52 Verslag van de handelingon van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 9 Maart 1909.
No. 17 de heer B. Hartelust,
18 L. Zandstra,
19 K. P. W. Besuijen,
20 Z. S. Feddema.
2. Verdeeling van den Baad in sectiën.
In de 1ste sectie nemen volgens het lot zitting de
heerenL. de Jong, J. H. Berghuis, N. T. Haverschmidt,
Z. S. Feddema, P. A. Wilhelmij en Mr. C. Beekhuis.
In de 2de sectie nemen zitting de heeren K. P.
W. Besuijen, H. Beucker Andreae, L. Zandstra, B.
Hartelust, C. L. B. J. Feitz, Dr. J. Baart de la Faille
en de vacature.
In de 8e sectie nemen zitting de heeren: D. Lau-
tenbach, G. W. Koopmans, A. Duparc, Mr. A. Burger,
J. Koopmans, S. J. van Messel en Mr. A. Menalda.
Door het lot wordt beslist dat de heer J. A. A. Schoon-
dermark voorzitter der 2de sectie-, de heer J. Ooster-
hoff voorzitter der 8de sectie wordt, zoodat dienten
gevolge de heer T. Komter in de 1ste sectie zitting
neemt.
3. Benoeming van 4 leden der commissie voor liet
Stedelijk Muziekkorps.
Voor de 1ste vacature zijn uitgebracht 21 stemmen,
terwijl 20 leden de presentielijst hebben geteekend.
Hiervan zijn uitgebracht
op den heer D. Lautenbach 19 stemmen,
J. H. Berghuis 1 stem,
terwijl 1 briefje in blanco is ingeleverd.
Daar de onregelmatigheid niet van invloed is ge
weest op den uitslag, is de heer D. Lautenbach
benoemd.
Voor de 2de vacature zijn uitgebracht 20 stemmen,
te weten op den heer L. Zandstra 19 stemmen, terwijl
1 briefje in blanco is ingeleverd.
De heer L. Zandstra is alzoo benoemd.
Voor de 3de vacature zijn uitgebracht 20 stemmen,
verdeeld als volgt
op den heer Mr. A. Menalda 18 stemmen,
P. A. Wilhelmij 2
De heer Mr. A. Menalda is alzoo benoemd.
Voor de 4e vacature zijn uitgebracht 20 stemmen,
verdeeld als volgt
op den heer Mr. C. Beekhuis 17 stemmen,
G. W. Koopmans 2
J. H. Berghuis 1 stem.
De heer Mr. C. Beekhuis is alzoo benoemd.
4. Benoeming van eene leerares in de natuur- en
scheikunde en de kosmographie aan de school van Middel-
haar onderwijsvoor meisjes (vacaturemej. M. M.E.Roelants),
tijdelijk voor 1 jaar.
Uitgebracht zijn 20 stemmen, te weten
op mejuffrouw Dr. B. J. Karsten 10 stemmen,
A. Sillevis 9
terwijl 1 briefje in blanco is ingeleverd.
Mejuffrouw Dr. B. J. Karsten is alzoo benoemd.
5. Benoeming van een onderwijzer aan de gemeente
school no. 4 (vacature E. J. Conradi).
De Voorzitter deelt mede, dat de heer Zandstra
aan de stemming geen deel neemt op grond van art.
46 der gemeentewet.
Uitgebracht zijn 19 stemmen, te weten
op den heer W. Broersma 17 stemmen,
S. v. d. Werf 2
De heer W. Broersma is alzoo benoemd.
6. Rapport der Commissie, heiast geweest met het
onderzoek van af- en overschrijvingen op de begrooting
van het Nieuwe Stads Weeshuis, dienst 1908.
De conclusie van het rapport om de gevraagde
machtiging tot af- en overschrijving te verleenen,
wordt met algemeene stemmen aangenomen.
7. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op
het adres van 11. Sprenger alhier om vergunning tot het
hebben van eene stoeptrede voor een huis op gemeentegrond
aan „Eigen brood bovenal
Dit prae-advies luidt als volgt
In Uwe vergadering van don 9en Februari 1.1. werd
om prae-advies in onze handen gesteld een adres
van den heer W. Sprenger, voorzitter der vereeniging
„Eigenbrood bovenal", waarbij vergunning wordt ver
zocht tot het hebben van eene stoeptrede op gemeen
tegrond ten noorden van het oudere gedeelte van
dio buurt bij Oldegalileën, vóór het huis, plaatselijk
gekwoteerd no. 98a, bewoond door den heer H. C.
Beekman.
De Gemeentelijke Inspecteur voor het Woningtoe
zicht, in wiens handen wij dit adres stelden, wijst er
in zijn hierbij overgelegd advies dd. 13 Februari 11.
no. 62 op, dat de straat ter plaatsewaar de stoop-
trede zal worden gelogd, slechts ceno breedte heeft
van 3 M.hij acht liet noodig, dat minstens 2,75 M.
van de passage blijft behouden, zoodat de stoeptrede
z. i. slechts 0.25 M. breedte kan bekomen. Naar ons
oordeel is dit, de weinige passage vooral van voer
tuigen in aanmerking genomen, daar voldoende. Wij
meenen er nog op te moeten wijzen, dat het maken
van eene portiek, welk denkbeeld door den Gemeen
telijken Inspecteur voor het Woningtoezicht in zijn
bovenaangehaald advies aan de hand wordt gedaan,
en voor den adressant vermoedelijk met niet onaan
zienlijke kosten gepaard gaat, door ons onnoodig
wordt geacht. Waar er overigens noch bij laatstge
noemden ambtenaar noch bij den Directeur der Ge
meentewerken bezwaar bestaat tegen het leggen der-
stoeptrede, indien zij slechts van geringe breedte
wordt gemaakt, en ook wij ons aldus met de inwil
liging van het verzoek kunnen vereenigen, mits de
vergunning zóó worde gesteld dat zij, wanneer de
eischen van het verkeer dit noodzakelijk maken, weder
kan worden ingetrokken, hebben wij de eer U voor-
te stellen te besluiten
aan de vereeniging „Eigen brood bovenal" vergun
ning te verleenen tot het maken en tot wederopzeg
ging hebben van eene stoeptrede vóór het huis
Eigenbrood no. 98a, ten kadaster bekend gemeente
Leeuwarden, sectie F, no. 2484, onder voorwaarde
1. dat de stoeptrede niet breeder worde gemaakt
dan 0.25 M., gemeten loodrecht op den gevel van
genoemd pand
2. dat de trede overigens ten genoegen van Bur
gemeester en Wethouders worde aangebracht en on
derhouden
3. dat als erkenning van het eigendomsrecht van
de gemeente op den grond, waarop de stoeptrede
wordt gelegd, door de vereeniging jaarlijks vóór of
op den 1 November, het eerst vóór of op den 1 No
vember 1909, ten kantore van den ontvanger der ge
meente Leeuwarden worde voldaan eene recognitie
van 0.25.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Haverschmidt stelt eene kleine wijziging voor.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 9 Maart 1909.
53
In verband met den hoogen drempel vindt hij een
stoeptrede van slechts 0.25 te smal en te gevaarlijk
en wil hij de breedte bepalen op 0.30 M. Dat de
straat daardoor van 2.75 M. wordt gebracht op 2.70
M. acht spreker van weinig beteekenis, terwijl 0.05 M.
meerdere breedte voor de trede van veel belang is.
De Voorzitter deelt mede dat door den heer
Haverschmidt een amendement is ingediend om de
voorwaarde sub 1 van het voorstel van Burgemeester
en Wothouders te lezen:
dat de stoeptrede niet breeder worde gemaakt
dan 0.30 M., gemeten loodrecht op den gevel van
genoemd pand.
Dit amendement -wordt ondersteund en maakt der
halve een onderwei p van beraadslaging uit.
De heer Besuijen weet zich niet te herinneren dat
om een breedere stoeptrede is gevraagd. In den regel
wordt door den Directeur der Gemeentewerken overleg
met de belanghebbenden gepleegd, waarna een voor
stel van eerstgenoemde komt. Is dit voorstel nu een
gevolg van zulk een compromis, dan is het spreker
niet duidelijk, waarom nu hier een breedere stoeptrede
wordt gevraagd. Hij heeft toch in het voorstel ge
lezen dat men voorzichtig moet zijn, omdat de straat
smal is. Spreker vraagt daarom of het voorstel
inderdaad een gevolg is van een compromis van den
aanvrager met don Directeur der Gemeentewerken.
De Voorzitter doet opmerken dat èn de Directeur
der Gemeentewerken èn de Inspecteur van het
Woningtoezicht over het verzoek zijn gehoord en dat
beiden met het oog op de geringe breedte der straat
hebben voorgesteld do stoeptrede niet breeder te
laten maken dan 0.25 M. Dan blijft er voor de
passage nog 2.75 M. over. Burgemeester en Wet
houders hebben dit voorstel overgenomen.
De heer Haverschmidt antwoordt den heer Besuijen
dat door de vereeniging „Eigen Brood Bovenal" niets
is gevraagd en ook met haar geen overleg is gepleegd.
De voorzitter heeft eenvoudig eene aanvrage tot het
hebben van eene stoeptrede onderteekend, die hem
door den directeur is voorgelegd. Het verkeer is ter
plaatse zeer gering en daar de vergunning wordt ver
leend tot wederopzegging, zal bij den Baad wel geen
bezwaar bestaan aan sprekers wensch te voldoen.
De heer Baart de la Faille heeft het voorstel van
den heer Haverschmidt ondersteund omdat hij den
toestand kent en hem is gebleken dat de entree van
het huis in kwestie een eind, wel 0.50 M. boven den
beganen weg ligt en dat het daardoor bijna onmogelijk
is in huis te komen. Wordt hier nu een stoeptrede
gemaakt van eene geringe breedte, dan wordt het
uittreden zeer gevaarlijk. Als de Raad de welwil
lendheid heeft de stoeptrede te gunnen, moet deze
ook doelmatig zijn, zoodat iemand, die uit het huis
stapt, geen gevaar loopt zijn hals te breken. Bij
eene geringe breedte van de stoeptrede wordt dezo
meer een obstakel dan een gemak.
Do Voorzitter doet opmerken dat het eene welwil
lendheid van den Raad is als deze het verzoek inwil
ligt. Hij heeft echter rekening te houden met de
breedte der straat. De grens nu, die èn door den
Directeur der Gemeentewei ken èn door den Inspecteur
voor het Woningtoezicht is vastgesteld, is 0.25 M.
Wanneer deze ambtenaren van oordeel waren geweest
dat liet verzoek niet voor inwilliging vatbaar was,
had de bewoner zich op een andere manier b.v. bin
nenshuis moeten redden.
De heer Beucker Andreae heeft ook het voorstel
van den heer Haverschmidt ondersteund, omdat hij
overtuigd is van de wenschelijkheid der voorgestelde
verbreeding.
Het behoeft toch geen betoog, dat een stoep van
slechts 0.25'M. breedte gevaar kan opleveren zoowel
voor hen die het huis verlaten, als voor hen die
binnenkomen. En nu wenscht spreker nog daaraan
toe te voegen, dat de oorzaak van het maken der
stoep deze is, dat de straat, destijds het eigendom
van de vereeniging „Eigen brood bovenalen nu het
eigendom der gemeente, door deze is verlaagd.
Hierdoor is de stoep noodzakelijk geworden.
Wanneer het verzoek dus wordt ingewilligd, is het
wel eene welwillendheid van den Raad, maar men
dient niet te vergeten dat de bewoner tot hetdoen van
het verzoek is genoodzaakt door het verlagen van
den weg. Spreker is van oordeel dat het verzoek
moet worden ingewilligd en het voorstel van den
heer Haverschmidt moot worden aangenomen.
De heer Besuijen geeft te kennen dat hij, toen hij
het woord vroeg, daarmede niet te kennen wilde
geven dat hij tegen het voorstel was.
Wanneer dit een gevolg ware geweest van eene
overeenstemming tusschen adressant en de gemeente,
zou er geen oorzaak zijn het voorstel van den heer
Haverschmidt aan te nemen. Nu dit blijkt niet het
geval te zijn, zal hij er voor stemmen.
De beraadslaging wordt gesloten.
Het amendement-Haverschmidt wordt aangenomen
met 15 tegen 5 stemmen.
Vóór stemmen de heeren: Besuijen, Beucker Andreae,
de Jong, Lautenbach, Berghuis, G. W. Koopmans,
Duparc, Haverschmidt, Feddema, Wilhelmij, Zandstra,
Hartelust, J. Koopmans, Feitz en Baart de la Faille.
Tegen de heerenSchoondermark, Oosterhoff, Komter,
Beekhuis en Burger.
De voorwaarden sub 2 en 3 van het voorstel van
Burgemeester en Wethouders worden met algemeene
stemmen aangenomen.
8. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan
het bestuur van het IXde district van de Nederlandsche
'Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst vergunning
te geven gedurende drie dagen in Juli a.s. voor de
algemeene vergadering dier maatschappij van de Raads
zaal gebruik te maken.
Dit voorstel luidt als volgt
Wij hebben de eer U te adviseeren het inliggend
verzoek van het IXe District van de Neder
landsche Maatschappij tot bevordering der genees
kunst, om gedurende 3 dagen in Juli a.s. voor de
vergadering der Maatschappij van de Raadszaal ge
bruik te mogen maken, toe te staan, al erkennen wij
dadelijk, dat deze inwilliging niet geheel is zonder
bezwaar.
Het is ons toch bekend dat nog twee congressen
dezen zomer hier ter stede zullen worden gehouden,
die, kwamen zij met een soortgelijke aanvraag bij
ons college, zeker niet op een gunstig onthaal zouden
mogen rekenendaarvoor is de Raadszaal, die de ver
binding binnenshuis tusschen het Stadhuis en de