Vergadering yan Dinsdag 20 Augustus 1907.
8. Prae-advies omtrent het adres van het bestuur der
Vereeniging Openbare leeszaal en bibliotheek alhierom
toekenning van een subsidie ten behoeve van die instelling.
130 Verslag van de handelingen van den
De gemeente heeft echter den grond in kwestie in
particulieren eigendom en, tenzij de heer Dwinger een
deel van zijnen grond aan de gemeente afstaat, zal
dit stuk ook nimmer voor weg, dat is voor publiek
rechtelijk bezit van de gemeente in aanmerking kun
nen komen. Zoo lang staat dus de gemeente tegenover
zijn verzoek evenals ieder particulier, wiens buurman
hem verzoekt uitzichten over zijn eigendom te mogen
hebben.
Een particulier kan tegenover zoo'n verzoek zeer
verschillende houdingen aannemen.
Hij kan vooreerst zeggen inwilliging van een ver
zoek schaadt mij nietga dus uw gang.
Hij kan in de tweede plaats en dit is het andere
uiterste zeggenmijn eigendomsrecht geeft mij
de macht, uw verzoek eenvoudig te weigerenik
weiger het dus, tenzij gij ongemakkelijk wilt bloeden.
En ten derde kan hij een middenweg inslaan.
Wanneer hij zijnerzijds ook groot belang heeft bij
het verkrijgen van eenige concessie van den buurman,
dan zal hij zeker niet den eersten weg volgen, doch
aan het geven zijner toestemming den eisch verbinden
van inwilliging dier voor hem zeiven noodige concessie.
Zoo is het dus volkomen juist, dat de gemeente
deze gelegenheid aangrijpt om meteen den afstand te
verkrijgen van den grond, dien zij behoeft en dat zij,
indien die afstand niet wordt verkregen, ook de ver
langde uitzichten en uitgang weigert.
Maar al heeft zij nu wellicht de macht, het recht
in wettelijken zin, om den afstand van grond ver
beneden de waarde te verkrijgen, zoo zij de billijk
heid wil betrachten, zal zij dien afstand niet verlangen
dan tegen volledige vergoeding.
Wanneer nu de gemeente aan den heer Dwinger
eene behoorlijke som aanbiedt voor hetgeen zij van
hem verlangt, dan staat zij op geheel zuiver stand
punt. Neemt de heer Dwinger dit aanbod aan, dan
dient de gemeente ook royaal te handelen met be
trekking tot zijn verzoek om uitzicht en uitgang.
Doch weigert hij, blijft hij onredelijke eischen stellen,
dan is het alleszins practisch dat de gemeente geen
enkel deel van hare feitelijke macht uit handen geeft,
zij moet dan naar sprekers meening niet alleen het
gedane verzoek weigeren, doch tevens overwegen of
zij niet verder moet gaan en de huur van het terrein
opzeggen. Thans is een billijk aanbod door de ge
meente nog niet gedaan en daarom voelt spreker het
meest voor het denkbeeld van den heer van Messel,
waardoor de onderhandelingen niet worden afgebroken.
De Voorzitter deelt mede dat door den heer van
Messel een motie is ingediend, luidende
de Raad noodigt Burgemeester en Wethouders uit
het voorstel vermeld onder punt 8 der agenda, op
nieuw tot zich te nemen.
Spreker zal de motie in behandeling brengen en
die over het voorstel schorsen, nadat het woord is
gevoerd door de heeren Beerends en Burger die daar
nog om hebben verzocht.
De heer Beerends zegt dat de heer Burger door
gaat op het oude denkbeeld van het verwarren van
twee zaken.
Bij adres vraagt adressant een recht voor zijn nieuw
bouw, dat hij reeds in zijn tegenwoordig pand bezit.
Is dit nu niet in strijd met het gemeentebelang, dan
moet het worden toegestaan, komt men echter met
dat gemeentebelang in botsing dan moet de toestem
ming worden geweigerd. Daarop moet de conclusie
worden gebaseerd.
De heer Burger antwoordt, dat de beantwoording
der vraag of uitstel gewenscht is, afhankelijk is van
wat in de toekomst moet gebeuren. De gemeente wil
een weg leggen en dit plan kan niet tot uitvoering
van Leeuwarden van Dinsdag 23 Juli 1907.
komen indien zij het stukje grond van Dwinger niet
in eigendom heeft. Spreker zal voor de motie-van
Messel stemmen.
De Voorzitter brengt de motie in behandeling en
schorst de beraadslagingen over het voorstel van
Burgemeester en Wethouders.
De heer G. W. Koopmans ondersteunt de motie. Hij
heeft gehoord, dat Burgemeester en Wethouders door
de missive van den heer Dwinger gepiqueerd waren.
Als dit echter de grondslag is van hunne conslusie,
dan is dat uit den booze. Als men zich op het stand
punt plaatst, dat de gemeente baas is, daartegen is
voor een particulier niet te vechten.
De motie-van Messel in stemming gebracht, wordt
aangenomen met 13 tegen 1 stem.
Vóór stemmen de heerenJ. Koopmans, Zandstra,
Lautenbach, Wilhelmij, G. W. Koopmans, Feitz,
Burger, Haverschmidt, Feddema, Baart de la Faille,
Beucker Andreae, Beerends en van Messel.
Tegen de heer Komter.
Dit prae-advies luidt:
Bij uitvoerig gemotiveerd adres, om prae-advies
naar onze vergadering gerenvoyeerd, verzoekt het
bestuur der vereeniging „Openbare Leeszaal en Bi
bliotheek te Leeuwarden", een subsidie uit de ge
meentekas van 350.voor 1908 en 500.voor
volgende jaren, omdat een bepaald bedrag aan ont
vangsten, onmisbaar om hare instelling in stand te
houden, met 1 Mei 1908 zal ophouden te vloeien.
Met de Vereeniging zijn wij van ooi-deel dat door
haar een algemeen belang wordt gediend van dien
aard dat er alleszins termen zijn daaraan den steun
der gemeente te verleenen, nu het blijkt dat hare
geldmiddelen onvoldoende zijn. Aan de in het adres
tot ondersteuning van het verzoek aangevoerde gron
den hebben wij ter motiveering van dit oordeel niets
toe te voegen, terwijl uit de in het overgelegde jaar
verslag 1906/1907 opgenomen rekening en begrooting
blijkt, dat de gevraagde som niet bovenmatig is.
Ten einde evenwel op gezette tijden do vraag we
derom onder do oogen te zien, of, en zoo ja tot welk
bedrag het subsidie moet blijven uitgekeerd, komt
het ons wenschelijk voor om, naast de gewone voor
waarden van overlegging van jaarverslag, rekening
en begrooting, de bijdrage slechts voor drie jaren te
verleenen. Tegen afloop van dien tijd kan dan c. q.
een nieuw verzoek der Vereeniging tot een herhaald
en opzettelijk daartoe ingesteld onderzoek naar haren
financiëelen toestand aanleiding geven.
Wij hebben op grond van het voorgaande de eer
U in overweging te geven op het gedaan verzoek
gunstig te beschikken en mitsdien te besluiten aan
de Vereeniging „Openbare Leeszaal en Bibliotheek
te Leeuwarden" een subsidie toe te kennen uit de
de gemeentekas van 350.over 1908 en telkens
500.over 1909 en 1910, onder voorwaarde, dat
jaarlijks aan Burgemeester en Wethouders worden
overgelegd het jaarverslag en de rekening over het
afgeloopen en de begrooting over het komende ver-
eenigingsjaar.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders
wordt met algemeene stemmen aangenomen.
Niets meer te behandelen zijnde, wordt do verga
dering door den Voorzitter gesloten.
Vei slag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 20 Augustus 1907. 131
Tegenwoordig 16 leden, te weten de heeren:
J. Koopmans, Oosterhoff, Besuijen, Zandstra, Lau
tenbach, Tigler Wijbrandi, Schoondermark, Wilhelmij,
van Messel, G. W. Koopmans, Menalda, Feitz,
Beerends, Burger, Baart de la Faille en Feddema.
Afwezig 7 leden, waarvan met kennisgeving de
heeren
Duparc, Beucker Andreae, Tromp, Haverschmidt en
Komter. welke laatste ook de volgende vergadering
niet kan bijwonen.
Zonder kennisgeving do heeren
Beekhuis en van Ketwich Verschuur.
Voorzitter: do heer A. E. Zimmerman,burgemeester.
I. De notulen van de op Dinsdag 23 Juli 1.1. ge
houden vergadering worden gelezen en vastgesteld.
II. Wordt medegedeeld
1. dat bij Koninklijk besluit van den 18 Juli 1.1.,
no. 40, tot den 1 September 1912 aan de gemeente
Leeuwarden opnieuw ontheffing is verleend van de
oprichting eener burgerdagschool;
2. dat door Gedeputeerde Staten zijn goedgekeurd
de raadsbesluiten:
a. d.d. 25 Juni 1.1. inzake de gemeenschappelijke
onderwijsregeling met Menaldumadeel
b. dat van dien datum, tot uitgifte van bouwter
reinen aan de zuidzijde van het Nieuwe Kanaal;
c. dat van 23 Juli 1.1. tot herziening van de over
eenkomsten inzake in erfpacht enz. uitgegeven strooken
grond aan den Stienserweg.
De punten 12 worden voor kennisgeving aange
nomen.
3. missivo van den secretaris van den Raad van
State, waarbij do Raad wordt uitgenoodigd nadere
memoriën en bewijsstukken in te zenden inzake het
beroep ingesteld tegen het besluit van Gedeputeerde
Staten, waarbij goedkeuring is onthouden aan het
raadsbesluit tot zekerheidstelling van inschrijvingen
op de Grootboeken der Nederlandscho Werkelijke
Schuld van met de Nederlandscho Bank aangegane
verbintenissen.
Door Burgemeester en Wethouders is bereids namens
den Raad medegedeeld, dat geene nadere stukken
dienaangaande meer waren in te zenden.
4. dat door den Minister van Binnenlandsche
Zaken is goedgekeurd het raadsbesluit, waarbij de
heer A. J. Th. de Van voor het schooljaar 19071908
is benoemd tot leeraar aan het gymnasium.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
5. missive van het departement Leeuwarden dei-
Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, waarbij wordt
verzocht, het jaarlijksch subsidie ad f 200.voor
den cursus tot opleiding van kweekelingen bij het
bewaarschoolonderwijs, ingesteld door dat departe
ment, in verband met het verminderd bezoek terug
te brengen tot f 125.
Hiermede zal bij het opmaken der begrooting voor
1908 rekening gehouden worden
6. bericht van den heer A. J. Th. do Van, dat
hij de benoeming tot tijdelijk leeraar aan het gym
nasium aanneemt.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
7- adres van D. C. Versteegh, directeur der fabriek
van Zuivelbereidingsstoffen, om vergunning tot het
Ileggen van een waterdicht riool door gemeenteter
reinen in de nabijheid van de fabriek.
Burgemeester en Wethouders hebben het adres
Adres en prae-advies komen in de volgende ver
gadering aan de orde.
8. de begrooting van inkomsten en uitgaven van
het Stads Ziekenhuis, dienst 1908.
Wordt in handen gesteld van do heeren: Feitz,
G. W. Koopmans en Burger, om onderzoek en rapport.
9. adres van het bestuur der Coöp. Zuivelfabriek
alhier om vergunning tot het leggen van een buis
door gomeentctorrein in de nabijiieid der fabriek.
Wordt in handen gesteld van Burgemeester en Wet
houders ten fine van prae-advies.
10. dat door Burgemeester en Wethouders van
blok XII<Z der bouwterreinen aan het Nieuwe Kanaal
provisioneel zijn verkocht:
ongeveer 240 M2. aan M. Spaan en S. de Vries
voor 960.en ongeveer 125 M2. aan M. Span-
dauw voor 500.
11. dat bij openbare aanbesteding is gegund:
de levering van 1070 dubbbele Hectoliter bagger-
turf aan D. Steenstra te Leeuwarden voor 0.90 per
dubbele Hectoliter en de levering van 690 dubbele
Hectoliter harde lange turf aan J. Hummel te Leouwar-
den voor 0.475 per dubbele Hectoliter.
De punten 10—11 worden voor kennisgeving aan-
III. Wordt ter tafel gebracht
1. De gemeente-rekening, dienst 1906, met verant
woording van Burgemeester en Wethouders.
Wordt gedrukt als bijlage tot het raadsverslag.
2. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders
inzake bezwaarschriften tegen aanslagen in de belas
ting op het houden van honden, dienst 1907.
3. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, om
aan J. J. Swildens vergunning te verleenen tot het
hebben van een riool in gemeentegrond.
4. Alsvoren om aan A. P. Algera te Lieve Vrou-
won-Parochio vergunning te verleenen tot het hebben
van een steenen pad in gemeentegrond aan den Noor-
dorsingel.
5. Alsvoren om aan D. C. Versteegh te Alkmaar
vergunning te verleenen ten behoeve van eene fabriek
van zuivelbereidingsstoffen aan de Willem Lodewijk-
straat tot het leggen van een riool door de Emma-
kade Z.Z.
De punten 25 zullen in eene volgende vergadering
worden behandeld.
6. Alsvoren om hun voor het leggen van een riool
in het noord-westelijk gedeelte van den weg Achter
de Hoven een crediet te verleenen, om met C. Lerk
daar ter plaatse eeno ruiling van grond aan te gaan,
en om hen to machtigen tot trottoir-aanleg vóór het
kad. perceel sectie G. no. 7699 aldaar.
7. Alsvoren om in verband met het Kon. besluit
van 12 Juli 11. no. 17 wijziging te brengen in het
raadsbesluit van 22 Februari 1907 betreffende de
medewerking der gemeente aan de plannen der wo-
ningvereeniging „Leeuwarden", (bijlage no. 24).
De punten 67 hebben ter visie gelegen om nog
heden to worden behandeld.
IV. Rapporten.
De heer Wilhelmij deelt mede dat de commissie,
belast geweest met het onderzoek van de geloofsbrieven
der ge- en herkozen raadsleden, geen aanleiding heeft
gevonden tot het maken van op- of aanmerkingen,
weshalve zij concludeert tot toelating als leden van
den Raad van de heeren H. Beucker Andreae, N.
T. Haverschmidt J.Hzn., ,T. Oosterhoff, B. Hartelust,
J. Koopmans, L. do Jong, J. D. Krijgsman en C. L.
B. J. Feitz.