200 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 27 October 1908.
waaraan naar het oordeel van den Directeur der Ge
meentewerken thans geen behoefte meer bestaat,
werd vervolgens door ons te koop aangeboden, met
dit resultaat, dat zijn ingekomen twee adressen, één
van S. en J. ïïoft, door Uwe Vergadering om prae-
advies in onze handen gesteld en één van H. Marcus,
waarbij voor bedoelden grond geboden werd resp.
f 75.en f 150.
Met het oog op vroeger bedongen prijzen voor der
gelijke in het centrum der gemeente gelegen hoekjes
grond, kwamen ons de geboden sommen te laag voor
en deelden wij adressanten mede, dat de inwilliging
van hun verzoek dezerzijds niet kon worden bevor
derd, indien de prijs niet werd verhoogd tot ten
minste f 300.
Van H. Marcus ontvingen wij daarop nevensgaand
adres.
Onder opmerking, dat de gemeente den vrijgeko
men grond niet noodig heeft en een bod van f300.-
alleszins aannemelijk geacht kan worden, hebben wij
onder overlegging van het door ons ingewonnen advies
van den Directeur der Gemeentewerken, de eer U voor
te stellen te besluiten
aan den publieken dienst te onttrekken en aan H.
Marcus alhier in koop af te staan het terrein in de
Korfmakersstraat, vroeger ingenomen door een open
baar urinoir en eene zandbergplaats, kad. bekend in sectie
B no. 2562, groot 14 centiare volgens het kadaster,
en 12.30 centiare volgens opmeting ter plaatse, voor
eene som van f 300.de kosten van overdracht
voor rekening van den kooper en onder nader door
Burgemeester en Wethouders te stellen voorwaarden.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Krijgsman zegt dat hij en zijne partijge-
nooten in het algemeen tegen het verkoopen van
gemeente-eigendom, ook van kleine stukjes grond
zijn. In het bijzonder zal spreker zich tegen verkoop
van dit terrein verzetten en wel om twee redenen.
Er wordt voorgesteld dit stukje te verkoopen voor
f 300.De Directeur der Gemeentewerken heeft
uitgerekend dat het veel meer waarde heeft. In het
rapport toch staat dat iemand bereid is het stuk te
pachten voor 25.per jaar.
In de tweede plaats ligt het stuk stuk grond in
den weg voor de verbreeding van de Korfmakers-
straat, die wel eens aan de orde zal komen. Het is
toch de verkeersweg naar het postkantoor en naar het
Nieuwe Kanaal. Het huis van den heer Marcus en
het stukje grond staan die verbreeding in don weg.
Wordt nu het terreintje verkocht dan zal de ge
meente, indien eventueel tot verbreeding moet worden
overgegaan, het voor hooger prijs moeten terugkoopen.
Spreker voelt veel voor verpachting. Er zal wel
iemand gevonden kunnen worden die het terrein in
erfpacht wil hebben. Dan behoudt de gemeente de
vrije beschikking en geeft het niet uit voor te lagen
prijs. Spreker zal daarom tegen het voorstel stemmen.
De heer Beekhuis zou bijna van het woord kunnen
afzien. De heer Krijgsman heeft toch geheel in zijn
geest gesproken. Hetgeen dat geachte raadslid aan
het slot heeft gezegd zal zeker een abuis zijn, n.l.
dat het terrein uitgegeven zal kunnen worden in
er/pacht. Dit kan niet, want uitgifte in erfpacht
brengt dezelfde bezwaren mee als verkoop. Spreker
is daarom van oordeel dat het gewoon verhuurd dient
te worden.
De heer Baart de la Faille heeft het door den heer
Krijgsman gesprokene met leedwezen begroet. Toen
spreker het voorstel las en den prijs zag, dien Burge
meester en Wethouders voor het terreintje vragen,
dacht spreker300.is een behoorlijke prijs. Het
moet den heer Marcus veel waard zijn als hij het
koopt. Het is hem ook veel waard. Hij zal nu toch
verlost worden van den last, dien hij jaren heeft gehad
van het publiek urinoir.
Waar nu de heer Marcus er in heeft toegestemd
om een volgens sprekers idee voldoende som te be
talen, moet de Raad hem verder geen moeilijkheden
in den weg leggen. Het is hem veel waard het
terrein achter zijn huis vrij te krijgen. Wordt nu het
terreintje verpacht dan krijgt hij weer last.
Wat het motief voor verpachting aangaat, dat dooi
den heer Krijgsman is te berde gebracht n.l. de
verbreeding der Korfmakersstraat deze zaak acht
spreker niet urgent. De heer Krijgsman was zeker
nog geen inwoner van Leeuwarden toen genoemde
straat is verbreed door het afbreken van een huis.
De tegenwoordige breedte is nu wel voldoende. Mocht
het evenwel blijken dat de verbrecding nogmaals aan
de orde is, dan zal, waar dan toch het huis van den
heer Marcus onteigend dient te worden, het kleine
stukje grond daarachter niet zulk een overwegende
beteekenis hebben, om nu reeds invloed te hebben
op het te nemen besluit. Spreker zal voor het voor
stel van Burgemeester en Wethouders stemmen, om
het voor f 300.te verkoopen.
De heer Krijgsman antwoordt dat de heer Baart de
la Faille 300.een niet zoo laag bedrag vindt.
In de stukken kan men echter lezen dat een veel
kleiner terreintje aan de Koningsstraat, groot 6.87 cA.,
indertijd verkocht is voor 68.per cA. Wanneer
dit terrein op denzelfden prijs wordt geschat komt
het veel hooger dan 300.Spreker is van oordeel
dat de gemeente niet is aangewezen om don heer
Marcus een douceurtje te geven.
Wanneer men de Korfmakersstraat ziet, ligt het
voor do hand dat deze moet worden verbreed. Het
huis van den heer Marcus staat die verbreeding
in den weg. Verkoopt nu de gemeente het achter
liggende terrein, dan heeft zij ook hierop haar recht
verspeeld.
De heer Schoondermark is van oordeel dat de ver
gelijking, die de heer Krijgsman maakt tusschen de
Korfmakersstraat en de Koningsstraat, niet opgaat.
De stand toch verschilt veel en juist de stand maakt
den grond duur. Ook gaat het niet op wat door den
heer Krijgsman is gezegd, dat de gemeente, als zij
nu den grond verkoopt voor 300.—, het terrein
veel duurder moet terug koopen als zij het weer noo
dig heeft. De verbreeding van de Korfmakersstraat
is niet zoo urgent. Tegen den tijd dat deze zaak aan
de orde zou kunnen komen, kan het huis wel van
eigenaar zijn veranderd en dan is het kleine stukje
grond reeds lang vergeten.
De heer Baart de la Faille zou van het woord kun
nen afzien nu de heer Schoondermark zoo juist heeft
gezegd, dat eene vergelijking van de Koningsstraat
met de Korfmakersstraat niet opgaat. Het terrein aan
de Koningsstraat heeft beter stand en in ieder geval
behoeft de heer Marcus er niet onder te lijden, dat
de koopers van dat terrein indertijd goedgevonden
hebben zoo'n hoogen prijs te betalen.
De heer Besuijen zou gaarne van Burgemeester en
Wethouders vernemen, waarom zij de cijfers van den
Directeur der Gemeentewerken hebben gewijzigd.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 27 October 1908. 201
Deze toch meent dat het terrein f 500.moet op
brengen en noemt daarvoor een basis. Hij zegt dat
er f 25.huur voor is te maken. Dit naar penning
20 is 500. Burgemeester en Wethouders stellen
voor den grond voor 300.te verkoopen, zonder
dit te motiveeren.
Heeft misschien de heer Schoondermark stukken
uit den Haag, waaruit dit bedrag is opgebouwd
De Voorzitter kan tot geruststelling van den heer
Besuijen mededeelen dat Burgemeester en Wethouders
geen meerdere stukken in deze aangelegenheid be
zitten dan die ter tafel zijn gebracht. De persoon,
waarvan de Directeur der Gemeentewerken spreekt,
heeft zich bij Burgemeester en Wethouders niet aan
gemeld waar uit de mededeeling van den directeur
bleek, dat hij het terrein begeerde als opslagplaats
van vaatjes, was er voor Burgemeester en Wethou
ders, die zoodanige bestemming van het terrein niet
begeerden, geen aanleiding zich opzettelijk met hem
in verbinding te stellen. De vraag, waarom de door
Burgemeester en Wethouders voorgestelde koopsom
afwijkt van de door den directeur voorgestelde, is
eenvoudig te beantwoorden met de mededeeling dat
Burgemeester en Wethouders het door den directeur
genoemde bedrag te hoog en het door hen voorge
stelde bedrag juist oordeelden.
De beraadslaging wordt gesloten.
De Voorzitter zal achtereenvolgens in stemming
brengen
a. het voorstel om het terrein aan den publieken
dienst te onttrekken
b. het voorstel om het terrein te verkoopen
c. de som waarvoor het zal worden verkocht, op
dat de leden, die tegen het voorgestelde bedrag van
f 300.zijn, van dat gevoelen kunnen doen blijken.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders om het
terrein aan den publieken dienst te onttrekken, wordt
met algemeene stemmen aangenomen.
De heer G. W. Koopmans zal, als de Raad het voor
stel aanneemt om het terrein te verkoopen, voor
stellen experts te benoemen n.l. één door Burgemeester
en Wethouders, één door den heer Marcus en als deze
het niet eens kunnen worden een door die beide ge
zamenlijk of door den heer Kantonrechter.
Spreker zal dit doen om tot de waarde te komen,
die de gemeente moet hebben.
De Voorzitter deelt mede dat de heer G. W. Koop-
mans een voorstel wil doen dat te beschouwen is als
een amendement op het voorstel van Burgemeester
en Wethouders, n.l. om de waarde van den grond te
laten bepalen door deskundigen.
De heer Krijgsman is van oordeel dat de waarde
van dergelijke terreinen niet te beoordeelen is op de
manier, zooals de heer G. W. Koopmans voorstelt.
j De Voorzitter is dit met den heer Krijgsman eens.
Het terrein heeft voor den naastliggenden eigenaar
waarde gekregen omdat deze het kan benutten tot
vergrooting van zijn erf. Die waarde heeft het niet
voor een ander. Dit blijkt duidelijk uit het bij de
stukken overgelegde adres van S. en J. Hoft, die
niet meer wilden geven dan zij hadden geboden.
Spreker ontraadt den Raad op het denkbeeld van den
heer G. W. Koopmans in te gaan.
De heer G. W. Koopmans is van oordeel dat de
Raad niet zoo goed in staat is de waarde te bepalen
als deskundigen. Spreker acht zich zelf daartoe in
dit speciale geval ten minste niet capabel. Hij wil
niet te veel vragen, ook niet te weinig. Tauxateurs
die alle omstandigheden kennen, de waarde die het
terrein heeft als publiek eigendom en die het heeft
voor den heer Marcus als anderszins, zijn z .i. de aan
gewezen personen.
De heer Hartelust vreest dat de gemeente, als de
weg wordt ingeslagen, die door den heer G. W. Koop
mans wordt aangewezen, lang geen 300.krijgt.
Experts zullen tot dat bedrag niet komen. Spreker
is er dan ook niet voor om dien weg op te slaan.
Het voorstel om het terrein te verkoopen, wordt
aangenomen met 13 tegen 8 stemmen.
Vóór stemmen de heeren Beucker Andreae, Schoon
dermark, Oosterhoff, J. Koopmans, Wilhelmij, Duparc,
Komter, Burger, Hartelust, Baart de la Faille, Feitz,
Menalda en Haverschmidt.
Tegen de heeren Beekhuis, Lautenbach, Krijgsman,
Besuijen, Zandstra, de Jong, G. W. Koopmans en
Burger.
De heer Beekhuis betreurt het besluit dat zooeven
genomen is. Hij moet nu evenwel zeggen dat de prijs
van 300.hem voldoende toeschijnt. Bovendien
acht hij de zaak niet van zoo groot belang om daar
voor zooveel omslag te maken als door den heer G.
W. Koopmans wordt voorgesteld. Nu eenmaal het
voorstel van Burgemeester en Wethouders is aange
nomen, zal spreker er voor stemmen om het terrein
voor f 300.-te verkoopen.
De heer G. W. Koopmans doet opmerken dat de
voorzitter het voorstel van Burgemeester en Wet
houders, om het terrein te verkoopen voor ƒ300.eerst
in stemming kan brengen wordt dit verworpen, dan
kan sprekers voorstel aan de orde worden gesteld.
De Voorzitter zal, om niet in strijd te komen met
het Reglement van Orde, het amendement van den
heer G. W. Koopmans als nog niet ingediend be
schouwen.
Het voorstel om de som te bepalen op 300.
wordt aangenomen met 14 tegen 7 stemmen.
Vóór stemmen de heeren Beucker Andreae, Beek
huis, Schoondermark, Oosterhoff, J. Koopmans, Wil
helmij, Duparc, Komter, Burger, Hartelust, Baart de
la Faille, Feitz, Menalda en Haverschmidt.
Tegen de heeren Lautenbach, Krijgsman, Besuijen,
Zandstra, de Jong, G. W. Koopmans en van Messel.
5. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan
A. A. van der Noord alhier vergunning te verleenen
tot het maken van een inrit in het trottoir langs het
Molenpad.
Dit voorstel luidt als volgt
Bij, ten fine van prae-advies naar ons gerenvoyeerd,
adres van 28 September 1.1., vraagt A. A. van der
Noord een inrit te mogen maken in het trottoir langs
het Molenpad tegenover het perceel no. 11.