering.
IV. Wordt overgegaan tot behandeling vau de op
den oproepingsbrief vermelde punten.
1. Verzoek ran den heer li. A. Hugenholtz om eervol
ontslag als leeraar aan het Gymnasium.
Zonder beraadslaging wordt met algeineene stemmen
besloten, het gevraagde eervol ontslag te verleenen met
ingang van 1 September 1905.
2. Verzoek van Koster en van J. Slof betreffende
haar van de woning Oldegalieën no. 36.
Zonder beraadslaging wordt met algemeene stemmen
overeenkomstig de conclusie van het prae-advies besloten
I. aan G. Koster alhier voor het tijdvak van 1 Augus
tus 1905 tot 12 .Mei 1906, in huur af te staan de aan
de gemeente toebehoorende woning, plaatselijk gekwo
teerd Oldegalileën no 36, tegen een huurprijs, berekend
naar 62.40 per jaar, en voorts onder do voorwaarden,
door Burgemeester en Wethouders te bepalen;
II. aan J. Slof alhier, in antwoord op zijn adres me
de te deelen, dat in verband met van andere zijde inge
komen aanvragen zijn verzoek niet kan worden ingewil-
ligd.
3. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders inzake
het adres van het Bestuur der Vereeniging Vergunning en
verlof houders'" te Leeuwardenhoudende verzoek tot
het doen van ecu voorstel als bedoeld in art. 43 der Drankwet.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Jansen constateert, dat het den leeken op
het gebied van koffiehuis-houden eigenlijk pas uit het
adres van het bestuur der vereeniging „Vergunning- en
verlof houders" is gebleken, hoe lastig het eerste gedeelte
van art. 43 der nieuwe Drankwet voor hen is. Spreker
behoeft de door genoemd bestuur aangevoerde motieven
niet te herhalen, omdat aan het adres zoodanige publi
catie is gegeven, dat ieder het heeft kunnen lezen. In
dat adres wordt gewezen op de moeilijkheid om altijd
te onderzoeken, hoe oud de bezoekers eener voor het
publiek toegankelijke lokaliteit wel zijn en, zoo zij in
de termen vallen van onder geleide te moeten wezen,
vast te stellen of dat geleide wel meerderjarig is. Dit
bezwaar wordt duidelijk uitéén gezet. Nu geeft het
prae-advies van Burgemeester en Wethouders weinig
redenen aan waarom in dit geval geen verlof gevraagd
zal worden aan de Kroon, om hier van de 1ste alinea
van art. 43 af te wijken In het prae-advies wordt ge
zegd, dat dit goed is voor dorpsgelegenheden en minder
goed voor Leeuwarden, niet gepast voor een stad als
deze hier behoeft men de aanvraag niet te doen.
Nu men voor dorpsgelegenheden soms de noodzake
lijkheid van ontheffing erkent, wil spreker echter toch
doen opmerken hoeveel gemakkelijker het is om onder
dorpsgenooten ieders ouderdom te kennen, terwijl op een
dorp toch altijd maar weinig vreemdelingen komen. Te
Leeuwarden, dat op zichzelf reeds grooter is en bij alle
mogelijke festiviteiten vol vreemden, wordt het voor ge
legenheden als Prinsentuin, Harmonie, Amicitia en alle
groote café's toch zeer moeielijk, om na te gaan of er
ook bezoekers beneden 16 jaar komen én of de personen,
die als geleide optreden, wel meerderjarig zijn. Dat
is niet alleen lastig voor de vergunninghouders, maar
zoo goed als onmogelijk. Nu is het natuurlijk aan
de politie-ambtenaren opgedragen, overtredingen te con-
stateeren. Spreker veronderstelt wel, en velen met hem,
dat de politie niet zoo streng zal zijn van overal binnen
te gaan, om aan de gasten te vragen „ben je wel 16
jaar of onder geleide?" Maar als de politie een pik
heeft op een vergunninghouder, of als een of andere
kleine vergunninghouder, die eens gestraft is, er een ander
ook eens wil laten i nloopen uit leedvermaak of jalousie de
métier, dan is licht een overtreding aan te wijzen, als men er
op uitgaat op feestdagen, als ergens groote drukte heerscht.
Wanneer er willekeur in het spel is, kan men er niet
aan ontkomen. Het is niet mogelijk, na te gaan wat
er gebeurt in een zaak op een drukken dag en dan is het
